Home Blog Page 54

Loonkloof mannen en vrouwen blijft slinken

0

De loonkloof tussen mannen en vrouwen is in 2019 weer kleiner geworden. Het gemiddelde bruto-uurloon van vrouwen was 14 procent lager dan het gemiddelde bruto-uurloon van mannen. Dit percentage wordt elk jaar kleiner. In de vandaag verschenen CBS-publicatie De arbeidsmarkt in cijfers 2019 wordt niet, zoals gewoonlijk, alleen gekeken naar het verschil tussen de gemiddelde uurlonen, maar wordt de loonkloof ook op andere manieren gemeten. Daaruit blijkt dat op basis van het doorsnee of mediane netto-uurloon vrouwen er zelfs beter voor staan dan mannen.

In 2019 was het gemiddelde jaarloon inclusief bijzondere beloningen van vrouwen 38 procent lager dan dat van mannen. Twee derde van dit loonverschil wordt verklaard doordat vrouwen minder uren werken. Mannen werken in een werknemersbaan gemiddeld 33 uur per week, vrouwen 25 uur. Het verschil in uurlonen is daarom veel kleiner: het gemiddelde uurloon van vrouwen was 14 procent lager dan dat van mannen.

Ook het verschil van 14 procent is deels te verklaren. Zo zijn de groepen mannelijke en vrouwelijke werknemers anders samengesteld. Deze verdere correctie voor achtergrondkenmerken is in deze analyse niet toegepast.

Verschil in gemiddelde uurlonen steeds kleiner

In de loop van de tijd is het verschil in gemiddelde uurlonen steeds kleiner geworden. Hierbij speelt een rol dat vrouwelijke werknemers tegenwoordig hoger opgeleid zijn dan mannelijke. Dat geldt het sterkst bij de werknemers tot 45 jaar. Tien jaar geleden lag die grens nog bij 35 jaar. Mede als gevolg hiervan is het verschil in de gemiddelde uurlonen van mannen en vrouwen in tien jaar tijd teruggelopen van 20 procent naar 14 procent. Vanaf 1995 loopt het loonverschil tussen mannen en vrouwen met gemiddeld 0,5 procentpunt per jaar terug.

Kloof bij doorsnee uurlonen kleiner dan bij gemiddelde uurlonen

Het loonverschil tussen mannen en vrouwen op basis van gemiddelde uurlonen wordt enigszins vertekend doordat de lonen van hoogbetaalde mannen hier zwaar in meewegen. Op basis van mediane uurlonen kan een evenwichtiger beeld gegeven worden van de loonverschillen. De mediaan is het middelste getal wanneer alle getallen van laag naar hoog worden gesorteerd. Terwijl op basis van het gemiddelde uurloon vrouwen in 2019 gemiddeld 14 procent minder verdienen dan mannen, is dat op basis van de mediane uurlonen 7 procent.

Het verschil tussen mannen en vrouwen zit in de banen met een loon van minstens 30 euro per uur; in die banen zijn mannen oververtegenwoordigd in de loonverdeling. Een kwart van alle arbeidsuren van mannen wordt betaald tegen minstens 30 euro per uur, terwijl dat bij de vrouwen 14 procent is. In 5 op de 6 banen wordt minder verdiend dan 30 euro per uur. Bij deze banen zijn de gemiddelde uurlonen van mannen en vrouwen nagenoeg gelijk aan elkaar. Dat het gemiddelde uurloon voor het totaal van alle vrouwen lager is dan voor mannen wordt dus verklaard door de oververtegenwoordiging van mannen in de hoger betaalde banen.

Doorsnee netto-uurloon van vrouw hoger dan van man

Tot slot kan in plaats van brutolonen ook naar nettolonen worden gekeken. In 2019 komt het mediane netto-uurloon van vrouwen 2 procent hoger uit dan dat van mannen: in 50 procent van de arbeidsuren van mannen wordt gewerkt tegen een netto-uurloon van hooguit 16,64 euro, terwijl in 50 procent van de arbeidsuren van vrouwen gewerkt wordt tegen een netto-uurloon van minstens 16,95 euro.

