Home Blog Page 109

Groei Papendrechtse economie zet door

0
bouwkranen bij bouwplaats

Recent onderzoek van het onderzoekscentrum Drechtsteden toont aan dat de lokale economie van Papendrecht de afgelopen twee jaar flink in de lift zit. Het aantal bedrijfsvestigingen groeide sinds 2016 in vrijwel alle sectoren en ging van 1859 naar 1970 vestigingen.

Hoewel in Papendrecht geen grote nieuwe bedrijventerreinen ontwikkeld worden steeg het aantal banen in de gemeente wel fors bovengemiddeld. In 2018 is het aantal banen met meer dan 6% gestegen ten opzichte van 2016. Ter vergelijking: in de overige Drechtstedengemeenten lag de groei van het aantal banen rond de 3,5%.

Wethouder Pieter Paans is trots op deze ontwikkeling. Hij geeft aan dat deze groei deels toe te schrijven is aan ontwikkelingen bij bedrijven die profiteren van de sterke economie. Verwacht wordt dat de groei van het aantal banen in de gemeente ook het komende jaar door zal zetten doordat diverse bedrijven in de gemeente fors investeren in uitbreiding op hun huidige locaties. Veel banengroei zien we dan ook vooral in de bouw, logistiek en detailhandel. Krimp was er enkel in de zakelijke en financiële dienstverlening. Daarnaast is de groei voor een belangrijk deel te danken aan het aantal startende bedrijven, dat in 2018 op een recordaantal van 300 kwam.

Legaltech startup Focus ontvangt UNIIQ-investering voor de ontwikkeling van haar patent ranking algoritme

0
Legaltech startup Focus ontvangt UNIIQ-investering voor de ontwikkeling van haar patent ranking algoritme
v.l.n.r.: Thijs van de Poll, co-founder Focus, Martin Luxemburg, directeur Erasmus Centre for Entrepreneurship, Jard van Ingen, co-founder Focus.

Het kunnen patenteren van innovaties is cruciaal om nieuwe producten en diensten naar de markt te brengen. Patenten, zeker wereldwijd, zijn echter ook kostbaar om jaar na jaar in stand te houden. Hoe te bepalen welke patenten wel en welke niet in het portfolio te houden, is een vraag die alle R&D gedreven bedrijven bezighoudt. Het Rotterdamse bedrijf Focus komt met de oplossing. Focus ontwikkelt een algoritme waarmee patenten snel en automatisch gerangschikt worden naar technologische belangrijkheid. Om haar algoritme door te ontwikkelen en breed te testen bij de eerste klanten, ontvangt Focus een investering uit vroege fase investeringsfonds UNIIQ. De investering werd bekendgemaakt door Martin Luxemburg, directeur van het Erasmus Centre for Entrepreneurship, waar Focus kantoor houdt.  

 v.l.n.r.: Hans Dreijklufft (UNIIQ), Thijs van de Poll (Focus), Martin Luxemburg (directeur Erasmus Centre for Entrepreneurship), Jard van Ingen, (Focus), Liduina Hammer (UNIIQ), Suzanne Kroeze (UNIIQ), Robin van Beijnum (UNIIQ)

Honderdduizenden patenten handmatig screenen

Wereldwijd bouwen vele bedrijven door hun R&D activiteiten grote patentportfolio’s op. Dit portfolio bestaat, afhankelijk van het innovatieve karakter en de scope van het bedrijf, uit enkele tot honderdduizenden patenten. Om een dergelijk portfolio in stand te houden, investeren deze bedrijven jaarlijks miljoenen euro’s.

Ieder patentportfolio is continu in beweging. Nieuwe patenten worden toegevoegd, terwijl bestaande patenten regelmatig in hun geheel worden geschrapt. Dit is het werk van een selecte groep patent- en technologiedeskundigen. Periodiek lopen zij handmatig door delen van het portfolio heen om te identificeren welke patenten belangrijk zijn, en welke gepatenteerde technologieën veilig geschrapt kunnen worden. Er zijn op dit moment geen tools op de markt om patenten te rangschikken naar belangrijkheid. Zo moet iedere keer het volledige patentportfolio handmatig worden gescreend.

