Home Blog Page 192

Ondernemen in familieverband, bloedlink?

0

Conflicten binnen het familiebedrijf kunnen ernstige gevolgen hebben. Niet alleen voor de familieband, ook de onderneming kan eraan onderdoor gaan. Het managen van verwachtingen en een juiste structuur van de samenwerking binnen het familiebedrijf zijn essentieel om problemen te voorkomen. Een aantal juridische tips.

Familiestatuut

Goede afspraken omtrent de samenwerking binnen een familiebedrijf zijn noodzakelijk. Denk hierbij aan zeggenschap, taken en verantwoordelijkheden, toezicht en eigendomsverhoudingen, maar ook aan afspraken over bedrijfsoverdracht en de doelstellingen op de (middel)lange termijn. Een en ander kan worden uitgewerkt in een familiestatuut. Zo worden de verwachtingen van alle betrokkenen op elkaar afgestemd. Het familiestatuut kan ook uitgangspunten bevatten omtrent meer “softe” aspecten, zoals een familiedag en andere aspecten die de familierelatie betreffen.

Het gaat om kwaliteit èn capaciteit

Bedenk dat kwaliteit en capaciteit zich ook buiten de familie kunnen bevinden. Een familielid behoeft niet per definitie over de capaciteit en kwaliteit te beschikken om een specifieke functie binnen het familiebedrijf te vervullen. Schroom niet om (tijdig) externe expertise in te huren, bijvoorbeeld voor bestuurlijke of toezichthoudende taken.

Certificering

Continuïteit van de onderneming en bedrijfsopvolging kunnen worden gestructureerd via certificering van aandelen. De zeggenschap die aan aandelen is verbonden wordt dan gescheiden van de economische rechten. De zeggenschap wordt vervolgens uitgeoefend door het bestuur van een stichting Administratiekantoor, die de aandelen houdt. De stichting geeft certificaten uit aan de familieleden. Die blijven economisch gerechtigd, maar hebben in principe geen zeggenschap. Het bestuur van de stichting kan uiteraard uit familieleden bestaan, eventueel aangevuld met deskundige derden.

Financiering

Er zijn diverse alternatieven voor bancaire financiering. Denk aan “informal investors” en strategische partners, die in steeds grotere mate bereid zijn kapitaal te verschaffen. Voor de bank tellen vaak met name de risico’s, niet de perspectieven die het bedrijf heeft. Grotere (familie)bedrijven en (investerings)fondsen zijn vaak wel bereid om op basis van perspectieven en strategie te investeren. Maak duidelijke afspraken omtrent zeggenschap, winstrechten en invloed op de operationele gang van zaken binnen de onderneming. Denk ook aan eventuele additionele financiering. Blijft het familiekapitaal op de bank of wordt mede-geïnvesteerd?

Van den Herik & Verhulst Advocaten is gespecialiseerd in de juridische problematiek rondom familiebedrijven en richt zich met name op ondernemers binnen het MKB. Cliënten noemen ons deskundig, doortastend en betrokken. Dat horen wij graag en daar werken wij hard voor, al meer dan 80 jaar.

Pensioen in eigen beheer, afgeschaft per 1 januari 2017?

0

Al eerder heb ik aandacht besteed aan het pensioen in eigen beheer van de directeur grootaandeelhouder (dga). Met name de hoogte van het commerciële pensioen en het niet kunnen uitkeren van dividend is voor veel DGA’s een doorn in het oog. Wiebes dient op Prinsjesdag 2016 het wetsvoorstel in om het pensioen in eigen beheer (PEB) af te schaffen. De wet zou op 1 januari 2017 moeten ingaan. Het afschaffen zou er dan in bestaan om het pensioen ofwel af te kopen ofwel fiscaal geruisloos om te zetten in een spaarvariant. Hieronder ga ik alleen in op de afkoop.

