Home Blog Page 170

‘Ondernemers hebben geen glazen bol’

0

De Nederlandse economie trekt in 2017 verder aan, de werkloosheid daalt en het consumentenvertrouwen neemt toe: allemaal positieve ontwikkelingen. Maar wat betekent dat concreet voor de bedrijven en instellingen in deze regio?

In een rondetafelgesprek over financiën en lokale economie gingen Carina Huisman, registeraccountant bij Huisman Accountants, Steffanie van der Maas, manager Grootzakelijk bij Rabobank Alblasserwaard Vijfheerenlanden, Hans Schuurbiers, advocaat bij DHC Advocaten, Adriaan Elenbaas, commercieel directeur Rivierenland bij ABN AMRO en Hans Freije, wethouder Gorinchem, daar dieper op in.

Onder het genot van een lunch bij partycentrum Hipper & Kolfbaan werd meteen de eerste stelling opgeworpen. ‘De perceptie van flink wat ondernemers dat er bij de bank weinig tot niets te halen valt, is terecht’; zo luidde deze. Elenbaas: “Ik moet eerlijkheidshalve toegeven dat het in crisistijd best lastig was voor bedrijven om bij de bank een financiering te krijgen, maar die situatie is voorbij. De lichten staan nu voor ondernemers juist grosso modo op groen. Wel is het zo dat de normeringen scherper zijn. De vraag vanuit de bank om zelf 1/3 deel mee te nemen bij een bedrijfsovername, bijvoorbeeld via de oud-eigenaar, wordt daarom steeds gebruikelijker.” Van der Maas herkent zich daarin. “We moeten ook niet vergeten dat de rol van de bank is veranderd. We zijn niet meer puur een kredietverstrekker, maar een financieel regisseur. Steeds vaker zorgen we samen met andere partijen, zoals participatiemaatschappijen en investeerders, dat een financieringsvraag ingevuld kan worden. De manier waarop klanten bankieren is natuurlijk op meerdere fronten veranderd. Waar bankkantoren vroeger druk werden bezocht, kiezen velen er tegenwoordig voor om hun bankzaken online te regelen. Ook een financieringsaanvraag is op die manier eenvoudig in te dienen, waarna wij snel duidelijkheid kunnen geven over de mogelijkheden.” Schuurbiers: “Ik merk dat veel ondernemers eerder aan privaat investeren dan aan de bank denken bij financiering of herfinanciering. Ook wel begrijpelijk, want iemand die zegt: ‘Hier heb je een zak geld’, is natuurlijk veel minder log dan een bank die zich moet houden aan allerlei wet- en regelgeving.” Elenbaas: “Dat men voor wat betreft financiering verder kijkt dan de bank alleen, is gewoon de realiteit. Dat is ook helemaal geen slechte zaak. Waar ik mij soms wel over verbaas, is het gemak van crowdfunding. Binnen no-time worden er soms tonnen opgehaald. Dat kan voor een start-up geweldig zijn, maar is wel het snelle werk. Een goede risico-inventarisatie is in het belang van de ondernemer en van de spaarder bij een bank.”

Eigen schuld of overmacht?

‘Bedrijven die het niet gered hebben gedurende de crisis, hebben dat aan zichzelf te wijten.’ Schuurbiers nuanceert die stelling vanuit zijn expertise als curator. “Het is mijn ervaring dat een faillissement vaak voortkomt uit een heel pakket aan omstandigheden. Alles hoopt op, waardoor er op een bepaald moment geen houden meer aan is en een bedrijf de afgrond inglijdt. Is dat een ondernemer aan te rekenen? Deels wel natuurlijk, maar ondernemerschap is grillig. Onwetendheid over de toekomst kan een verzachtende omstandigheid zijn. Achteraf is het altijd makkelijker praten.” Van der Maas: “Ondernemers hebben geen glazen bol.” Huisman: “Wanneer een ondernemer overspannen raakt, zou je kunnen zeggen: ‘Eigen schuld, want dan had diegene maar niet zoveel hooi op zijn of haar vork moeten nemen. Maar zoiets overkomt je, dat zie je niet aankomen. Het is een opeenstapeling van factoren. Hetzelfde gaat op voor een faillissement in tijden van crisis. Er is niet één reden voor, want iedere organisatie zit anders in elkaar. Gelukkig maar, anders was iedereen omgevallen.” Elenbaas: “Een penibele financiële situatie is inderdaad niet altijd toe te schrijven aan slecht ondernemerschap. Dat is te makkelijk. Als voorbeeld: Een zoon of dochter die de relatief kleine kledingwinkel van zijn ouders heeft overgenomen is in de meeste gevallen niet te benijden. Je kan investeren wat je wil, maar zie als retailer maar eens boven al dat online geweld uit te komen. Dat lukt gewoon niet.” Huisman: “In de moderne tijd moet een ondernemer flexibel zijn. Niet alleen in dienstverlening, maar ook als het gaat om het afstoten van personeel. In een crisis kan dat het verschil zijn tussen voortbestaan of omvallen. Het is schrijnend dat er ondernemers zijn die vanwege stugge regelgeving geen personeel kunnen ontslaan en daarom failliet gaan.”

Ondernemende houding van de gemeente

Of de gemeente er meer aan zou kunnen en moeten doen om de lokale economie te versterken, daarover boog Freije zich. “Ik vind dat de overheid vandaag de dag vooral naast de ondernemer moet staan. Dat vergt een ondernemende houding en ik durf te zeggen dat wij die in Gorinchem hebben. Wij laten ons veelvuldig zien op netwerkevenementen van onder meer de IKG en hebben intensief contact met bijvoorbeeld de Stichting A27, die zich richt op versnelde uitbreiding van de vervoerscapaciteit van de A27, waarbij de bottleneck Merwedebrug eerst aangepakt moet worden. Hiermee hebben natuurlijk alle ondernemers in de regio te maken. Door dit serieus op te pakken, dienen wij de belangen van het gehele bedrijfsleven in Gorinchem en omstreken. Het verminderen van winkelleegstand staat ook hoog op onze agenda. Als gemeente hebben we hier proactief op gereageerd door het matchen van initiatiefnemers met winkeleigenaren. Met de winkeleigenaren hebben we gezocht naar mogelijkheden en financiële ruimte om winkelpanden tegen een gunstig(er) (huur)tarief aan te bieden. Hier is bijvoorbeeld het concept uit ontstaan dat meerdere ondernemers in één pand gevestigd zijn.” De wethouder, met onder meer Economische Zaken in zijn portefeuille, reageerde ook op de vraag of een gemeente niet te log is om te anticiperen op een almaar sneller wordende wereld. “Zowel grote als kleine bedrijven geven ons te kennen daar tevreden over te zijn, dus op dat vlak zijn er over het algemeen geen misverstanden of onnodig oponthoud. Als gemeente anticiperen wij natuurlijk ook op de toekomst. We weten dat er over drie jaar een tekort is aan bedrijventerreinen, dus daarom zijn we nu al gestart met de ontwikkeling van Groote Haar.”

