Home Blog Page 195

Nieuwe fabriek maakt Quooker klaar voor de toekomst: Duurzaam gebouw officieel geopend door minister Kamp

0

Maandag 13 juni opende Minister Kamp van Economische Zaken officieel de nieuwe fabriek van Quooker in Ridderkerk.

De vraag naar kokendwaterkranen van Quooker stijgt voortdurend. Om aan de snelle groei van de vraag te kunnen voldoen bouwde het bedrijf een nieuwe fabriek. Aangezien Quooker is ontwikkeld vanuit de gedachte dat het product energie moet besparen, is het gebouw uiteraard ook met een duurzame insteek gebouwd. Het is voorzien van het maximale aantal zonnepanelen en maakt gebruik van LED-verlichting, een intelligente luchtbehandelingsinstallatie en vloerverwarming. Met de  nieuwbouw is de productiecapaciteit van Quooker verdrievoudigd en is er ruimte voor nieuwe  ontwikkelingen. Op dit moment wordt bijvoorbeeld gewerkt aan een nieuw model kraan met nog meer mogelijkheden die dit najaar gelanceerd zal worden. Dat Nederlandse maakbedrijven als Quooker van groot belang zijn voor de Nederlandse economie, werd onderstreept door de  aanwezigheid van minister Kamp.

Over Quooker

De Quooker is in de zeventiger jaren uitgevonden door de Nederlandse natuurkundige ir. Henri Peteri. Bij Unilever was hij betrokken bij de ontwikkeling van instant soep en hij bedacht toen dat om de soep echt instant te krijgen er direct kokend water nodig zou zijn. Na zijn vertrek bij Unilever is hij met dit idee thuis in de kelder aan de slag gegaan en vervolgens hebben zijn zonen Niels en Walter het bedrijf opgebouwd tot wat het nu is. Naast Nederland heeft Quooker ook dochterbedrijven in België, Luxemburg, Duitsland, Denemarken, Engeland, Noorwegen, de Verenigde Arabische Emiraten, Zweden en Zwitserland.

Kramer Group in volle vaart vooruit

1

Stilzitten: dat woord kennen ze niet bij de Kramer Group. Op verschillende gebieden wordt gewerkt aan de uitbreiding van faciliteiten en activiteiten. Een gesprek met André Kramer over de realisatie van het eerste semi-automatic empty depot ter wereld, een verhuizing van de Reeweg naar Pernisland, de plannen en activiteiten op Maasvlakte Plaza en de verwachtingen rondom het barge service center.

Om met het laatste te beginnen: vorig jaar was de Kramer Group nog druk bezig met het verder ontwikkelen en uitbreiden van de centrale afhandelplaats voor dunnen containerstromen. Vandaag de dag is het verdeelcentrum volledig operationeel. Omdat ‘hoppen’ tussen terminals kostbaar is in tijd en geld, biedt de bundeling van containerstromen van en naar het achterland de hele keten voordeel, zo was de overtuiging van Kramer. “En dit blijkt in de praktijk. De drie grote terminaloperators APM Terminals, ECT en RWG maken volop gebruik van het concept. De komende 12 maanden verwacht ik nog een flinke toename van volume. Mooi dat iets waar wij altijd heilig in hebben geloofd er nu staat en succesvol is. Ik schat dat het aantal volle containers hier de komende jaren stijgt van 10 procent naar 25 tot 30 procent.” Daarnaast zal het Kramer Home Depot op de Reeweg verhuizen van de huidige locatie naar Pernisland. “Het Havenbedrijf Rotterdam slaat hier een kade van 200 meter. In het grote plaatje van Cool Port focussen wij ons op die locatie straks met name op gekoelde containers. Door een goede interne verbinding is ons depot straks uniek verbonden met RST, RSC, SCA en Cool Port.”