Dat vrouwen het relatief beter doen als naar nettolonen wordt gekeken, komt doordat de hoger betaalde banen relatief zwaarder belast worden. Mannen zijn oververtegenwoordigd in de hoger betaalde banen en betalen daardoor ook een relatief groter deel van de loonbelasting/premie volksverzekeringen. Sinds 2015 is het mediane netto-uurloon van vrouwen hoger dan dat van mannen.

Zuid-Holland ademt schonere lucht

0

Provincie Zuid-Holland

De luchtkwaliteit in Zuid-Holland gaat er langzaam maar zeker op vooruit. Metingen uit 2018 laten zien dat de lucht sinds 2008 flink schoner is geworden. Het provinciebestuur wil nog meer gezondheidswinst boeken en gaat voor een verdere verbetering van de luchtkwaliteit, zoals afgesproken in het Schone Lucht Akkoord.

De verbetering van de luchtkwaliteit blijkt uit de jaarlijkse voortgangsrapportage die op 21 april door Gedeputeerde Staten is vastgesteld. Deze rapportage is gebaseerd op landelijke meetgegevens uit 2018 van het RIVM, provinciale metingen door DCMR Milieudienst Rijnmond en op berekeningen. Uit de metingen blijkt dat de concentratie fijnstof – met name vanuit wegverkeer, industrie en huishoudens – in de periode 2008-2018 met 20% is gedaald. In dezelfde periode daalde de concentratie stikstofdioxide – vooral wegverkeer en industrie – met 21%. Op 2 locaties – beide in Rotterdam – werd de grenswaarde voor stikstofdioxide nog overschreden. De gemeente heeft voor deze knelpunten een aanvullend maatregelenpakket vastgesteld.

Nationaal Samenwerkingsprogramma

De afgelopen jaren heeft de provincie verschillende maatregelen genomen voor een betere luchtkwaliteit. Deze maatregelen maakten deel uit van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit. Voorbeelden van uitgevoerde maatregelen in Zuid-Holland zijn experimenten met nul-emissie bussen, verbeterde fietsverbindingen, een subsidieregeling voor katalysatoren bij binnenvaartschepen en walstroomaansluitingen voor de binnenvaart.

“Het is fijn om te zien dat onze inspanningen voor schonere lucht hun vruchten afwerpen”, zegt gedeputeerde Adri Bom-Lemstra (Gezond en veilig). “Maar er is nog steeds werk aan de winkel, want Zuid-Holland is een drukke en bedrijvige provincie. Dat biedt veel kansen en daar zijn we trots op. Tegelijk willen we dat je hier gezond en veilig kunt wonen. De concentraties schadelijke stoffen in onze lucht moeten dus verder omlaag.”

Schone Lucht Akkoord

In januari 2020 ondertekende Bom-Lemstra namens de provincie Zuid-Holland het Schone Lucht Akkoord. Doel van het Schone Lucht Akkoord is om de gezondheidsschade door luchtvervuiling uiterlijk in 2030 te halveren ten opzichte van 2016. Om dat te bereiken worden diverse maatregelen ingezet, bijvoorbeeld de roetfiltertest, die per 2021 deel uitmaakt van de APK voor dieselauto’s. Verder stopt de subsidie op pelletkachels en gaan overheden bij bouwprojecten eisen stellen aan machines die bouwers gebruiken. Rijk, gemeenten en provincies die meedoen moeten jaarlijks de voortgang laten zien.

Gevolgen bestrijding coronavirus

Op dit moment zijn er in heel Europa minder verkeersbewegingen en is er minder bedrijvigheid vanwege de bestrijding van het coronavirus. Dit is terug te zien in de huidige luchtkwaliteit. Het is goed voorstelbaar dat een lagere uitstoot ook in de rapportage over het jaar 2020 zichtbaar zal zijn. De provincie gaat er vooralsnog vanuit dat we grotendeels terugkeren naar de maatschappelijke situatie van vóór het optreden van het coronavirus, waardoor aanvullende maatregelen voor het verbeteren van de luchtkwaliteit nodig zullen blijven.