White collar versus blue collar

‘Een leven lang leren’ is een credo waarin alle deelnemers zich herkennen. Huisman: “Wie tegenwoordig één jaar thuis komt te zitten, loopt meteen een veel grotere afstand tot de arbeidsmarkt op dan in het verleden. Ontwikkelingen gaan steeds sneller, dus heb je ook sneller een achterstand.” Elenbaas: “In de technieksector staan veel vacatures open, omdat er geen geschikte mensen te vinden zijn die over de kennis en kunde beschikken die vandaag de dag wordt gevraagd. Het gaat steeds meer om specifieke toepassingen.” Freije: “Dat is een landelijk, maar ook een lokaal probleem. In Gorinchem beschikken we met het Gilde Vakcollege Techniek overigens wel over geweldig techniekonderwijs. Er is ook al een techniek-havo en in het verlengde daarvan gaan we waarschijnlijk vanaf volgend schooljaar beginnen met het in deeltijd aanbieden van een ICT-opleiding op HBO-niveau.” Elenbaas: “Zulke initiatieven zijn hard nodig. Te lang verkozen studenten white collar boven blue collar. Techniek werd geassocieerd met vies, zwaar en slecht betaald werk. Dat heeft niets van doen met de realiteit, zeker tegenwoordig niet meer. Maar de perceptie verander je niet van de ene op de andere dag. Dat gaat langzaam.”

Toegevoegde waarde

Terug naar de blue collar. Klopt het dat accountants en advocaten nog nauwelijks profiteren van de aantrekkende economie en de toenemende private investeringen en dat hierdoor hun groei achterblijft? “Dat beeld herken ik niet. Voor DHC is het goed als er veel wordt gehandeld, want dan moet er veel juridisch worden begeleid en worden bemiddeld. Wij zijn dan van waarde met onze dienstverlening. Er zijn meer partijen in de markt die advies kunnen geven, maar zeker voor maatwerk weten bedrijven ons te vinden.” Elenbaas: “Misschien helpt het ook dat in dit gebied geen van de big four accountants een kantoor heeft.” Huisman: “Je moet je in onze branche ook echt onderscheiden. Wij doen dat als accountantskantoor onder meer door de focus te hebben op de onderkant van het MKB en starters. Maar voor administratiekantoren die niets anders doen dan cijfers sorteren en overzichtelijk maken, voorzie ik geen toekomst. Dat kun je tegenwoordig ook door een programma laten doen. Zonder toegevoegde waarde red je het niet meer.” Van der Maas: “Banken zullen wereldwijd ook verdwijnen. Steeds meer niet-financiële bedrijven begeven zich op het terrein van banken, inclusief banklicenties. In Nederland zal het op korte termijn zo’n vaart niet lopen, omdat er in verhouding niet heel veel banken zijn en er nog wel ruimte is voor alle aanbieders. Maar we sluiten onze ogen niet voor de ontwikkelingen. Traditioneel bankieren is passé. Kijk maar naar zoiets als bitcoins. Eerst riepen we met elkaar heel hard dat het zwarte handel was en nooit tot iets serieus zou uitgroeien. Maar we kunnen er niet meer omheen dat het een concurrerende dienst is geworden.”

Robotisering

Tot slot rest nog de vraag of technologische ontwikkelingen en robotisering een bedreiging vormen voor de toekomstige werkgelegenheid. Huisman: “Nee, we zitten heus niet over 10 jaar allemaal uit onze neus te eten. Er komt altijd weer werkgelegenheid in nieuwe vormen.” Elenbaas: “Dat vraag ik me af. Diverse professoren twijfelen daar enorm aan. Zij verwachten dat er voor een grote groep werkenden straks vanwege robotisering echt geen werk meer is. Dat is naast zorgwekkend ook zonde. Je doet de samenleving immers tekort als zovelen straks hun talent niet meer kunnen benutten.” Hoe dat probleem dan weer op te lossen is, daar kunnen tijdens een volgend rondetafelgesprek wellicht weer wat bomen over worden opgezet.

ZPITS ontvangt relaties bij Schmidt Zeevis

0

ZPITS, dat staat voor Zippora Porcelijn Instituut voor Training en Scholing en is in 2010 opgericht. Vooral bekend in de wereld van de Asbest, heetwerkwacht en Rigger. Daarnaast verzorgt ze veel taaltrainingen en VCA. Ze vormen dé brug tussen werkgevers en werkzoekenden.

ZPITS levert maatwerk

‘Onze trainingen en opleidingen sluiten aan op specifieke bedrijfssituaties en zijn afgestemd op de individuele wensen en behoeften van de opdrachtgever. We beschikken over een groot netwerk waardoor we ook als verbindende factor van waarde zijn,’ aldus de gedreven onderneemster, die vervolgt: ‘we vinden motivatie belangrijker dan achtergrond of leeftijd, onze opleidingen stemmen we af op de behoeften van werkgevers, tijdens de opleiding krijgen werkzoekenden les in kleine groepen en een intensieve persoonlijke begeleiding en coaching. Dankzij deze persoonlijke aanpak zijn onze slagingspercentages hoog.’

Tijd om relaties te bedanken en onderling kennis te laten maken
Om de relaties te bedanken voor het in haar gestelde vertrouwen en om de relaties onderling met elkaar kennis te laten maken, organiseerde ZPITS op donderdag 24 november een bijeenkomst bij Schmidt Zeevis in Rotterdam. Na een welkomstdrankje, een welkomstwoord en bedankje voor het in haar gestelde vertrouwen van Zippora, was het tijd voor een boeiende rondleiding bij Schmidt Zeevis. Hierbij maakten de ondernemers en relaties kennis met het reilen en zeilen bij Schmidt Zeevis en over de vele soorten vis, de vangstgebieden en de afzetmarkten. Tijdens de rondleiding werd ondermeer een vriescel, waar de temperatuur min 25 graden was, aangedaan. Na de ‘frisse’ rondleiding was het tijd voor een heerlijk vishapje en een drankje.

