Home Blog Page 135

‘Schakel versneld over op duurzame waterstof’

0
Schakel versneld over op duurzame waterstof

Een team onder aanvoering van de Delftse hoogleraar Ad van Wijk adviseert de provincie om aardgas versneld te verruilen voor duurzaam geproduceerde waterstof. Waterstof is onder meer geschikt om industriële processen van warmte te voorzien, is bruikbaar als transportbrandstof en is een commercieel interessant product om te importeren en exporteren. De aanleg van een transportnetwerk voor waterstof is een publieke taak, vinden de adviseurs.

Jaap Smit, commissaris van de Koning, nam het advies ‘Naar een groene waterstofeconomie in Zuid-Holland; een visie voor 2030’ op 5 maart in ontvangst. Aansluitend kregen de leden van Gedeputeerde Staten, het dagelijks bestuur van de provincie en opdrachtgever van het onderzoek, tekst en uitleg. De potentie is groot. Waterstof kan worden ingezet als energiedrager in de industrie, mobiliteit, gebouwde omgeving, glastuinbouw en voor balancering van het elektriciteitsnet.

Groene en blauwe waterstof

Met het oog op de klimaatdoelstellingen is duurzaam geproduceerde, zogeheten ‘groene’ waterstof ideaal. Elektriciteit uit zon en wind wordt steeds goedkoper, komt in steeds grotere hoeveelheden beschikbaar en laat zich moeilijk op grote schaal opslaan. Dat maakt de productie van waterstof met behulp van elektrolyse een interessante optie voor de gewenste energietransitie. Fossiele ‘grijze’ waterstof uit aardgas wordt op dit moment al ingezet als grondstof voor de industrie. In de overgangsfase van ‘grijs’ naar ‘groen’ zal ook ‘blauwe’ waterstof nodig zijn, vanwege de grote volumes die nodig zijn. Deze waterstof wordt gemaakt uit aardgas, waarbij de vrijkomende CO2 niet in de lucht verdwijnt, maar wordt afgevangen en opgeslagen of hergebruikt. Import van waterstof zal nodig blijven.

Gedeputeerde Han Weber (Energie): “Het advies laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Na de vierkiezingen, bij de onderhandelingen voor een nieuw college van Gedeputeerde Staten, zal hier ongetwijfeld stevig over worden gediscussieerd. Want het betekent ook versneld afscheid nemen van een fossielgebaseerde economie.”

Waterbus onderweg naar duurzamer vervoer over water

0
Waterbus onderweg naar duurzamer vervoer over water

In de afgelopen maanden is de eerste van 2 Waterbussen voorzien van een nabehandelingsinstallatie voor uitlaatgassen. Met deze techniek is het mogelijk om de uitstoot van deze schepen te verminderen. Gedeputeerde Rik Janssen gaf Waterbus de Witte de With op 7 maart 2019 een eigen keurmerk ‘Koers op Groen’.

Het onderzoek naar de mogelijkheden van het verduurzamen van de Waterbusvloot en de realisatie van de inbouw van deze naschakeltechniek werd mede mogelijk gemaakt door een subsidie uit het Actieprogramma luchtkwaliteit van de provincie Zuid-Holland. De schepen met naschakeltechniek zijn duidelijk te herkennen aan hun deels groene schoorstenen. De uitlaatgassen worden gefilterd en behandeld met SCR katalysatoren en roetfilters. Op die manier wordt de uitstoot van uitlaatgassen verminderd. “Een goede stap richting een duurzamere vloot”, aldus gedeputeerde Janssen.

Steentje bijdragen

“Als grootste openbaar vervoerder over water vervoeren wij jaarlijks bijna 2 miljoen reizigers. Deze reizigers verwachten dat ook wij ons steentje gaan bijdragen aan een schoner milieu”, stelt Eric Schipper, algemeen directeur van Aquabus B.V. ‘Daarom hebben we TNO Delft laten onderzoeken hoe wij onze Waterbussen het beste kunnen verduurzamen’.

