Er zijn verschillende manieren om duurzaam met eten om te gaan. Zorgen dat je niet te veel weggooit, opletten met koken, maar ook in de winkel kun je duurzamere keuzes maken. Door te kiezen voor producten met een milieukeurmerk of voor streekproducten.
Er zijn nogal wat redenen om duurzamer te willen eten. Omdat je dierenwelzijn belangrijk vindt, graag mensen de kans geeft om eerlijke handel te drijven of omdat je je impact op het milieu en klimaat wilt verminderen. Deze tips maken je het net wat makkelijker om dit na te leven.
Keurmerken
Een goede hint of je te maken hebt met een duurzaam geproduceerd product is een keurmerk zoals EKO, Beter Leven of On the way to PlanetProof. Met duurzame keurmerken kun je makkelijker kiezen op het gebied van dierenwelzijn, eerlijke handel en natuur en milieu.
Maar er zijn in Nederland nog veel meer keurmerken in omloop. Sommige zijn een soort verkapte marketingtruc, anderen worden gecontroleerd door een onafhankelijke organisatie. Maar dat is niet altijd even duidelijk. Er zijn ook keurmerken die staan voor dierenwelzijn of die iets zeggen over de samenstelling van een product, zoals 100% volkoren, of de productiemethode, zoals ‘halal’. Er zijn tien topkeurmerken die hoog scoren op de gebieden controle, transparantie en milieu, dierenwelzijn of mens en werk.
Producten uit eigen streek
Als vuistregel kun je aanhouden dat alles wat van dichtbij komt, minder belastend is voor het milieu. Vaak kun je makkelijk nagaan uit welk land of regio je eten komt. Fabrikanten zijn verplicht om het volgende te vermelden op de verpakking:
• Groente en fruit: in welk land het is geteeld.
• Honing: in welk land het is gewonnen.
• Olie: bij plantaardige oliën of vetten wat de oorsprong is, bijvoorbeeld palmolie of zonnebloemolie. Bij olijfolie in welk land de olijven zijn geteeld. Voor dierlijke oliën of vetten is het niet verplicht de oorsprong te vermelden.
• Vis: waar de vis gevangen of gekweekt is. Vaak gebruiken producenten hiervoor het zogenaamde FAO-nummer. Dit nummer staat voor een bepaalde zee of oceaan.
• Rundvlees: in welk land het dier is geboren, waar het is grootgebracht en uiteindelijk is geslacht. Dit geldt alleen voor vers, gekoeld of diepgevroren vlees en niet voor vlees in een samengesteld product.
• Varkensvlees, kip, geitenvlees en schapenvlees: in welk land het dier is gehouden en waar het is grootgebracht. Dit geldt alleen voor vers, gekoeld of diepgevroren en niet voor vlees in een samengesteld product.
• Zuivel: voor zuivel is nog geen verplichting voor het vermelden van het land van herkomst.
Soms lijkt de naam al aan te geven waar een product vandaan komt, maar schijn kan bedriegen. Zo kan bijvoorbeeld Zwitserse strooikaas gewoon uit Nederland komen. Dit staat dan op het etiket vermeld. Maar voor sommige producten is de herkomst of oorsprong door de Europese Unie beschermd. Bijvoorbeeld parmaham, die mag alleen in de streek Parma gemaakt worden.
Elke editie van Port of BUSINESS staat er een topsector centraal. Dit keer is dat Agri en Food. Het artikel sluit aan bij het thema en wordt u aangeboden door Port of BUSINESS.