Weegstation op Maasvlakte Plaza

Waar het barge service center na jaren van voorbereiding volop actief is, wacht met Maasvlakte Plaza weer een volgende uitdaging. Op het internationale transportpark met grootschalige truckparking en moderne voorzieningen voor chauffeurs en vrachtwagens in het westen van de Rotterdamse haven laat de Kramer Group zich niet ongemoeid. “Wij gaan er 6000 m2 huren van het Havenbedrijf Rotterdam. Dat heeft alles te maken met de nieuwe weegrichtlijnen voor zeecontainers. Per 1 juli zijn er nieuwe regels van kracht binnen het SOLAS-verdrag. Er is besloten dat ter bevordering van de veiligheid in de sector het geverifieerde brutogewicht vastgesteld moet worden door de afzender,” legt Kramer uit. “Het bepalen van de Verified Gross Mass kan op twee manieren. Ten eerste door het gewicht van lading, verpakkingsmateriaal, stuwagemateriaal en leeg containergewicht bij elkaar op te tellen. Ten tweede door het wegen van de container op een gekalibreerde en gecertificeerde weegschaal. Die laatste dienst gaan wij bieden. Eerst op onze tijdelijke locatie op RTWII en vanaf midden 2017, als Maasvlake Plaza operationeel is, op de nieuwe locatie. Een weging kost 40 euro.” Het weegstation bestaat straks uit twee weegbruggen en een reachstacker die de containers van en weer op het chassis tilt. Het Havenbedrijf Rotterdam vroeg de Kramer Group om deze logistic services op zich te nemen op Maasvlakte Plaza. “Wij handelen voor RWG en APMT nu ook al de trouble flow containers af. Denk dan aan containers die op douanegebied of administratief vlak nog niet op orde zijn. Deze mogen dan de terminal niet op. Wij bieden de chauffeur vervolgens aan het probleem op te lossen, zodat hij weer vlot z’n weg kan vervolgen na afleveren van de container. Containers zonder Verified Gross Mass vallen straks ook in deze categorie. Tot Maasvlakte Plaza operationeel is in het 2e kwartaal van 2017 plaatsen we onze weegbruggen dus op onze tijdelijke locatie RTWII. Na overleg met de belanghebbenden waren wij in staat deze locatie te huren tot ons nieuwe depot op Maasvlakte II klaar is.” De Kramer Group wil daar ook de douane van dienst zijn. “De huidige douane controle loods op de Maasvlakte wordt omgeturnd tot een Rijks Inspectie Terminal. Zo lang de verbouwing van de RIT gaande is, bieden wij de douane een alternatieve werkplek aan op RTW2, in samenwerking met Delta Cargo & Container Services.” Met de bouw van de RIT wil de douane de verwachte groei van het goederenvolume opvangen. De dienst gaat in de nieuwe situatie samenwerken met de Inspectiedienst Leefomgeving en Transport (ILT) en de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA), waardoor controles gecombineerd kunnen worden. De RIT zal straks bestaan uit een complex van meerdere gebouwen (huidige kantoortoren, de controleloods inclusief uitbreiding en een nieuw gebouw voor het Praktijk Trainingscentrum). Naar verwachting duurt het project 18 maanden.”

Blueprint voor de rest van de wereld

Een andere ontwikkeling is dat de Kramer Group het eerste semi-automatic empty depot ter wereld begint op de Tweede Maasvlakte, naast het containerdepot van Van Doorn. Het is het laatste stuk grond tussen Distriport en APMT2. De Kramer Group gaat er 150.000 vierkante meter verharden. “Bij twee supermoderne terminals hoort ook een supermodern empty depot. We zijn nu volop aan het ontwikkelen en engineeren. Eén van de grootste uitdagingen in dat proces is het ondervangen van de factor wind. Lege containers zijn immers een stuk instabieler dan volle containers en daarmee vatbaarder voor wind. Een oplossing kan zijn om kranen anders te programmeren, zodat deze containers bijvoorbeeld met hun flippers vanaf de zijkant kunnen pakken.” Door de beoogde aansluiting van de off-dock locatie op de gesloten transportroute is een snelle verbinding met alle deepsea-terminals straks een feit. Kramer hoopt medio 2019 actief te zijn met het semi-automatic empty depot. Door het plan kan Kramer Delta, het andere empty depot, straks een deel van de lege containers opvangen die nu nog bij Rotterdam Container Terminal staan. Zo ontstaat daar weer extra ruimte voor het barge service center. Het semi-automatic empty depot zal direct na de opening 24/7 actief zijn. “Niet helemaal zonder mensen; dat is een utopie. Er blijft mankracht nodig. Bijvoorbeeld voor reparaties, maar ook om met zintuigen dingen waar te nemen.” Maar vanaf het moment dat een container gereed is voor gebruik, is het een kwestie van de stack in en uit en met de klant meegeven. Kramer is er van overtuigd dat zijn semi-automatic empty depot na ingebruikname binnen de kortste keren wereldwijd wordt gekopieerd. “Dit is een blueprint voor de wereld. Het is een groene oplossing die de arbeidskosten drukt. Wat wil je nog meer? Een empty depot kost een rederij geld. De kosten moet je dus zo veel mogelijk zien te drukken. Daar doen wij op deze manier aan mee door innovatief en vooruitstrevend te zijn.” En die begrippen zijn eigenlijk op alle facetten binnen de organisatie van toepassing.