Nieuw contract in 2022

Het huidige contract voor de Waterbuslijnen tussen Rotterdam en de Drechtsteden loopt af op 31 december 2021. Daarom zoeken de provincie Zuid-Holland en Drechtsteden naar een flexibele, duurzame en innovatieve vervoerder, die met ingang van 1 januari 2022 het personenvervoer over water tussen Rotterdam en de Drechtsteden kan en wil verzorgen. De start van een nieuwe contractperiode per 1 januari 2022 is voor de provincie Zuid-Holland een goed moment om het ‘hoe’, ‘wat’ en ‘waarom’ van deze vervoersvorm scherp te stellen. Wat de provincie Zuid-Holland betreft moet het slimmer, schoner en sterker. De provincie wil de bereikbaarheid over water verbeteren (slimmer), duurzaam en innovatief vervoer stimuleren (schoner) en oeverlocaties beter toegankelijk maken (sterker).

Rotterdamse economie in de lift

0
Rotterdamse economie in de lift

Rotterdam groeit in meerdere opzichten harder dan andere gemeenten. Het aantal inwoners groeit, het aantal banen groeit en bezoekersaantallen stijgen. Dat blijkt uit de Economische Verkenning Rotterdam 2019.

De ontwikkeling van de arbeidsmarkt, de woningmarkt en de voorzieningen gaan hand in hand en zij versterken elkaar. Zo is de Rotterdamse werkgelegenheid in 2018 met 2,8% gestegen vergeleken met het jaar ervoor. Concreet betekent dit dat er meer dan 10.000 banen bij zijn gekomen.

Flinke daling werkloosheid

We zien ook een flinke daling van de werkloosheid. Deze is van 8% in 2017 gedaald naar ongeveer 6% in 2018. Het aantal hotelovernachtingen nam in 2018 met 15% toe ten opzichte van 2017. Het aantal bewoners in de stad groeit al jaren (tussen 2017 en 2018 ongeveer 5500 mensen, vooral jeugdigen en hogeropgeleiden) en ook voor de komende 15 jaar wordt een groei verwacht. Dit betekent dat de stad tot 2035 groeit tot ongeveer 700.000 inwoners.

Barbara Kathmann – Wethouder (o.a. Economie)

‘Om ons nóg weerbaarder te maken, stimuleer ik de nieuwe economie die digitaal en circulair is en investeer ik de komende jaren in het MKB en digitalisering.’

Economisch centrum van de regio

Rotterdam is leidend in de regio wat de economische groei betreft. Steeg de werkgelegenheid hier met 2,8%, in de omliggende gemeenten was dat gemiddeld 0,6%. De stad is het economische centrum van de regio en die functie is alleen maar sterker geworden. De trend dat Rotterdam van een haveneconomie naar een diensteneconomie gaat, zet door en wordt daarmee structureel. Zo stijgt de ICT-sector met ongeveer 8% (2016-2018) en de horeca met 15% (2017-2019). Ook het startende innovatieve ondernemerschap groeit. Hoogwaardige maritieme diensten (adviseurs, traders en reders) en maritieme maakindustrie (vaak IT-gedreven) zijn in opkomst.

Zuid profiteert

De groei verspreidt zich, behalve over het centrum, nu over meer wijken in de stad. Wijken op Zuid profiteren nu van de economische groei. Dit zorgt ervoor dat de stad weerbaarder is tegen nieuwe tegenslagen en zorgt voor een evenwichtige groei van bewoners, bezoekers en ondernemers in de steeds krapper wordende fysieke ruimte. Wethouder Barbara Kathmann: ‘De vorige crisis heeft laten zien dat mindere economische tijden in Rotterdam hard aankomen en lang duren. Daar ben ik me heel erg van bewust. Juist nu het goed gaat, moeten we daarom investeren in onze economie. Zo zijn we beter voorbereid op slechte tijden. En dat investeren doen we wat mij betreft in het MKB, in start-ups en in digitalisering. Waarbij ik de rol van de gemeente afwisselend zie als partij die voorwaarden schept en als partij die bedrijven een steuntje in de rug geeft.’

MKB als banenmotor

Het huidige Midden- en Klein Bedrijf (MKB) draagt de stad. In het MKB werkt 69% van de Rotterdammers en het kent een banengroei van 7700 tussen 2015-2018. Kathmann: ‘Om tot een nieuwe innovatieve economie te komen, moeten we investeren in de huidige economie en de nieuwe bedrijvigheid in de stad stimuleren. De MKB’ers van nu zijn ook de dragers van onze nieuwe economie, die duurzaam, digitaal en circulair is. Ondernemers zien verandering over het algemeen als kans, start ups zelfs als reden van bestaan. Zij hebben daar wel soms hulp bij nodig. Bij mij staat de ondernemer centraal; van groot tot klein, oud tot jong, in een groot kantoor of op een zolderkamer. Het MKB moet ook voor vernieuwing gaan en staan. Investeren in vernieuwing betekent daarom voor mij niet het bestaande achterlaten, maar inzetten op het meenemen en meekrijgen van alle ondernemers in de stad.’

