Verzekeren van lading: daar weet Willie van Straaten heel wat van af. Na het afronden van Schoevers kwam ze 31 jaar geleden via het uitzendbureau terecht bij Cleve & Zonen.

Ze begon als directiesecretaresse van Gerard van Pelt, maar daar had ze vanwege de toen nog beperkte omvang van het expediteursbedrijf geen dagtaak aan. Dus richtte ze zich ook steeds meer op het behandelen van schadegevallen. Van Straaten ontdekte al snel dat het suffe imago van verzekeringen zeker niet van toepassing is op de transportsector.

“Het is juist enorm afwisselend en dynamisch werk. Voor een groot deel komt dat vanwege ons internationale werkgebied. De contacten lopen letterlijk van hier tot Tokio.” Klanten met zee- of luchtvracht zijn zich lang niet altijd bewust van de risico’s die onderweg kunnen ontstaan, vertelt Van Straaten. “Terwijl het er juist veel zijn. Een lading kan bijvoorbeeld per abuis in een container terechtkomen met een verkeerde bestemming, maar ook brandschade, diefstal en waterschade zijn kostenposten waar niemand op zit te wachten.” Een goede transportverzekering kan dat ondervangen en wordt dan ook altijd door Cleve & Zonen aangeboden. “Ongeveer de helft van onze klanten sluit een transportverzekering af. Wie dat niet doet, denkt soms dat Cleve & Zonen sowieso volledig aansprakelijk is zodra er iets mis gaat. Dat is echter niet het geval. Een zending heeft namelijk een bepaalde waarde, die meestal een veelvoud is van de zeevracht die moet worden betaald. Daarom is wettelijk bepaald dat een expediteur of vervoerder slechts deels aansprakelijk is bij schade. Het gaat dan om een beperkt bedrag, slechts een paar euro per kilo. Het verschilt iets per modaliteit en bestemming, maar niet veel. Die bescherming voor wat betreft de onbalans tussen zeevracht en de waarde van de goederen hebben wij ook nodig natuurlijk, kleinere bedrijven zouden anders binnen de kortste keren over de kop kunnen gaan.”

De gedachte: ‘het komt wel goed als mijn lading in de container zit’ gaat dus helaas niet altijd op. “Je hebt ook te maken met factoren als het schommelen van een schip, goed vastzetten van de lading, remmen van een vrachtwagen en overladen van vracht. Wat daarbij ook allemaal niet helpt is dat er steeds vaker wordt bezuinigd op verpakkingen. In combinatie met het niet afsluiten van een transportverzekering wordt het risico dan wel flink groter. Grote, dure machines worden gerust zonder bescherming op een pallet gezet en in een kartonnen doos geschoven. Dat is vragen om problemen. Zeker in het Verre Oosten nemen ze verpakken vaak niet zo nauw.” Sommige klanten schatten het verzekeren van lading pas op waarde nadat er een vervelend, kostbaar incident heeft plaatsgevonden. “Maar het besef kan beter laat dan nooit komen. Wij leggen klanten weleens uit dat ze ons moeten zien als een reisbureau voor goederen. Want dat is wat we op dit gebied feitelijk zijn. Als je op vakantie gaat, sluit het gros van de mensen een reisverzekering af. Waarom zou je dan voor lading geen transportverzekering afsluiten? Het komt namelijk op hetzelfde neer.”

De recente beslommeringen rondom de noodlijdende Zuid-Koreaanse containerrederij Hanjin Shipping noemt Van Straaten als praktisch voorbeeld van waarom verzekeren wel degelijk loont. In september dobberden bijna honderd afgeladen vrachtschepen van de rederij op zee, in afwachting van toestemming om aan te leggen. Havens lieten de schepen niet binnen, omdat ze bang waren dat betaling van de noodlijdende organisatie uit zou blijven. “Zonder transportverzekering zijn klanten in zo’n geval zelf verantwoordelijk voor de kosten die gemaakt worden om de lading naar een andere bestemming te krijgen. Heb je de lading wel verzekerd, dat valt dat meestal onder de dekking,” legt Van Straaten uit. Hetzelfde geldt voor averij grosse: ook deze kosten worden meestal gedekt onder een transportverzekering. Overigens vervoert Cleve & Zonen in samenspraak met partner AON niet alle soorten lading. “Niet-geaccepteerde goederen zijn bijvoorbeeld sigaretten en hoogwaardige metalen. De reden? Die producten zijn té diefstalgevoelig.” Het gros van de ladingen kan echter prima worden verzekerd. “Wanneer onze klanten besluiten dat te doen, hebben ze er vervolgens niet of nauwelijks omkijken meer naar. Wij nemen eigenlijk alles uit handen.”

