Home Blog Page 133

Succesvolle OnderwijsRoute Alblasserdam Papendrecht: VMBO-2 scholieren “zien, voelen en proeven bedrijven” voor hun vervolgopleiding

0
Succesvolle OnderwijsRoute Alblasserdam Papendrecht

Op donderdag 7 maart 2019 vond in de gemeenten Alblasserdam en Papendrecht voor de zesde keer de OnderwijsRoute plaats. De bedrijfsbezoeken zijn door de leerlingen en hun begeleiders als een groot succes ervaren. De bezoeken waren heel leerzaam, “eye openend” en gaven een goede kijk op wat er in het bedrijf allemaal gebeurt. Onze dank hiervoor aan de bedrijven, organisaties, instellingen voor het openstellen van hun deuren.

Wethouder Pieter Paans was aanwezig bij de kennismaking van de leerlingen met Rabobank Drechtsteden (locatie Papendrecht) en wethouder Kees de Ruijter was aanwezig bij het bedrijfsbezoek van de leerlingen bij Struijk Optiek.

Samenwerking tussen Onderwijs, Ondernemers en Overheid

Op lokaal niveau is een goede aansluiting tussen de behoeften van het bedrijfsleven (de arbeidsmarkt) en het onderwijs gewenst. Om dat te bevorderen werken bedrijven samen met scholen (basis en voortgezet onderwijs) en de gemeenten. Er zijn diverse projecten om vraag en aanbod van arbeid gericht op vandaag en op de toekomst te matchen. Dit begint al bij de basisschool.

De OnderwijsRoute wordt jaarlijks georganiseerd voor tweedejaars leerlingen van het VMBO en helpt leerlingen een goede en betere keuze te maken voor een vervolgopleiding. De gedachte én overtuiging is dat wanneer leerlingen bedrijven, instellingen en organisaties kunnen “ruiken, voelen en proeven” zij beter kunnen aanvoelen of hun keuze voor een bepaalde studierichting de juiste is. Anderzijds biedt de OnderwijsRoute bedrijven, instellingen en organisaties een kans kennis te maken met een mogelijk toekomstige medewerkers.

Dit jaar hebben 26 bedrijven, organisaties, instellingen deelgenomen en hebben hun deur opengesteld t.b.v. de OnderwijsRoute. Zij ontvingen de leerlingen en lieten hen kennismaken met de werkzaamheden en de beroepen in hun bedrijf.

De volgende bedrijven werden door de leerlingen bezocht:

  • In Papendrecht: Albert Heijn, Cross Fit, Fokker, Jumbo, Pannenkoekenhuis Frittella, Politie, PonPower, Rabobank, Stichting Gemiva/SVG Groep, Struijk Optiek, Van de Grijp IGS B. V. en Veth Propulsion.
  • In Alblasserdam: ETB de Noord, FnSteeel, De Haan verhuizingen, De Snelle Vliet, Hak BV, Lésec beveiliging, PMR Hydraulics, Safe Site, Valk Welding bv, Maatgroep, Restaurant Le Barrage, Royal IHC, Stichting Waardenburg en Tribus Pro.

De leerlingen van CSG De Lage Waard bezochten deze ochtend verschillende bedrijven in de beide gemeenten met meerdere touringbussen van De Snelle Vliet Alblasserdam.

De tweedejaars VMBO leerlingen van het Willem de Zwijger College gingen lopend naar hun bedrijven.

De OnderwijsRoute wordt georganiseerd door Konekto B.V., CSG De Lage Waard, Het Willem de Zwijger College, gemeente Alblasserdam en gemeente Papendrecht. Ook in overige Drechtstedengemeenten vinden Onderwijsroutes plaats.

Nieuwe wethouder SGP/ChristenUnie

0
Nieuwe wethouder SGP ChristenUnie

SGP-ChristenUnie Sliedrecht draagt Piet Vat voor als wethouder

De fractie van de SGP-ChristenUnie is blij en dankbaar dat zij Piet Vat kunnen voordragen als nieuwe wethouder. Hij gaat de vacature opvullen die ontstaan is door het vertrek van Hans Tanis naar de gemeente Altena. Piet zal zich met dezelfde aandachtsgebieden bezig gaan houden als Hans, waaronder financiën en economie. Ook is het de bedoeling dat hij binnen de Drechtsteden de portefeuille bereikbaarheid voor zijn rekening neemt.