Provincie: groene waterstof vooral voor industrie en transport

0

Provincie Zuid-Holland

Groene waterstof speelt een sleutelrol bij de transitie naar duurzame industrie en mobiliteit. Daarom ontwikkelde de provincie een waterstofvisie voor Zuid-Holland.

Waterstof maakt het mogelijk om (duurzaam opgewekte) elektriciteit op te slaan en te transporteren over langere afstand. Daarom heeft groene waterstof een sleutelrol in de toekomst van duurzame energie en grondstoffen. Met name voor Zuid-Holland, met veel intensieve industrie, mobiliteit, kennis en toegangspoort naar Europa is de ontwikkeling van een groene waterstofeconomie van groot belang.

6 prioriteiten voor Zuid-Holland

In de waterstofvisie staan zes prioriteiten waar de provincie zich in de coalitieperiode 2019-2023 met name voor wil inzetten:

  1. De verdere ontwikkeling van de productie van groene waterstof
  2. De haven als hub voor import en doorvoer van waterstof
  3. De ontwikkeling van een open toegankelijke waterstofinfrastructuur (bijvoorbeeld pijpleidingen)
  4. Verdere ontwikkeling van de vraag naar waterstof als grondstof en energiedrager voor de industrie
  5. De ontwikkeling van waterstof als energiedrager voor mobiliteit: met name zwaar vervoer op langere afstand, bijvoorbeeld vrachtwagens en binnenvaartschepen
  6. De rol van waterstof in het energiesysteem: energie bufferen (reserve houden) en transporteren om pieken in vraag en aanbod op te vangen (balanceren)

Hoewel de provincie wel een pilot ondersteunt in Stad aan ’t Haringvliet om kennis over op te doen rond de inzet van waterstof in woonwijken, is grootschalige inzet in steden en woonwijken op korte termijn geen prioriteit. Daarvoor is nog veel verdere innovatie en ontwikkeling nodig.

Samen verder

0

Vanaf heden is Kolpa van der Hoek Makelaars Taxateurs een nieuwe, maar uiterst vertrouwde naam. Twee leidende makelaarskantoren uit Rotterdam en Voorne-Putten werken samen en vormen één nieuw kantoor. Eén partner voor aankoop, verkoop, verhuur en taxaties. Dienstverlening op hoog niveau, aandacht voor details.

Met de samenvoeging komt een mooi vervolg op de historie. Van der Hoek Makelaars (Oostvoorne) bestaat dit jaar 60 jaar. Kolpa Makelaars (Rotterdam) telt nog meer historische jaren; dit kantoor bestaat al sinds 1915.

Er bestaat in Nederland geen completer kantoor dan deze nieuwe combinatie. Op alle gebieden biedt Kolpa van der Hoek Makelaars Taxateurs de zekerheid van dienstverlening op hoog niveau. Geen makelaar in Nederland heeft meer certificeringen en kwaliteitslabels. Met recht een unieke combinatie, voor particuliere en bedrijfsmatige transacties. Met kennis van zaken, met kennis van waarde

Nieuwe dijkgraaf Jan Bonjer start 1 mei 2020

0

Jan Bonjer start op vrijdag 1 mei a.s. in zijn functie als dijkgraaf van waterschap Hollandse Delta.

Hij werd op 15 januari jl. unaniem voorgedragen door het algemeen bestuur van waterschap Hollandse Delta. Inmiddels is de procedure voor het Koninklijk Besluit doorlopen en kan de nieuwe dijkgraaf op 1 mei starten. De benoeming geldt voor een periode van 6 jaar.

Door het coronavirus wordt de officiële beëdiging door de Commissaris van de Koning Jaap Smit op een latere datum ingepland. Dan is er ook gelegenheid om afscheid te nemen van waarnemend dijkgraaf Gerard Doornbos.