Met alle dynamiek die erbij komt kijken, gaat Van Straaten ook na ruim drie decennia nog met veel plezier naar haar werk. Sinds 6 jaar maakt ze ook deel uit van het managementteam. “Cleve & Zonen is natuurlijk een familiebedrijf en dat merk je aan de prettige werksfeer en betrokkenheid. Ik ben meegegroeid met de familie. Dochters Mireille en Samantha zag ik hier vroeger regelmatig rondhuppelen en hebben nu hun plek binnen het familiebedrijf verworven.” Cleve & Zonen staat na al die jaren niet alleen als een huis, zo voelt het ook. “Ja, dit is wel mijn tweede thuis. Dat komt ook door alle leuke collega’s. Ik ben met mijn 31 dienstjaren niet eens koploper. Met enige regelmaat vieren we op kantoor een jubileum. Dat geeft wel aan dat het hier prettig werken is.”

Breeland, onderdeel van Breeman Automotive, is al sinds jaar en dag gerenommeerd en meervoudig prijswinnend dealer van Land Rover. Sinds 1 juni is daar een ander aansprekend merk bijgekomen, namelijk Jaguar.

Mark de Pijper, directeur en mede-aandeelhouder, legt uit waarom hij content is met die toevoeging én vertelt over de op handen zijnde verbouwing van het pand aan de Autolettestraat, om beide merken optimaal te kunnen presenteren.

De wijzigingen in het dealernetwerk zijn het directe gevolg van de wereldwijde Dual Brand strategie die Jaguar Land Rover heeft om haar premium merken beide onder één dak aan te bieden. “Groot Rotterdam vormt voor de importeur de belangrijkste Nederlandse regio, dus wij zijn trots dat juist wij het dealerschap van Jaguar in het Rijnmondgebied hebben verworven. Het merk heeft de toekomst en breidt haar modellenaanbod momenteel sterk uit. Daarmee wordt Jaguar ook meteen interessanter voor een bredere doelgroep. Dat merken wij vanaf het begin. De aanloop is boven verwachting.” In de showroom is onder meer de nieuwe Jaguar F-PACE te bewonderen. “Dit is een performance SUV die prestaties combineert met intuïtieve technologie en praktische eigenschappen. Voor rijders van een Audi Q5 of de BMW X3 is dit bijvoorbeeld een interessant alternatief. De Jaguar XE en Jaguar XF zijn ook populair, onder meer bij bezitters van een Audi A4, Audi A6 en de BMW 3 en 5 serie. Daarnaast sluit het modellengamma van Jaguar uitstekend aan op dat van Land Rover. En hoe mooi is het om twee iconische, Britse merken te mogen voeren?”

Verbouwing

Over enige tijd wordt de presentatie van beide merken geperfectioneerd middels een verbouwing van de showroom op Autostrada, langs de A16. “De bouw begint aan het einde van dit jaar of begin volgend jaar en is naar verwachting voor de zomer van 2017 volledig afgerond. Omdat onze showroom aan de linkerzijde hoger is, wordt dat de plek voor Land Rover. Aan de rechterkant zullen de modellen van Jaguar komen te staan, met daarnaast onze werkplaats. Tussen beide showrooms in is ruimte voor de centrale entree. De look and feel is conform de wereldwijde uitstraling.” De dienstverlening en hoge mate van servicegerichtheid is waar Breeland al ruim 20 jaar om bekend staat als het aankomt op Land Rover. Jaar in, jaar uit eindigt de organisatie in de top 3 van beste dealerbedrijven van Nederland, waarbij de hoogste trede van het podium ook geen onbekend terrein is. “Oprechte interesse, flexibiliteit, meedenken, klanten niet als nummer behandelen en louter vakkundige medewerkers in dienst hebben zijn voor ons een vanzelfsprekendheid. Net als veel aandacht voor aftersales en een haal en breng service door heel Nederland. Onze Jaguar-klanten benaderen we uiteraard op dezelfde manier.” Of het onze ambitie is om ook de prijs voor ‘beste Jaguar-dealer van Nederland’ te winnen? Dat is zeker het streven. Het zal vast niet volgend jaar al lukken, maar met ons betrokken team van medewerkers dat echt het verschil maakt, gaat Breeland daar wel voor.”

Allard Castelein, CEO van het Havenbedrijf, is tevreden. Vreemd wellicht, omdat de overslagcijfers tot en met het derde kwartaal van dit jaar bijna twee procent lager zijn dan die van 2015. Niettemin ziet Castelein tal van positieve ontwikkelingen.

