Home Blog Page 66

Cyber Security voor het MKB

0
Technology and hud concept

Van grote en kleinere organisaties lezen we steeds weer in het nieuws dat zij slachtoffer zijn van cybercriminaliteit. En hoewel er bij de meeste bedrijven een taboe heerst over het delen van informatie over hoe zij slachtoffer zijn geworden, zien we dat er ook steeds meer organisaties juist wél openheid van zaken geven om zo te zorgen dat iedereen hiervan kan leren. Voorbeelden zijn de Gemeente Lochem en de Universiteit Maastricht. Ook steeds meer kleinere organisaties volgen dit voorbeeld. Zo vertelde garagehouder Peter Schoolderman dat hij op een dag zag dat zijn al zijn systemen “op slot” stonden en een hacker 6.000 dollar in cryptomunten eiste[1]. Uiteindelijk is er geen losgeld betaald, maar de organisatie moet nog dagelijks hinder ondervinden van deze hack. De totale schade wordt geschat op maar liefst € 50.000,00.

Hoewel het MKB niet goed te vergelijken is met grote organisaties, valt er wel degelijk iets te leren van de lessen die gedeeld zijn door bijvoorbeeld de Universiteit Maastricht. Maar om te beginnen zullen organisaties moeten erkennen dat ook zij doel kunnen zijn van hackers. Een goede virusscanner en een firewall zijn dan niet voldoende om een dergelijke ramp te voorkomen. Denk daarom na wat de mogelijke gevolgen zijn voor uw organisatie wanneer u wordt getroffen.

Hoelang gaat uw bedrijfsvoering door na de uitval van computersystemen?

De belangrijkste lessen die ook voor het MKB bruikbaar zijn, willen wij graag met u delen:

  1. Zorg ervoor dat al uw systemen altijd up-to-date zijn

De ketting is zo sterk als de zwakste schakel. Wanneer de meeste systemen up-to-date zijn, is dit niet voldoende. Bij de Universiteit Maastricht zagen we dat slechts 5 à 6 van de 650 servers (= minder dan 1%!) niet helemaal up-to-date waren. Precies deze servers werden misbruikt.

  1. Zorg voor verschillende backups en minimaal een zogenaamde “offline backup”

Zorg ervoor dat naast de zogenaamde “online backups” ook “offline backups” gemaakt worden. Dit zijn backups die na het backupproces worden losgekoppeld van het systeem en niet via systemen in het netwerk bereikbaar zijn. Een voorbeeld hiervan zijn de traditionele tape-backups die na het maken van de backup automatisch kunnen worden uitgeworpen. Ook kunnen hier externe harde schijven voor worden gebruikt.

  1. Breng verschillende beveiligingsniveaus aan

Door verschillende beveiligingsniveaus aan te brengen in systemen en netwerken, is de schade te beperken. Dit wordt ook wel “segmenteren” genoemd. Ook is het aan te bevelen onderscheid aan te brengen in met welke “sleutel” je toegang kan krijgen tot welk systeem. Krijgt een hacker onverhoopt een sleutel in handen, dan kan hij maar bij beperkte systemen komen.

  1. Gebruik 2-staps verificatie

Zolang er al wachtwoorden worden gebruikt, worden deze gekraakt. We zien dat dit momenteel bijzonder vaak gebeurt bij gebruikers die gebruikmaken van Microsoft Office 365. Door middel van een doortrapte phishingmail worden inloggegevens gelekt waardoor kwaadwillenden volledige toegang krijgen tot mailboxen en systemen van organisaties, waarna onder andere de bekende CEO-fraude wordt gepleegd. Een goede maatregel om accounts beter te beschermen, is het instellen van zogenaamde 2-staps-verificatie (ook wel bekend als multi-factor authenticatie). In de meeste systemen is dit met beperkte tot geen aanvullende kosten in te stellen en het beveiligingsniveau wordt hiermee substantieel verhoogd.