Afkoop

De afkoop wordt belast in de loon- en inkomstenbelasting. De termijn waarbinnen een DGA zijn PEB kan afkopen, bedraagt drie jaar. Om te stimuleren dat het uitfaseren van PEB zo snel mogelijk gebeurt, stelt Wiebes een korting voor op de grondslag. In 2017 geldt een korting van 34,5% op de grondslag, in 2018 een korting van 25% , in 2019 een korting van 19,5%. De korting wordt berekend over de balanswaarden ultimo 2015; verwachte effectieve belastingdruk 2017 is dan 34,06%.

Bij een pensioeninkomen van minder dan € 33.715,- is het te betalen IB-tarief vanaf de AOW ingangsdatum nog 12% lager dan het afkooptarief. Afkoop is dus, zuiver fiscaal, niet per definitie aantrekkelijk. Dit is echter alleen het effect in de Inkomstenbelasting.  Uiteraard zijn er nog andere elementen van belang bij de afweging om pensioen af te kopen of niet. De totale pensioen -en vermogenspositie speelt mee, maar ook administratiekosten, de effecten voor de vennootschapsbelasting, liquiditeitspositie van de uitkerende vennootschap. En niet te vergeten de toestemming van de partner welke nodig is. Het laatste is hierover nog niet gezegd.

Juist ter voorkoming van anticiperend gedrag heeft Wiebes aangegeven uit te gaan van de stand van de voorziening ultimo 2015. Uiteraard geldt dit alleen voor de korting, niet voor de afkoop zelf. Als de voorziening ultimo 2015 € 250.000,- en na dotatie op 1-12-2017 € 270.000,- is, wordt er op de afkoop als volgt een korting  berekend:

Heffing    270.000,- x 52%          = 140.400,-
Korting    250.000,- x (52% x 34,5%)       = 44.850,- af
Te betalen LB over afkoop          = 95.550,-
Heffing effectief over de fiscale waarde   = 35,38%

Afschaffing van het pensioen kan ook effect hebben op de hoogte van het gebruikelijke loon. Dit zal per situatie verschillen. De brief geeft over ingegaan pensioen geen duidelijkheid.  In de eerdere brief van Wiebes van 17-12-2015 is aangegeven dat ook ingegane uitkeringen kunnen worden afgekocht of omgezet. Er is nu geen aanleiding te veronderstellen dat dit inmiddels anders ligt, maar zekerheid geeft deze brief op dit punt niet. Het kan daarom raadzaam zijn pensioen wat in de 2e helft van 2016 in zou moeten gaan nog uit te stellen tot 1-1-2017. Dit kan alleen onder voorwaarden.

Wij zullen u na Prinsjesdag hierover verder informeren. Mocht u nu al vragen hebben, kunt u natuurlijk eerder terecht.

Bedrijfsoverdracht in familiekring: fiscale faciliteiten op de schop?

0

De huidige fiscaalvriendelijke mogelijkheden om een onderneming in familiesfeer voort te zetten kunnen wel eens tot het verleden gaan behoren. Er zijn belangrijke signalen die daarop wijzen. Daarom ga ik kort in op de huidige mogelijkheden en geef ik advies voor wie deze faciliteit nog wil benutten.

Iedere ondernemer wordt op enig moment voor de vraag gesteld hoe de opvolging van zijn onderneming ingevuld gaat worden. Zeker in het mkb-bedrijf is vaak een eerste afweging of de overdracht plaats zal vinden aan een ‘buitenstaander’ of dat er binnen de familiekring een geschikte kandidaat is die de onderneming wil voortzetten.

Bij voortzetting binnen de familiekring zijn er drie mogelijkheden om een onderneming in handen van de volgende generatie te brengen:

–   verkoop

–   schenking (al dan niet gedeeltelijk);

–   vererving, wanneer de onderneming niet al bij leven van de ondernemer is overgedragen.

Huidige situatie

In de situatie van schenking of vererving gaat de waarde van de onderneming over in andere handen zonder betaling door de verkrijger en dan is er schenk- of erfbelasting verschuldigd. Om te voorkomen dat de te betalen belasting een te grote last zou zijn, heeft de fiscus enkele faciliteiten, de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR), in het leven geroepen op grond waarvan een vrijstelling dan wel uitstel van betaling kan worden verkregen.