Hij zegt: “De containeroverslag neemt in het derde kwartaal, in vergelijking met het eerste half jaar toe en met de economie gaat het beter dan in de periode 2009 tot en met 2015. Dus ik verwacht dit jaar bijna hetzelfde volume als in het recordjaar 2015 en ik denk dat 2017 macro-economisch een beter jaar wordt en dat is goed voor de haven”.

Met name het feit dat op Maasvakte 2 het aantal behandelde containers op de geautomatiseerde terminals van APM (Maersk) en RWG in de lift zit, is een positieve ontwikkeling. Volgens Castelein hebben de nieuwe terminals tijd nodig om alle systemen goed in te regelen. Zo worden de containers gelost vanuit een controlekamer, door operators die een joystick bedienen. Beide terminals draaien nog niet op volle capaciteit. Bij RWG is dat iets minder en bij APM iets meer dan 2.5 miljoen TUE. Hierdoor zijn containerschepen uitgeweken naar met name Antwerpen, omdat Rotterdam aan zijn maximale overslagcapaciteit zat.

Op koers

Castelein: “De terminals worden stabieler. Ik verwacht dat ze dit jaar gezamenlijk 1,5 miljoen TUE behandelen. En als de productiviteit in dit tempo doorzet, dan zitten we goed op koers”. Opluchting ook over het bereikte sociaal akkoord in de containersector, dat na jarenlang onderhandelen werd bereikt en nodig is, omdat door de automatisering de werkgelegenheid onder druk stond. Die is nu voor werknemers, die op 1 januari 2015 in vaste dienst waren tot 1 juli 2020 gegarandeerd. Ook de Senioren Haven Fitregeling wordt uitgebreid en de 120 medewerkers van het in problemen verkerende uitzendbedrijf Rotterdam Port Services krijgen een maatwerkoplossing.

Castelein: “Mijn rol was die van mediator en voorzitter. Ik heb partijen er geregeld bijgetrokken. Het is gelukt doordat de betrokken bedrijven niet individueel zijn gaan onderhandelen, maar gekozen hebben voor een duurzame en collectieve oplossing. Anders zouden wij ook niet hebben kunnen aanschuiven. Alle betrokkenen zijn over hun eigen schaduw heengestapt. We delen de kosten met de werkgevers. Nee, ik noem geen bedragen”.

Ontwikkelaar

Castelein benadrukt dat zijn focus niet alleen op de containersector ligt. “Het is spelen op verschillende schaakborden en het Havenbedrijf groeit van een traditionele havenbeheerder naar een ontwikkelaar van het gebied, door samen met diverse havenpartijen voorop te lopen met het bedenken van creatieve oplossingen, waardoor we goed op allerlei veranderingen kunnen inspelen. Bovendien proberen we lastige dossiers los te trekken”.

Castelein kaart de ict-ontwikkelingen aan, waarbij met slimme informatie-apps, het Havenbedrijf probeert in te spelen op de behoefte van zijn klanten. Zoals samen met hen de logistieke keten naar het achterland real time, transparanter, efficiënter en milieuvriendelijker maken. Castelein: “Daarmee willen we ons onderscheiden, zodat er meer goederen via de Rotterdamse haven gaan”.

Energietransitie

Een uitdaging is de energietransitie, waarbij Nederland in 2050 zo goed als CO2-neutraal moet zijn. Een streven dat, doordat 195 landen de klimaatdoelen hebben geratificeerd, een keihard gegeven is. Dit betekent voor Nederland een reductie van de broeikasgas-uitstoot met 80 tot 95 procent. En Rotterdam moet van een fossiele naar een groene haven worden omgevormd. Daarom heeft het Havenbedrijf samen met tal van andere bedrijven zich aangesloten bij de “Transitiecoalitie”, die de overheid oproept te gaan werken aan een nieuw Deltaplan, met een klimaatwet, de komst van een minister van economie, klimaat en energie, een onafhankelijke klimaatautoriteit en een nationale investeringsbank, die vergroenende innovaties en grote energieprojecten mogelijk maakt. Nodig om bedrijven duidelijkheid te geven over het lange termijnbeleid en de energietransitie te versnellen. De Energietransitie moet een nieuwe economie, met nieuwe banen mogelijk maken.

Castelein: “Energietransitie is wil, uithoudingsvermogen, geld en techniek. Want allerlei verwachte technische innovaties moeten echt mee zitten. En ook al loopt Nederland met het nemen van milieumaatregelen achter, door eenduidigheid, een lange termijn visie en slagkracht kan het nu snel gaan. Grote spelers, die het uithoudingsvermogen, de technische know how en het geld hebben, zien Rotterdam als hun belangrijkste vestigingsplaats in Europa. En doordat we die bedrijven bij elkaar kunnen brengen, vertrouw ik erop dat het ons gaat lukken”.