Portfoliomanagement kan veel effectiever

Het onderhoud van het patentportfolio is hiermee een arbeidsintensief en kostbaar proces. Focus ontwikkelt een algoritme waarmee deze screening een stuk efficiënter verloopt. Met hun algoritme kunnen patenten binnen een portfolio automatisch gerangschikt worden op technologische belangrijkheid. In deze ranking nemen zij de context en ontwikkeling van het volledige patentlandschap in het desbetreffende domein mee in de analyse. Hierdoor verkrijgt de patentdeskundige inzicht in de meest en de minst waardevolle patenten uit zijn portfolio, waar vervolgens in detail naar gekeken kan worden.

Pilots draaien op volledige patentportfolio’s

De oprichters van Focus, Jard van Ingen en Thijs van de Poll, combineren kennis van de patentwereld met een modelmatige, econometrische blik om een superieur en uniek ranking algoritme te ontwikkelen. Dit algoritme heeft zich binnen een select aantal technische domeinen al in tests met potentiële klanten bewezen. Focus gebruikt de UNIIQ-investering om het algoritme verder te ontwikkelen en zo geschikt te maken voor toepassing op het wereldwijde patentnetwerk en alle technische domeinen.

Jard van Ingen, co-founder van Focus: “Wij zijn erg blij en dankbaar voor het vertrouwen van UNIIQ in ons vermogen om dit bedrijf verder te ontwikkelen. Met de investering van UNIIQ kunnen wij ons algoritme opschalen, meerdere pilots draaien met potentiële klanten, en een interface creëren waarmee onze klanten eenvoudig kunnen werken.”

Liduina Hammer, Fondsmanager UNIIQ: “Met de investering in Focus voegen we het eerste legaltech bedrijf toe aan ons portfolio. Het algoritme van Focus kan R&D intensieve bedrijven ondersteunen in het arbeidsintensieve en kostbare proces van het onderhouden van hun portfolio, en zo bijdragen aan de innovatiekracht van het bedrijf.”

Development Guide

1
64329637735300_fill

Jacob Klink MGM en Wico van Helden namen donderdag 18 juli de eerste Development Guide in ontvangst namens Werkgevers Drechtsteden. Hierin wordt een overzicht gegeven van initiatieven die uitvoering geven aan de #Groeiagenda 2030 van de Drechtsteden. Wonen, Werken, Beleven en Innoveren zijn de belangrijkste thema’s.

De Development Guide is een levend document. Wilt u een A4 toevoegen, aanpassen, of een gedrukte versie ontvangen? Mail heugten@edbdrechtcities.nl. Of download via onze website: https://lnkd.in/gr-BUZV

Containers stuwen groei overslag haven Rotterdam

0
Containers stuwen groei overslag haven Rotterdam

De haven van Rotterdam heeft in de eerste zes maanden van 2019 een overslag gerealiseerd van 240,7 miljoen ton, een nieuw record. Dat is 3,4% meer dan in het eerste halfjaar van 2018. De groei van de containeroverslag, een van de strategische speerpunten van het Havenbedrijf, zette door met 4,8% (in tonnen, +6,4% in TEU) ten opzichte van de eerste zes maanden van 2018, eveneens een nieuw overslagrecord. De groei was vooral een gevolg van hogere import- en transshipment volumes.

Kernpunten

  • Totale overslag 240,7 miljoen ton, nieuw record
  • Groei overslag containers naar 7,5 miljoen TEU (+6,4% in TEU, +4,8% in tonnen)
  • Lichte toename (+4,0%) omzet Havenbedrijf Rotterdam naar € 357,8 miljoen
  • Duidelijke toename (+7,0%) resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen naar € 134,8 miljoen
  • Aanhoudend hoge investeringen (€ 177,1 miljoen) in infrastructuur

Andere positieve uitschieters waren er in de marktsegmenten ruwe olie (+2,8%) en LNG (+94%). De groei in ruwe olie werd gedreven door meer import van goedkopere olie uit de Verenigde Staten. LNG groeide vooral door toegenomen export van Amerikaans gas naar Europa. Dalingen waren er in het eerste halfjaar te zien in de marktsegmenten minerale olieproducten (-5,8%) en agribulk (-7,2%).