INISI ICT start serie Kennissessies over Informatiebeveiliging

0

De huidige digitale economie biedt veel kansen, maar brengt ook risico’s en afhankelijkheden met zich mee. De bedreigingen komen immers van alle kanten en zijn veelzijdig en complex. Hoe waarborgt u de beschikbaarheid, integriteit en vertrouwelijkheid van uw informatiehuishouding?

Continuous Security

Het up-to-date houden van de beveiliging is een continu proces. Alleen dan kunt u de beschikbaarheid en continuïteit van uw bedrijfskritische informatie garanderen. Voor veel bedrijven is dit echter een grote uitdaging. Want hoe zorgt u ervoor dat u altijd op de hoogte bent van de nieuwste ontwikkelingen en de maatregelen die u in de praktijk kunt nemen?

Kennis delen

Als specialist op het gebied van Informatiebeveiliging hecht INISI veel waarde aan het delen van kennis. Daarom organiseren wij op maandelijkse basis een Kennissessie waarbij wij ingaan op actuele vraagstukken en praktische oplossingen.

‘Voorkom datalekken: geef gebruikers snel en eenvoudig de juiste middelen en toegangsrechten’

De eerste Kennissessie vond plaats op dinsdag 21 juni. Tijdens dit event, dat plaatsvond op de Erasmus Universiteit in Rotterdam, gaven verschillende gastsprekers hun visie op het thema ‘onboarding/offboarding’.

Elke organisatie heeft in meer of mindere mate te maken met het proces rondom indienst/uitdiensttreding en functiewijzigingen. Kunnen nieuwe medewerkers bij indiensttreding meteen aan de slag? Of moet dit nog ad-hoc ingeregeld worden? En hoe goed is het uitdienstproces georganiseerd? Heeft u dit niet adequaat geregeld, dan vormt dat een direct security risico voor uw organisatie.

Onno Gabel, Hoofd Informatisering van het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG) in Amsterdam, nam de bezoekers mee in de wereld van het ziekenhuiswezen. Het  OLVG is een opleidingsziekenhuis en heeft enkele duizenden medewerkers en specialisten in dienst. Daarnaast starten er jaarlijks zo’n 800 mensen met hun opleiding en werkt er een groot aantal externen. Met als gevolg dat de IT afdeling te maken heeft met zo’n 1.000 indienst- en uitdiensttredingen per jaar en nog veel meer functiewijzigingen die ingeregeld moesten worden. Dit kostte de systeembeheerders enorm veel tijd en bracht tegelijkertijd de nodige risico’s mee. Reden voor het OLVG om dit proces zoveel mogelijk te automatiseren.

Van tactisch naar strategisch werkplekbeheer

Hoe dit geautomatiseerde proces dan in z’n werk gaat en wat de voordelen ervan zijn, werd toegelicht door Bob Janssen, CTO en Founder van RES. RES is marktleider in digitale werkplekautomatisering en stelt bedrijven in staat om hun IT efficiënter in te richten en daarmee kosten te verlagen. Door het indienst/uitdienstproces te automatiseren krijgt de helpdesk drastisch minder aanvragen voor het wijzigen van passwords. Maar belangrijker nog: bedrijven lopen daarmee aanzienlijk minder risico op het verlies van vertrouwelijke bedrijfsinformatie.

Business Challenge Rotterdam: Fantastisch netwerkevent op toplocatie

0

Wat vorig jaar begon als initiatief van Bas Lodder en Jan Dirk Stouten is in één jaar tijd uitgegroeid tot een volwassen en fantastisch netwerkevent op een absolute toplocatie, na-melijk het veld van De Kuip!