Wooning verbindt naam aan Rotterdamse Zesdaagse

0

Wooning Keukens en Badkamers is de komende drie jaar titelsponsor van de Rotterdamse Zesdaagse. Het wielerspektakel in Rotterdam Ahoy wordt van 5 tot en met 10 januari voor de 35e keer gehouden.

Wooning is al een paar jaar betrokken bij de Rotterdamse Zesdaagse. Zo was de regionale keuken- en badkamerspecialist in 2016 sponsor van het Belgische topkoppel Kenny De Ketele en Moreno De Pauw. “We deden toen voor het eerst ook een spel samen met de Staatsloterij waaraan mensen op de tribunes mee konden doen”, zegt Wim van Dijk, directeur van Wooning Keukens en Badkamers.Nu besloten Wooning en Ahoy hun samenwerking te intensiveren. De komende drie jaar heet het evenement Wooning Zesdaagse van Rotterdam. Het bedrijf is ook inhoudelijk nauw betrokken bij het evenement. “We gaan onder meer een guerrilla-actie doen rond Kerst om mensen in onze winkels op de Zesdaagse opmerkzaam te maken. Dat wordt heel leuk.” “Met de steun van Wooning kunnen we verder op de ingeslagen weg tot verdere vernieuwing van onze zesdaagse”, zegt Jolanda Jansen, directeur van Rotterdam Ahoy. “De afgelopen edities hebben we al mooie stappen gemaakt. Zo is het wedstrijdprogramma spannender en uitdagender geworden, zijn we erin geslaagd de interactie met het publiek te vergroten en hebben we de beurs WielerPlaza toegevoegd.”

Zesdaagse 3.0

‘Zesdaagse 3.0’ noemt Jansen het evenement om aan te geven dat het in zijn huidige vorm wezenlijk verschilt van de zesdaagse uit het verleden. “Die uit de jaren 70 en 80, waarmee het allemaal begon en die het Sportpaleis zijn uiterlijk en naam gaven. De vaste wielerbaan ging er eind jaren 80 uit toen de belangstelling voor baanwielrennen inzakte en de concertmarkt kwam opzetten. In 2005 kwam de Zesdaagse weer terug, in het jaar dat Rotterdam Europese Sporthoofdstad was. Als 2.0, en mogelijk geworden dankzij de uitvinding van een demontabele wielerbaan.” 3.0 diende zich aan toen Ahoy in 2015 volledig eigenaar werd van de Rotterdamse Zesdaagse. Jansen: “Toen hebben we het evenement naar een hoger niveau getild, met Michael Zijlaard en Peter Schep als directeuren. Zij kennen de wielersport en zijn het sportieve gezicht van de Zesdaagse, net als Richard Krajicek dat is voor het ABN Amro World Tennis Tournament. De band met de familie Zijlaard is natuurlijk al heel oud en innig – ook met Joop en Leontien. In 2005 hadden zij een belangrijke bijdrage aan de terugkeer van het evenement.”

Nieuw wielerseizoen

Inmiddels is het evenement uitgegroeid tot een platform waar het nieuwe wielerseizoen in Nederland start. Er zijn steeds meer activiteiten rond de baanwedstrijden bijgekomen. WielerPlaza is inmiddels een vast onderdeel (van vrijdag tot en met zondag). Net als de ploegpresentatie door Team Roompot-Nederlandse Loterij (dit jaar op de tweede dag). Deze keer presenteert ook de UCI WorldTour-formatie Team Sunweb (nu nog Giant-Alpecin) zich in Ahoy aan de fans; op de openingsdag.
“We brengen de sport nóg dichter naar het publiek. Ook tijdens de wedstrijden. Het kansspel met de Nederlandse Loterij op wie de winnaar van een race wordt bijvoorbeeld; dit jaar rijden de renners met een hartslagmeter rond en die gegevens zijn op de scoreborden te zien.”

Ambitie en enthousiasme

Afgezien van zijn persoonlijke interesse voor de wielersport en het evenement, is de samenwerking met Ahoy vooral zakelijk aantrekkelijk, vertelt Wim van Dijk. “We hebben zeven vestigingen in de regio. Ik wil dat Rotterdam gaat houden van Wooning. Rotterdam is een sportstad; dus dat kan mede door ons aan een aansprekend sportevenement te verbinden: de Zesdaagse. Zoals we ook al jaren partner zijn van Rotterdam Topsport.” Waarmee hij nóg iets noemt dat Wooning verbindt met Rotterdam Ahoy – partner van het eerste uur. “Vanaf het eerste moment dat we bij de Zesdaagse rondliepen, hadden we er een goed gevoel bij. Ook met de mensen erachter.” Jansen: “Wij zijn heel blij met de ambitie en het enthousiasme van Wim en zijn collega’s. Wij gaan voor langetermijnrelaties en met elkaar ergens aan bouwen. Als er zo’n goede klik is, ben je ook bereid iets extra’s te doen. En daar worden beide organisaties én het evenement dan weer beter van.”
“Daar dragen wij graag aan bij”, zegt Van Dijk. “Vandaar ook dat we voor drie jaar getekend hebben, met een optie om daarna te verlengen. We hebben al veel positieve reacties gekregen – van klanten, van wielerliefhebbers, van Rotterdammers. Rond Kerst gaan we reclame maken voor de Wooning Zesdaagse van Rotterdam en hebben we de actie in de winkels. Dan kunnen mensen er echt niet meer omheen.”

Wilt u volledig op de hoogte blijven over alle topsport in Rotterdam? Volg Rotterdam Topsport dan via:

@RdamTopsport

Facebook.com/RotterdamTopsport

Sfeervolle laatste BOB borrel 2016

0

Dinsdag 13 december vond de laatste Business Ontmoet Business bijeenkomst van 2016 plaats. De met zo’n honderd bezoekers goed bezochte bijeenkomst vond plaats bij Brasserie Staal in het WTC Rotterdam. Naast ‘Vrienden van Rijnmond BUSINESS’ waren ook de leden van de WTC Club uitgenodigd om deze BOB borrel bij te wonen. Kees van ’t Zelfde interviewde tijdens zijn openingswoord Angélique van Hienen, de nieuwe directeur van het World Trade Center Rotterdam. Volgens de enthousiaste Van Hienen liggen er prachtige en veelomvattende plannen. Een ervan is bijvoorbeeld om de synergie tussen de diverse WTC-elementen te vergroten. Van ’t Zelfde ging vervolgens kort in op de plannen die HJ Media Producties heeft met Port of Business. De bezoekers werden uitgenodigd om zich aan te melden voor het bijwonen van een presentatie over dit nieuwe concept op kantoor bij HJ Media Producties. Op dit verzoek gingen veel leden in en maakten meteen afspraak. Tevens attendeerde Van ’t Zelfde de aanwezigen nog op de mogelijkheid om, samen met Port of Business, deel te nemen aan People’s Business op 18 en 19 januari 2017 en bedankte hij een ieder voor het gestelde vertrouwen en de plezierige samenwerking dit jaar en wenste hij iedereen fijne feestdagen, een mooie jaarwisseling, een succesvol en bovenal gezond 2017.