Financiële resultaten Havenbedrijf

De financiële resultaten van Havenbedrijf Rotterdam waren goed in het eerste halfjaar van 2019. De ontvangen zeehavengelden en de huur- en erfpachtopbrengsten van uitgegeven terreinen namen licht toe resulterend in een omzetgroei van 4,0% naar € 357,8 miljoen. Het natte bulk segment droeg het sterkst bij aan deze groei.
Mede omdat de operationele lasten minder stegen dan de opbrengsten verbeterde het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen met 7,0% naar € 134,8 miljoen.

CEO Allard Castelein: “Het gaat goed met de overslag in de haven, met name in het strategisch belangrijke marktsegment containers. De financiële resultaten van het Havenbedrijf zijn goed. Daardoor kunnen we blijven investeren in de haven, in fysieke infrastructuur én in digitale oplossingen voor handel en logistiek”.

Energietransitie

Op het terrein van de energietransitie zijn in de Rotterdamse haven in het voorbije halfjaar wederom belangrijke stappen vooruit gezet. Zo toont het bedrijfsleven veel interesse om deel te nemen aan het Porthos project voor opslag van CO2 in lege gasvelden onder de Noordzee. Onlangs nog werd een haalbaarheidsstudie over H-Vision gepresenteerd. H-Vision is het op grote schaal produceren en toepassen in industriële processen van CO2-neutraal geproduceerde waterstof, ook wel blauwe waterstof genoemd. Daardoor kan de uitstoot van CO2 nog vóór 2030 met twee tot vier megaton omlaag.

Het eind juni verschenen kabinetsvoorstel voor een Klimaatakkoord bevat kansen en bedreigingen. CEO Allard Castelein: “De voorgestelde clusterbenadering, de focus op infrastructuur en op waterstof bieden juist kansen voor de industrie in Rotterdam. Havenbedrijf Rotterdam werkt deze graag op korte termijn samen met het Rijk uit. Echter, we vinden het van groot belang dat de invoering van een CO2-heffing gelijk op gaat met het realiseren van noodzakelijke fysieke infrastructuur opdat bedrijven mogelijkheden geboden krijgen om hun CO2-footprint te kunnen verlagen. Dat is goed voor het vestigingsklimaat en de concurrentiepositie van Nederland”.

Investeringen in infrastructuur

Het investeringsniveau in de eerste zes maanden van 2019 bleef hoog (€ 177,1 miljoen).
Havenbedrijf Rotterdam helpt actief mee aan het verhogen van de betrouwbaarheid in de logistieke keten. In mei werd de eerste paal geslagen voor de Container Exchange Route. De aanleg van het Theemswegtracé, waarbij een gedeelte van de havenspoorlijn wordt omgelegd, loopt op schema.

Digitalisering

Havenbedrijf Rotterdam neemt het voortouw in de digitale transformatie van haven en logistiek. Dit verhoogt de efficiency in de grote handelsroutes, verlaagt kosten en reduceert CO2-uitstoot. De haven van Gdansk is overgestapt op Navigate, de door Havenbedrijf Rotterdam ontwikkelde routeplanner voor scheepvaart. In mei vertrok de met sensoren uitgeruste Container 42 uit de haven van Rotterdam voor een twee jaar durende wereldreis. Met behulp van de real-time informatie kunnen wachttijden worden verminderd en aanleg-, laad-, los- en vertrektijden worden geoptimaliseerd. De efficiencyinzichten die de verzamelde data opleveren, worden toegepast in de Rotterdamse haven om zijn concurrentiepositie verder te versterken.

Vooruitzichten

CEO Allard Castelein: “Op macro-economisch terrein blijven de relaties tussen grote handelsblokken in de wereld gespannen. Ook heerst er aanhoudende onzekerheid over de invoering van handelstarieven na Brexit. Beide ontwikkelingen dragen ertoe bij dat de vooruitzichten voor verdere groei van de wereldhandel onzeker zijn. Gegeven voornoemde mondiale onzekerheden verwacht Havenbedrijf Rotterdam in het tweede halfjaar van 2019 een lichte afzwakking van de groei in goederenoverslag”.