Jan Bonjer heeft zin in deze nieuwe uitdaging en kijkt er naar uit een ieder te ontmoeten en mee samen te werken. Bij zijn voordracht zei hij al: “Waterschap Hollandse Delta bouwt aan een nieuwe toekomst. Daaraan wil ik graag bijdragen met behulp van mijn kennis, creativiteit en leiderschap. In het waterbeheer komen grote eigentijdse uitdagingen samen: klimaatverandering, zeespiegelstijging, verdroging, verzilting, de overgang naar een circulaire economie, etc. De wereld van het waterschap is relevanter dan ooit. Het is belangrijk om dat besef in bredere kring te laten doorbreken. Mijn netwerk en ervaring in de mediawereld komen daarbij van pas.”

Tot 1 april 2020 was Jan Bonjer hoofdredacteur van het Financieele Dagblad en daarvoor hoofdredacteur van het Algemeen Dagblad.

Sterkste daling producentenvertrouwen ooit

0

Door de wereldwijde maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus is het producentenvertrouwen in april 2020 op het laagste niveau beland sinds de start van het onderzoek in 1985. Het vertrouwen van de industriële ondernemers ging van 0,2 in maart naar -28,7 in april. Dat was ook veruit de sterkste afname ooit, maakt het CBS bekend. Vooral het oordeel over de verwachte bedrijvigheid daalde ongekend sterk.

Het gemiddelde van de afgelopen twintig jaar is 0,8. Het vertrouwen van de ondernemers bereikte in februari 2018 de hoogste waarde (10,9) en in april 2020 de laagste waarde (-28,7). Voor het eerst na september 2014 hebben negatief gestemde ondernemers de overhand.

Oordeel over verwachte bedrijvigheid op historisch dieptepunt

Producenten in de industrie waren in april ongekend negatief over de verwachte bedrijvigheid. Zowel de verslechtering van het oordeel over de verwachte bedrijvigheid als van het oordeel over de orderportefeuille was nog nooit zo groot als in april 2020. Ook het oordeel over de voorraden gereed product verslechterde sterk.

Alle deelindicatoren van het producentenvertrouwen waren negatief. Er zijn meer ondernemers die verwachten dat hun productie de komende drie maanden zal afnemen dan ondernemers die een toename van de productie voorzien. Het aantal ondernemers dat de orderpositie klein vindt heeft de overhand op het aantal ondernemers dat de orderportefeuille groot acht, gelet op de tijd van het jaar. Het aantal ondernemers dat de voorraad eindproduct als te groot beschouwt is groter dan het aantal dat de voorraden te klein vindt.

In alle branches smelt het vertrouwen weg

In alle branches van de industrie was de daling van het producentenvertrouwen de grootste ooit. Het vertrouwen staat ook, behalve in de papier- en grafische sector en de aardolie- en chemische industrie, in alle branches op het laagste niveau ooit. De producenten in de transportmiddelenindustrie waren het meest negatief.

Bezettingsgraad op laagste niveau ooit

De bezettingsgraad van de machines en installaties in de industrie is bij aanvang van het tweede kwartaal 2020 uitgekomen op 74,2 procent. Daarmee ligt de benutting van het machinepark op het laagste niveau sinds de start van de meting in 1989.

Vertrouwen Duitse industrie ook op historisch laag niveau

Duitsland is een belangrijke afzetmarkt voor de Nederlandse industrie. Het vertrouwen van de Duitse industriële producenten (Ifo-index) is in april naar het op een na laagste niveau ooit gedaald. Alleen in maart 2009 was de index nog net iets lager. Wel was het de sterkste daling van het vertrouwen in een maand ooit. Het oordeel over de verwachte bedrijvigheid staat net als in Nederland op het laagste niveau ooit.

Provincies positief over rijksmiddelen aanpak stikstof

0

Provincie Zuid-Holland

De provincies hebben kennis genomen van de brief Voortgang stikstofproblematiek: structurele aanpak van het kabinet. Het kabinet neemt een fors pakket aan maatregelen om de stikstofuitstoot te verminderen en de natuur een noodzakelijke impuls te geven. De gezamenlijke provincies zien deze maatregelen als een belangrijke stap op weg naar een structurele aanpak voor de stikstofproblematiek. Een stap die juist in deze tijden nodig is om economische ontwikkeling mogelijk te maken.