Castelein benadrukt dat het bij energietransitie ook gaat om warmte-uitwisseling, efficiënter energieverbruik, circulaire economie, biobrandstoffen, bioraffinage, wind- en zonne-energie en een schonere fossiele scheepsbrandstof als LNG. “We zijn klaar voor vloeibaar aardgas. In de nieuwe insteekhaven kunnen bunkerschepen aanmeren om LNG in te nemen, waarna zij de schepen in de haven kunnen bevoorraden”.

Kolencentrales

Maar voorlopig staan er in de haven nog twee nieuwe kolencentrales, die schoner zijn dan de oude, maar die absoluut niet CO2-vrij zijn.

Castelein: “De minister moet bepalen of de nieuwe centrales passen in het Nederlandse energiebeleid. Als dat zo is, dan kan het proefproject voor het afvangen van de CO2, die de centrales uitstoten en het injecteren van het broeikasgas in een leeg gasveld voor de kust, doorgaan.

Als de subsidies rond zijn, er een nieuwe mijnbouwwet is en het technisch onderzoek positief is afgesloten, kan er in de tweede helft van 2017 een investeringsbesluit worden genomen. Alle partijen staan namelijk klaar aan de startlijn”.

“En mocht het met de kolencentrales niet lukken, dan verwacht ik dat CO2-afvang nog steeds levensvatbaar is. Ik voer momenteel gesprekken met raffinaderijen, die ook geïnteresseerd zijn om eraan mee te werken”.

Windoffshore

“Daarnaast ben ik blij met de komst van Sif, omdat de productie van reuzepylonen voor windmolens op zee een sterke groeimarkt is. Sif heeft binnen een half jaar een hal van 500 meter, met insteekhaven uit de grond gestampt. De kademuren worden nu gebouwd. En we zijn in overleg met andere partijen, zodat  Rotterdam straks dé servicehaven wordt voor de offshore wind.

En offshoreschip Pioneering Spirit, dat hier is afgebouwd, doet de komende tien jaar, enkele keren per jaar, de haven aan, om omgebouwd te worden voor de volgende klus. Dat betekent werk voor omliggende bedrijven. Maar beide ontwikkelingen vind je niet terug in de overslagcijfers “.

“Ik ben veel in de haven. Overleg voeren, verfrissende ideeën opdoen en die weer herijken. Je moet continu schakelen. In mijn rol moet ik die openheid ook hebben. Op het moment dat ik denk, ik weet het nu wel, moet ik weg zijn”.

Ondernemersduo kiest Rotterdamse Sporticonen als goede doel voor 7000 kilometer naar Poolcirkel

Ondernemers Evelien Veldkamp en Frank Overhand gaan in een Audi Q7 E-Tron van autobedrijf Ames in Dordrecht als Team Hybride deelnemen aan de vijftiende Arctic Challenge Tour 2017.

De Rotterdamse IT-ondernemer Overhand en de eigenaresse van de Haagse StomerijWasserette Veldkamp, gaan in januari samen de uitdaging aan om in maximaal negen dagen tijd 7000 kilometer af te leggen van ons land naar de Poolcirkel.

Veldkamp en Overhand, in het dagelijks leven ook partners, hebben de stichting Rotterdamse Sporticonen als hun goede doel voor de rit in februari 2017 gekozen. Ook veel andere deelnemers gebruiken de toertocht voor personenauto’s dwars door Scandinavië om zo geld in te zamelen voor een goed doel. Gezien hun grote sporthart kozen Veldkamp en Overhand voor de Rotterdamse stichting die topsporters uit de Maasstad die nog actief, gestopt of overleden zijn, elk jaar met een eigen evenement huldigt. Met als doel om daarbij zoveel zo veel mogelijk kinderen aan het sporten te krijgen. Het gaat niet om het niveau, maar om de ervaring voor deze kinderen. Iedereen krijgt een medaille. Doel is dat de duizenden deelnemertjes zich hierna aanmelden bij een vereniging.

Veldkamp: “In mijn jeugd heb ik altijd veel gesport, sport heeft mij net als mijn broer Bart altijd veel gebracht. Ik vind het fantastisch dat er in Rotterdam een initiatief is gelanceerd dat jeugd probeert te stimuleren om te gaan sporten. Nu nog in mijn eigen stad Den Haag.” Overhand fietste dit jaar nog van de Amerikaanse west- naar de oostkust. Diens sporthart is minstens zo groot als dat van Veldkamp. “Rotterdamse Sporticonen appelleert aan een gevoel dat we graag ondersteunen. Kinderen gaan altijd gratis deelnemen en er zijn geen voorwaarden vooraf voor het niveau. Het gaat om het plezier. Daarom gaan alle deelnemers ook met een herinnering naar huis. Nog even los van het feit dat ze echt in contact zijn gekomen met een topsporter. Een inspirerend moment voor hun ontwikkeling als mens en, naar later misschien zal blijken, als beginnend topsporter.”