Lees het volledige halfjaarbericht 2019

Vallen en opstaan voor winnaars NISS Maritieme Profielwerkstukkenwedstrijd in onderzoek naar autonoom varen

17
Winnaars NISS Maritieme Profielwerkstukkenwedstrijd

De NISS Profielwerkstukkenwedstrijd daagt scholieren uit om de maritieme wereld te verkennen. Aan de derde editie van deze wedstrijd namen vijfentwintig scholieren deel. Zij deden onderzoek naar uiteenlopende onderwerpen; Van de nieuwe Zijderoute tot een CO2-neutrale garnalenkotter. Corné, Christiaan en Lennart, scholieren van de Guido de Brès (Wartburg College, Rotterdam), ontvingen met hun praktische en pragmatische onderzoek naar autonoom varende binnenvaartschepen de eerste prijs.

Het winnende team heeft een passie voor de snelle ontwikkeling van nieuwe technologieën en dat is terug te lezen in het profielwerkstuk. In dit werkstuk maakten Corné Snoeij, Christiaan Theunisse en Lennart Nijsse een autonoom varend scheepje op schaal, om dit vervolgens te programmeren en in verschillende sprints te testen en verder te ontwikkelen. ‘We zijn onder de indruk van de creativiteit van dit werkstuk over een erg actueel onderwerp. Na het lezen en bekijken van de testvideo’s zien we dat de scholieren een proces hebben doorgemaakt van vallen en opstaan, maar uiteindelijk bereikten ze hun doel om hun scheepsmodel autonoom van A naar B te laten varen.’, aldus juryvoorzitter Arie Aalbers die ook de eerste prijs, een cheque van € 3.000,-, uitreikte tijdens de diploma-uitreiking van het winnende team.

Testopstelling voor golven in zwembad op een cruiseschip

Op CSG Het Streek in Ede werd de tweede prijs, een cheque van € 2.000,-, uitgereikt aan Mark Kevelam, Florian Tjepkema en Thomas Jansen. Zij deden onderzoek naar het opwekken en meten van golven in een zwembad op een cruiseschip. Hoewel de jury kritisch was op het uitgevoerde literatuuronderzoek en de formulering van bepaalde waardes, was men zeer onder de indruk van de testopstelling.

Ramen van oceaancruiseschepen

De derde prijs, goed voor een cheque van € 1.000,-, is overhandigd aan Jesse Bregman en Tom Groenhof van het RSG Lingecollege in Tiel. In dit profielwerkstuk, dat onderdeel was van het Meesterproef project voor het vak Onderzoek & Ontwerpen, werd in opdracht van het bedrijf Metaglas onderzoek gedaan naar de eisen die nodig zijn voor ramen van oceaancruiseschepen. Een specialistisch vakgebied, dat door deze prijswinnaars grondig werd onderzocht.

NISS Profielwerkstukkenwedstrijd

Met de profielwerkstukkenwedstrijd beoogt het NISS havo/vwo-scholieren kennis te laten maken met de maritieme sector en hen te inspireren tot het kiezen van een maritieme vervolgopleiding. Ook in het schooljaar 2019-2020 wordt de NISS Profielwerkstukkenwedstrijd georganiseerd. Havo/vwo-scholieren die een profielwerkstuk maken over een maritiem onderwerp kunnen hieraan deelnemen. Kijk voor meer informatie op www.profielwerkstukkenwedstrijd.nl.

Boskalis verwerft EUR 70 miljoen contract voor landaanwinning in Bahrein

0
Kaartje activiteiten Dredging

Koninklijke Boskalis Westminster N.V. (Boskalis) heeft een contract van het Ministry of Works van Bahrein verworven met betrekking tot het North Manama Causeway project. Het contract heeft een waarde van circa EUR 70 miljoen. De activiteiten zullen in het derde kwartaal van 2019 van start gaan en worden naar verwachting in het derde kwartaal van 2020 voltooid.