Politieke signalen die duiden op een wijziging

Al langer gaan er stemmen op om deze faciliteiten in te perken. Zo zou de regeling een te groot voordeel bieden aan de overnemende generatie. Inmiddels lijkt het Ministerie van Financiën het proces van inperking in gang te hebben gezet. Op de gepubliceerde ombuigingslijst, in aanloop naar de verkiezingen in maart 2017, staat namelijk vermeld ‘Afschaffen  bedrijfsopvolgingsregeling successiewet’ en ‘Afschaffen doorschuifregelingen in de inkomstenbelasting’. Vaak is publicatie op deze lijst een belangrijk signaal dat wetgeving in de nabije toekomst aangepast gaat worden. Dat er de volgende kabinetsperiode op dit gebied stappen gezet zullen worden is dan ook zeer aannemelijk.

Tijdige voorbereiding

Voor ondernemers die nog gebruik willen maken van deze faciliteiten is het daarom raadzaam niet lang meer te wachten met het in gang zetten van het overdrachtstraject.

Onze ervaring leert dat het gehele proces geruime tijd in beslag neemt. Naast veelvuldig overleg, met zowel de opvolger als de niet opvolgende familieleden, is de bepaling van de te hanteren prijs van belang. In geval van benutting van de faciliteit dient een prijs te worden vastgelegd die, bij voorkeur, vooraf is afgestemd met de Belastingdienst.

Gezien het belang (de vrijstelling kan oplopen tot ruim boven € 1 miljoen) is het advies dan ook werk te gaan maken van de opvolging, indien u uw onderneming binnen enkele jaren wenst over te dragen.

Het moeilijkste onderdeel van golf? Inparkeren!

0

Schade bij valet parking: het is de nachtmerrie van elke auto-eigenaar én elke ondernemer die de service aanbiedt. Vaak leiden dit soort schades tot lastige discussies. Zo ook bij een van onze klanten die een exclusieve golfclub exploiteert. Met het grootste gemak worden sleutels van de duurste bolides aan medewerkers overhandigd. De auto’s worden altijd keurig netjes geparkeerd, maar helaas ging het deze keer mis.

Toen een van de golfers, ik noem hem voor het gemak Tiger W, na zijn dagje golfen het parkeerterrein wilde verlaten, bleek zijn auto niet meer te starten. Een kostbare oldtimer, zo bleek. Meneer W stelde de golfclub aansprakelijk voor de schade. Er werd een onderzoek gestart, de bewuste valet parking medewerker werd gehoord en er werd technische expertise verricht. Conclusie, de schade zou nooit alleen door de parkeeractie kunnen zijn ontstaan en moest dus hiervoor al aanwezig zijn geweest.

Eind goed, al goed voor onze relatie, zou je verwachten. Niets is minder waar. Drie jaar later ontvangt de golfclub namelijk uit het niets een dagvaarding. Meneer W heeft gedurende die tijd diverse deskundigen geraadpleegd, die aangeven dat er voor de oldtimer een zeer specifieke startprocedure gevolgd moest worden. Anders zou er haast zeker motorschade ontstaan. Deze startprocedure was niet opgevolgd wat geleid zou hebben tot een schade van ruim € 12.000,-. Dit was overigens inclusief de kosten van de geraadpleegde deskundigen. Of onze relatie even wil betalen.

Uiteraard is onze relatie het hier niet mee eens en stappen we naar de rechter. Deze oordeelt uiteindelijk dat de specifieke startprocedure niet het risico is van de golfbaan, maar van meneer W. Van een valet parking medewerker kan niet worden verwacht dat hij dit soort procedures kent, of altijd het instructieboekje van een auto erop naslaat voordat hij hierin gaat rijden. Een uitspraak waar wij ons helemaal in kunnen vinden en onze relatie wint deze langlopende rechtszaak.

Moraal van dit verhaal? Eén: de aanhouder wint niet altijd. Twee: sommige zaken moet je niet uitbesteden maar kun je beter zelf doen. Dit geldt echter niet voor alles, dus drie: let altijd goed op als u aansprakelijk gesteld wordt en schakel bij twijfel onze hulp in.

