Overig

“Mensen met tijdelijke contracten hadden geen of nauwelijks rechten”

437

Werkgevers moeten werknemers eerder in vaste dienst nemen, maar daarentegen mensen die in vaste dienst zijn, makkelijker kunnen ontslaan. Dat is het doel van de Wet Werk en Zekerheid (Wwz), die op 1 juli jl. is ingegaan. Minister Lodewijk Asscher over de nieuwe wet.

De wet moet de doorgeschoten flexibilisering op de arbeidsmarkt aan banden leggen. Er waren te grote verschillen in de behandeling van werknemers met vaste en tijdelijke contracten. Daarom krijgen mensen met een tijdelijk contract meer zekerheid op hun werk en inkomen. Zo moeten ze na twee jaar aanspraak kunnen maken op een vast contract. Nu is dat drie jaar. Tijdelijke contracten worden als opeenvolgend gezien als zij elkaar met een tussenpoos van zes maanden of minder opvolgen. De tussenpoos is momenteel drie maanden.

Met de nieuwe wet verwacht het kabinet dat bedrijven eerder personeel in vaste dienst nemen als ze er ook sneller en goedkoper weer van af kunnen. De Wwz zorgt er ook voor dat mensen met tijdelijke contracten meer rechten krijgen, het ontslagrecht eerlijk wordt en mensen die gaan werken vanuit de WW netto meer overhouden. Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is ervan overtuigd dat de nieuwe regels zorgen voor een rechtvaardige en eerlijke arbeidsmarkt. “Mensen met tijdelijke contracten hadden geen of nauwelijks rechten, sommigen kregen bij ontslag een zak vol geld mee en anderen helemaal niets. Aan die ongelijke behandeling is nu een einde gekomen.” Ook het ontslagrecht is eerlijker en minder kostbaar geworden voor werkgevers. Asscher: “Er is nu één vaste ontslagroute. Bedrijfseconomisch ontslag en ontslag door langdurige arbeidsongeschiktheid gaan via het UWV. Ontslag om andere redenen gaat via de kantonrechter.”

Transitievergoeding

Bovendien hebben alle werknemers, tijdelijk of vast, nu onder bepaalde voorwaarden recht op een transitievergoeding. Iemand moet tenminste twee jaar in dienst zijn geweest en het contract op initiatief van de werkgever zijn beëindigd. De hoogte van de transitievergoeding is afhankelijk van de duur van een dienstverband. De hoofdregel is: een derde maandsalaris per dienstjaar en een half maandsalaris per dienstjaar als men langer dan tien jaar in dienst is geweest. De vergoeding is nu maximaal 75 duizend euro, en maximaal een jaarsalaris voor mensen die jaarlijks meer dan dat bedrag verdienen.

WW

Mensen die vanuit een WW-uitkering weer aan de slag gaan voor een lager loon dan voordat ze werkloos werden, houden meer loon over. Van elke verdiende euro mag dertig cent gehouden worden. In plaats van de gewerkte uren te verrekenen worden nu de inkomsten verrekend. Dat kan betekenen dat mensen éénmalig in de eerste maand van werkloosheid twee à drie weken later hun uitkering ontvangen. Om ervoor te zorgen dat mensen sneller aan de slag gaan vanuit de WW wordt na een half jaar al het werk als passend gezien.

Spannend

Asscher: “Het is natuurlijk heel spannend of de wet gaat doen wat die moet doen. Ik durf te voorspellen dat niet iedereen ineens een vast contract krijgt en durf ook te voorspellen dat we te maken krijgen met overgangsproblemen. Sommige werkgevers zullen zich tot het uiterste blijven verzetten om mensen een vast contract te bieden, maar veel werkgevers zullen doen wat ze nu ook doen: werknemers aan zich binden, vakmensen een vast contract bieden. Want het zijn deze werknemers die voor continuïteit in het bedrijf zorgen; het zijn deze vakmensen die voor innovaties en behoud van bedrijvigheid in de toekomst moeten zorgen.”

Moties

Sinds het nieuwe ontslagrecht, onderdeel van de Wwz, is ingegaan op 1 juli dienden al verschillende Tweede Kamerleden moties in tegen de wet. Zij roepen de regering op onderdelen van de wet te herzien. Vlak voor de inwerkingtreding van het nieuwe ontslagrecht is ook het aantal ontslagverzoeken bij rechtbanken flink toegenomen. De instroom van nieuwe ontslagverzoeken was in juni 2015 ongeveer twee keer zo groot als de gebruikelijke maandinstroom. Asscher: “We gaan zien wat er gaat gebeuren en wachten de jurisprudentie af als er zich problemen gaan voordoen. De wet moet zich nu eerst een paar jaar in de praktijk bewijzen. We gaan na drie jaar evalueren. Als blijkt dat het doel onvoldoende wordt bereikt, dan zal ik de wet aanpassen.”

Om werkgevers en werknemers te helpen wegwijs te worden in de nieuwe regels is er op de website van www.mijnwerkenzekerheid.nl informatie op maat te vinden.