Nieuwe actieprogramma’s

De stad moet aantrekkelijk zijn voor het MKB: voor nieuwe innovatieve start-ups, maar ook voor gevestigde ondernemers die willen groeien. Het stadsbestuur stimuleert en faciliteert zowel gevestigde bedrijvigheid als de nieuwe economie, die duurzaam, digitaal en circulair is. Nieuw ondernemerschap en digitalisering zijn daarbij twee speerpunten. Kathmann: ‘Digitalisering is een belangrijke randvoorwaarde voor de verduurzaming van onze economie. Zonder goede digitale infrastructuur komen er geen slimme duurzame oplossingen. Ik stimuleer en ondersteun de komende jaren dan ook het MKB, nieuw ondernemerschap en de digitalisering door in 2019 drie actieprogramma’s te lanceren: Startup Rotterdam, Nieuw Ondernemerschap en Next Delta.’

Zesde editie OnderwijsRoute Alblasserdam Papendrecht

0

Bijna 200 tweedejaars VMBO-leerlingen van CSG De Lage Waard en het Willem de Zwijger College gaan donderdagochtend 7 maart op bezoek bij bedrijven, instellingen en organisaties in Alblasserdam en Papendrecht. Dit gebeurt in het kader van de OnderwijsRoute die dit jaar voor de zesde keer wordt gehouden. U bent van harte welkom hierbij aanwezig te zijn en hiervan verslag te doen.

Kijkje in de keuken
De leerlingen gaan op bezoek bij een bedrijf of organisatie in een sector waarvoor zij een voorkeur hebben. Dit kijkje in de keuken is bedoeld om hen te helpen bij het kiezen van het vervolg van hun opleiding. Leerlingen in deze leeftijd zijn op zoek naar wat ze leuk vinden en naar wat bij hen past. De OnderwijsRoute biedt leerlingen de kans dit te ervaren. De deelnemende bedrijven, instellingen en organisaties maken op hun beurt misschien wel kennis met een potentiële werknemer.

Deelnemende bedrijven

Aan deze zesde OnderwijsRoute nemen 25 bedrijven, instellingen en organisaties deel:

In Papendrecht: Albert Heijn Papendrecht, Cross Fit, Fokker Aerostructures, Gemiva-SVG Groep, Jumbo Westpolder, Pannenkoekenhuis Fritella, Politie (wijkagenten Papendrecht), Pon Power, Rabobank RIJT, Struijk Optiek, VandeGrijp IGS B. V. en Veth Propulsion

In Alblasserdam:  ETB de Noord, FN Steel B.V., Haan Verhuizingen, Hak BV, Le Barrage, Lésec Beveiliging BV, Maat, PMR Hydraulics, Royal IHC, Safe Site BV, Stichting Waardeburgh (zorg voor ouderen), Tribus Pro en Valk Welding

Vervoer

Meerdere touringcars van De Snelle Vliet brengen de leerlingen van CSG De Lage Waard van adres naar adres. De leerlingen van het Willem de Zwijger College brengen een bezoek aan twee bedrijven, Struijk Optiek en Jumbo Westpolder en gaan naar deze twee bedrijven op de fiets. De bezoeken bij deze bedrijven zijn gepland van 9.00 – 10.00 uur en van 10.30 – 11.30 uur.

Tijdens het bezoek

Een bezoek duurt ongeveer een uur. De leerlingen krijgen een rondleiding en komen meer te weten over de activiteiten van het bedrijf of de organisatie en over de betreffende branche. Ook gaan de leerlingen zelf aan de slag. De leerlingen zijn op school voorbereid op het bezoek en hebben vragen bedacht.