Overhand: “Ik was zelf in Beijing toen Deborah Gravenstijn daar in 2008 Olympisch zilver won. Voor mij een magisch moment dus ik weet hoe het straks voelt als er kleine meisjes in een wit of blauw judopak voor haar staan. Dat soort momenten zijn onbetaalbaar. Bovendien laat Rotterdamse Sporticonen zien dat je sporters niet met een straatnaam moet eren als ze eenmaal dood zijn. Dus niet wachten tot ze zijn overleden, zegt bestuurslid Pim Blokland steeds. Maar ze nu het respect geven dat ze verdienen. Daar dragen Evelien en ik via deze Arctic Challenge graag iets aan bij. Ik ben blij dat dit door mensen uit mijn stad, Rotterdam, is gerealiseerd.” Rotterdamse Sporticonen Voorzitter Ed van Leeuwen reageerde even verbaasd als trots op het initiatief van Veldkamp en Overhand. “Wat een prachtig gebaar. We zijn een nieuwe stichting, maar het is geweldig om nu al zo veel gevoel op te roepen voor ons doel om Rotterdamse sporters als grote voorbeeld te gebruiken om jeugd te laten bewegen en plezier beleven.”

Bij The Arctic Challenge Tour gaat het overigens vooral om het navigeren. Het uitzoeken van de slimste route, teambuilding en verstandig rijden. Daarnaast zullen er klassementsproeven zijn die mede de eindstand van elke etappe en uiteindelijk het eindklassement zullen aangeven. The Arctic Challenge Tour is een uitdaging die geheel Scandinavië doorkruist. Snelheid is geen criterium, de afstanden van de etappes zijn soms dusdanig lang dat dag en nacht doorgereden wordt en er dus aanspraak wordt gedaan op doorzettingsvermogen. Vaak onder omstandigheden met veel sneeuw, zeer gladde wegen en temperaturen van ver onder nul. Zelfs tot minus 40 graden is mogelijk.

The Arctic Challenge Tour is volgens Rob de Groot van het in Dordrecht gevestigde autobedrijf Ames  geen snelheidswedstrijd. “Het is een uitdaging. Het komt neer op behendigheid, goed navigeren en anticiperen. De deelnemers zijn verplicht zich te houden aan de maximum snelheid van het betreffende land. Het competitie-element zit vooral in het vinden van de meest ideale route en het afleggen van etappes in een zo kort mogelijke tijd en/of zo kort mogelijke afstand.” Met een blik naar de auto van het duo Veldkamp en Overhand schroeft De Groot de verwachtingen voor de duizenden kilometers lange tocht alvast op. “Wat er ook gebeurt, aan de auto kan het niet liggen. De Audi Q7 E-tron is het paradepaardje van het Duitse merk. Bij Ames vinden wij het leuk dat dit ondernemende duo gaat deelnemen. Wij gaan voor Olympische gedachte. Plezier en ervaring is de basis. Winnen is de overwaarde.”

Volg vanaf 14 januari de verrichtingen van Team Hybride in deze uitputtingsslag live op hybride.avantage.nl

Frama Nederland, gehuisvest in Gorinchem en expert in gebruiksvriendelijke oplossingen voor postverzending, verwerking en persoonlijke communicatie, is een samenwerking aangegaan met de online multi-carrier LetMeShip.

Frama klanten krijgen via de online portal MijnFrama direct toegang tot de verzendkostencalculator van LetMeShip en betalen gereduceerde tarieven voor hun express post. In slechts vier stappen heeft u een overzicht van vervoerders zoals DPD, TNT en UPS. U kiest vervolgens de meest gunstige om het pakket per express te verzenden in binnen- en buitenland.

Express verzending

De postvolumes zijn dalende maar de verscheidenheid aan post neemt toe. Een onderdeel daarvan is express post. Frama biedt vanaf heden LetMeShip. Een nieuwe dienst waarmee u de mogelijkheid krijgt om uw documenten, pakketten of zelfs complete pallets binnen Nederland en internationaal per express te verzenden! Heeft het weinig, veel of heel veel haast? Heeft u speciale zendingen? U kunt het via LetMeShip regelen. U kunt tarieven en services van diverse koeriers online opvragen, vergelijken en direct boeken. Dankzij het partnership met LetMeShip betalen Frama-klanten geen basisfee en geldt er geen minimum voor het aantal zendingen. Iedere klant krijgt bovendien zijn eigen contactpersoon. Meer dan 10.000 bedrijven maken in Europa dagelijks gebruik van de voordelen van LetMeShip. LetMeShip heeft meerdere vestigingen verspreid over Europa en China. Bedrijven met partners/vestigingen in het buitenland kunnen flexibeler en overzichtelijker de zendingen bijhouden/aanmaken via LetMeShip onder één LetMeShip Account. We informeren u graag over de mogelijkheden.