Honderdzestig ondernemingen en organisaties, waaronder MKB Nederland, VBO, BNR en Rijnmond BUSINESS, presenteerden zich donderdag 16 juni onder een stralend zonnetje in fraaie Pagode-tenten op het veld van het Feijenoordstadion. Met in het midden een groot en overdekt podium, waar rond 11.30 uur Ivo Opstelten werd geïnterviewd door Jan Dirk Stouten, waarna de voormalig burgemeester van Rotterdam en Harry Verweij, part-ner bij hoofdsponsor DRV Accountants en Adviseurs, uit handen van mede-organisator Kees van ’t Zelfde het eerste beursmagazine kregen overhandigd.

Bij de opening was het al heerlijk druk. Zo’n achthonderd bezoekers woonden de opening bij. In totaal mocht Business Challenge Rotterdam zich verheugen op een kleine 3.500 be-zoekers. Zij woonden diverse presentaties en masterclasses bij van onder meer Martin de Jong, partner en directeur DRV Corporate Finance, Marco Utermark, accountant en partner DRV Accountants & Adviseurs, Michel van Dijk, directeur DRV Performance Improvers, Da-ve de Held, directeur De Bedrijfsfinancier, Feyenoord over ‘Van sponsoring naar partner-ship’ en van Ronald Schouten over ‘wat gaat u morgen veranderen’.  Optredens waren er onder andere van artiesten als Bob Bullee, Henri Noorlander Jazzquartet, Heeren van het goede leven en DJ Maycelli, terwijl rond 17.30 uur De Tunes een optreden verzorgde in het paviljoen van hoofdsponsor DRV. Tijdens dit optreden begon het zachtjes te regenen. De masterclasses en presentaties vonden plaats in de boardroom en in de persruimte van het stadion.

Tijdens en na de uitreiking van de Inspiratie Award rond 18.30 uur ging het steeds harder regenen. De Inspiratie Award werd door Arjan Erkel, winnaar van de Award in 2015, overhandigd aan Mai Elmar, directeur Cruise Port Rotterdam. Op 26 april werd Mai Elmar nog geridderd in de Orde van Oranje Nassau vanwege haar grote verdienste voor de stad Rotterdam. Mai Elmar werd in 2004 Havenvrouw van het jaar, het jaar waarin de Queen Mary II afmeerde aan de Wilhelminakade, de voorlopige kroon op haar werk. Sinds 1999 werkt Mai Elmar keihard om cruiserederijen te interesseren voor Rotterdam, in 2005 kwamen er nog 21 schepen, dit jaar zijn dit er maar liefst 64. In haar dankwoord gaf de van oorsprong Noorse aan bijzonder vereerd te zijn met de Award.

Dat BCR 2016 met regen afsloot mocht de pret en het resultaat niet meer drukken. Zowel de deelnemers als de bezoekers kijken terug op een bijzonder geslaagd event dat in 2017, zoals het er nu naar uitziet, tijdens de Zesdaagse een indoor variant krijgt in Ahoy en in juni volgend jaar zeker een vervolg zal krijgen op het veld van De Kuip.

Doop MTS Don Quichot, eerste varende ontgassingsinstallatie voor binnenvaart

0

Vrijdag 17 juni werd de MTS Don Quichot van GreenPoint  Maritime Services gedoopt door Linde Freriks.  De Don Quichot is ’s werelds eerste varende ontgassingsinstallatie voor binnenvaartschepen, chemicaliëntankers, boord/boord overslag en tankterminals.

BFT Tanker Logistics heeft het initiatief genomen om  deze installatie te bouwen. De tankerrederij werd regelmatig geconfronteerd met de risico’s die verbonden waren aan het ontgassen van binnenvaarttankers. Om de Don Quichot nu in de markt te zetten is GreenPoint Maritime Services opgericht.  BFT Tanker Logistics won hiervoor de Innovatie Award 2016 die op woensdag 1 juni door de Commissaris van de Koning, Jaap Smit werd uitgereikt. De innovatie in de Don Quichot bestaat uit een UV installatie die speciale koolstof regenereert waarbij alle schadelijke stoffen uit de dampfase wordt gehaald. Het vaartuig is een type C tanker, waarmee de hoogste standaard van veiligheid wordt nagestreefd.