Programma

08.45/9.05 Aankomst van de leerlingen bij eerste bedrijf

09.00-10.00 Ronde 1

10.00-10.45 leerlingen wisselen van bedrijven

10.45-11.050 aankomst leerlingen bij 2de bedrijf

11.00-12.00 Ronde 2

12.00 leerlingen terug naar school

Ondernemers werken aan zichtbaarheid buiten de regio

0

Samenwerking Secretariaat Geuzenstaete en Ondernemersvereniging Brielle

Secretariaat Geuzenstaete en Ondernemersvereniging Brielle Business to Business (OVBB2B) bundelen hun krachten om lokale ondernemers zichtbaarder te maken in de regio Rijnmond. Samen organiseren zij op 21 maart a.s. van 17.00 tot 19.30 uur de Meet & Greet Lenteborrel. ‘Want ondernemen doe je niet alleen’, aldus Jan Gardenier van Secretariaat Geuzenstaete.

 

Ondernemers actief verbinden
OVBB2B voorzitter Jacqueline Jonkhart en Jan Gardenier van Secretariaat Geuzenstaete stellen hun netwerken open om lokale ondernemers in contact te brengen met toonaangevende ondernemers in de regio Rijnmond. ‘Het voelt veilig en vertrouwd om te netwerken in je eigen omgeving, maar je haalt zoveel meer uit het vergroten van je zichtbaarheid en het ontmoeten van nieuwe ondernemers. Door gezamenlijk op te trekken met OVB B2B via onze Meet & Greet Business Borrels kunnen we ondernemers actief met elkaar in contact brengen in een ontspannen omgeving’, aldus Jan. De netwerkbijeenkomsten vinden namelijk plaats in de sfeervolle businesslounge ‘De Beleving’ in full service business center Geuzenstaete aan de Krammer 8 in Brielle.

Ondernemers een podium bieden
Tijdens deze bijeenkomsten, die eerder al met succes werden georganiseerd door het Secretariaat, zijn gemiddeld 80 tot 100 ondernemers aanwezig. ‘Een unieke gelegenheid voor ondernemers om een grotere bekendheid te creëren. Als gastbedrijf mag je 10 zakelijke relaties als VIP-gast uitnodigen. Je bedrijf wordt vermeld in alle media-uitingen van beide partners en op de tv-schermen in Geuzenstaete’, vertelt Jan. ‘We bieden ondernemers een podium om zich te laten zien en horen’.

Uitnodiging
Ondernemers die zich als gastbedrijf tijdens een Meet & Greet Businessborrel willen presenteren en eerst sfeer willen proeven, zijn van harte welkom tijdens de Lenteborrel op 21 maart. U kunt uw gegevens doorsturen aan Jan Gardenier via info@geuzenstaete.nl.

Dit artikel is partnernieuws en is geschreven door Rhijn Broesterhuizen van Secretariaat Geuzenstaete B.V.

W2C Rotterdam project verwelkomt Shell als partner

0

Shell treedt toe als equity partner samen met Air Liquide, Enerkem, Nouryon en Havenbedrijf Rotterdam. De geplande fabriek in Rotterdam wordt de eerste in zijn soort in Europa die chemicaliën en biobrandstoffen maakt van niet-recyclebaar afval.

Een consortium van wereldwijd toonaangevende bedrijven, bestaande uit Air Liquide, Nouryon (voorheen AkzoNobel Specialty Chemicals), Enerkem en Havenbedrijf Rotterdam, heeft bekend gemaakt dat Shell zal toetreden als partner in Europa’s eerste geavanceerde waste-to-chemicals-fabriek in Rotterdam. Shell wordt een gelijkwaardige partner in het waste-to-chemicals-project (W2C). Dit project wil de eerste fabriek in Europa realiseren dat chemicaliën en biobrandstoffen maakt van niet-recyclebaar afval.

Duurzame groei

“We zijn heel blij dat Shell zich aansluit bij onze groep van partners”, zegt Marco Waas, voorzitter van het waste-to-chemicals-project in Rotterdam en Directeur Innovatie en RD&I bij Nouryon. “De Richtlijn Hernieuwbare Energie (RED II) van de Europese Commissie die in 2021 in werking treedt en andere milieu-initiatieven, zoals het Pakket Circulaire Economie, creëren een ideale omgeving voor toonaangevende bedrijven om door middel van innovatie duurzame groei te stimuleren. Het toetreden van nog een andere toonaangevende mondiale partner zal dit effect verder versterken.”