Wij helpen u graag verder om uw organisatie weerbaarder te maken tegen cybercriminaliteit! Bel ons gerust voor een vrijblijvend advies of kennismaking via telefoonnummer: 0184 – 675 400. U de koffie, wij de koeken.

Dit artikel is partnernieuws en is geschreven door Jeroen Jeroense van Aspect ICT

Pensioenbewustzijn Nederlandse werknemers nog erg laag

0
Spaarpotje

– Ruim de helft werknemers matig of niet goed financieel voorbereid op pensioen
– Werkgevers aan zet voor gerichtere pensioencommunicatie

Een meerderheid (52%) van de Nederlandse werknemers is matig of niet goed financieel voorbereid op ‘de oude dag’. Onder werknemers met een lager inkomen (minder dan 2.000 euro bruto per maand) is het ‘pensioenbewustzijn’ zelfs behoorlijk laag: 89% is in financiële zin niet klaar voor het pensioen. Een urgent probleem, zeker omdat individuele keuzes door pensioenhervormingen steeds meer impact hebben op het toekomstige pensioen.

Dat blijkt uit het Onderzoek Financiële Pensioenplanning en Communicatie van Aon, wereldwijd dienstverlener op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen. Voor het onderzoek werden 1.000 werkenden uit verschillende leeftijdscategorieën in Nederland bevraagd over hun pensioenbewustzijn, mede naar aanleiding van het pensioenakkoord. Onder pensioenbewustzijn wordt verstaan de mate waarin iemand op de hoogte is van het pensioeninkomen en weet of dat voldoende is in hun situatie.

Gebrek aan interesse en onwetendheid kenmerken pensioenbewustzijn

Veel medewerkers geven aan nog niet of onvoldoende bezig te zijn met hun financiële pensioenplanning. Zo is liefst 21% van alle respondenten hier niet in geïnteresseerd en zegt 25% te weinig kennis over het pensioenstelsel te hebben om zich voor te bereiden op het pensioen. Bijna een derde (32%) heeft geen idee wat hun pensioenuitkering zal worden.

Er zijn flinke verschillen aanwezig in het pensioenbewustzijn van werknemers in verschillende leeftijdscategorieën en inkomensklassen. Zo zijn jonge werkenden zelfs in grote mate niet geïnteresseerd in het onderwerp pensioen (ruim 50% werknemers 20-30 jaar, bijna 30% werknemers 30-40 jaar). Ook het inkomen speelt een rol: 89% van de werknemers met een bruto maandsalaris van 2.000 euro of minder voelt zich matig of onvoldoende financieel voorbereid op het pensioen. Onder mensen met een inkomen boven de 5.000 bruto per maand is dit nog 32%.

Werkgever moet de handschoen oppakken

De geringe voorbereiding op het pensioen is een urgent probleem. Juist nu is het pensioen een actueler thema dan ooit. Het pensioenakkoord dat in 2019 werd gesloten en de steeds vaker voorkomende overgang van een systeem van DB (defined benefit, de middelloonregeling) naar DC (defined credit, beschikbare premieregeling) die hier ook deels mee samenhangt, hebben impact op werknemers. De keuzes die zij op jonge leeftijd maken, hebben invloed op de hoogte van het pensioen op latere leeftijd. Dit lijkt echter nog steeds weinig indruk te maken op grote groepen werknemers.

Voor werkgevers ligt hier een kans om een rol te spelen. Hoewel zij al sinds 2008 verplicht zijn werknemers via het uniform pensioenoverzicht (UPO) te informeren over het opgebouwde pensioen, kan er veel gerichter worden gecommuniceerd. Door niet alleen informatie over de hoogte van het pensioen en de regeling te verstrekken, maar ook te kijken naar leeftijdsgebonden informatie. Of stil te staan bij de gevolgen van bijvoorbeeld een huwelijk, geboorte en overlijden voor het pensioen. Ook de keuzes op financieel gebied die een medewerker kan maken tijdens zijn loopbaan kunnen toegelicht worden.