Bij het overslaan en ontgassen van koolwaterstoffen  op schepen en installaties ontstaan zogeheten vluchtige organische componenten die achterblijven in de tanks en schepen. Deze leveren stank (en milieu) overlast op en kunnen bij langdurige blootstelling schadelijk zijn voor de gezondheid. Met ingang van 1 januari 2015 is gecontroleerde dampverwerking van benzeen verplicht voor binnenvaart en zeeschepen in Zuid Holland en Noord Brabant. Sinds 2016 geldt dit ook voor benzeen houdende producten. Het gecontroleerd ontgassen van schepen zorgt voor een zeer aanmerkelijk reductie omdat de gassen niet meer naar de buitenlucht afgevoerd worden maar in een gecontroleerde omgeving worden verwerkt.

Don Quichot stelt de Rotterdamse haven en de havenbedrijven in staat om tegemoet te komen aan de geformuleerde ‘zero-emission’ ambitie om luchtverontreiniging tegen te gaan. De installatie is mede tot stand gekomen door een bijdrage uit de ‘Stimuleringsregeling duurzame initiatieven in de Rotterdamse haven’ van het Havenbedrijf en Deltalinqs.

Reactie Havenbedrijf

“Een moderne haven zonder ontgassingsinstallatie is niet van deze tijd”,  aldus Paul Smits, CFO van het Havenbedrijf. “De ingebruikname van de Don Quichot past in het streven van het Havenbedrijf om de meest duurzaamste haven in zijn soort te zijn. Daartoe stimuleren we op brede schaal innovatie in de haven. Don Quichot is daar een prachtig voorbeeld van.”

Reactie Deltalinqs

“Na vele jaren van onderzoek zijn veel data bekend. Zo ook de benodigde capaciteit in deze regio om ladingdampen te verwerken en verder te gebruiken, zoals we dit in de circulaire economie vaker zullen gaan zien. Met het operationeel worden van de ‘Don Quichot’ wordt invulling gegeven aan deze capaciteitsvraag. Dit is al helemaal het geval wanneer regionale, nationale en internationale verboden afgekondigd zullen gaan worden in de nabije toekomst,” aldus Bas Janssen, directeur van Deltalinqs.

Combineren

0

De meeste klanten die een bezoek aan onze winkel brengen vinden het wel zo makkelijk en veilig om complete sets aan te schaffen. Niets mis mee natuurlijk want zo sla je  met je outfit de plank niet snel mis. Bovendien sta je ’s ochtends niet weifelend voor de kast omdat je niet weet wat je nu weer aan moet trekken. Maar wie wat meer variatie en afwisseling wenst helpen wij graag op weg.

We nodigen je uit om naar één van onze winkels te komen om de garderobe aan te vullen met nieuwe items. Wij geven je hierbij graag een persoonlijk advies zodat je weet hoe je de nieuwste trends het beste kunt combineren. Het is dan ook helemaal niet gek om kledingstukken van huis mee te nemen. Kledingstukken die je thuis nauwelijks weet te combineren gun je zo een tweede leven. Fashionitems van vorige seizoenen zijn vaak prima te mixen en te matchen met items van de nieuwe collecties. En ook met de combinatie van kleuren en prints is veel mogelijk, vaak meer dan je denkt.

Al bij de aanschaf proberen wij tips te geven over de mogelijke combinaties. Met een paar goede basics in de kast gaat dat natuurlijk het beste. Accessoires zijn hierbij het toverwoord. Een mooi pak ziet er weer compleet anders uit met een andere stropdas of riem of een ander overhemd en een nieuw paar schoenen. Een basicjurk  is met de juiste accessoires zoals kettingen, shawls of een ander jasje op tientallen manieren te dragen. En met wat handige tips kun je zelfs je winter- en zomergarderobe mixen en ook je casual en zakelijke kleding kunnen met elkaar gedragen geworden. Zo heb je altijd voor iedere gelegenheid wat in huis en ben je altijd in staat om goed voor de dag komen.

Voorschot servicekosten bij bedrijfsruimte

0

Onverwachte verrassingen zijn soms leuk. Een te hoge afrekening servicekosten is dat niet en kan een groot effect hebben op de financiële situatie van de ondernemer. Is hier iets aan te doen?

De wettelijke regeling die betrekking heeft op de huur van bedrijfsruimte (7:290 BW en 7:230a BW) kent geen regeling die ziet op servicekosten, dit in tegenstelling tot de huur van woonruimte. Bij de huur van bedrijfsruimte zijn partijen vrij om over het leveren van diensten en zaken afspraken te maken. De vraag of diensten en leveringen door de verhuurder aan de huurder in rekening mogen worden gebracht dient beoordeeld te worden aan de hand van de tussen huurder en verhuurder gesloten overeenkomst. Voorts zal op basis van het algemeen verbintenissenrecht ook dienen te worden beoordeeld of deze kosten in redelijkheid zijn gemaakt.