“Industriële samenwerkingen zoals deze zijn van cruciaal belang voor het aandragen van oplossingen voor de samenleving. Zo is het mogelijk om aan de energievraag te voldoen en tegelijkertijd de uitstoot van broeikasgassen te verminderen om zo klimaatverandering en luchtverontreiniging aan te pakken”, zegt Andrew Murfin, General Manager Advanced Biofuels bij Shell. “Geavanceerde biobrandstoffen, met inbegrip van die worden geproduceerd met behulp van biomethanol, hebben het potentieel om met name de transportsector koolstofarm te maken. Dit is een prachtig vooruitzicht, omdat het vervoer verantwoordelijk is voor een vijfde van de wereldwijde energiegerelateerde CO2-uitstoot en nog jaren afhankelijk zal blijven van vloeibare brandstoffen, met name als het gaat om lange ritten en zware bedrijfsvoertuigen.”

Het consortium, dat hiervoor een speciale joint venture heeft opgericht, heeft inmiddels al een omvangrijk aantal voorbereidende werkzaamheden achter de rug, zoals een detail-engineering en de aanvraag van de omgevingsvergunning. Het consortium streeft ernaar om in de loop van 2019 de definitieve investeringsbeslissing (FID) te nemen. Ondertussen gaan de ontwikkelingswerkzaamheden door en wordt het selectieproces met betrekking tot de engineering en aanbesteding (EPC) afgerond.

360.000 ton afval omgezet

De geplande fabriek kan jaarlijks 360.000 ton afval omzetten in 220.000 ton (270 miljoen liter) biomethanol, niet alleen een chemische bouwsteen die gebruikt wordt voor de productie van een breed scala aan alledaagse producten, maar ook een hernieuwbare brandstof. Die hoeveelheid komt overeen met de totale jaarlijkse hoeveelheid afval van meer dan 700.000 huishoudens en vermindert de CO2-uitstoot met naar schatting ongeveer 300.000 ton in vergelijking met de productie van methanol uit fossiele brandstoffen.

Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat ondersteunt het project en verkent de ontwikkeling van mechanismen en regelgeving om opschaling van deze nieuwe technologie te bevorderen en daarmee de transitie naar een koolstofarme economie in Nederland te stimuleren. Het waste-to-chemicals-project wordt ook ondersteund door de gemeente Rotterdam, de provincie Zuid-Holland en InnovationQuarter, de regionale ontwikkelingsmaatschappij.

De fabriek, die gebruik maakt van de technologie van het Canadese Enerkem, komt te staan in het Botlek-gebied van de Rotterdamse haven en verwerkt niet-recyclebaar gemengd afval, waaronder plastic, tot synthesegas en daarna tot schone methanol voor de chemische industrie en de transportsector. Nu wordt methanol meestal nog uit aardgas of kolen geproduceerd. De fabriek zal worden uitgerust met twee productielijnen en kan tweemaal zoveel afval verwerken als de commerciële fabriek van Enerkem in Edmonton, Canada. De fabriek in Rotterdam profiteert van de hypermoderne infrastructuur van de Rotterdamse haven en van de samenwerking met Air Liquide en Nouryon (grote industrieën) voor het leveren van de benodigde zuurstof respectievelijk waterstof. Op dit moment is het de bedoeling dat de door de fabriek geproduceerde duurzame methanol wordt aangekocht door Nouryon en Shell.

Over het waste-to-chemicals-project in Rotterdam

Het waste-to-chemicals-project in Rotterdam is een belangrijke stap in de richting van een duurzamere chemische industrie en een circulaire economie. De fabriek maakt gebruik van de baanbrekende cleantech-technologie van het Canadese Enerkem en is daarmee de eerste commerciële fabriek in Europa die een duurzame oplossing biedt voor niet-recyclebaar afval door niet-herwinbaar plastic en andere gemengde afvalstromen om te zetten in nieuwe grondstoffen. Het waste-to-chemicals-project in Rotterdam is een goed voorbeeld van hoe een economie echt circulair kan worden door voor nieuwe materialen geen fossiele bronnen te gebruiken, de energiemix te diversifiëren, alledaagse producten groener te maken en tegelijkertijd een slim en duurzaam alternatief te bieden voor het storten en verbranden van afval. Het project kan Nederland helpen bij het realiseren van de ambitie om in 2050 vrijwel koolstofneutraal te zijn.

Kandidaat Statenleden bezoeken Drechtsteden op 1 en 5 maart

0

Op vrijdag 1 maart en op dinsdag 5 maart bezoeken kandidaat Statenleden van Zuid-Holland de Drechtsteden. De Statenleden (VVD en CU) varen langs verschillende projecten in de regio en maken daarbij inhoudelijk kennis met de Drechtsteden en de thema’s; ontwikkeling van de Spoorzone Dordrecht-Zwijndrecht, energietransitie, transformatie van onze oevers, lightrail tussen Dordrecht- Rotterdam en de verbetering van de externe veiligheid over het spoor.