Onder werknemers is ook behoefte aan heldere, concrete en periodieke communicatie. Driekwart van hen wenst één tot twee keer per jaar geïnformeerd te worden over het pensioen, via een digitaal platform of per brief/e-mail. Uit zichzelf informeren naar het pensioen doet gemiddeld 58% van de werknemers niet, hoewel dit met name op latere leeftijd minder wordt.

Heleen Vaandrager, Chief Commercial Officer bij Aon’s Retirement Solutions, spoort werkgevers dan ook aan tot een actieve(re) rol als het gaat om pensioencommunicatie: “ga niet alleen in op de huidige financiële situatie van de deelnemer, maar leg ook het pensioensysteem an sich helder uit. Laat zien wat het betekent als zij bepaalde keuzes rondom hun pensioen maken, of juist niet. Maak het persoonlijk en haak in op gebeurtenissen in het privéleven van de medewerker. Zorg dat ze niet onder druk hoeven te beslissen, maar dat ze ruim de tijd hebben om goed over hun mogelijkheden na te denken. Help ze bij deze eerste stap en maak werknemers weer pensioenblij.”

Groeiend gebrek aan geschikt kantorenaanbod in Rotterdam

0
Kantoor in Rusland

Voor zoekers naar kantoorruimte in Rotterdam wordt het lastiger om geschikte ruimte te vinden in het schaarse aanbod. Omdat de gewenste kwaliteiten niet gevonden kunnen worden in de beschikbare kantoren, moeten gebruikers hun eisen bijstellen.

Dit blijkt uit het vandaag verschenen rapport Sprekende Cijfers Kantorenmarkten 2020 van Ooms Makelaars (partner in Dynamis).

Gebruikers doen concessies in hun wensen

De behoefte van Rotterdamse kantoorgebruikers ligt bij duurzame kantoorgebouwen van een hoge kwaliteit met veel daglichttoetreding en ‘shared-services’ in het gebouw. Gezien het tekort aan hoogwaardige kantoren moeten zoekende partijen concessies doen wat betreft locatie (periferie in plaats van centrum), kwaliteit (renovatie in plaats van nieuwbouw) of zelfs grootte (verspreid door Rotterdam of verspreid over meerdere vloeren). 

Aandeel kleine transacties in Dordrecht loopt terug

Het belang van kleine units op de kantorenmarkt van Dordrecht neemt af in de afgelopen jaren. In 2019 werd ongeveer de helft van het aantal opnames gerealiseerd in kantoorunits kleiner dan 250 m². In 2014 was maar liefst ruim 80% van het aantal verkochte of verhuurde panden kleiner dan 250 m².

CORPORATIES ENTHOUSIAST OVER MILIEUBAROMETER

0
Verdeling milieuprestatie woningcorporaties

In 2019 is een Milieubarometer branchegemiddelde voor woningcorporaties bepaald. Corporaties kunnen de milieuscore van hun bedrijfsvoering vergelijken met het branchegemiddelde en de prioriteiten voor verbetering zien. Elektriciteit en de verschillende vormen van vervoer hebben de meeste impact bij wooncorporaties. De benchmark is uitgevoerd door Stimular samen met veertien corporaties. Maak een snelle start met het invullen van de Milieubarometer en vergelijken met je branchegenoten door mee te doen aan de benchmark van dit jaar.

In 2019 bepaalden veertien corporaties de milieuprestatie en de CO2-footprint van de eigen bedrijfsvoering. Deelnemers waren vooral verbaasd over het aandeel dat vervoer heeft in de milieuprestatie en de CO2-footprint. Kim Kerckhoffs: ‘De resultaten hebben veel losgemaakt, vooral op het vlak van mobiliteit, maar ook bij het bestuur. Ik mocht acuut gaan regelen dat we OV-kaarten krijgen voor het zakelijk verkeer.’