Bent u ook aansprakelijk gesteld maar bent u van mening dat de fout niet bij u ligt? Dan nodig ik u graag uit voor een kop koffie of tee in de Schouten Toren. We kunnen de schade natuurlijk ook bespreken tijdens een rondje 9-holes. Maakt u zich geen zorgen, u mag uw auto natuurlijk ook gewoon zelf inparkeren.

‘De hele BV Nederland ontmoet elkaar tijdens het CHIO Rotterdam’

0

Met drie van de vier dagen uitverkocht en 40 procent meer aandacht voor het evenement op social media was de 68ste editie van het CHIO Rotterdam eind juni een groot succes. Het oudste topsportevenement van Rotterdam behoorde voor een groot deel van de internationale top van de hippische wereld tot een belangrijk deel van ‘the Road to Rio’.

Daarom was het deelnemersveld nog sterker dan normaal, vertelt algemeen directeur Jan de Mooij. Rondom die topsportsetting was het ook weer prima zakendoen.

“Er zijn weer veel nieuwe contacten gelegd en bestaande relaties onderhouden rondom de ring. De hele BV Nederland ontmoet elkaar hier tijdens het CHIO Rotterdam. Met de KLM Open en het ABN AMRO World Tennis Tournament behoren wij tot de drie grootste hospitality evenementen van Nederland. We ontvingen 50.000 bezoekers, waarvan 30.000 genodigden via onze sponsors. Er zijn ongeveer 300 bedrijven aan ons verbonden, van multinationals tot aan kleinere organisaties in de meest uiteenlopende branches. En in onze China Executive Lounge ontvingen we tijdens de afgelopen editie 80 mensen uit de top van het Chinese bedrijfsleven. Chinezen gebruiken de paardensport heel erg als economisch uithangbord. Ze zijn erg gevoelig voor sfeer en omgangsvormen en waren onder de indruk van de omgang met iedereen gedurende de vier dagen.” De Mooij blikt met een tevreden gevoel terug, maar benadrukt dat groei op zich geen doel is. “Het sprookje wordt groter en groter, maar dat is eigenlijk niet de belangrijkste ambitie. Slimmer en beter worden: een SMART CHIO Rotterdam, dat is vooral de doelstelling. Op het gebied van media, logistiek en integrale gebiedsontwikkeling in het Kralingse Bos zijn bijvoorbeeld nog stappen te maken. Dat willen we de komende jaren finetunen.”

Met 122 ruiters en 230 paarden uit 20 landen als deelnemers aan de meest recente editie van het CHIO Rotterdam wordt het internationale aspect van de paardensport meteen tastbaar. “In het verlengde daarvan hebben wij mondiale ambities. Het CHIO Rotterdam organiseerde zeven keer eerder een EK en in 2019 willen wij dat weer. Niet, zoals in het verleden, op één onderdeel. Nee, we zetten in op drie disciplines: springen, dressuur en para-dressuur. In Lausanne presenteren wij binnenkort onze plannen. Natuurlijk is er concurrentie vanuit andere landen, maar ik geloof heel erg in onze kansen. Zeker omdat we zo ambitieus zijn om onze pijlen op drie disciplines met aansprekende side-events te richten. In november vindt de toewijzing plaats.” Tot die tijd is het niet afwachten, maar in volle vaart vooruit. Zeker ook voor De Mooij, die het algemeen directeurschap van het CHIO Rotterdam combineert met zijn eigen onderneming HERMON Erfgoed, een herontwikkelaar van Rijksmonumenten. Min of meer twee fulltime banen. “Hoe ik dat volhoud? Door een goede conditie, hard werken en een beperkt aantal uurtjes nachtrust. Natuurlijk is het aanpoten, maar beide functies leveren ook veel energie op. Ik voer mijn werk uit op de twee mooiste plekken van Nederland. HERMON Erfgoed is namelijk gevestigd in Slot Zeist, wat natuurlijk een prachtige omgeving is. En de Grandstand in het Kralingse Bos is dat als uitvalsbasis van het CHIO Rotterdam natuurlijk net zo.” Daarom heeft De Mooij nog geen seconde spijt gehad van zijn ‘ja’ in 2014 op de vraag vanuit het CHIO-bestuur om de algemeen directeur te worden. “Ik was van 2011 tot aan dat moment bestuurslid Commerciële Zaken. De functie van algemeen directeur bestond nog niet, maar we vonden dat die er moest komen. Het bleek echter lastig om iemand binnen de profielschets te vinden. Vrij snel erna werd ik ook gevraagd om algemeen directeur te worden van de Hippische Alliantie Rotterdam, een organisatorische samenwerking tussen het CHIO Rotterdam (topsport), de Sociëteit gevestigd in de Rotterdamsche Manège ‘De Jockey Club’ (breedtesport) en Rijvereniging De Hazelaar (aangepaste sport). Een ondernemer en bruggenbouwer met affiniteit met paardensport: zo iemand zochten de besturen. In Zeist kom ik de gehele dag in aanraking met vermogende mensen die vaak op landgoederen en kastelen wonen. Die twee werelden van HERMON Erfgoed en het CHIO Rotterdam matchen perfect met elkaar.”