De Drechtsteden willen als regio een stevige bijdrage leveren aan BV Nederland. Dat doen ze door als gemeentelijke overheid, onderwijs en bedrijfsleven de handen ineen te slaan en in te zetten met de Groeiagenda op de thema’s wonen, werken, bereikbaarheid en duurzaamheid. Ze zetten ook in op stedelijke transformatie van de oevers. Water en het maritieme cluster zijn immers de economische kracht welke zij graag willen versterken. De groeiagenda is tot stand gekomen samen met de provincie Zuid-Holland. De provincie is een belangrijke partner voor de Drechtsteden, waarmee ambities verder worden uitwerkt en doelen worden verwezenlijkt.

Vooral meer groene stroom uit zon

0

In 2018 is in Nederland 8 procent meer elektriciteit uit hernieuwbare bronnen opgewekt dan een jaar eerder. Vooral de productie uit zon nam toe. Dit blijkt uit nieuwe, voorlopige cijfers van het CBS over hernieuwbare elektriciteit.

De elektriciteitsproductie uit hernieuwbare bronnen in 2018 was 18,0 miljard kilowattuur (kWh), in 2017 was dit nog 16,7 miljard kWh. Windmolens hadden hierin met 55 procent het grootste aandeel, gevolgd door biomassa met 27 procent. Met zonnepanelen werd bijna 18 procent elektriciteit opgewekt. In 2017 was dit nog 13 procent. Het aandeel van waterkracht bij de productie van elektriciteit bleef beperkt tot 0,5 procent. 
Het aandeel hernieuwbare stroom in het totale elektriciteitsverbruik nam toe van 14 procent in 2017 naar 15 procent in 2018. 

Beperkte groei windenergie

De productie van elektriciteit uit windenergie steeg in 2018 met 3 procent, van 9,6 miljardkWh naar 9,9 miljard kWh. De stijging bleef beperkt omdat, net als in 2017, het windmolenpark in Nederland nauwelijks groeide. Per saldo nam de capaciteit van windmolens op land toe met 90 megawatt naar ruim 3 300 megawatt. Op zee kwamen er geen molens bij en bleef de capaciteit staan op bijna duizend megawatt.

Meer zonnepanelen

De productie van stroom met zonnepanelen nam toe, van 2,2 miljard kWh in 2017 naar 3,2 miljard kWh in 2018. Dat is een stijging van ruim 40 procent die direct verband houdt met de forse toename van de opgestelde capaciteit van zonnepanelen. Het totale vermogen van zonnepanelen is in 2018 met ongeveer 1 400 megawatt gegroeid en wordt geraamd op 4 300 megawatt. Ruim de helft van deze toename, zo’n 800 megawatt, kwam voort uit het plaatsen van grotere installaties op daken van gebouwen en op zonneweiden. De capaciteit van de kleinere installaties, vaak op daken van woningen, nam toe met ongeveer 600 megawatt.

Ook meer stroom uit biomassa

De opwekking van elektriciteit uit het verbruik van biomassa is in 2018 met 2 procent gestegen naar 4,8 miljard kWh. De groei wordt getemperd door onder andere onderhoud aan enkele grote biomassa-installaties.


Omzet zakelijke dienstverlening 8,4 procent hoger

0

De omzet van de zakelijke dienstverlening was in het vierde kwartaal van 2018 8,4 procent hoger dan een jaar eerder. De omzetstijging is vergelijkbaar met de voorgaande kwartalen. De omzetstijging van de IT-dienstverlening was 8,5 procent, 1,5 procentpunt hoger dan vorig kwartaal. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe kwartaalcijfers.

Omzet IT-dienstverleners 8,5 procent hoger

De omzet van IT-dienstverleners was in het vierde kwartaal 8,5 procent hoger dan een jaar eerder. Dit is meer dan in het derde kwartaal (7,0 procent). Voor de branches in de zakelijke dienstverlening was de omzetontwikkeling over het algemeen vergelijkbaar met het derde kwartaal. Bij de architecten was de omzet 4,6 procent hoger, terwijl die in het derde kwartaal nog 5,4 procent meer omzetten dan een jaar eerder. 