Maatschappelijk aanvaardbaar en realistisch

De provincies zien het besluit van het kabinet als een belangrijke stap. Er is nog veel te doen. De provincies vragen in het komende proces naast aandacht voor het creëren van noodzakelijke ontwikkelruimte voor nieuwe initiatieven ook aandacht voor het vraagstuk hoe om te gaan met initiatieven die onder en voor het oude PAS-regime wachten op een vergunning.

De ambitie van de minister om in 2030 de helft van de hoeveelheid Natura 2000-gebied onder de kritische depositiewaarde te brengen zien de provincies als zeer betekenisvol. De provincies brengen in beeld wat de effecten van de maatregelen zullen zijn voor alle gebieden. De provincies vinden het belangrijk dat het Rijk de komende tijd ook perspectief schetst voor de gebieden waar de kritische depositiewaarde niet wordt bereikt. Dit zal moeten worden bezien in samenhang met ruimte voor economische ontwikkelingen. Hier kan het advies van de Commissie Remkes over de lange termijn aanpak van de stikstofproblematiek, dat voor de zomer wordt verwacht, bij betrokken worden.

Gedeelde verantwoordelijkheid bij alle sectoren

Gedragenheid en gedeelde verantwoordelijkheid is bij alle betrokken sectoren van cruciaal belang. Het structureel verminderen van de stikstofuitstoot vraagt een grote gezamenlijke inzet van de verschillende overheden en sectoren als de landbouw, de bouw en de industrie. Het vraagt ook om verbinding met de verschillende maatschappelijke opgaven. De provincies hebben in de gebieden voortdurend gesprekken met de betrokken sectoren. Daarin wordt zichtbaar dat alle sectoren de afgelopen jaren daaraan al een bijdrage hebben geleverd en bereid zijn om ook nu hun bijdrage te leveren.

De provincies zullen de komende tijd de brief van het kabinet nader bestuderen en meenemen naar de overleggen die de provincies met de verschillende sectoren hebben.

Webinar over MIRT-Verkenning A15 Papendrecht-Gorinchem

0

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat organiseert vier online informatiebijeenkomsten over de voortgang in de MIRT-Verkenning A15 Papendrecht-Gorinchem. Deelnemers aan het webinar krijgen na een presentatie de mogelijkheid om vragen te stellen. In verband met de maatregelen rond het coronavirus zijn er dit keer vier identieke online sessies in plaats van een inloopbijeenkomst.

Vervolgbijeenkomst

Eind vorig jaar, op 14 november, is voor deze verkenning de eerste inloopbijeenkomst geweest. Toen hebben aanwezigen informatie over het gebied, knelpunten en mogelijke oplossingen aangedragen. Inmiddels heeft op basis van alle verzamelde informatie die in de verkenning naar voren is gekomen, de eerste selectie van mogelijke oplossingen plaatsgevonden. Deze zijn opgenomen in een aantal maatregelpakketten die verder worden uitgewerkt.

Toelichting

In de online bijeenkomst is aandacht voor een toelichting op het proces van selectie, de samenstelling van de maatregelpakketten (o.a. de eerste analyseresultaten van de pakketten) en een doorkijk naar de volgende stappen.

Waar en Wanneer?

De sessies vinden plaats op:       

  • Woensdag 6 mei van 16.00-17.00 uur of van 20.00-21.00 uur.
  •  Donderdag 7 mei van 16.00-17.00 uur of van 20.00-21.00 uur.

Alle sessies starten met de presentatie van een half uur. Aansluitend kunnen deelnemers online vragen stellen. Deelnemers wordt ook gevraagd een aantal enquêtevragen te beantwoorden. Meer informatie over het project en hoe men kan meedoen aan de online bijeenkomst  is te vinden op de website: www.mirta15papendrechtgorinchem.nl.