Gemiddelde milieu-impact woningcorporaties

Wonen Breburg nam het initiatief voor de Milieubarometerbenchmark en nodigde hiervoor verschillende corporaties uit. Veertien corporaties deden uiteindelijk mee om de milieu-impact van de eigen bedrijfsvoering te bepalen. De woningcorporaties verzamelden milieugegevens en vulden deze in de Milieubarometer in.

Met de gegevens uit de Milieubarometer berekende Stimular de gemiddelde milieuprestatie van woningcorporaties en kengetallen. Dit branchegemiddelde is nu voor iedereen beschikbaar in de Milieubarometer, zodat woningcorporaties hun eigen grafiek ermee kunnen vergelijken. Kengetallen die beschikbaar kwamen zijn bijvoorbeeld energieverbruik per vierkante meter vloeroppervlak of brandstof zakelijk verkeer per verhuurbare eenheid. Met de kengetallen zien de corporaties hoe ze ten opzichte van het gemiddelde scoren en waar dus winst te behalen valt.

Uitwisseling ideeën en ervaring

Stimular presenteerde het branchegemiddelde bij de Alliantie in Amersfoort. De deelnemers waren verbaasd over het kleine aandeel van bedrijfsafval en kantoorpapier in de totale milieu-impact. De verschillende vormen van vervoer hebben juist een groter aandeel in de impact dan ze hadden verwacht.

Na de presentatie wisselden de corporaties ervaringen uit en stimuleerden elkaar voor het verbeteren van de gegevensverzameling. Ook deelden ze ideeën met elkaar om de milieu-impact te verminderen.

Meedoen aan de benchmark in 2020?

De deelnemers zijn erg enthousiast over de eerste benchmark en gaan in 2020 verder. Ze hopen dat dit jaar nog veel meer corporaties gaan meedoen. Meedoen aan de benchmark levert je een gecontroleerde CO2-footprint op. Daarnaast geeft de bijeenkomst inspiratie om de Milieubarometer beter in te vullen en maatregelen te nemen om de milieu-impact te verminderen. Deelnemers dragen gezamenlijk bij aan een actuele milieubenchmark voor woningcorporaties. Meedoen aan de benchmark? Voor aanmelden of meer informatie kunt u contact opnemen met Stimular via r.beverloo@stimular.nl. Woningcorporaties kunnen zich aanmelden tot 1 april 2020.

Liever een uur minder slaap dan slechte wifi

0
Wifi logo

Nederlanders bereid eerste levensbehoeften op te geven voor goede wifi

Een goed wifi signaal wordt steeds belangrijker. Nederlanders blijken bereid om eerste levensbehoeften – zoals een goede nachtrust, gezond eten en persoonlijke hygiëne – op te geven voor een goed wifi signaal. Dat en meer blijkt uit onderzoek van KPN onder ruim 1.000 Nederlanders, waarbij is onderzocht in hoeverre Nederlandse generaties wifi verkiezen boven eerste levensbehoeften uit de piramide van Maslow*. Anno 2020 is wifi zo geïntegreerd in de samenleving dat ruim een derde van de Nederlanders het ziet als eerste levensbehoefte. Zo is één op de drie Nederlanders bereid om dagelijks een uur slaap in te leveren voor goede wifi in huis.

Twee dagen dezelfde onderbroek

Nederlanders willen een hoop opgeven voor een goed wifi signaal. 20% is bereid om twee dagen dezelfde onderbroek te dragen. En hoe jonger, hoe belangrijker een wifi signaal is. Overweegt bij babyboomers (60+) maar 12% om in te leveren op hygiëne, bij generatie Z (16-24 jaar) ligt dit percentage op 40%. Ook op gezonde voeding wordt graag ingeleverd. Liever een dag ongezond eten dan een dag geen wifi (23%), dat geldt extra voor generatie Z (42%).