Het verschil in omzet bij de ingenieurs is met 7,4 procent groter dan in het derde kwartaal (6,4 procent). De branche markt- en opinieonderzoek zette in het vierde kwartaal precies evenveel om, in het derde kwartaal was nog wel sprake van een klein verschil met een jaar eerder: 0,4 procent.

Personeelstekort blijft grootste belemmering

Aan het begin van het eerste kwartaal van 2019 zegt 33,9 procent van de zakelijke dienstverleners last te hebben van een tekort aan arbeidskrachten. Dit is vergelijkbaar met het beeld in 2018. In ieder kwartaal gedurende dat jaar ervoer ongeveer 1 op de 3 ondernemers dit als een belemmering voor de activiteiten.

Het ondernemersvertrouwen van de zakelijke dienstverleners blijft ook voor het eerste kwartaal van 2019 positief en is zelfs iets verbeterd ten opzichte van het vierde kwartaal van 2018.


Nieuwe EU-prijs erkenning voor kampioenen op het gebied van productveiligheid

0

De Europese Commissie lanceert een nieuwe Prijs voor productveiligheid waarmee bedrijven die uitblinken in productveiligheid worden onderscheiden. Wij nodigen bedrijven – klein en groot – uit in te schrijven voor deze prijs, in de categorieën onlineverkoop en producten voor kinderen. De winnaars ontvangen hun prijs in september dit jaar uit handen van Europees Commissaris voor Consumentenrechten, Věra Jourová.

Elke consument verwacht en heeft recht op veilige producten.Deze nieuwe prijs is een erkenning voor bedrijven die productveiligheid in hun activiteiten centraal stellen en verder gaan dan de EU-eisen. De prijs is bedoeld voor bedrijven die innoveren en investeren om hun producten en diensten veiliger te maken, en daarmee de normen voor consumentenbescherming verhogen.

Věra Jourová, Europees commissaris voor Justitie, Consumentenrechten en Gendergelijkheid zegt, “Wij willen meer bedrijven stimuleren om productveiligheid prioriteit te geven en onze kinderen, onze gezinnen en onze vrienden te beschermen. Er zijn nog steeds te veel onveilige producten die worden teruggeroepen of schade veroorzaken. De Prijs voor productveiligheid biedt bedrijven een kans op erkenning voor de extra inspanningen die zij leveren om hun klanten te beschermen.”

Onlineverkoop en producten voor kinderen in de schijnwerpers

Dit jaar kunnen bedrijven in twee categorieën inschrijven:

  • Onlineverkoop: bedrijven die online verkopen en bijzondere aandacht besteden aan de veiligheid van de producten die zij aanbieden, kunnen inschrijven voor de prijs. Wij zijn op zoek naar beste praktijken en processen, bijvoorbeeld bij het terugroepen van gevaarlijke producten of het opsporen van dergelijke producten voordat ze worden verkocht.
  • Producten voor kinderen: bedrijven voor wie de veiligheid van kinderen de hoogste prioriteit heeft, kunnen inschrijven voor de prijs. Hierbij kan het bijvoorbeeld gaan om de manier waarop ze een kinderbedje ontwerpen, de creatieve wijze waarop ze hun klanten informeren over risico’s, de uitstekende kwaliteit van de service na verkoop of de wijze waarop ze productveiligheid integreren in de toeleveringsketen en levenscyclus van het product.

Erkenning voor grote en kleine bedrijven

Er zijn 12 prijzen: zes voor ‘onlineverkoop’ en zes voor ‘producten voor kinderen’. In beide categorieën worden drie mkb-bedrijven en drie grotere ondernemingen onderscheiden met goud, zilver of brons. 
De winnaars ontvangen hun prijzen in september dit jaar uit handen van Eurocommissaris Jourová tijdens een uitreiking in Brussel en krijgen de kans hun ideeën en beste praktijken te delen met branchegenoten.

Schrijf nu in en win een prijs!

Om in te kunnen schrijven moeten bedrijven gevestigd zijn in een van de 31 landen van de Europese Economische Ruimte (de 28 EU-lidstaten plus IJsland, Noorwegen en Liechtenstein). Het winnen van een prijs betekent voor bedrijven brede erkenning, versterking van hun reputatie en een kans zich te positioneren als een marktleider op het gebied van productveiligheid. 
Inschrijven kan vanaf nu tot 7 april 2019.