MIRT-Verkenning A15 Papendrecht-Gorinchem

In 2017 is een verkeersbrede studie gedaan naar de gehele A15 vanaf Rotterdam tot aan de Duitse grens. Het traject Papendrecht-Gorinchem kwam naar voren als traject waar veel files ontstaan. De weg kent hier dagelijks vertragingen die naar verwachting in de toekomst nog veel groter worden. Door de hoge filedruk zijn er ook veel ongevallen.

De A15 is belangrijk voor de Nederlandse economie. Zo verbindt deze rijksweg de dorpen en steden in de regio met elkaar. Daarnaast is het een belangrijke schakel voor het vervoer van goederen tussen de haven van Rotterdam en Duitsland. In de MIRT-Verkenning A15 Papendrecht-Gorinchem zoeken we  een oplossing om de doorstroming en de verkeersveiligheid te verbeteren op de A15 ten westen van de aansluiting Sliedrecht-West tot en met de aansluiting Arkel, ten oosten van knooppunt Gorinchem.

CBRE: “Kantoren nu corona-proof maken is niet goed genoeg”

0
  • Veranderende mindset over onder andere thuiswerken leidt tot een andere betekenis en invulling van kantoren.
  • “Je kunt je kantoor nu Covid-19-proof maken, allerlei regels instellen en doen alsof de wereld van voor corona weer terugkomt, maar de essentie van een kantoor is in deze eerste weken van massaal thuiswerken volledig veranderd.”

Vastgoedadviseur CBRE stelt dat kantoren niet enkel corona-proof moeten worden gemaakt, maar dat ze blijvend anders ingericht en gebruikt zullen worden. Niet alleen voor de komende maanden zullen kantoren Covid-19-proof gemaakt moeten worden, ook voor de tijd daarna is het goed om na te denken over de functie van het kantoor.

Trends in versnelling

De gedwongen massale overstap naar thuiswerken leidt tot andere inzichten over werken en verandert de betekenis en functie van het kantoor zoals we het kennen van voor de coronacrisis. In de whitepaper ‘The Office Reset: de invloed van Covid-19 op de werkomgeving’, meldt de vastgoedadviseur dat een aantal trends die zich normaal gesproken nog jarenlang hadden moeten ontwikkelen – zoals locatieonafhankelijk werken – vanwege de coronacrisis nu al realiteit zijn. Flexibel werken is de nieuwe norm, er komt meer focus op gezondheid en hygiëne en er komt meer vraag naar slimme, kwalitatief hoogwaardige full service kantoorgebouwen.

“Werken anno 2020 is nu echt anytime, any place, anywhere geworden. Dit betekent dat het juist nu tijd is dat organisaties zichzelf klaarmaken voor de toekomst, door onder andere thuis of op afstand werken onderdeel te maken van de werkplekstrategie.”

Wouter Oosting, Senior Director Workplace Strategies & Innovation

De werkplek van de toekomst

Een kantoorwerkplek zal in de toekomst een andere invulling krijgen, blijkt uit de whitepaper. De belangrijkste conclusies:

  • De massale overstap naar thuiswerken zal ervoor zorgen dat organisaties gaan onderzoeken wat de juiste balans is tussen werk op kantoor en werk op andere locaties. De rol die het kantoor speelt bij het mogelijk maken van werk zal dus herzien worden.
  • Bij het ontwerpen en toewijzen van kantoorruimte zal vanaf nu ook rekening moeten worden gehouden met hoe de overdracht van ziektes kan worden beperkt. Er zal meer aandacht zijn voor hygiëne en de gezondheid en het welzijn van medewerkers.
  • De rol van slimme kantoorgebouwen die zijn uitgerust met de nieuwste digitale technologieën zal groter worden. Zo kan een grotendeels touchless werkomgeving mogelijk worden gemaakt, waarin werknemers gebruik kunnen maken van handgebaren en stemcommando’s.
  • Gebruikers leggen meer nadruk op de mogelijkheden die gebouwen bieden en gezonde werkplekken. Zo blijven werknemers gezond en wordt de productiviteit op de lange termijn gewaarborgd.
  • Er moet worden gestreefd naar een ‘mixed reality’ waarin werknemers beschikking hebben over een breed arsenaal aan technologische oplossingen en zelf kunnen bepalen waar en hoe ze werken. De werkplek van de toekomst zal veel minder vastomlijnd zijn dan die van nu.