Het North Manama Causeway project is onderdeel van het strategisch plan van het Ministry of Works om het bestaande wegennet te verbeteren door het ontwikkelen van nieuwe verkeersroutes om de snelgroeiende economie van het Koninkrijk Bahrein te ondersteunen. Als onderdeel van het programma gaat Boskalis twee middelgrote sleephopperzuigers inzetten om circa 130 hectare land aan te winnen met een geschat volume van zes miljoen kubieke meter zand. De activiteiten omvatten daarnaast steenstortwerkzaamheden ten behoeve van oeverbescherming.‎

Koninklijke Boskalis Westminster N.V. is een toonaangevende internationale dienstverlener op het gebied van baggeren, maritieme infrastructuur en maritieme diensten. De onderneming levert wereldwijd creatieve en innovatieve totaaloplossingen voor infrastructurele uitdagingen in maritieme gebieden, kuststreken en rivierdelta’s. Met kernactiviteiten zoals kust- en oeverbescherming en landaanwinning kan Boskalis adaptieve en mitigerende oplossingen aanbieden ter bestrijding van de gevolgen van klimaatverandering, zoals extreme weersomstandigheden en de stijging van de zeespiegel, evenals oplossingen voor de toenemende behoefte aan ruimte in kust- en deltagebieden over de hele wereld. De onderneming faciliteert de ontwikkeling van offshore energie-infrastructuur, waaronder duurzame windenergie. Tevens is Boskalis actief in de aanleg en het onderhoud van havens, waterwegen, toegangskanalen en civiele infrastructuur waarmee bijgedragen wordt aan het faciliteren van handelsstromen en de sociaal-economische ontwikkeling van een regio. Boskalis is tevens een internationaal expert op het gebied van scheepsbergingen en heeft meerdere strategische partnerships in havensleep- en terminaldiensten (Kotug Smit Towage, Keppel Smit Towage, Saam Smit Towage en Smit Lamnalco). Met een veelzijdige vloot van ruim 900 schepen en vaartuigen en 11.300 medewerkers, inclusief deelnemingen, is de onderneming wereldwijd actief met Creating New Horizons.

€1,3 miljard Europese subsidies naar Zuid-Holland

0
Foto: Jos Schuurmans

In 5 jaar tijd is €1,3 miljard aan Europese subsidies toegekend aan organisaties in Zuid-Holland. Meer dan 1.800 Zuid-Hollandse organisaties realiseren hiermee bijna 3.500 projecten. Naast subsidies heeft de Europese Investeringsbank voor € 2,4 miljard in Zuid-Holland geïnvesteerd.

De provincie Zuid-Holland analyseert periodiek de bijdrage van Europese fondsen aan onze regio. De EU-Fondsen monitor 2019 met peildatum 1 april geeft het meest actuele beeld. Het laat zien dat instellingen in Zuid-Holland in toenemende mate profijt hebben van Europese subsidies. Zij werken nauw samen met Europese partners en dragen bij aan de realisatie van ambities op Europees niveau.

Arbeidsmarkt en innovatie

Projecten die bijdragen aan stimulering van de regionale economie, arbeidsmarkt en innovatie kunnen rekenen op subsidiesteun (60% van de middelen). De regio scoort met name goed op het gebied van life-sciences and health en high-tech systems en materialen. Ook voor thema’s als mobiliteit, milieu, landschap, natuur en energie zijn de bijdragen vanuit Europa een belangrijke bron om regionale ambities te realiseren.

Vooraanstaande regio’s en partners

Te zien is dat Zuid-Hollandse organisaties vooral veel samenwerken met organisaties in het ‘nabije’ buitenland. Zo is er een concentratie aan partners te zien in Vlaanderen en het Ruhrgebied. Iets verder van huis wordt er ook vaak samengewerkt met partners in de regio’s rondom Londen, Parijs en München. Binnen Zuid-Holland landt het meeste Europese geld in de grote steden, maar blijken met name de kennisinstellingen een belangrijke schakel in het aantrekken van Europese subsidies.