Wifi bepalend voor sfeer in huis

Goede wifi in huis is belangrijker dan je misschien zou denken. Want zonder goede wifi ontspannen we minder (27%), raken we gefrustreerd (34%) en is de sfeer in huis minder goed (37%). Dat laatste komt met name omdat we geïrriteerd kunnen reageren wanneer wifi niet goed werkt (45%). Generatie Z reageert doorgaans het sterkst op slecht werkende wifi. Van deze groep raakt 61% gefrustreerd en vindt ruim de helft het moeilijk zich te ontspannen. Een kwart schreeuwt op zo’n moment wel eens tegen zijn smartphone of laptop.

Wifi verdient plek in piramide van Maslow

“In het onderzoek komt naar voren dat we schaamteloos veel over hebben voor goede wifi”, vertelt Prof. Dr. Victor Lamme, Hoogleraar neurowetenschap aan de Universiteit van Amsterdam . “We ruilen het zomaar in voor heel basale levensbehoeften als voedsel, slaap, hygiëne of veiligheid. We gebruiken Wifi om in contact te staan met familie en vrienden. Of we creëren ontspanningsmomenten door het streamen van series, muziek en films. Net zulke belangrijke behoeften, maar van een hogere orde dan de basale. Om die reden verdient wifi zeker een plek in de piramide van Maslow. Ik zou zeggen, ergens in de onderste laag, maar dan wel aan de zijkant. Want we gebruiken het als een soort gereedschap om in onze hogere levensbehoeften te kunnen voorzien.

Highlights onderzoeksresultaten

  • 53% van de Nederlanders denkt minder goed mee te komen in het dagelijkse leven zonder wifi. (Generatie Z 67%).
  • 26% van de Nederlanders voelt liever de pijn van het stappen op een LEGOblokje dan dat er een dag geen wifi beschikbaar is. (Generatie Z 42%).
  • 23% van de Nederlanders eet liever een dag ongezond dan dat ze een dag geen wifi hebben. (Generatie Z 42%).
  • Driekwart van de Nederlanders (76%) denkt dat Nederland compleet overhoop ligt van een dag zonder wifi.
  • Meer onderzoekscijfers en een uitsplitsing op generatie (Generatie Z, Millennials, Generatie X, Babyboomers) is te vinden in bijgaand factsheet.

Over het onderzoek

Onderzoek uitgevoerd door DirectResearch in opdracht van KPN in februari 2020. In totaal werd het onderzoek afgenomen onder 1.058 Nederlanders van 16 jaar en ouder. Bij de selectie van de respondenten is rekening gehouden met een representatieve spreiding wat betreft leeftijd, sekse en opleiding.

MKB-katalysatorfonds steunt ontwikkeling micro manoeuvreersysteem kleine pleziervaartuigen

0
mannen in loods

Holland Marine Parts BV uit Dordrecht heeft een bijdrage ontvangen uit het
MKB-katalysatorfonds Drechtsteden. Het bedrijf gebruikt deze cofinanciering voor een onderzoek naar de haalbaarheid van een micro manoeuvreersysteem voor kleine pleziervaartuigen.

Voor het manoeuvreren van schepen en boten wordt traditioneel gebruik gemaakt van boegschroeven. Als alternatief voor de boeg- of hekschroef ontwikkelde Holland Marine Parts de Jet Thruster die op waterdruk en stuwkracht werkt. Door water aan te zuigen en te verplaatsen via een krachtige centrifugaalpomp kan de boot gemakkelijk worden bestuurd bij het aanmeren en afmeren. Met het ontwikkelen van een compacter formaat Jet Thruster kan deze ook gebruikt worden op kleine plezierboten, zoals speedboten en boten met zeer weinig diepgang.

Voordeel Jet Thruster

Groot voordeel ten opzichte van de traditionele schroef is dat de Jet Thruster stil is, brandstof bespaart en gemakkelijk is in te bouwen. “Met de introductie van de Micro Jet Thruster willen we een nieuw, goedkoper product ontwikkelen dat nog meer toepassingsmogelijkheden biedt. Hiermee kunnen we als bedrijf verder groeien en een nieuwe, grote (wereld)markt gaan bedienen, wat ook weer mogelijkheden biedt voor
andere bedrijven in de Drechtsteden”, zegt Henry Kroeze, CEO Holland Marine Parts.