Na het welkomstwoord genoten de aanwezigen van een heerlijk winters buffet en van een optreden van zangeres Susanne de Rooij. Zij sloot de avond af met een aantal bijzondere ballads.

CT-AV, WTC Rotterdam en Postillion Convention Centre Rotterdam bedankt
Port of Business bedankt CT-AV, het World Trade Center Rotterdam en Postillion Convention Centre voor de medewerking en de bijdrage bij het realiseren van de laatste BOB borrel in 2016!

Restaurant Kaat Mossel overhandigde gouden beeldje aan sterspeler Feyenoord

0

Feyenoordspeler en aanvoerder Dirk Kuyt heeft woensdagmiddag 16 november de 22ste Gouden Mossel in ontvangst mogen nemen aan boord van het partyschip James Cook van de Spido. De prijs ging dit jaar naar de wereldvermaarde voetballer, omdat hij wekelijks voorop gaat in de strijd bij de Rotterdamse club. Ook zijn inzet met de door hem in 2005 opgerichte Dirk Kuyt Foundation, die sportevenementen steunt en organiseert voor mensen met een verstandelijke en lichamelijke beperking, werd geprezen. Deze bekende Rotterdamse icoon mocht dus niet ontbreken op de lijst van namen die eerder al een Gouden Mossel ontvingen. “Ik vind het fantastisch dat ik, na veel prominente Rotterdammers die zoveel voor de stad hebben gedaan, deze prijs nu ook in ontvangst mag nemen.” aldus Dirk Kuyt. Maar hij was niet de enige die een gouden beeldje in ontvangst nam. Ook trouwe gast en Rotterdamse zakenman en Feyenoordfan Willem van ’t Wout werd geroemd met een Gouden Mossel.

Rabobank Rotterdam blijft zichzelf opnieuw uitvinden

0

Leo Peeters Weem werd ruim twee jaar geleden benoemd als directievoorzitter van Rabobank Rotterdam. Rustig is het in die periode nooit geweest. Een gesprek over reorganiseren, het nieuwe ‘dichtbij-gevoel’, zoeken naar samenwerkingsvormen en toekomstverwachtingen.

Het jaar loopt op zijn einde en dat is altijd een mooi moment om eerst even terug te blikken. Welk gevoel overheerst bij Peeters Weem wanneer hij het afgelopen jaar moet samenvatten? En hoe verhield 2016 zich tot 2015? “Het grote verschil met 2015 is dat Rabobank in 2016 een mega-reorganisatie heeft doorgemaakt. Bovenop de 3000 arbeidsplaatsen die de afgelopen jaren verdwenen, werden er nog eens 9000 banen geschrapt. Dat proces is begin 2016 ingezet. In 2017 zal de laatste 20 procent afscheid nemen.” Om de impact van die getallen te duiden, wijst Peeters Weem op SNS Bank en Van Lanschot Bankiers. “Dat zijn qua omvang de vierde en vijfde bank van Nederland. In totaal hebben zij zo’n 4000 mensen in dienst. Ter vergelijking: wij hebben de afgelopen jaren afstand moeten doen van 12.000 medewerkers. Dat is drie keer dat aantal.” In de bankensector is het lang niet altijd hosanna. Veranderd consumentengedrag, strengere eisen van toezichthouders en economische ontwikkelingen noopten Rabobank tot het nemen van impopulaire maatregelen, zoals het schrappen van vele banen. “Het boventallige personeel dat die vervelende boodschap te horen kreeg, heeft zich overigens tot de laatste werkdag optimaal ingezet voor Rabobank. Stuk voor stuk konden zij het tot het einde opbrengen om professioneel en vakkundig door te werken. Dat waardeer ik enorm.” Hoe kan het dat demotivatie in die situatie niet de boventoon voerde? “Omdat iedereen steeds goed is meegenomen in het ‘waarom’ en daardoor de noodzaak snapte van het transformeren naar een kleiner en wendbaarder bedrijf. Het heeft niets te maken met het slecht functioneren van medewerkers, maar met het noodgedwongen inzetten van een nieuwe koers. Daarom hebben velen er sneller vrede mee, al blijft de boodschap natuurlijk niet leuk.” Binnen Rabobank Rotterdam gaat men terug van 650 fte naar 450 fte. “Dat betekent dat straks bijna een derde verdwenen is. Iedereen moet wennen aan die nieuwe situatie. Ik ook. Voorheen had ik als ondersteuning een half leger om me heen, maar daar is ook in gesnoeid. Pijnlijk, want de directiesecretaresse moest na tientallen jaren trouwe dienst ineens op zoek naar een andere baan. Dat laat je niet koud, al uit ik die gevoelens misschien te weinig. Eigenlijk moet ik mijn waardering vaker laten blijken. Gewoon, door eens een compliment te geven en te vragen hoe het gaat.” Peeters Weem weet maar al te goed dat Rabobank zich bevindt in een branche die bezig blijft zichzelf opnieuw uit te vinden en daar dus in mee moet. “Maar een terugschaling van personeel in deze omvang zal niet meer gebeuren. Wat we afgelopen jaar meemaakten, was heel extreem.”