Essentie kantoor is veranderd

“In eerste instantie gaan bedrijven zich de komende periode natuurlijk focussen op het faciliteren van fysieke samenwerking van teams en medewerkers die geen of beperkte mogelijkheden hebben om thuis te werken. Dit omdat het vanwege de coronamaatregelen op de werkvloer niet mogelijk is om iedereen naar kantoor te laten terugkeren,” aldus Wouter Oosting.

“Maar je moet ook naar de toekomst blijven kijken,” voegt Oosting toe. “Je kunt je kantoor nu Covid-19-proof maken, allerlei regels instellen en doen alsof de wereld van voor corona weer terugkomt, maar de essentie van een kantoor is in deze eerste weken van massaal thuiswerken volledig veranderd. Dat komt niet alleen door de maatregelen tegen verspreiding van het coronavirus, maar ook door de veranderende mindset over thuiswerken. Ook de wetenschap erkent dat we prima online contact kunnen houden, maar op langere termijn is ‘nabijheidscontact’ onmisbaar in een gezond leven. Kantoren zullen daar nu meer dan ooit invulling aan geven, en voor degenen die vanwege hun thuissituatie niet thuis kunnen of willen werken is er uiteraard een gezonde werkplek beschikbaar.”

Zes miljoen werknemers staan open voor een betere baan

0

Twee op de drie Nederlanders met een betaalde baan staan open voor een betere, leukere baan. Ook willen zij geselecteerd worden op hun kwaliteiten; niet op leeftijd of op geslacht. Dit blijkt uit recent onderzoek van onafhankelijk onderzoeksbureau DirectResearch.

DirectResearch ondervroeg in 2019 bijna 3.000 Nederlandse volwassenen over de arbeidsmarkt. Op de stelling ‘Ik heb een leuke baan, maar als er een betere & leukere baan voorbijkomt sta ik open voor een nieuwe uitdaging’, antwoordde 63% met ‘eens’.

Een iets hoger percentage (66%) is tegen een vrouwen-quotum. Werkgevers zouden volgens hen moeten selecteren op persoonlijkheid, kennis, kunde en kwaliteiten, en niet op geslacht.

Het onderzoek van DirectResearch werd uitgevoerd in opdracht van unlocQed. Dit is een nieuw job-matching platform met een unieke aanpak. Werkzoekenden kunnen er namelijk hun profiel plaatsen, zònder naam, leeftijd en geslacht. Solliciteren zoals kandidaten auditie doen bij The Voice.

Een werkgever kan op unlocQed contact zoeken met kandidaten via een chat of videochat. Maar de kandidaat beslist óf en wanneer de naam, leeftijd en geslacht prijsgegeven worden. Dit voorkomt onbewuste aannames en voorkeuren van werkgevers tijdens de start van de werving en selectie.

Werkgevers kunnen door de unlocQed-aanpak meer potentiële kandidaten bereiken; kandidaten waar ze in eerste instantie niet aan zouden hebben gedacht. Of waarmee zij tot nu toe geen contacten konden leggen.

Mensen met een betaalde baan zullen zich vrijer voelen om hun profiel op unlocQed te plaatsen. Zij hoeven namelijk niet beducht te zijn dat hun huidige werkgever erachter komt. Dit kan dus ook tot meer kandidaten leiden voor werkgevers.

Het nieuwe job-matching platform is uniek wat betreft het minimale gebruik van cookies. Persoonsgegevens blijven daardoor altijd vertrouwelijk. Gebruikers kunnen er met een gerust hart rondstruinen. Ze worden daarna niet achtervolgd met advertenties en andere spam-berichten.

Kijk voor meer informatie op www.unlocqed.nl