De huurder mag er bij de vaststelling van een voorschot servicekosten vanuit gaan dat het voorschot een reële inschatting is van de te verwachten kosten. De huurder houdt rekening met de huur en het voorschot servicekosten bij zijn overweging om een huurovereenkomst aan te gaan gelet op de financiële situatie van zijn onderneming.

Als blijkt dat de verhuurder het voorschot laag heeft gehouden terwijl zij vermoedde dat het hoger zou zijn, dan behoort een verhuurder dit aan de huurder mee te delen en zou een beroep op dwaling door de huurder tot de mogelijkheden behoren.

Ook als de servicekosten uiteindelijk veel hoger uitvallen zonder dat de verhuurder dit verwachtte heeft een beroep op dwaling kans van slagen.

De Rechtbank Amsterdam heeft op 8 november 2012 aangenomen dat een professionele verhuurder een reële schatting moet kunnen maken van de servicekosten. Hierbij merkt de Rechtbank op dat dit zeker het geval is als een groot deel van deze kosten gebruikelijke kosten zijn. De verhuurder is primair verantwoordelijk voor de vaststelling van het voorschot omdat de verhuurder de omvang van de service bepaalt en toezicht houdt op de uitvoering daarvan. Gevolg van dwaling is dat de huurovereenkomst vernietigbaar is. Vernietiging dient plaats te vinden binnen 3 jaar nadat de dwaling is ontdekt, maar kan na deze periode nog wel als verweer naar voren worden gebracht. Naast vernietiging van de overeenkomst kan een partij ook wijziging van de overeenkomst vorderen (artikel 6:230 BW.)

Verhuurder dient dus bij de inschatting van de hoogte van de servicekosten zorgvuldig te werk te gaan zodat het voorschot reëel wordt vastgesteld. Ook is het zowel voor verhuurder als voor huurder van belang dat de inkoop van de leveringen en diensten periodiek wordt gemonitord zodat sprake is van marktconforme inkoop. Voor de huurder is het prettig dat onplezierige verrassingen niet geaccepteerd hoeven te worden.

De Coöperatie

0

Onlangs verscheen in de Volkskrant een klein, weggeschoven artikeltje over de verdubbeling van het aantal coöperaties in Nederland in het afgelopen decennium. Deze sterke groei kan te maken hebben met de fiscale voordelen die een coöperatie in internationale structuren kan bieden. Een link naar de Panama Papers is daarbij gemakkelijk gemaakt.

De Nationale Coöperatieve Raad (NCR) noemt het beeld van het gebruik van de coöperatie voor fiscale doeleinden ‘oneigenlijk’. Volgens NCR is de bedoeling van een coöperatie juist “tezamen sterker staan”. Die bedoeling ligt besloten in de aard van de coöperatie.

Feit is in ieder geval dat er momenteel meer dan 8.000 coöperaties zijn ingeschreven (waaronder grote ondernemingen als de Rabobank, FrieslandCampina en VGZ). Daarnaast zijn er steeds meer buitenlandse concerns, waaronder Huawi Technologies en Gazprom, die in Nederland een coöperatie hebben opgericht. Ook ziet men steeds meer (inter)nationale joint-ventures die vorm krijgen in een coöperatie.

De coöperatie sluit bij sommige samenwerkingsverbanden beter aan bij de wensen van de betrokken partijen dan de veel gebruikte BV, desondanks blijft de coöperatie bij joint-ventures een vreemde eend in de bijt. Graag ga ik hier in op enkele bijzonderheden of aandachtspunten van de coöperatie.

Flexibiliteit

De bedrijfsvoering van een coöperatie moet zijn gericht op het behalen van voordeel voor haar leden. Dat doet de coöperatie door overeenkomsten te sluiten met haar leden (bijvoorbeeld inkoop van door haar leden gewonnen grondstoffen) en, ten behoeve van haar leden, met derden (bijvoorbeeld verkoop van door de coöperatie verwerkte grondstoffen aan eindgebruikers).