Dichtbij op andere manieren

De grootste opgave voor de komende jaren is om de dienstverlening via virtuele kanalen verder uit te diepen, maar tegelijkertijd klanten het kenmerkende ‘dichtbij-gevoel’ van Rabobank nog steeds te laten ervaren. “Vroeger was dichtbij: op iedere hoek van de straat een filiaal. Nu is dichtbij: bankzaken online regelen. Dat laatste is minder grijpbaar, dus daarom experimenteren we daarnaast met andere vormen van dienstverlening. Wie 80 jaar is of ouder, heeft vaak niet kunnen aansluiten bij de internetgeneratie. Daar spelen wij op in met huisbezoeken, waarbij een adviseur de klant opzoekt in de eigen omgeving, bijpraat en helpt. Daarnaast zijn wij voornemens om de kantoren die we nog hebben vaker te bemannen met specialisten. Nu is het nog zo dat je er als klant geholpen wordt door een frontofficemedewerker die een vervolgafspraak maakt met een specialist. Maar in het kader van flexibel werken en klantgerichtheid pleit ik ervoor om vaker medewerkers vanuit onze kantoren te laten werken. Dat klanten binnenlopen en even drie vragen over een hypotheek kunnen stellen: naar zo’n situatie willen we toe. Overigens niet alleen in onze eigen kantoren, maar ook middels samenwerkingen met nutsgebouwen. Bij CIC Rotterdam in het Groothandelsgebouw hebben we al twee flexplekken gehuurd. Dat werkt heel goed, want de drempel om contact te zoeken is erg laag. Dat concept gaan we dus op meerdere plekken uitrollen.” Want dat klanten, hoe gedigitaliseerd de wereld ook is, behoefte blijven hebben aan persoonlijk contact staat voor Peeters Weem als een paal boven water. “Internet is een medium waarbij het aanbrengen van nuance lastig kan zijn. Voor 99,9 procent van de Nederlanders is de aankoop van een huis de grootste uitgave in hun leven. Beslissen over een passende hypotheek is dan natuurlijk een heel belangrijk iets, waarbij je niet over één nacht ijs gaat. Op zulke momenten moet je er als financieel dienstverlener ook fysiek zijn voor klanten. Het is de juiste combinatie tussen clicks and bricks die het verschil maakt.”

Geen wereld zonder banken

In de veranderde markt met een diversiteit aan klantwensen is traditioneel bankieren passé. Rabobank stelt zich daarom meer en meer op als een financieel regisseur. “Bij financieringsvragen werken we steeds vaker samen met andere partijen. Participatiemaatschappijen en investeerders doen al regelmatig een duit in het zakje en crowdfunding is eveneens een veel voorkomende manier om een financieringsvraagstuk tot een goed einde te brengen. Vanwege de lage rentestand is dat voor velen interessant. Immers, kapitaal op een spaarrekening laten staan levert nauwelijks nog iets op. Daardoor vertrouwen velen zo blind op het platform crowdfunden, dat een financiering soms letterlijk binnen 5 minuten rond is. Toch moet je een risico incalculeren, want innovaties gaan gepaard met risico’s. Lang niet alle ideeën monden uit in een succes. Gok je een paar keer verkeerd? Hoe happig ben je dan nog om mee te blijven doen aan crowdfunding? Dat vraag ik mij oprecht af.” Maar dat er andere vormen omtrent financiering zijn ontstaan, blijft een feit. “Als eerste bank in Nederland hebben wij onlangs twee transacties gedaan waarbij particulieren via de Rabobank meededen met de financiering van bedrijven. Met het oog op de toekomst bieden zulke constructies zeker perspectief. We willen en moeten onszelf steeds opnieuw blijven uitvinden en schromen niet om slimme samenwerkingsverbanden te zoeken. Het Amerikaanse MKB wordt voor 40 tot 45 procent gefinancierd buiten banken om. Zo’n vaart zal het in Nederland niet lopen. Ondanks de opkomst van initiatieven als Apple Pay voorzie ik geen wereld zonder banken. Maar we sluiten de ogen ook niet. Het is juist heel interessant om techbedrijven te adopteren om de transitie van het oude naar het nieuwe bankieren zo goed mogelijk vorm te geven. Zonder integratie kijken hoe je het beste op allerlei ontwikkelingen kan inspelen: daar geloof ik in. Het blijft een kick om als bank goed voor je klanten te zorgen. Nu, en in de toekomst.”

Harder groeien dan het Nederlands gemiddelde

Tot slot zoomt Peeters Weem nog even in op de algemene economische verwachting voor Rotterdam. Hoe kijkt hij daar tegenaan? “De economie blijft groeien, de werkloosheid daalt en het consumentenvertrouwen groeit. Alle stoplichten staan op groen. Toch vind ik dat de Rotterdamse economie meer power nodig heeft om de werkloosheid verder terug te dringen. We komen van ver, maar het moet nog veel beter. Ieder jaar komen er weer duizenden jongeren van school die geen werk kunnen vinden. In de haven wordt ook steeds meer geautomatiseerd. Ik zeg niet dat het per definitie slecht is, maar qua werkgelegenheid kan het zorgelijk zijn. Rotterdam moet er alles aan doen om 1 tot 1,5 procent harder te groeien dan het Nederlands gemiddelde. Wees die voorloper, want daarmee anticipeer je op later. De komende 30 tot 40 jaar krijgen we te maken met een aanhoudende stroom van mensen die zich in Rotterdam willen vestigen, zo is de voorspelling. Die mensen moet je dan echter wel een plek op de arbeidsmarkt kunnen bieden. Ik vind dat het bedrijfsleven ook daarom best wat meer mag investeren in dit gebied. Zeker ondernemers die hier geworteld zijn moeten het als een morele verplichting zien om hier hun rendement terug te verdienen in plaats van in bijvoorbeeld het Ruhrgebied. Dat verdient Rotterdam gewoon.”

Kamera Express wint Rotterdamse Ondernemersprijs 2016

0

Maandag 21 november is Kamera Express uitgeroepen tot winnaar van de Rotterdamse Ondernemersprijs 2016. Ondernemer Peter Merceij ontving de prestigieuze prijs uit handen van wethouder Maarten Struijvenberg tijdens een feestelijke uitreiking in het WTC Rotterdam. Kamera Express liet de andere genomineerde bedrijven FreelanceFactoring en Technotrading achter zich.

Vakjury onder de indruk

Juryvoorzitter Mai Elmar spreekt namens de voltallige jury als zij zegt: “Peter Merceij en Ben Cornelisse zijn dynamische ondernemers die vol passie en energie de strategische route voor het bedrijf uitstippelen. Zij vullen elkaar op bijzondere wijze aan op kennis en expertise, sturen op indicatoren maar zeker ook op gevoel. De bedrijfsresultaten zijn uitzonderlijk goed voor de neergaande retailmarkt. Die resultaten zijn mede te danken aan de kennis over de klant, de kennis van de medewerker, de keuze van het assortiment en de omvang ervan. Kamera Express wil de markt maken in plaats van volgen. De snelheid waarmee nieuwe winkels operationeel gemaakt worden is verbazingwekkend en mogelijk vanwege een gedegen basisorganisatie en een forse dosis wilskracht. Het te ontwikkelen experience centre is niet alleen innovatief en creatief maar eveneens trendsettend. Het verhaal van Kamera Express leest als een spannend boek en het bedrijf en de ondernemers zijn een briljant in onze regio.”