Piet Vat (64) is een ervaren bestuurder. Hij was wethouder en 1e loco-burgemeester in de gemeente Molenwaard tot eind 2018, waarbij door herindeling de gemeente Molenlanden ontstaan is. Voor die tijd was Piet ook al werkzaam als wethouder in de gemeente Nieuw-Lekkerland. Tot zijn werkgebied hoorden onder meer Wmo, Werk en inkomen, gemeentelijk vastgoed, Jeugdbeleid, Financiën en Onderwijs. Daarnaast had hij onder andere zitting in het Algemeen Bestuur van de regio Alblasserwaard-Vijfherenlanden. Hij was bestuurlijk trekker voor diverse (sociale) projecten binnen de regio, bestuurslid van de Dienst Gezondheid en Jeugd en verantwoordelijk voor meerdere projecten, zoals de revitalisering van het winkelcentrum Kleyburgplein in Nieuw-Lekkerland.

Voor die tijd heeft Piet een lange staat van dienst opgebouwd bij de ABN AMRO, terwijl hij zijn carrière in de binnenvaart gestart is. Piet woont in Nieuw-Lekkerland en zal daar de komende tijd ook blijven wonen. Piet geeft aan: “Ik vind het zeer bijzonder en ben erg dankbaar dat ik voorgedragen word als wethouder in Sliedrecht. Ik kijk uit naar een mooi en fijn samenspel met de samenleving en een prettige samenwerking met collega-bestuurders, gemeenteraad, ambtelijke organisatie en alle partners om ons heen. Ik hoop en bid onze God om kracht, wijsheid en inzicht en zet mij graag, samen met u en jou, in voor een mooi Sliedrecht.”

In Piet heeft de fractie een wethouder gevonden die een stevige bestuurder is en een verbindende rol kan spelen in zowel het college als binnen de diverse samenwerkingsverbanden, zoals de Drechtsteden. De fractie en besturen van ChristenUnie en SGP zien in Piet een gedreven en motiverende bestuurder met veel aandacht voor de betrokkenheid van mensen, zowel inwoners als ambtenaren.

Fractievoorzitter Cees Paas geeft aan blij te zijn dat de fractie snel een nieuwe wethouder heeft gevonden: “Piet is een enthousiaste en gedreven wethouder, die graag de verbinding zoekt. We hebben er alle vertrouwen in dat hij samen met het college en de raad verder gaat bouwen aan Sliedrecht.”


Gevolgen WAB voor oproepkrachten

3
Gevolgen WAB voor oproepkrachten

Volgens het kabinet is er op dit moment teveel onzekerheid voor oproepkrachten. De reguliere arbeidsomvang voor oproepkrachten staat niet vast, met nodeloze permanente beschikbaarheid en langdurige inkomensonzekerheid als gevolg. Het wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) beoogt de balans tussen vaste en flexibele arbeidsovereenkomsten te verbeteren. Oproepkrachten krijgen op grond van de WAB meer rechten. Zo wordt een oproeptermijn ingesteld en heeft een oproepkracht recht op loon als de werkgever zich niet aan deze oproeptermijn houdt.

Een overzicht van de nieuwe regels, waarmee onder andere langdurige inkomensonzekerheid bij oproepkrachten wordt voorkomen:

  • Introductie oproeptermijn
    De WAB introduceert een oproeptermijn, voor het geval sprake is van onzekerheid voor de oproepkracht over de omvang van de arbeid (oproepovereenkomsten met uitgestelde prestatieplicht). De oproeptermijn houdt in dat de werkgever de oproepkracht minstens 4 dagen van tevoren persoonlijk schriftelijk moet oproepen. Doet de werkgever dit niet, dan hoeft de oproepkracht geen gehoor te geven aan deze oproep. De eventuele afzegging moet ook schriftelijk plaatsvinden.
  • Recht op loon
    Als de werkgever de oproep geheel of gedeeltelijk intrekt binnen 4 dagen voordat de oproepkracht met de werkzaamheden zou moeten beginnen, heeft de oproepkracht recht op loon over de hele periode waarvoor hij in eerste instantie was opgeroepen. Deze loonaanspraak geldt ook als de werkgever de tijdstippen van de oorspronkelijke oproep wijzigt.
  • Aanbod vaste arbeidsomvang na 12 maanden
    De werkgever moet jaarlijks in de 13e maand een schriftelijk aanbod doen aan de oproepkracht voor een vaste arbeidsomvang, waarbij de loondoorbetalingsplicht niet is uitgesloten. De aangeboden gemiddelde arbeidsduur is gebaseerd op de gemiddelde arbeidsomvang in de voorafgaande 12 maanden (de referteperiode). Indien de werkgever geen aanbod doet, heeft de oproepkracht recht op niet-genoten loon (over de gemiddelde arbeidsomvang in de referteperiode) vanaf de uiterlijke datum waarop de werkgever het aanbod had moeten doen.
  • Afwijken bij cao
    De termijn van 4 dagen waarin de oproepkracht kan worden opgeroepen of waarna recht op loon ontstaat na afzegging, kan bij cao worden verkort tot minimaal 24 uur. Bij cao kan niet overeen worden gekomen dat bij een afzegging na de afwijkende cao-termijn geen recht op loon bestaat.
  • Seizoensarbeid
    Voor functies die door natuurlijke of klimatologische omstandigheden slechts seizoensmatig kunnen worden verricht (bijvoorbeeld in de land- en tuinbouw), kan van bovenstaande nieuwe regels voor oproepovereenkomsten worden afgeweken bij cao. Zo kan worden afgeweken van de termijn voor oproep, de termijn voor afzegging van een oproep en de verplichting om na één jaar een contract aan te bieden met een arbeidsomvang gebaseerd op de gemiddelde arbeidsomvang in de voorgaande twaalf maanden.

Gevolgen voor werkgevers

Als het wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) ook goedgekeurd wordt door de Eerste Kamer gaan de nieuwe regels voor oproepkrachten zeer waarschijnlijk vanaf 1 januari 2020 gelden. Voor u als werkgever wordt het vanaf dan van groot belang om bij oproepkrachten de termijnen voor het inroosteren en oproepen goed in de gaten te houden. Anders loopt u het risico toch loon te moeten betalen voor niet gewerkte uren.

Vragen?

Voor vragen over de nieuwe regels uit de WAB voor oproepkrachten, kunt u contact opnemen met onze arbeidsrechtjurist.

Dit artikel is partnernieuws en is geschreven door Arnold Vredenbregt van Baker Tilly (Netherlands) N.V.

MEPD: Arbeidsmobiliteit als gevolg van talentontwikkeling?!

0
Arbeidsmobilieit Website

Arbeidsmobiliteit als gevolg van talentontwikkeling
Arbeidsmobiliteit is een belangrijk HR-thema. HR-professionals zijn voortdurend op zoek naar manieren om medewerkers vitaler, duurzamer inzetbaar, flexibeler en innovatiever te maken én houden. Een intern mobiliteitsplan zorgt ervoor dat getalenteerde medewerkers beter kunnen doorstromen en zich voor langere tijd aan het bedrijf binden. Je haalt meer uit de talenten en capaciteiten van je medewerkers. Waardoor ontwikkeling één van de belangrijkste aspecten is van mobiliteit.

Bij MEPD gaan we er vanuit, dat iedereen talent heeft
Alleen moet het talent op de juiste plek tot zijn recht komen. Mobiliteit is dan geen doel op zich, maar een logisch gevolg van talentontwikkeling. Elke medewerker heeft zijn eigen kwaliteiten. Ook al is hij misschien vastgelopen in zijn loopbaan. Zie het juist dán als een uitdaging: Hoe kun je ervoor zorgen dat deze medewerker de vleugels weer kan uitslaan? Alleen dan is een medewerker in staat om enthousiasme en bevlogenheid over te dragen. De ontwikkeling van mensen zou centraal moet staan. Niet het ‘keurslijf’ van de functieomschrijving.

Omarm de mensen die bij je werken
Als werkgever mag je een tijd gebruik maken van je getalenteerde mensen. Omarm hen, omdat zij ervoor kiezen om enige tijd van hun leven bij jou als werkgever door te brengen. Dat is een andere insteek dan te zeggen: Ik moet zo goed mogelijk toegeruste mensen hebben en het liefst zo lang mogelijk, zodat mijn organisatie zo goed mogelijk presteert.