Kansen regionale maritieme maakindustrie

“Nieuwe producten en procesinnovaties zijn de drijvende kracht achter de
maakindustrie in de regio”, zegt wethouder Economische zaken en Ondernemen Maarten Burggraaf. De doorontwikkeling van de duurzame Jet Thruster naar een micro versie biedt kansen voor het bedrijf én de regionale maritieme maakindustrie. Het MKB katalysatorfonds helpt ondernemers op weg om tot nieuwe vermarktbare producten te komen en past in de brede aanpak van de Drechtsteden om bedrijven hier te laten
groeien. Om uiteindelijk daarmee te zorgen voor behoud en groei van
werkgelegenheid in onze regio.”

MKB-katalysatorfonds Drechtsteden

Het MKB-katalysatorfonds Drechtsteden biedt cofinanciering, ontsluit relevante netwerken en biedt faciliteiten aan. Bedrijven met innovatieve ideeën in de (maritieme) maakindustrie kunnen een beroep doen op dit fonds.

Voor meer informatie kijk op :www.mkbkatalysatorfondsdrechtsteden.nl

Diversiteit in organisaties en uitreiking Topvrouw 2020 Award

0
Fotograaf Mediaxplain JoostKoopman

Woensdag 25 maart aanstaande organiseren we met Port of BUSINESS het Topvrouwen 2020 event.

Thema van het event is ‘diversiteit in organisaties’. Het blijkt een bijzonder aansprekend thema te zijn, want de belangstelling om het event bij te wonen is groot. Ruim twee weken voor het event hebben er zich reeds meer dan tweehonderd DGA’s, CEO’s, CFO’s (mannen en vrouwen) en members van Port of BUSINESS zich aangemeld. Er is dan ook een geweldige line up, waaronder keynote speaker Jeroen Smit (foto), auteur van boeken als De Prooi, Het Grote Gevecht en Het Drama Ahold en Jacqueline Prins, Directeur Emancipatie Ministerie OCW, als ook een bijzonder interessant panel.

Aan het eind van het programma reiken we de Award Topvrouw 2020 uit. KPN is gastheer van het event.

Belangstelling? Kijk op de site Topvrouwen2020.nl

DHG ontwikkelt 30 ha op Distripark Maasvlakte West

0
Maasvlakte

DHG en Havenbedrijf Rotterdam hebben recent het contract ondertekend voor de uitgifte van een terrein van 30 hectare op Distripark Maasvlakte West. Op dit terrein zal DHG een ‘warehouse complex’ ontwikkelen van maar liefst 210.000 m2 met Odin Warehousing als voornaamste klant (launching customer). Odin Warehousing zal tenminste 120.000 m2 ruimte huren voor de opslag van conventionele goederen. Zodra de bouwvergunningen binnen zijn, zal DHG starten met de bouw van het complex.

De afgelopen jaren is Odin Warehousing hard gegroeid in de haven van Rotterdam. Het bedrijf richt zich op de opslag van producten met een duurzaam karakter. Een voorbeeld hiervan zijn zonnepanelen. Daarbij biedt de logistiek dienstverlener niet alleen de opslag aan, maar ook value added services, zoals de mogelijkheid om de kwaliteit van het product te testen. “Voor een haven die sterk gericht is op duurzaamheid is dit dan ook een hele mooie ontwikkeling om te faciliteren” aldus Emile Hoogsteden, directeur Commercie van het Havenbedrijf.

Met de komst van DHG is inmiddels 35 hectare op het nieuwe Distripark uitgegeven. Ook voor de resterende circa 15 hectare is volgens Hoogsteden de belangstelling groot. “Het Distripark bevindt zich vlakbij voorname spoor-, weg- en waterverbindingen. Het ligt ook erg gunstig ten opzichte van truckparking Maasvlakte Plaza en het bestaande Distripark Maasvlakte.” Er zijn geen beperkingen aan de bouwhoogte opgelegd. Dit maakt het park geschikt voor de ontwikkeling van grootschalige distributie.