NBBU, ABU en bonden akkoord over nieuwe uitzend-cao’s

0
NBBU CAO

Geharmoniseerde cao’s zijn flinke verbetering van uitzendarbeid.

De NBBU en de ABU hebben met de vakbonden FNV, CNV, De Unie en LBV een akkoord bereikt over nieuwe gelijkluidende cao’s voor de uitzendsector. Deze zijn sterk vereenvoudigd en creëren een gelijk speelveld. Voor uitzendkrachten bieden de cao’s veel verbeteringen, zoals een betere rechtspositie en meer werkzekerheid. Een aantal wijzigingen treedt per 1 september in werking, de geheel vernieuwde cao’s worden per 30 december 2019 van kracht.

“Het is prachtig dat we met de bonden tot dit akkoord zijn gekomen”, zegt NBBU-directeur Marco Bastian. “Alle partijen winnen hiermee: uitzendondernemingen, opdrachtgevers en uitzendkrachten.” De onderhandelingen tussen beide brancheverenigingen en de bonden resulteerden in de grootste cao-herziening in de sector in de laatste 25 jaar. Het resultaat: één pakket arbeidsvoorwaarden voor alle uitzendkrachten in Nederland.

Meer werkzekerheid door snellere opbouw van rechten

Een grote verandering is dat uitzendkrachten onder de nieuwe cao’s sneller rechten opbouwen in de verschillende fasen van het uitzenden. Dat kan bijvoorbeeld als een uitzendkracht via een andere uitzender aan de slag gaat bij dezelfde opdrachtgever. Repeterende dag- en weekcontracten zijn straks niet meer mogelijk.

Gelijk loon voor gelijk werk

Werkgevers verbeteren onder de nieuwe cao’s de zogenoemde inlenersbeloning. Uitzendkrachten krijgen toeslagen voor fysiek en zwaar werk en een vergoeding van reisuren als dat ook het geval is bij de inlener. Verder kunnen uitzendkrachten hun werkervaring sneller verzilveren en krijgen zij betere garanties op inkomenszekerheid bij het wegvallen van uitzendwerk.

Bevorderen van duurzame inzetbaarheid

Verder voorzien de nieuwe cao’s in meer aandacht voor duurzame inzetbaarheid. De scholingsbestedingsverplichting is omgezet naar een bestedingsverplichting voor het bevorderen van duurzame inzetbaarheid.

Looptijd tot en met 31 mei 2021

De leden van de NBBU spreken zich 23 juli uit over het onderhandelingsresultaat. Ook de andere partijen leggen het voorstel nog aan hun achterban voor. Een aantal wijzigingen ten opzichte van de bestaande cao’s treedt al eerder in werking, per 1 september 2019. Vervolgens worden per 30 december 2019 de twee geheel vernieuwde en geharmoniseerde cao’s van de NBBU en de ABU ingevoerd met gelijkluidende afspraken. Vanaf dan gelden voor alle uitzendkrachten dezelfde arbeidsvoorwaarden. De nieuwe cao’s hebben een looptijd van 30 december 2019 tot en met 31 mei 2021.

Aankomst bruggen voor Theemswegtracé

1188
Aankomst bruggen

Maandagmorgen 22 juli zijn op pontons de eerste delen van een stalen boogbrug bij de Rozenburgsesluis aangekomen. Later in juli arriveren de andere delen van deze brug. Op de voorbouwlocatie naast de sluis worden die brugdelen opgebouwd tot een boogbrug, met een enkele overspanning van 172,8 m. De totale lengte van de brug is 176,8 m. De brug is bestemd voor het Theemswegtracé. Er komen in totaal twee boogbruggen in dit spoortracé.

In augustus worden de delen van de tweede stalen boogbrug afgeleverd op de voorbouwlocatie nabij de Thomassentunnel. Daar zal deze brug ook worden opgebouwd. Het gaat om een boogbrug met een hoofdoverspanning van 156,1 m en aanbruggen van respectievelijk 56,6 en 52,4 m. De totale lengte van de brug bedraagt 269,1 m. Deze brug komt vanaf volgend jaar nogal prominent in zicht te liggen, want vanaf april rijdt het wegverkeer over de A15 er onderdoor.