Zorg voor een zo goed mogelijk huis, zodat ze willen blijven. En tijdens hun verblijf kunnen genieten, willen presteren en groeien. En wanneer zij je organisatie gaan verlaten, dan zijn zij je ambassadeurs. Anderen zullen zeggen: Ik wil daar gaan werken, want het is zo’n aantrekkelijke organisatie.

Hoe stuur je op talentontwikkeling?
Breng interne carrièremogelijkheden regelmatig ter sprake tijdens assessments, feedback-, en ontwikkelgesprekken. Ken je medewerkers persoonlijk. Hun situatie en hun ambitie. Plan strategische personeelsgesprekken. Bespreek alle medewerkers individueel: zit er schot in zijn of haar loopbaan. Wat zijn haar plannen? En natuurlijk: Ga het gesprek aan met medewerkers over hun ontwikkeling. Op een duidelijke én waarderende wijze. Waarbij opvattingen een rol spelen zoals: iedereen heeft talent, het leven heeft veel meer te bieden dan het werk dat iemand nu doet en zorg vooral voor een rijke ontwikkeling. Het kost tijd, voordat mensen zelf actief aan de slag gaan met interne mobiliteit. Dit proces kan versneld worden door instrumenten in te zetten. Bijvoorbeeld taak- en functieroulatie, interne stages en loopbaanoriëntatie-trajecten.

De voordelen van mobiliteit
Arbeidsmobiliteit heeft voordelen voor zowel de werkgever als de medewerker. Voor de werkgever kan het een voordeel zijn dat er bezuinigd kan worden op recruitment. Een hogere tevredenheid van medewerkers (waardoor het ziekteverzuim daalt) en een lager vertrekpercentage. De medewerker krijgt de kans om kennis op te doen en/of nieuwe vaardigheden te leren. Zich verder te ontwikkelen. Dankzij medewerkers, die elke vier/vijf jaar van functie wisselen, is er met deze arbeidsmobiliteit ook sprake van kennismobiliteit. Elke medewerker neemt nieuwe kennis met zich mee en deelt dit op zijn afdeling met collega’s.

Wil je serieus werk maken van arbeidsmobiliteit?
Met als doel medewerkers gemotiveerd en duurzaam inzetbaar te houden? Waarbij persoonlijke en organisatiedoelstellingen zoveel mogelijk samen gaan? Dan is een mobiliteitsbeleid noodzakelijk. Een plan met regelingen en instrumenten. Gericht op het in beweging krijgen van je mensen.

Neem gerust eens vrijblijvend contact met ons op!

Dit artikel is partnernieuws en is geschreven door Mariel Ganzeboom van MEPD

Astrid Jonker nieuwe voorzitter HR Adviesraad VNO-NCW Rotterdam

0
Astrid Jonker nieuwe voorzitter HR Adviesraad VNO NCW Rotterdam

Astrid Jonker

Op 15 maart neemt Astrid Jonker de voorzittershamer van de HR Adviesraad VNO-NCW Rotterdam over van Peter A. H. Bakker. Jonker werkt als directeur Human Resources voor het Havenbedrijf Rotterdam en is al enkele jaren lid van de HR Adviesraad van VNO-NCW Rotterdam. Deze adviesraad bestuurt het HRM Expert Netwerk van de regionale ondernemersvereniging. Voorzitter Mai Elmar van VNO-NCW Rotterdam is blij met Jonkers komst: “Ik ken Astrid als een zeer vakkundig mens die zeer sociaal maatschappelijk betrokken is. Zij heeft haar sporen verdiend in vernieuwingsprocessen en houdt daarbij nadrukkelijk oog voor het menselijk kapitaal. Nu Nederland zich in een periode van grote veranderingen bevindt, ook op de arbeidsmarkt, zijn we blij met haar expertise.” 

