Transport en logistiek: we hebben er allemaal in meer of
mindere mate mee te maken. Reden genoeg voor Port of
Business om er een congres aan te wijden.
In Theater Het Plein in Ridderkerk kwamen diverse experts en betrokkenen bijeen om vanuit hun oogpunt uit de doeken te doen hoe de vlag erbij hangt.
Als eerste verwelkomde moderator Cees Vingerling prof. dr. Harry Geerlings. Hij is als (haven)hoogleraar verbonden aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en een autoriteit op het gebied van duurzame mobiliteit. Hij was niet overwegend positief of negatief over alle huidige ontwikkelingen, maar vooral realistisch. “De Rotterdamse haven is de grootste van Europa, maar niet meer van de wereld. We groeien nog wel, maar anderen simpelweg veel harder. Met name in China gaat het de havens voor de wind. Momenteel staan er acht in de top 10 wereldwijd. Rotterdam bekleedt inmiddels de 12de positie. Dat is geen schande. Bovendien is het een haven met oog voor veiligheid en duurzaamheid. De Havenvisie 2030 van het Havenbedrijf Rotterdam geeft de ambitie aan voor de verdere toekomst. Deze vervult een richtinggevende rol.” Over die koers is Geerlings positief gestemd, op andere vlakken ziet Geerlings toch wat donkere wolken aan de horizon. “Fossiele brandstoffen zijn niet onuitputtelijk. Dat is een zorg, net als de overcapaciteit aan containerterminals. De prijs en arbeidsmarkt staan onder druk. Op logistiek gebied is een lichte zorg dat de binnenvaartsector achterblijft bij de verwachtingen. Terwijl er over de weg veel congestie is. Maar Rotterdam doet het op dat gebied wel beter dan bijvoorbeeld Hamburg en Antwerpen.” Geerlings kaartte ook de Drechtsteden nog even aan. “Dat gebied heeft een geweldige uitgangspositie. Het beschikt over een unieke ligging, er komen drie rivieren samen: ideaal als belangrijk knooppunt.”
Frustratie als regionaal bestuurder
Na een kort moment voor Annemieke de Leeuw, die als logistiekmakelaar van De Verkeersonderneming aandacht vroeg voor geld verdienen door spitsmijden, was het woord aan Hans Tanis. De Sliedrechtse wethouder en locoburgemeester is ook lid van het Drechtstedenbestuur. In die rol is hij verantwoordelijk voor de mobiliteit in die regio. “Mooi om de verbinding tussen de overheid en het bedrijfsleven op dit congres te zien. Daar begint het immers allemaal mee. De tijd dat de overheid bepaalt hoe de maatschappij eruit ziet, is al lang voorbij. Samenwerking is het sleutelwoord, op meerdere fronten. De Drechtsteden werkt bijvoorbeeld ook intensief samen met de BAR-gemeenten. Wij streven allemaal naar een goede bereikbaarheid van deze regio, maar de praktijk laat helaas vaak anders zien. In 2019 gaat de N3 maar ook A15/N3 en A16/N3 op de schop. Dat zorgt hopelijk voor wat verlichting, maar wie zegt dat daardoor het probleem alleen maar naar Gorinchem wordt verschoven, kan ik niet helemaal ongelijk geven. Om congestie te verminderen en bereikbaarheid te verbeteren zou ik graag de minister van Verkeer en Waterstaat eens uitnodigen een week lang in de spits over de A15 te rijden. Als regionaal bestuurder vind ik het best frustrerend dat het traject Ridderkerk-Deil als één gebied wordt gezien. Dan wordt gezegd: ‘je blijft onder de norm, dus er is geen fileprobleem. Terwijl dat er hier natuurlijk wel is.”
Paneldiscussie
Na een korte introductie over bandenspanningsmonitor Route42 en aansluitend de visie van verzekeraar TVM was het tijd voor het laatste onderdeel: de paneldiscussie. Naast Geerlings schoven Hans Vervat, eigenaar Matrans en voormalig wethouder Economie, Verkeer en Vervoer in Rotterdam, Ruud Vat, commissaris bij Neele-Vat Logistics en Anna Schouten, projectmanager platform Samen Bereikbaar, aan om vragen vanuit het publiek te beantwoorden. Dat ging alle kanten op. Van vragen over binnenvaart tot aan het ontwikkelen van meer werkgelegenheid en van uiteenzettingen over hoge grondprijzen en gebrek aan focus voor de haven binnen het Rotterdamse college: gesprekonderwerpen genoeg. Na afloop werd er nog eens rustig over doorgepraat.