Het vernieuwde Hofpleintheater geeft Rotterdam Noord een nieuwe creatieve en sociale impuls

0

In de afgelopen 30 jaar hebben al meer dan anderhalf miljoen theaterfans een bezoek gebracht aan het Hofpleintheater. Anno nu bruist het Hofpleintheater nog steeds. Niet alleen als de vaste speelplek voor de voorstellingen van Jeugdtheater Hofplein, maar ook als inspirerende locatie voor festivals, evenementen en concerten. Na de grootscheepse verbouwing wordt dit nóg verder uitgebreid. Naast de bestaande grote theaterzaal is er een kleine zaal (ca. 65 zitplaatsen) en diverse nieuwe studio’s voor workshops, bijeenkomsten en andere meetings. Verder staat de deur voor iedereen open die wil lunchen, voorbij komt of binnenwipt voor een drankje in de theaterlounge.

Creatieve en sociale impuls voor kinderen, jongeren én Rotterdam Noord

Het Hofpleintheater is het laatste onderdeel van het Technicon-complex uit 1966 wat verbouwd wordt door Dura Vermeer. Eerder waren het Grafisch Lyceum en het Zadkine College al aan de beurt. Architect Maaike Westinga (TenBrasWestinga Architecten) houdt de oorspronkelijke basis van hout, staal en beton van oud-architect Maaskant (o.a. Hilton en Groothandelsgebouw) in ere. Ook de voorgevel met het gigantische kunstwerk (6,5 bij 2,4 m) van Karel Appel blijft blikvanger. De rest van het Hofpleintheater onderging een metamorfose: nieuw is de grote theaterlounge aan het Waterplein, waar bezoekers, spelers, studenten en ook wijkbewoners elkaar tijdens én buiten voorstellingen kunnen ontmoeten. Een ontmoetingsplaats voor jong en oud. “Overal in Noord voel je een sterke ondernemende daadkracht. Bij ons om de hoek ‘onder de Hofbogen’ bloeit een nieuwe creatieve industrie en ontdek je spannende horeca initiatieven. Samen met onze buren, het Zadkine College en Grafisch Lyceum Rotterdam, nemen wij hier een actieve maar ook een sociale-maatschappelijke rol in.” aldus Caroline Pietermaat, algemeen directeur Hofplein Rotterdam.

Het Hofpleintheater ook als leer- en werkbedrijf MBO Zadkine

De verbinding tussen Hofplein en Zadkine krijgt onder meer vorm door het creëren van stage- of werkervaringsplekken voor MBO-studenten om volop praktijkervaring op te doen. Het Hofpleintheater wordt hiermee een leer- en werkbedrijf voor diverse opleidingen als horeca, facilitaire dienstverlening, beveiliging, evenementen, mode, uiterlijke verzorging, marketing en communicatie.

Studenten van het Zadkine College zullen ook samen met Hofpleiners de horeca van de theaterlounge bemannen, zowel overdag als tijdens de voorstellingen. Pietermaat: “Het Hofpleintheater is een huis waar theater, opleiding, verbeelding en storytelling samenkomen en nu na de verbouwing –letterlijk- nog meer in de maatschappij staat. Samen met het MBO leer- en werkbedrijf wordt het een mooie uitdaging om van het Waterplein een prachtige en bruisende plek te maken in Noord.”

Kom kijken en sfeer proeven

De verbouwing is 15 december afgerond en het theater is tijdens een housewarming in volle glorie geopend door Thomas Roskam, voorzitter gebiedscommissie Noord. Dit in het bijzijn van een trotse directeur Caroline Pietermaat, leerlingen, buren, medewerkers en iedereen die zich thuis voelt in het theater. Wilt u het vernieuwde Hofplein theater met eigen ogen bekijken, dat kan! Kom dan bijvoorbeeld bij de eerste nieuwe kerst-familievoorstelling ‘De Notenkraker’ (16 december – 14 januari) of tijdens de reprise van de indrukwekkende voorstelling ‘De Loop der Dingen’ (3 – 12 februari 2017), groot succes op Lowlands dit jaar! Het Hofpleintheater wordt in het nieuwe seizoen tevens een leslocatie voor kinderen & jongeren die houden van zang, dans en spel.

Het gaat de stad op vele fronten voor de wind

0

De overheidsfinanciën zijn verbeterd en de economische groei zet naar verwachting door met 1,7 procent in 2017. Het consumentenvertrouwen neemt toe en bedrijven durven weer te investeren. Nederland staat er na een aantal zware jaren weer beter voor.
“Het tij is gekeerd. We hebben weer vaste grond onder de voeten. We kunnen weer verder vooruitkijken en investeren in kansen voor mensen,” zei minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën bij de aanbieding van de Miljoenennota 2017. Zijn ondernemers in Rijnmond net zo optimistisch? Dat is de centrale vraag tijdens het rondetafelgesprek.

In de Rabobank aan de Blaak in Rotterdam is de ontvangst hartelijk door gastheer Gerard Zwartkruis, directeur Bedrijven van Rabobank Rotterdam. Op de vijftiende verdieping van het regionale hoofdkantoor is het uitzicht in elk geval prachtig. De deelnemers ontdekken dankzij het heldere weer steeds meer herkenbare punten in en rond de stad. Maar het is tijd voor het serieuzere werk. Naast Gerard Zwartkruis, zijn Peter van Nederpelt (directeur Ooms Makelaars), Hans van Ruiten (DGA ROGAM Mercedes-Benz), Kees Rijkhoff (voormalig algemeen directeur van de Avantage Groep en nu aan het bedrijf verbonden als adviseur P&O) en Herman Vaanholt (DGA Vaanholt Consultancy) deelnemers aan het rondetafelgesprek over ondernemen in de regio Rijnmond.