Peter Bakker neemt na de maximale zittingsperiode van 2 x 4 jaar afscheid als voorzitter HR Adviesraad VNO-NCW Rotterdam. Bakker, die jarenlange ervaring heeft in personeelsmanagement onder andere als directeur HR bij V&D en NS, richtte in 2011 het HRM Expert Netwerk van VNO-NCW Rotterdam op. Met dit netwerk gaf hij de regionale ondernemersvereniging een impuls. Hij was een van de leden van het bestuur die ervoor zorgden dat VNO-NCW Rotterdam groeide van 300 naar 500 leden. Naar het goede voorbeeld en met hulp van Bakker werd er drie jaar later ook een HRM Netwerk in de regio Amsterdam opgericht. Daarnaast werkte Bakker samen met de landelijke organisaties VNO-NCW en AWVN aan een beter functionerende arbeidsmarkt op het gebied van duurzame inzetbaarheid, demotie, agile HR en werving.

Bakker zag ook kans de leden van VNO-NCW Rotterdam te betrekken bij kunst en cultuur. Vanaf mei 2012 was hij voorzitter van de Kunst en Kultuurcommissie. Onder meer het Scapino Ballet, het Rotterdams Philharmonisch en de Kunsthal leverden een bijdrage aan de ondernemersbijeenkomsten van VNO-NCW Rotterdam.

Peter A.H. Bakker

Delta Development Group tekent voor 10ha op Kickersbloem 3 voor logistieke gebiedsontwikkeling

0
foto ondertekening DDG

Voorne-Putten – Op woensdag 13 maart jl. tekende Delta Development Group een optie-overeenkomst met de gemeente Hellevoetsluis en Kickersvoet BV voor de afname van 10ha op bedrijventerrein Kickersbloem 3 in Hellevoetsluis. Delta wil het gebied circulair ontwikkelen.

In de regio groot Rotterdam is het aanbod van bouwkavels voor de logistieke sector die aansluiten bij de circulaire visie van Delta Development Group beperkt. Vandaar de keuze voor Kickersbloem 3 waar Delta als eerste grote opteert voor ruim 100.000m2 van de totaal beschikbare 73 hectare aan bouwkavels. Het bedrijf heeft onder meer plannen om, in partnerschap met het Britse European Logistics Real Estate Partners, hoogwaardige warehouses te realiseren van op het bedrijvenpark

Delta Development Group is gevestigd in Hoofddorp. Als projectontwikkelaar werkt het bedrijf sinds 2003 uitsluitend vanuit de Circulaire Cradle to Cradle filosofie. Volgens die filosofie kiest Delta ook op Kickersbloem 3 voor een geïntegreerde ecologische gebiedsaanpak met (groene) ruimte tussen de gebouwen. Het resultaat is een inspirerende, gezonde en productieve werkomgeving. De gebouwen in het park worden gekenmerkt door het gebruik van gezonde (circulaire) bouwmaterialen, overdadig daglicht, weelderig groen en prettig geluid. Water- en energiegebruik zijn vanzelfsprekend duurzaam geregeld. Delta heeft een ruime ervaring op het gebied van Logistieke ontwikkeling met als aansprekende voorbeelden Fokker Logistics Park en Schiphol Trade Park.

Delta heeft gekozen voor Kickersbloem 3 omdat het als onderdeel van de Metropoolregio Rotterdam-den Haag de transitie naar duurzaamheid vorm wil geven. Het biedt een uitstekend vestigingsklimaat omdat het de ruimte geeft aan ambitieuze bedrijven die echt willen ondernemen. Dankzij de volop beschikbare ruimte en het gigantische arbeidspotentieel biedt het alle mogelijkheden om verder te groeien. Ook de geografisch ligging aan de rand van Hellvoetsluis dichtbij de A15 is ideaal. Daarmee liggen de Rotterdamse Haven, Maasvlakte 2, Botlek en Europoort binnen handbereik.

Meer informatie over Kickersbloem 3 is te vinden op www.kickersbloem3.nl.

Meer informatie over Delta Development Group is te vinden op www.deltadevelopment.eu

Omzetgroei transportsector houdt aan

0
Omzetgroei transportsector houdt aan

In het vierde kwartaal van 2018 groeide de omzet in de transportsector met 5,9 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De omzet nam toe in alle deelbranches en de toename was het grootst in de binnenvaart. Daar groeide de omzet dankzij hogere vrachttarieven, een gevolg van de lage waterstanden. Over het gehele jaar 2018 groeide de omzet in alle bedrijfstakken, op de zeevaart na. Dit meldt het CBS op basis van de nieuwste kwartaalcijfers.