Ten aanzien van de statuten van een coöperatie en de inhoud van de overeenkomsten tussen de coöperatie en haar leden bestaat een grote mate van inrichtingsvrijheid. Dit maakt de coöperatie een flexibel instrument, waarmee goed kan worden aangesloten bij de wensen van de betrokken partijen. Die flexibiliteit komt zeker van pas bij samenwerkingsverbanden tussen verschillende type leden (bijvoorbeeld wetenschappers, producenten, financiers en overheden), die met elkaar wensen samen te werken en een gemeenschappelijk doel nastreven.

Belangen leden vs belangen coöperatie

De belangen van de leden hebben binnen een coöperatie een grotere rol dan de belangen van aandeelhouders bij een BV. Gezegd wordt wel dat het bestuur van de coöperatie zich bij haar bedrijfsvoering meer moet laten leiden door het belang van de leden. Dat kan bij het aangaan van een samenwerkingsverband erg prettig zijn.

Toe- en uittreding van leden

Toe- en uittreding van leden is bij de coöperatie over het algemeen erg eenvoudig. Dit kan als nadeel worden gezien, bijvoorbeeld als partijen vooral in elkaar zijn geïnteresseerd of elkaar nodig hebben. In die gevallen kunnen er (in beperkte mate) mechanismes worden ingebouwd die toetreding en uittreding minder makkelijk maken. Denk hierbij aan kwaliteitseisen waar een lid bij toetreding aan moet voldoen of het betalen van uittreedfees indien een lid binnen een bepaalde periode uittreedt.

Kort en goed

Denk bij het aangaan van een joint-venture ook eens out of the box. Vanwege haar flexibiliteit en ledenbetrokkenheid is de coöperatie een mooi alternatief!

De auto van de zaak

0

Auto’s zijn fiscaal een dure grap. Ook de fiscale bijtelling voor privégebruik kan flink in de papieren lopen. Velen van ons zoeken naar mogelijkheden om daar onderuit te komen.

Wordt de auto op jaarbasis voor minder dan 500 kilometer privé gebruikt, dan kan bijtelling achterwege blijven. Het beste is daarvoor een kilometeradministratie aan te leggen volgens het model van de belastingdienst.

Het bijhouden daarvan moet secuur en per rit gebeuren. Niet iedereen heeft daar zin in. De volgende situatie betreft een directeur-grootaandeelhouder (DGA) die dacht het anders op te lossen.

Er stond hem tussen 2008 en 2011 een crossover voertuig van een Japans automerk ter beschikking. De DGA gebruikte naar eigen zeggen de auto niet privé, maar had geen kilometeradministratie. Hij dacht voldoende argumenten te hebben om te laten zien dat hij de auto niet privé gebruikt. Hij voerde aan dat door het plaatsen van een tussenschot en door de vuile autostoelen de auto niet geschikt was voor privégebruik. Eigenlijk was de auto alleen geschikt voor het vervoer van gereedschappen door zijn werknemers. Bovendien stond de auto na werktijd bij het bedrijf en hingen de sleutels binnen in het kantoor.

Echter, behalve het ontbreken van een kilometeradministratie ontbraken er ook schriftelijke verklaringen van het verbod op het privégebruik van de auto en hield niemand daar toezicht op. Naast het feit dat de rechter blijkbaar de auto niet ongeschikt vond voor privégebruik, werkte het ontbreken van toezicht op het gebruik van de auto ook niet in het voordeel van de DGA.

Bij het Gerechtshof behaalde de man nog wel een succesje door aan te geven dat hij de auto niet privé kon gebruiken vanwege een ernstige ziekte in de betreffende jaren. Bij de Hoge Raad ging die vlieger echter niet op.

Voor het aantonen van de afwezigheid van privé gebruik geldt een verzwaarde bewijslast: de wet zegt dat “moet blijken” dat de auto niet voor meer dan 500 kilometer privé wordt gebruikt. Het feit dat de DGA zelf de auto niet privé gebruikt zegt niet zoveel nu de auto ook door anderen werd gebruikt. Dat zij de auto niet privé gebruikten stond nog helemaal niet onomstotelijk vast, nu de andere argumenten geen hout snijden. Een ander Gerechtshof mag zich nu nogmaals over de zaak buigen. Kleine kans dat de DGA hier goed mee weg komt.