DHG is als ontwikkelende belegger al lange tijd actief in de Rotterdamse haven. Het bedrijf ontwikkelt tegenwoordig vooral nieuw logistiek vastgoed voor de opslag van gecontaineriseerd stukgoed. Sinds 2006 heeft DHG voor 240 hectare aan nieuw logistiek vastgoed ontwikkeld in de haven van Rotterdam. “DHG vindt dat locaties voor XXL-distributiecentra zorgvuldig moeten worden gekozen en dat ontwikkelingen zo min mogelijk ten koste moeten gaan van het karakter van het Nederlandse landschap. DHG investeert daarom voornamelijk in de duurzame herontwikkeling van bestaande bedrijventerreinen en verouderde havengebieden of op locaties die specifiek voor industrie en distributie zijn gecreëerd, zoals de Rotterdamse Maasvlakte”, aldus Willem Slager, partner DHG.

Slimme pakketkluizen voor gezonde leefomgeving

0
Pakketkluis

Provincie Zuid Holland

Busreizigers op Goeree-Overflakkee en in Spijkenisse kunnen voortaan hun postpakketjes af laten leveren en ophalen bij hun halte. De provincie is samen met het bedrijf EVAnet een innovatieve proef begonnen met 3 wanden met pakketkluizen. Als het experiment slaagt, bestaat de mogelijkheid dat het concept bij meer haltes wordt toegepast.

De provincie wil met de komst van de pakketkluizen haltes aantrekkelijker maken voor reizigers. Ook draagt het bij aan verbetering van de luchtkwaliteit en bereikbaarheid in woonkernen. Veel minder bestelbussen hoeven door deze kernen heen om pakketjes af te leveren.

Uit onderzoek van Goudappel Coffeng blijkt dat met de komst van de pakketkluizen op Goeree-Overflakkee en in Spijkenisse het aantal kilometers van bestelbussen aanzienlijk afneemt. Als de kluizen worden uitgebreid naar 1400 haltes in Zuid-Holland worden er 50 miljoen kilometers minder gemaakt. Daarmee wordt de luchtkwaliteit in woonkernen aanzienlijk verbeterd en de CO2 uitstoot met 15.000 ton per jaar verminderd.

Bereikbaarheid & innovatie stimuleren

EVAnet is een bedrijf dat meedoet aan het ‘Startup in Residence’-programma van de provincie. Dit programma brengt de wereld van beginnende ondernemers en die van de overheid samen. Het verbindt startups met sociale uitdagingen zoals schoon binnenstedelijk vervoer en het verwijderen van zwerfafval. EVAnet is gekozen omdat zij duurzaamheid aan bereikbaarheid koppelt om zo de CO2-uistoot te verminderen.

De eerste pakketkluizen staan langs de N59 bij P+R Den Bommel en in Spijkenisse, bij de bushaltes Halfweg en De Drie Werelden. Het experiment duurt ongeveer 8 maanden. Als blijkt dat de nieuwe service aanslaat onder reizigers, wordt het aantal pakketkluizen verder uitgebreid.

Meerjarige groei toerisme houdt aan: Rotterdam presenteert visie op toerisme

0
Markthal Rotterdam

Rotterdam heeft in 2019 ruim 1,2 miljoen hotelgasten verwelkomd. Net als voorgaande jaren was de stad het meest in trek bij bezoekers uit eigen land. Ook bezochten veel toeristen uit België, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk de stad. Hoewel de hotelcijfers in 2019 een lichte daling vertonen ten opzichte van het recordjaar 2018, houdt meerjarige groei aan. Dat blijkt uit voorlopige bezoekcijfers.