In de transportsector groeide de omzet in 2018 met 5 procent. Het sterkst was de omzetgroei in de binnenvaart, gevolgd door de opslagbedrijven en de koeriers. Bij de grootste bedrijfstakken wat omzet betreft, het goederenwegvervoer en de tussenpersonen vrachtvervoer, steeg de omzet met respectievelijk bijna 6 procent en 3,5 procent. Het vervoer door de lucht zag de omzet met 5 procent groeien. De zeevaart was de enige bedrijfstak waarvan de omzet daalde.

Sterkste omzetstijging binnenvaart in deze eeuw

De binnenvaart liet een omzetgroei zien van ruim 30 procent. Dit is de sterkste toename in deze eeuw. De waterstanden in de rivieren waren in oktober en november extreem laag, lager dan in het voorgaande kwartaal. De binnenvaartschippers profiteerden hiervan omdat er hogere vrachttarieven bedongen konden worden. Zij ontvingen daarnaast een laagwatertoeslag. Pas vanaf december normaliseerden de waterstanden. Schippers konden in de periode van laagwater minder lading vervoeren. In oktober en november werd ruim 11 procent minder vracht vervoerd, terwijl dit in december nagenoeg evenveel was als vorig jaar. Door de sterke omzetstijging in het vierde kwartaal kwam de omzet over heel 2018 13 procent hoger uit dan in 2017.

Meer dan 5 jaar omzetgroei bij de goederenwegvervoerders

In het goederenwegvervoer, de grootste bedrijfstak in de transportsector, nam de omzet met bijna 6 procent toe ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De bedrijfstak zet daarmee de positieve trend voort die begon in het vierde kwartaal van 2013. Alleen de koeriersdiensten hebben een langere periode van omzetgroei laten zien. De omzet neemt al toe vanaf het laatste kwartaal van 2010.

Meeste oprichtingen nieuwe bedrijven in het goederenwegvervoer

In de transportsector zijn 44,5 duizend bedrijven actief in 2018. Nu het economisch voor de wind gaat worden meer bedrijven opgericht. In de totale transportsector zijn bijna6,4 duizend bedrijven opgericht, tegen 5 duizend in 2017. Het merendeel van deze nieuwe bedrijven (1 740) zit in het goederenvervoer over de weg, gevolgd door de koeriersbedrijven met 1 630 nieuwe bedrijven. In 2018 werden ruim 3,2 duizend bedrijven opgeheven. Het grootste aantal opheffingen (975) kwam op naam van koeriersbedrijven.

Voldoende personeel is grootste belemmering in de transport

De transportsector heeft moeite om aan personeel te komen. Er zijn meer dan 13 duizend openstaande vacatures in het vierde kwartaal, ruim 4,5 duizend meer dan een jaar geleden. Voor het komende kwartaal ziet een derde van de bedrijven problemen met de personeelssterkte als grootste belemmering. Desondanks denkt een kleine 15 procent van de bedrijven dat de omzet zal toenemen. Iets meer dan de helft van de bedrijven verwacht dat de omzet gelijk zal blijven. Ruim een derde van de bedrijven voorziet dat de prijzen voor de aangeboden diensten zullen stijgen.



Productie industrie nagenoeg gelijk aan jaar eerder

0
Productie industrie nagenoeg gelijk aan jaar eerder

De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in januari 0,1 procent hoger dan in januari 2018, maakt het CBS bekend. In december kromp de productie voor het eerst in ruim drie jaar. De productie van de metaalproductenindustrie groeide het sterkst in januari 2019.

De metaalproductenindustrie produceerde in januari ruim 9 procent meer dan in januari 2018. Ook de productie van de rubber- en kunststof-, transportmiddelen-, en de elektrische en elektronische industrie was hoger dan een jaar eerder. Daarentegen produceerden de farmaceutische, de chemische, de machine- en de voedingsmiddelenindustrie minder dan een jaar eerder.

Productie industrie stijgt

Voor het bepalen van de kortetermijnontwikkeling van de productie kan het beste worden gekeken naar voor seizoen- en werkdageffecten gecorrigeerde cijfers. Van december 2018op januari 2019 steeg de productie met 2,8 procent. 