Wilt u met uw auto van de zaak een bijtelling vermijden? Zorg dan liefst voor een sluitende kilometeradministratie. Is dat teveel moeite? Leg dan tenminste schriftelijk vast dat de auto niet voor privékilometers gebruikt mag worden en houdt daar actief toezicht op. Als de werknemer ook over een eigen auto beschikt, bijvoorbeeld niet verzekerd is met de bedrijfsauto bij privéritten, en de auto (met de sleutels) bij het bedrijf moet blijven staan na werktijd, helpt dat in het bewijs. U bent vrij in welk bewijs u levert, als het maar sluitend is.

De auto in kwestie was een Van, die mogelijk zou hebben gekwalificeerd als bestelauto. Zou de casus in of na 2012 hebben gespeeld, dan zouden de DGA andere fiscale mogelijkheden ter beschikking hebben gestaan, die hem het leven makkelijker zouden kunnen hebben gemaakt .

Schade? Het zij je gegund!

0

Vreemde titel, zult u denken. En toch is het waar. U gun ik natuurlijk alleen het allerbeste. Maar iedereen die in de verzekeringsbranche aan de ‘schadekant’ werkt, gun ik een schade! Geen al te grote, er hoeven geen huizen af te branden. Een diefstal van iets onbelangrijks of de annulering van een ongewenst tripje is al voldoende. Voor de verandering ben ik nu eens zelf het lijdend voorwerp.

Iets meer dan drie jaar geleden is het mij overkomen. Ik weet het nog als de dag van gisteren. Mijn eerste ‘echte’ schade. En het was er eentje die gelijk pijn deed. Nee, mijn auto was niet gestolen en ook de wintersportvakantie kon doorgaan. Het was een waterschade bij ons thuis. Geen al te grote, achteraf slechts een paar honderd euro. Het water liep alleen wel langs de muur van de vers opgeleverde kinderkamer van ons toen nog ongeboren zoontje. Zijn mooie behangetje en nachtlampje waren al afgeschreven nog voordat hij ze zelf had kunnen bekijken. Dat deed pijn!

En daarmee kom ik precies bij een van de moeilijkste dingen van ons vak. Het om kunnen gaan met de emotie van diegene aan de andere kant van de lijn. Het kunnen inleven in de situatie van die ander. Het kunnen bieden van de spreekwoordelijke arm om diens schouder. De volgende brief had daar echter vrij weinig van weg:

“Hiermee bevestigen wij de ontvangst van uw schademelding. Wij hebben een dossier aangemaakt onder bovenstaand kenmerk.

Wij verzoeken u vriendelijk het bijgaande formulier volledig ingevuld en ondertekend te retourneren. Tevens verzoeken wij u de oorzaak en omvang van de schade aan te tonen, eventueel met behulp van een herstelofferte.”

Even los van het feit dat het een kille en zakelijke tekst is, vraag ik mij af of de behandelaar in kwestie überhaupt begreep wat voor impact deze zinnen hadden. Het begint met het invullen van een, over het algemeen, niet al te duidelijk formulier. Daarna moest ik de oorzaak en omvang van de schade aantonen. Ik weet niet hoe het met u zit, maar ik heb 2 extreem linkerhanden en had dus geen flauw idee waar te beginnen. Ik heb toen maar een aannemer gebeld en mijn dak op gestuurd. Helaas houden dit soort mannen geen rekening met andermans agenda. Of ik even tussen 12:00 en 17:00 thuis wilde zijn. Ze konden pas een half uurtje van te voren bellen dat ze eraan kwamen. En de behanger kon niet op dezelfde dag. Dat kostte me dus nog een middag. Gelukkig was de schade gedekt, dus eind goed al goed.

Een schade in de privésfeer waarbij een dierbaar iets of iemand is betrokken, is een zeer nare situatie. Iemand heeft dan recht op een luisterend oor en een flinke dosis compassie. Aangezien dat soms nogal ver te zoeken is, gun ik alle ’schademensen’ eens een waterschade in de kinderkamer. Dit heeft voor mij zeer verhelderend gewerkt kan ik u zeggen!

Bent u tevreden over onze persoonlijke en empathische schadeafwikkeling of wilt u mij een snelcursus behangen geven, dan bent u natuurlijk van harte welkom in de Schouten Toren. Dan laat ik u gelijk wat foto’s zien van de inmiddels volledig gerestylede kinderkamer.