Allereerst blikken de heren wat betreft hun eigen business nog even kort terug op het jaar dat bijna achter ons ligt. Peter van Nederpelt: “Wij hebben te maken met een enorme vraag in de woningmarkt. Je merkt dat het consumentenvertrouwen weer terug is. Bij diverse grote projecten die wij in portefeuille hebben, blijkt dat de trek naar de stad behoorlijk in de lift zit. Het is een goed jaar geweest en onze verwachtingen voor de komende jaren zijn eveneens positief. Goed voor de stad, voor de bouwsector. Kortom, goed voor de regionale economie.” Ook Kees Rijkhoff is tevreden over zijn bedrijfsresultaten en optimistisch voor de toekomst, hoewel er ook wat minpuntjes zijn te melden. “Het is lastig om gekwalificeerde medewerkers te rekruteren. Het bedrijfsleven en onderwijs zouden meer op elkaar moeten aansluiten. De – technische – ontwikkelingen gaan ongelooflijk snel. Dat vraagt om andere opleidingen en competenties. Ook mag de regelgeving vanuit de overheid wat mij betreft drastisch minder.” Die opmerking is koren op de molen voor de andere deelnemers. Rijkhoff vindt unaniem bijval. Herman Vaanholt geeft enkele voorbeelden van de stroperigheid van de (semi)overheid. “Het is te zot voor woorden dat je achttien maanden moet wachten om een elektriciteitskabel aangelegd te krijgen die je notabene van tevoren al betaald hebt.” Diverse andere voorbeelden met een grote of kleinere impact passeren de revue. Alle ondernemers aan tafel hebben te maken met lokale, regionale, provinciale en rijksoverheidsregels die het ondernemen er niet altijd prettiger en slagvaardiger op maken. “In Nederland is het mogelijk dat een kleine groep mensen initiatieven vertraagt door middel van allerlei inspraakprocedures. Het kan zelfs zover gaan dat kansrijke projecten hierdoor helemaal geen doorgang vinden,” zegt Herman Vaanholt hierover. Toch blijkt de overheidsbemoeienis in Rotterdam mee te vallen. Sterker nog, de rol van burgemeester Aboutaleb wordt alom geprezen door zijn betrokkenheid en positieve inbreng voor het bedrijfsleven.

Hans van Ruiten is bij uitstek de ondernemer in het gezelschap waarbij de overheid een stempel drukt op zijn ondernemerschap. “Laat ik vooropstellen dat wij een goed jaar achter de rug hebben, vooral op de zakelijke markt en met de bestel- en vrachtwagens gaat het prima. Wat de personenwagenmarkt betreft opereren we in een verstoorde branche. De overheid komt telkenmale met al of niet doordachte stimulerings- dan wel beperkende maatregelen. Daarbij verandert ook de maatschappij. Er is in toenemende mate sprake van variëteit in mobiliteit en hoe zet zich dit voort? Ook nieuwe technologie in en rondom de auto en aandacht voor duurzaamheid maakt het dat de ontwikkelingen niet altijd eenvoudig in kaart zijn te brengen. Van alle kanten is onze branche in beweging. Wij richten ons volledig op onze klanten, als we die kunnen blijven binden zijn we al een heel eind op de goede weg.” Gerard Zwartkruis meldt dat hij gecharmeerd is van het gedachtegoed The Third Industrial Revolution van econoom Jeremy Rifkin. Ook de Rabobank oriënteert zich op de toekomst met thema’s zoals energie, circulaire economie, het digitale tijdperk. De jonge generatie speelt hierin een hoofdrol, vandaar dat de bank zich nadrukkelijk profileert op plaatsen waar deze ontwikkelingen in beeld zijn. “Wij promoten initiatieven zoals de RDM Training Plant maar ook bij het Cambridge Innovation Center (CIC) en Erasmus Center for Entrepreneurship zoeken wij aansluiting. Met kenniscentra dragen wij ons steentje bij aan alle ontwikkelingen die de stad doormaakt.” Herman Vaanholt sluit zich hierbij van harte aan. “Rotterdam staat op de kaart. Steeds meer buitenlandse studenten komen hier studeren en blijven vervolgens hangen. Nederland en zeker ook Rotterdam hebben veel te bieden. We mopperen weleens over hoe het er hier allemaal aan toe gaat, maar als ik na een verblijf in het buitenland weer terugkom, valt het mij steeds weer op dat het hier niet zo slecht is als we soms denken.”

De status van de stad Rotterdam is al een aantal malen gevallen. Het hoeft geen betoog dat de toeristische sector stevig in de lift zit. Het gaat de stad op vele fronten voor de wind. Zomaar wat cijfers: dit jaar zijn er bijna twee miljoen hotelovernachtingen en kwamen er zo’n 900.000 passagiers op RTHA aan. De attracties waren goed voor 3,25 miljoen bezoekers, terwijl de culturele instellingen ruim één miljoen bezoekers mochten ontvangen. Rotterdam dook de afgelopen tijd meerdere keren op in internationale belanghebbende media die de stad tippen voor een bezoek. De Engelse krant The Guardian zette de havenstad begin dit jaar in de top tien van ‘alternatieve’ steden om te bezoeken. Belangrijke trekpleisters zijn het Centraal Station, de Markthal en De Rotterdam.
Peter van Nederpelt: “De stad kent een ongekende upgrade dankzij nieuwe iconen zoals de Markthal, het Centraal Station en de Tweede Maasvlakte. Nu is Feyenoord City in het vizier. Het is goed voor een stad om met dergelijke omvangrijke projecten bezig te zijn. De woningmarkt vaart er ook wel bij.” Gerard Zwartkruis merkt eveneens de optimistische stemming. “De stad vibreert. Wij sluiten een periode van snoeien af; het groeien kan beginnen.”

Zijn er dan helemaal geen zorgpunten? Zeker wel. Dat de rol van de haven gaat veranderen is een ding dat zeker is. De overslagfunctie zal afnemen en andere vormen van dienstverlening moeten hiervoor in de plaats komen. Ook de werkgelegenheid is in het geding. Robotisering is een niet te stoppen fenomeen. Hoe gaan we hiermee om? Biedt het kansen of is het een bedreiging? Ook het onderwijs moet op de schop, vinden de deelnemers aan het rondetafelgesprek. Meer afstemming tussen het bedrijfsleven en het onderwijs is noodzakelijk. Maar toch, in het algemeen is de conclusie dat het prettige tijden zijn om te ondernemen en dat de regio Rijnmond nog voldoende ruimte en kansen biedt om dit gebied stevig op de – economische – kaart te houden.