De voor seizoen- en werkdageffecten gecorrigeerde productie fluctueert aanzienlijk. Dalingen en stijgingen volgen elkaar snel op. 

Producentenvertrouwen neemt iets toe

Het producentenvertrouwen industrie steeg iets in februari 2019. De stijging is toe te schrijven aan een positiever oordeel over de voorraden. 

Duitsland is een belangrijke afzetmarkt voor de Nederlandse industrie. De vertrouwensindicator van de Duitse industriële producenten (Ifo-index) daalde tot het laagste niveau sinds mei 2016. De producenten zijn vooral negatiever over de verwachte bedrijvigheid en minder positief over de huidige situatie. De gemiddelde dagproductie van de Duitse industrie kromp in januari met bijna 4 procent in vergelijking met een jaar eerder. 

Met ingang van verslagmaand oktober 2018 worden de productiecijfers van de industrie gepubliceerd met basisjaar 2015 (voorheen 2010 =100). Ook zijn er aanpassingen in de methode doorgevoerd. Hierdoor kunnen de in dit nieuwsbericht gepubliceerde uitkomsten verschillen met de uitkomsten zoals ze op basis van het basisjaar 2010=100 zijn gepubliceerd.
De cijfers in dit bericht zijn voorlopig en kunnen worden bijgesteld.

Groeiend aantal banen dankzij Brexit en buitenlandse bedrijven

0
Groeiend aantal banen dankzij Brexit en buitenlandse bedrijven

Het afgelopen jaar hebben zich elf Britse bedrijven in Rotterdam gevestigd vanwege Brexit, meldt AD RD vanmorgen. Dat is eenderde van het aantal internationale bedrijven dat zich vorig jaar volgens Rotterdam Partners in de havenstad heeft gevestigd. Het gaat om de komst van bedrijven als Cogoport, Webhelp, Airlift Systems en GE Healthcare. Samen waren de 36 internationale bedrijven goed voor ruim 1430 nieuwe banen en een economische investering van 199 miljoen euro in de economie van de stad.

Deze internationale bedrijven zijn aangetrokken door Rotterdam Partners, verantwoordelijk voor de citymarketing en acquisitie van internationale bedrijven in de stad. Jeroen Kuyper, directeur Rotterdam Partners: “De cijfers van 2018 laten zien dat de positie van Rotterdam stabiel is gebleven in een internationaal speelveld dat zich het afgelopen jaar kenmerkte door veel beweging.
De interesse van bedrijven om zich in Rotterdam te vestigen blijft aanhouden. Bedrijven komen onder andere af op ons innovatieve klimaat, de ruimte die Rotterdam biedt voor experiment, de aanwezigheid van het juiste talent en onze strategische ligging in Europa. Onze ambitie voor Rotterdam is om de groei vast te houden en verder in lijn te brengen met de ambities van de stad om te komen tot een next economy die duurzaam, digitaal en circulair is. In onze acquisitie richten we ons daarom nog steviger op internationale bedrijven die voorop lopen op het gebied van circulariteit, duurzaamheid, innovatie en digitalisering.”

IKEA, CMA CGM en het GoodShipping Program testen duurzame bio-stookolie voor containerscheepvaart

0
IKEA, CMA CGM en het GoodShipping Program testen duurzame bio-stookolie voor containerscheepvaart

IKEA Transport & Logistics Services, containerrederij CMA CGM en het GoodShipping Program beginnen met steun van Havenbedrijf Rotterdam een proef met duurzame bio-stookolie in de containerscheepvaart. Het testtraject start 19 maart in de Rotterdamse haven. Dan wordt voor het eerst een containerschip van CMA CGM met een duurzame variant van zware stookolie gebunkerd. Volgens de aan de proef deelnemende partijen betreft het een belangrijke stap in de energietransitie van de internationale zeescheepvaart. Het Goodshipping Program (een Nederlands initiatief gericht op wereldwijde zeevrachtverladers zoals IKEA) wil een CO2-neutraal zeetransport versnellen en faciliteert de proef. Directe betrokkenheid van verladers zoals IKEA is van vitaal belang bij de commercialisering van duurzame biobrandstoffen voor de scheepsvaartindustrie.