Beide bruggen krijgen in het voorjaar van 2020 hun definitieve plaats. De bouw van het Theemswegtracé verloopt nog geheel volgens schema. Naar verwachting rijdt eind 2021 de eerste trein erover.

Theemswegtracé

In het Rotterdams havengebied wordt de Havenspoorlijn, het eerste deel van de Betuweroute, verlegd. Het nieuwe stuk spoor van ruim 4 kilometer, het Theemswegtracé, wordt eind 2021 opgeleverd en vormt een oplossing voor het capaciteitsknelpunt bij de Calandbrug bij Rozenburg.

Transportbedrijven gezocht voor proef met ‘bandenspanningsmeetdrempel’ A16

0
Bandenmeetsysteem snelweg desktop generated

Rijkswaterstaat zoekt transportbedrijven die mee willen doen aan een proef waarbij het de bandenspanning meet van vrachtwagens op de A16. Deelnemende bedrijven krijgen bij een te lage bandenspanning meteen een melding en kunnen zo bandenpech voorkomen. 

Als een vrachtwagen een klapband krijgt heeft dat vaak verkeershinder tot gevolg. Vaak moet  een rijstrook worden afgesloten voor het wisselen van een wiel of verslepen van de vrachtwagen. Bovendien is er een risico voor de veiligheid van de chauffeur en het overige verkeer. Rijkswaterstaat startte daarom samen met de Verkeersonderneming en het Havenbedrijf Rotterdam in mei 2018 met een proefproject op de A16 bij Dordrecht.  Door vrachtwagens met een te lage bandenspanning op te sporen wil Rijkswaterstaat bandenpech en verkeershinder voorkomen. 

Inmiddels werken tachtig bedrijven mee aan de proef met gezamenlijk circa 16.000 kentekens. . Op dit moment detecteert het systeem gemiddeld 200 afwijkingen per week. Rijkswaterstaat roept nog meer bedrijven op om mee te doen en zo bandenpech te voorkomen. Hoe meer deelnemers, hoe groter het effect van de proef

Drempel in de weg meet spanning

Het meetsysteem is een soort drempel in de weg, die bestaat uit drie meetbalken in het asfalt. Deze meetbalken maken een voetafdruk van de banden en vergelijken die onderling (denk aan een voetafdruk in het zand).  Een sterk afwijkende voetafdruk geeft aan dat er iets mis is met de band. Door het systeem wordt van deze afwijkingen automatisch een rapport opgesteld. Camera’s leggen het bijbehorende kenteken vast. Als de betreffende vrachtwagen of oplegger van één van de deelnemers is, ontvangt het bedrijf een mail met het rapport. Het bedrijf controleert vervolgens zelf de bandenspanning en neemt actie.

Na uitvoerige tests in 2018 startte Rijkswaterstaat in 2019 met het sturen van meldingen naar transportbedrijven, als een van hun vrachtwagens over de drempel reed met een te lage bandenspanning.

Nieuwe locatie: A16 bij afslag ’s-Gravendeel

De proef zou eigenlijk in 2019 eindigen, maar wordt nu verlengd tot de zomer van 2020 om nog meer deelnemers te werven en zo het effect te vergroten. Wel wijzigt de locatie en komt de bandenspanningsmeetdrempel op de A16, in noordelijke richting, voor afslag 20 ’s-Gravendeel in de rechterrijstrook. Rijkswaterstaat plaatst de bijbehorende camera’s naar verwachting eind augustus 2019.

Aanmelden deelnemers

Bedrijven kunnen zich aanmelden voor de proef via www.rijkswaterstaat.nl/proefbandenmeetsysteem of via het gratis informatienummer van Rijkswaterstaat, 0800-8002.

Privacybescherming

De verkregen kentekengegevens van transportondernemingen worden alleen voor deze proef gebruikt. Alle gegevens worden vertrouwelijk behandeld en na het onderzoek vernietigd. De proef wordt uitgevoerd volgens de nieuwe wetgeving voor privacy, de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming). 

Snelheidsovertredingen zijn niet relevant voor het onderzoek en worden niet geregistreerd.