De partner voor al uw postzaken

Frama Nederland beweegt mee met de ontwikkelingen in de markt. De marktleider op het gebied van frankeermachines heeft zijn horizon verbreed en maakt de transformatie naar een organisatie met meer focus op service rondom (online)postverwerking, verzending en persoonlijke communicatie. Frama heeft als doel om een optimale schakel te zijn tussen de verzender en de ontvanger in het MKB. Dit doet Frama door continu te investeren in haar online portal MijnFrama waardoor u altijd up-to-date bent met alle mogelijke bezorgopties die er op dat moment beschikbaar zijn. U kunt nu bij Frama terecht voor verzending van de kleinste brief tot het grootste pakket, van direct mail tot cross mediale campagnes en van verpakkingsmateriaal tot express zending. Frama als partner voor alle postzaken.

“Per dag halen we zo’n 300 kuub afval op. En dat 260 dagen per jaar.” Koos
Romijn, eigenaar van BR Containers uit Zwijndrecht, kan met een paar woorden uitleggen waar zijn bedrijf voor staat.

BR Containers helpt kleine bedrijven als bakkers en cafetaria’s van hun afval af, door één of meer rolcontainers naar de klant te brengen en af te spreken hoe vaak die dan geleegd worden. De klant hoeft zich nergens zorgen meer om te maken, zolang de rekening maar betaald wordt natuurlijk. Die is over het algemeen lager dan bij de concurrentie. Al met al halen de groene vrachtwagens met het BR logo per jaar 4,5 miljoen kilo vuil op.

Het bedrijf werkt al vijf jaar klimaatneutraal. De vrachtwagens van BR Containers brengen het brandbare bedrijfsafval naar afvalverbrandingsinstallaties die het meest milieuvriendelijk zijn. De CO2-uitstoot, het gevolg zijnde van de inzameling, wordt volledig gecompenseerd, via de stichting Trees for All, die bomen en bossen aanplant. De klanten van de regionale afvalinzamelaar zitten voornamelijk in een straal van vijftig kilometer rond Zwijndrecht. Al staan er ook rolcontainers bij klanten in Zeeland of op de Veluwe. “Maar we hebben niet de ambitie om een landelijk opererend bedrijf te worden. Probeer als klant van Sita of Van Gansewinkel maar eens de directie te spreken. Bij ons krijg je altijd een Romijn aan de telefoon. Direct contact, korte lijnen. Op klachten gaan we meteen in.” BR Containers presenteert zichzelf als een familiebedrijf. Twee dochters van Romijn, Manon en Kim, zijn ook werkzaam binnen het bedrijf. “Zij doen de administratie, het personeel, de binnendienst. Ik zweef er omheen.” Een klein kantoor dus, met korte lijnen en directe communicatie. “Een familiebedrijf betekent voor mij betrokkenheid. Als je er een zootje van maakt, pluk je zelf de wrange vruchten. We zijn allemaal bezig er iets moois van te maken.” En nee, de R staat niet voor Romijn maar voor rolcontainers: Bedrijfsafval Rolcontainers. Bij het bedrijf zijn ook vijf chauffeurs en twee verkopers in dienst.

Sinds kort is het bedrijf gevestigd in Zwijndrecht, op een locatie met meer dan genoeg ruimte om de vrachtwagens te stallen. De zaken gaan goed. Nu rijden er drie vrachtwagens. In januari komt er een bij en de verwachting is dat er daarna nog meer gaan rijden. Afval is er altijd genoeg. En klanten zijn maar wat blij als ze geen tijd en aandacht kwijt zijn om van het vuil af te komen. Het Drechtstedengebied, zegt Romijn, is een groot industriegebied, met veel bedrijvigheid. Daar is veel te halen. “Weet je wat ik nu echt heel leuk vind? Als ik op de A15 een vrachtwagen van mezelf tegenkom.” Zelf heeft Romijn geen vrachtwagenrijbewijs. “Bewust niet, want anders weet ik het wel,” besluit hij lachend.

Zonder innovatie geen vooruitgang. Blijven vernieuwen om verder te komen is een must voor ondernemers. Tijdens de Innovation Award ZHZ wordt daar jaarlijks bij stilgestaan.

De organisatie van de Innovation Award ZHZ is in handen van Stichting Ondernemersprijzen Nederland, een samenwerking tussen Werkgevers Drechtsteden en Drechtsteden BUSINESS.  Deze stichting zet zich in voor het organiseren en promoten van de Innovation Award ZHZ zonder enig winstdoel.