De duurzame bio-stookolie wordt geleverd door het Nederlandse bedrijf GoodFuels, pionier en marktleider op gebied van geavanceerde duurzame biobrandstoffen voor de scheepsvaartindustrie. GoodFuels heeft na een intensief testprogramma van drie jaar in november 2018 een duurzame variant van zware stookolie gelanceerd, in samenwerking met Deense bulkrederij A/S Norden. Deze 2de generatie biobrandstof kan zonder aanpassingen aan de motor worden ingezet en wordt geproduceerd van uiterst duurzame grondstoffen. De biobrandstof concurreert in het productieproces bijvoorbeeld niet met voedselproductie en leidt op geen enkele manier tot ontbossing. Het gebruik van de bio-stookolie zorgt voor een CO2-reductie van 80-90% (well-to-propellor, dus inclusief productieproces van de biobrandstof) in vergelijking met fossiele brandstoffen. Daarnaast wordt vrijwel alle zwavel (SOx) geëlimineerd.

IKEA Transport & Logistics Services, CMA CGM en het GoodShipping Program – met de steun van Havenbedrijf Rotterdam – willen met deze samenwerking de schaalbaarheid, duurzaamheid en technische volwassenheid van duurzame biobrandstoffen aantonen. Hiermee kan dan vervolgens de opschaling van duurzame biobrandstoffen voor de scheepvaart worden aangejaagd – mits deze op een echt duurzame manier zijn geproduceerd en tenminste 80% CO2 verlagen versus fossiele brandstoffen.

Deze aankondiging komt op een cruciaal moment. De gehele scheepvaartindustrie zal vanaf 2020 moeten overstappen op laagzwavelige brandstoffen in verband met de nieuwe zwavelwet. Daarnaast vereist de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) een CO2-emissie reductie van minstens 40% in 2030 en 70% in 2050.

Elisabeth Munck af Rosenschöld, Head of Sustainability, IKEA Global Transport & Logistics Services: “Met deze pilot tonen wij aan dat geavanceerde biobrandstoffen vandaag al kunnen worden ingezet om de footprint van scheepvaart te verlagen. Als IKEA willen we onze verantwoordelijkheid nemen door allereerst voor onze klanten ons eigen zeetransport te verduurzamen en daarnaast deze cruciale ontwikkeling te stimuleren in de scheepvaartindustrie. Alleen door samen te werken kunnen we snel de nodige veranderingen teweeg brengen. Zodra de pilot succesvol is afgerond, hebben wij de intentie om ten minste al onze containers vanuit Rotterdam op deze duurzame biobrandstof te gaan vervoeren.”

Dirk Kronemeijer, CEO, The GoodShipping Program: “Het doel van ons programma is enerzijds om verladers van zeevracht in staat te stellen om vandaag al van fossiele stookolie over te stappen naar echt duurzame CO2-neutrale bio stookolie. Anderzijds willen we aantonen dat de energietransitie in de scheepvaart echt kan worden versneld door in de hele keten beter samen te werken. Hiermee maken we samen de impact die nodig is om de klimaatdoelstellingen van de IMO nog sneller te gaan halen op een manier die aantrekkelijk is voor grote vrachteigenaren zoals IKEA.”

Xavier Leclercq, Vice President, CMA Ships, Director and Executive Officer, CMA CGM: “Met dit project zullen we voor het eerst een tweede generatie biobrandstoffen in een CMA CGM schip testen. Het feit dat er nu een alternatief voor zware stookolie is dat geen technische aanpassingen aan onze motoren vereist, biedt ons een veilige en innovatieve mogelijkheid bij te dragen aan de energietransitie binnen de scheepvaart.”

Allard Castelein, CEO, Havenbedrijf Rotterdam: “De haven van Rotterdam ziet het initiatief van IKEA, CMA CGM en GoodShipping als een stevige oproep aan de scheepvaartsector. Deze bunkering laat ziet dat CO2-reductie in de zeescheepvaart goed mogelijk is. Het is duidelijk dat verladers een belangrijke rol spelen in het reduceren van de CO2-uitstoot van de scheepvaart. De noodzakelijke infrastructuur hiervoor is in Rotterdam aanwezig. Daarnaast heeft het Havenbedrijf de komende vier jaar € 5 miljoen beschikbaar voor het stimuleren van specifieke projecten om CO2-uitstoot van de scheepvaart te verminderen.”