Hoe verplaatst de Nederlander zich in 2040 per openbaar vervoer? Die vraag hebben overheden en vervoersbedrijven beantwoord. Op 6 februari 2019 is de zogenoemde Contourennota, de uitwerking van het Toekomstbeeld Openbaar Vervoer 2040 vastgesteld door staatssecretaris Van Veldhoven, gedeputeerden en bestuurders van vervoerregio’s, vervoerders en ProRail. Het Toekomstbeeld schetst de maatregelen die nodig zijn om een samenhangend OV-netwerk 2040 te hebben, waarmee reizigers veilig, betrouwbaar, slim en duurzaam kunnen reizen.
Het OV in Zuid-Holland groeit en de aanpak van capaciteitsknelpunten is urgent, met name in het stedelijk gebied. Daarnaast komen er tot 2025 grote aantallen nieuwe woningen bij en stijgt de werkgelegenheid. De woningen worden zo dicht mogelijk bij het OV ontwikkeld om de bereikbaarheid en de leefbaarheid van de steden te versterken, en om de groene ruimte rond steden open te houden. Dit vraagt om keuzes in het beter benutten van het OV netwerk en/of investeringen in het netwerk om de capaciteit te vergroten. Ook de groeiambities voor (inter)nationaal, regionaal- en goederenvervoer leiden tot conflicten op de drukke delen in het netwerk. Een globale doorrekening van de aanpak van de meest urgente knelpunten voor bus, tram en metro en regionale trein in Zuid-Holland toont aan dat minimaal €1,8 miljard nodig is tot 2030.
In de komende maanden wordt voor Zuid-Holland verder uitgewerkt hoe en welke OV-investeringen tot en na 2030 randvoorwaardelijk zijn en/of bijdragen aan de Verstedelijkingsopgave. De focus ligt daarbij op de OV-dragers in Zuid-Holland: spoorlijn Leiden-Den Haag-Rotterdam-Dordrecht, Randstadrail, de stations/haltes en de aansluitende (H)OV lijnen.
Aansluiten bij de reizigersvraag
De bestuurders van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, regionale overheden en partijen in de OV-sector hebben een pakket met richtinggevende afspraken voor de toekomst van het OV in Nederland vastgesteld. Kern van de ambitie is om het OV beter aan te laten sluiten bij de wensen van de reizigersvraag over 20 jaar. Naar verwachting ligt het aantal treinreizigers dan 30 tot 40 procent hoger dan nu. Daarom is de inzet dat bijvoorbeeld tussen de 9 grote steden in Nederland in 2040 elke 10 minuten een intercity rijdt. Een andere ambitie is drempelloos vervoer van deur-tot-deur. En de trein moet een aantrekkelijk alternatief zijn voor verplaatsingen binnen Noordwest-Europa.
Samenhang met andere opgaven
De provincie Zuid-Holland was een van de ondertekenaars van de uitwerking van de toekomstvisie. Staatssecretaris Van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat) tekende namens het Rijk.
De provincie wil de keuzes maken in samenhang met de andere opgaven in Zuid-Holland naast de Verstedelijkingsopgave, zoals de Energietransitie en de Klimaatopgave.