Een vakjury bepaalt wie van de genomineerden zich op het gebied van innovatie het meeste heeft onderscheiden. Draagt u de Innovation Award ZHZ ook een warm hart toe? En vindt u het belangrijk dat op deze wijze de Drechtsteden als vooruitstrevende regio wordt geprofileerd? Draag dan een steentje bij door middel van sponsoring. Ondersteuning kan door middel van verschillende pakketten: Basis, Goud of Key-sponsor op maat. Lees er alles over op www.innovationawardzhz.nl. Schroom niet om contact op te nemen voor meer informatie en wie weet mogen wij u als sponsor begroeten tijdens de uitreiking van de Innovation Award ZHZ op woensdag 14 juni in het Postillion Hotel Dordrecht.

E: secretaris@innovationawardzhz.nl

I:  www.innovationawardzhz.nl

‘Één iPhone van vandaag heeft meer rekenkracht dan de complete NASA in 1969. Criminelen gebruiken de gecombineerde kracht van duizenden smartphones, tablets en PC’s voor cybercrime’ en ‘Er wordt meer en makkelijker geld verdiend met cybercrime dan met drugshandel’. Met deze en andere weetjes werden bezoekers aan de Industriedag van Werkgevers Drechtsteden aan het denken gezet. Samen met hoofdsponsors FourTOP, ESET en VitrumNet werd een informatief, afwisselend programma samengesteld.

Het Vredespaleis in Den Haag vormde het decor voor de Industriedag 2016. Als de zetel van het Permanent Hof van Arbitrage, het Internationaal Gerechtshof van de Verenigde Naties, de Haagsche Academie voor Internationaal Recht, de Bibliotheek van het Vredespaleis en de Carnegie Stichting met recht een bijzondere locatie. ‘Van een sprookjeswereld naar de harde werkelijkheid’, zo vergeleek Teun Muller, scheidend voorzitter van Werkgevers Drechtsteden, de plaats van handeling met die van vorig jaar; De Efteling. Er was dit jaar voor een serieus en actueel onderwerp gekozen, namelijk cybercrime. Dagvoorzitter Dave Maasland van ESET nodigde gedurende het ochtendprogramma diverse sprekers uit, die vanuit hun expertise hun licht lieten schijnen op het thema. Prof. dr. Rob de Wijk, de non-executive director van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies, beet het spits af. In een uitgebreid betoog legde hij uit wat er binnen het cyberspeelveld allemaal gaande is en hoe de wereld verschuift. “Nederland is één van de grootste internetknooppunten ter wereld. Ons land is dus bij uitstek dé plek om een digitale revolutie te starten. Hoe we dat het beste aan kunnen pakken, daarover moeten we met elkaar intensief overleg voeren. Het is belangrijk om meer over alle dreigingen te weten te komen. Daar schort het nu nog aan. De actoren, beweegredenen en technieken rondom cybercrime zijn nog te onbekend. De scheidslijnen tussen cybercrime, spionage en aanvallen zijn daarnaast vaak vaag.” Wat De Wijk wel met zekerheid kon zeggen, was dat Nederland in vergelijking met andere landen veel te maken heeft met phishing-aanvallen. “Dat heeft te maken met het feit dat onze economie redelijk goed draait en we in vergelijking met andere landen groot gedigitaliseerd zijn.”

Vervolgens was het de beurt aan Danny Mekic. De technologie-, internet- en innovatie-expert stelde misdaad in de nieuwe wereld centraal. Met de vraag ‘Wie is er weleens gehackt?’ zag hij vertwijfeld wat vingers in de lucht gaan. “De helft van de slachtoffers weet het inderdaad, maar velen hebben geen idee. Cybercriminaliteit is nog heel ongrijpbaar. Wie op Google het woord ‘cyber’ intoetst en op afbeeldingen klikt, ziet veel blauw, wat tunnels en codes. Zo abstract is het in werkelijkheid voor velen vaak ook.” Zijn bevlogen verhaal over de eerste Trojan horses in 1989 (floppy’s per post over aids), randomware, internetcriminelen op de most wanted lijst, kwetsbare stemcomputers en privacy kon rekenen op veel interesse. Na een moment voor Teun Muller, die op zijn laatste Industriedag werd verrast door jachthoornblazers, volgde na de lunch het middagprogramma, bestaande uit diverse workshops. Zo gaven VitrumNet, ESET en FourTOP ICT concreet advies over de stappen die ondernemingen kunnen zetten om cybercriminelen buiten te houden en ging het bij Ten Holter Noordam Advocaten over actualiteit en datalekken. Met een hoofd vol nieuwe informatie en inzichten zal het gros van de bezoekers aan het einde van de middag weer terug zijn gekeerd naar de Drechtsteden.