Herman Vaanholt verwoordt het als volgt: “Ik ben zeer positief over de komende jaren. Zelfs als ik dit niet zou zijn, zou ik het nog niet uitdragen. Met een positieve instelling bereik je immers meer. Rotterdam heeft op dit moment een positief imago, dat zorgt de komende jaren voor stuwing. Het zou daarbij wel fijn zijn, als de overheid zich wat minder met ondernemers bemoeit.”

Handelsbanken succesvol dankzij eigenheid

0

Het openen van steeds meer lokale kantoren volgens het celdelingsprincipe, een sterk decentrale organisatie en geen verkooptargets, bonussen of callcenters: het moge duidelijk zijn dat de werkwijze van Handelsbanken niet te vergelijken is met die van de Nederlandse grootbanken. Wim Tieleman, kantoordirecteur Rijnmond Zuid, en Peter Bot, kantoordirecteur Rotterdam, vertellen meer over de filosofie en het dienstenpakket.

Dat Handelsbanken nog geen bekende speler is, ondervinden beide directeuren regelmatig. ‘Ik had nog nooit van jullie gehoord’ is meer dan eens de openingszin wanneer iemand voor een kennismaking langskomt op kantoor. Erg vinden Tieleman en Bot dat niet. Mond-tot-mondreclame doet zijn werk en uitleg geven over de visie van Handelsbanken is een kleine moeite. “Handelsbanken bestaat al sinds 1871 en vindt zijn oorsprong in Zweden. Het is daar het langste beursgenoteerde bedrijf van het land en behoort door haar uitstekende kapitaalspositie en lage risicoprofiel tot de meest solide banken van Europa. Door de jaren heen zijn ook het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Finland, Noorwegen en Nederland tot de thuismarkt van Handelsbanken gaan behoren. In Nederland werd bijna 15 jaar geleden voet aan de grond gezet. In het bankwezen is dat niets, dus ik begrijp dat we nog niet heel bekend zijn,” zegt Bot. Inmiddels heeft Handelsbanken in Nederland ruim 25 kantoren en meer dan 200 medewerkers. Nog steeds peanuts in vergelijking met de grootbanken, maar de sterke groei geeft aan dat er duidelijk behoefte is aan een ander geluid binnen de bankensector. Want standaard, zo kan Handelsbanken zeker niet worden genoemd. “De meeste beslissingen worden van a tot z op kantoor genomen. Het kantoor is de bank. Er werken op iedere vestiging maximaal ongeveer 10 personen. Dat zorgt voor korte lijnen en komt de efficiëntie en oplossingsgerichtheid ten goede. Groeien we hard, dan gaan we op zoek naar een locatie in de buurt en openen we daar een nieuw kantoor. Grote vestigingen passen niet bij ons. Dan verliezen we onze kracht: decentraal werken en daardoor het lokale werkgebied goed kennen. Groei is positief, maar we gaan daarmee om op een manier die bij ons past. Een accountmanager zal bij Handelsbanken nooit 100 klanten hebben. Dan worden het nummers, in plaats van relaties,” aldus Tieleman.

Geen onverantwoorde risico’s nemen

Handelsbanken heeft zowel ondernemers, van MKB tot aan multinationals, als particulieren veel te bieden. Het valt Tieleman wel op dat in de regio Rijnmond bovengemiddeld veel ondernemers klant zijn. Of het nu particulier is of zakelijk: bij een financiering verschaft Handelsbanken altijd snel duidelijkheid. “Daarbij is ‘nee’ ook een antwoord. We nemen geen onverantwoorde risico’s en gaan voorzichtig te werk. Dat is misschien ook een beetje onze Zweedse inslag. We gaan alleen in zee met financieel gezonde bedrijven en vermogende particulieren die ons een goed perspectief kunnen voorschotelen. Bij twijfel kiezen we ervoor niet te financieren. Of we er in zulke gevallen voor kiezen om financieringsvraagstukken samen met andere partijen in te vullen? Uiteraard nemen we deel in clubdeals en syndicaten bij de hele grote financieringen, maar los daarvan doen we niet aan stapelen. We houden alles graag in eigen hand. Zo kunnen we bedrijven bijvoorbeeld internationale financierings- en cashmanagementoplossingen bieden via ons internationale kantorennetwerk.” Naast goed afgewogen (vastgoed)financieringen, regulier betalingsverkeer en treasury is trade finance ook iets waar Handelsbanken zich in heeft gespecialiseerd. Bot: “Binnen die tak worden internationale ondernemingen ondersteund bij het in kaart brengen van leveringscondities en betalingsrisico’s. Door inzet van de juiste betaalinstrumenten zijn de risico’s flink te beperken. Daarnaast heeft Handelsbanken eerder dit jaar Optimix Vermogensbeheer overgenomen, wat ook een uitbreiding van het producten- en dienstenpakket betekende.”

Niet de grootste, wel de meest tevreden klanten

Dat de aanpak van Handelsbanken wordt gewaardeerd blijkt naast de opening van steeds meer lokale kantoren ook uit het feit dat Handelsbanken voor het vierde jaar op rij is uitgeroepen tot meest klantvriendelijke bank van Nederland. Dit blijkt uit onderzoek onder particuliere en zakelijke klanten van alle banken in Nederland, uitgevoerd door een onafhankelijk, internationaal marktonderzoeksbureau. Tieleman: “Klanten, zeker ook ondernemers, willen snel schakelen en hechten daarnaast waarde aan duidelijk en deskundig advies. Dat is precies wat wij te bieden hebben. Onze medewerkers hebben in de regel vele vlieguren opgedaan bij andere banken. Dat geldt ook voor Peter en mijzelf. Ondanks dat de werkwijze van Handelsbanken vrijwel het tegenovergestelde is van de ‘traditionele’ banken, is zo’n achtergrond toch nuttig.” Bot vult aan: “Wie bij Handelsbanken werkt, heeft veel bevoegdheden. Kennis wordt op alle fronten benut. Verschuilen en afschuiven is er niet bij. Een hele verantwoordelijkheid, maar dat is juist zo mooi.” Met die relatief kleine club mensen wordt Handelsbanken stukje bij beetje minder onbekend. Bot: “Het was een dynamisch jaar, waarin we veel stappen vooruit hebben gezet. We zijn als relatief jonge bank in Nederland natuurlijk nog steeds aan het bouwen. Er zijn nog genoeg wensen en ideeën. Het is echter niet onze ambitie om de grootste bank van Nederland te worden. Handelsbanken wil de bank zijn met de meest tevreden klanten.”