Het toerisme in Rotterdam beleeft al een aantal jaren een positieve groei, met als voorlopige piek 2018 waarin het aantal hotelgasten met 15 procent steeg ten opzichte van het jaar ervoor. Die snelle groei nam in 2019 weer iets af. Het aantal hotelovernachtingen daalde van ruim 2,1 miljoen in 2018 naar bijna 2 miljoen in 2019. Ten opzichte van de jaren ervoor houdt de groei van het toerisme echter nog steeds aan. Zo liet de gemiddelde bezettingsgraad van de hotels een positieve groei zien. Ook werden de attracties en musea in 2019 goed bezocht.

Zakelijke reizigers

Rotterdam blijft ook groeien als zakelijke bestemming. Bijna de helft van het aantal hotelovernachtingen komt op conto van de zakelijk reiziger, blijkt uit de CBS-cijfers. Rotterdam Partners was in 2019 betrokken bij het aantrekken van 28 congressen naar de stad. In aantal en omvang meer dan het jaar ervoor, waarmee hun economische impact forser is dan eerdere jaren. Samen leveren deze congressen – die nog moeten plaatsvinden- de economie naar verwachting ruim 48 miljoen euro op. De zakelijke reisindustrie is een belangrijke markt voor Rotterdam. Het gemiddelde bestedingspatroon van de zakelijk reiziger ligt hoger dan dat van de vrijetijdstoerist.

Gastvrije en aantrekkelijke stad

Wethouder Said Kasmi (Toerisme): ‘We zijn trots dat zoveel toeristen naar Rotterdam komen en dat de langdurige groei blijft aanhouden. Er is nog volop ruimte voor groei en dat vraagt dat we goed moeten nadenken over de toekomst van toerisme in Rotterdam. In de afgelopen periode hebben we daarom samen met de stad gewerkt aan de Visie Toerisme. Hierin maken we duidelijke keuzes. Rotterdam blijft Rotterdam: een gastvrije, levendige stad, met balans tussen rust en reuring.’

Inwoners en ondernemers profiteren

In de visie stelt Rotterdam toerisme in dienst van de stad en de inwoners en ondernemers. Toerisme en de groei zijn daarbij niet langer een doel op zich, maar een middel om de ambities van de stad te realiseren. De inkomsten uit toerisme worden geïnvesteerd in de toekomst van de stad. In de visie stelt de gemeente concrete maatregelen voor die de komende periode samen met partners verder worden uitgewerkt.

Programma stadscultuur

De gemeente stelt in de visie maatregelen voor om bezoekers te verleiden ook andere delen van de stad te bezoeken. Zo versterkt Rotterdam met het programma Stadscultuur de identiteit van wijken met onder meer evenementen en wandelroutes, die daarmee ook aantrekkelijker worden voor toeristen en dus ook voor lokale ondernemers.

Bezoeker draagt bij aan ambities Rotterdam

In de promotie gaat Rotterdam zich meer richten op toeristen – zowel zakelijk als vrijetijds- die zich aangetrokken voelen tot wat Rotterdam zo uniek maakt (zogenoemde frontrunners), zoals moderne architectuur, een onderscheidend kunst- en cultuuraanbod of (groene) innovaties. Bezoekers die daarmee ook makkelijker te verleiden zijn om bijzondere plekken buiten de gebaande paden te bezoeken.

Leerwerkakkoord

Nog dit jaar ondertekent de gemeente samen met onderwijsinstellingen en werkgevers het Leerwerkakkoord Horeca en Toerisme. De ambitie is om tot en met 2024 meer dan 3000 mensen aan een baan te helpen in deze sector. Daarnaast worden bezoekers gestimuleerd meer gebruik te maken van openbaar vervoer in en naar de stad en wat vaker lopend of fietsend de stad te verkennen.

Samen optrekken

Wilbert Lek, directeur Rotterdam Partners, verantwoordelijk voor de citymarketing van Rotterdam: ‘Als stad hebben we nog volop ruimte om te groeien. Deze visie toerisme biedt ons richting en kaders om samen met onze partners in de stad te sturen op de juiste groei van toerisme in Rotterdam.’