Transport en logistiek: we hebben er allemaal in meer of
mindere mate mee te maken. Reden genoeg voor Port of
Business om er een congres aan te wijden.

In Theater Het Plein in Ridderkerk kwamen diverse experts en betrokkenen bijeen om vanuit hun oogpunt uit de doeken te doen hoe de vlag erbij hangt.

Als eerste verwelkomde moderator Cees Vingerling prof. dr. Harry Geerlings. Hij is als (haven)hoogleraar verbonden aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en een autoriteit op het gebied van duurzame mobiliteit. Hij was niet overwegend positief of negatief over alle huidige ontwikkelingen, maar vooral realistisch. “De Rotterdamse haven is de grootste van Europa, maar niet meer van de wereld. We groeien nog wel, maar anderen simpelweg veel harder. Met name in China gaat het de havens voor de wind. Momenteel staan er acht in de top 10 wereldwijd. Rotterdam bekleedt inmiddels de 12de positie. Dat is geen schande. Bovendien is het een haven met oog voor veiligheid en duurzaamheid. De Havenvisie 2030 van het Havenbedrijf Rotterdam geeft de ambitie aan voor de verdere toekomst. Deze vervult een richtinggevende rol.” Over die koers is Geerlings positief gestemd, op andere vlakken ziet Geerlings toch wat donkere wolken aan de horizon. “Fossiele brandstoffen zijn niet onuitputtelijk. Dat is een zorg, net als de overcapaciteit aan containerterminals. De prijs en arbeidsmarkt staan onder druk. Op logistiek gebied is een lichte zorg dat de binnenvaartsector achterblijft bij de verwachtingen. Terwijl er over de weg veel congestie is. Maar Rotterdam doet het op dat gebied wel beter dan bijvoorbeeld Hamburg en Antwerpen.” Geerlings kaartte ook de Drechtsteden nog even aan. “Dat gebied heeft een geweldige uitgangspositie. Het beschikt over een unieke ligging, er komen drie rivieren samen: ideaal als belangrijk knooppunt.”

Frustratie als regionaal bestuurder

Na een kort moment voor Annemieke de Leeuw, die als logistiekmakelaar van De Verkeersonderneming aandacht vroeg voor geld verdienen door spitsmijden, was het woord aan Hans Tanis. De Sliedrechtse wethouder en locoburgemeester is ook lid van het Drechtstedenbestuur. In die rol is hij verantwoordelijk voor de mobiliteit in die regio. “Mooi om de verbinding tussen de overheid en het bedrijfsleven op dit congres te zien. Daar begint het immers allemaal mee. De tijd dat de overheid bepaalt hoe de maatschappij eruit ziet, is al lang voorbij. Samenwerking is het sleutelwoord, op meerdere fronten. De Drechtsteden werkt bijvoorbeeld ook intensief samen met de BAR-gemeenten. Wij streven allemaal naar een goede bereikbaarheid van deze regio, maar de praktijk laat helaas vaak anders zien. In 2019 gaat de N3 maar ook A15/N3 en A16/N3 op de schop. Dat zorgt hopelijk voor wat verlichting, maar wie zegt dat daardoor het probleem alleen maar naar Gorinchem wordt verschoven, kan ik niet helemaal ongelijk geven. Om congestie te verminderen en bereikbaarheid te verbeteren zou ik graag de minister van Verkeer en Waterstaat eens uitnodigen een week lang in de spits over de A15 te rijden. Als regionaal bestuurder vind ik het best frustrerend dat het traject Ridderkerk-Deil als één gebied wordt gezien. Dan wordt gezegd: ‘je blijft onder de norm, dus er is geen fileprobleem. Terwijl dat er hier natuurlijk wel is.”

Paneldiscussie

Na een korte introductie over bandenspanningsmonitor Route42 en aansluitend de visie van verzekeraar TVM was het tijd voor het laatste onderdeel: de paneldiscussie. Naast Geerlings schoven Hans Vervat, eigenaar Matrans en voormalig wethouder Economie, Verkeer en Vervoer in Rotterdam, Ruud Vat, commissaris bij Neele-Vat Logistics en Anna Schouten, projectmanager platform Samen Bereikbaar, aan om vragen vanuit het publiek te beantwoorden. Dat ging alle kanten op. Van vragen over binnenvaart tot aan het ontwikkelen van meer werkgelegenheid en van uiteenzettingen over hoge grondprijzen en gebrek aan focus voor de haven binnen het Rotterdamse college: gesprekonderwerpen genoeg. Na afloop werd er nog eens rustig over doorgepraat.