De Richard Krajicek van het CHIO Rotterdam heeft op vele fronten een verbindende functie. Tussen zijn bedrijven, topsport en breedtesport, de stad Rotterdam en het CHIO Rotterdam, nationale en internationale bedrijven en de mainport en de greenport. “De komende jaren zullen er alleen maar nog meer interessante kruisbestuivingen, slimme allianties en samenwerkingen ontstaan.”

Accommodatie De Rozenburcht zet nieuwe standaard

0

Rozenburgers sporten op toestellen van Janssen-Fritsen

Rozenburg heeft een nieuw sportcomplex. De Rozenburcht is in juli in gebruik genomen. Op 27 augustus was er een feestelijke open dag voor de inwoners van het door de haven en water omsloten dorp, dat sinds 2010 deel uitmaakt van Rotterdam.

Het bijzondere complex bestaat uit een zwembad, een sporthal met twee zalen, een zaal voor vechtsporten en een horecagelegenheid. De indeling en inrichting van de sporthal zijn verzorgd door Janssen-Fritsen, sponsorpartner van Rotterdam Topsport.

Janssen-Fritsen leverde alle toestellen, materialen, ballen en attributen. “Wij zijn er trots op aan deze accommodatie te hebben meegewerkt”, zegt accountmanager Joost Ammerlaan. Hij was nauw betrokken bij de realisatie van De Rozenburcht. Ammerlaan is verantwoordelijk voor de regio Zuid-Holland en zodoende eerste aanspreekpunt voor de gemeente. Bij nieuwbouw is dat de dienst Stadsontwikkeling. Als een sportaccommodatie gereed is, verhuist de verantwoordelijkheid naar Sport & Cultuur, die het beheer en de verhuur regelt.

Janssen-Fritsen is vaste partner voor Rotterdam. “Vijf jaar geleden is er een aanbesteding geweest, die wij hebben gewonnen. Daarmee mochten we alle nieuwbouw en renovaties van sporthallen en gymzalen doen. Die aanbesteding liep in januari van dit jaar af; we hebben gelukkig de nieuwe ook weer gewonnen.”

Rotterdamse Norm

De plannen voor vervanging van zwembad De Zeehond, sporthal De Rozet en de sportzaal aan de Laan van Nieuwe Blankenburg bestonden al langer. De inwoners van Rozenburg boffen dat De Rozenburcht er is gekomen na de aansluiting bij Rotterdam, want nu viel de bouw onder de ‘Rotterdamse Norm’.

Ammerlaan legt uit: “Dat is een plan voor de inrichting van sporthallen, sportzalen en gymzalen. Het plan is geschreven door Sport & Cultuur van de gemeente, in samenspraak met vakleerkrachten Lichamelijke Opvoeding. Die blauwdruk is gemaakt voor het gebruik door scholen. Rotterdam is een voorbeeld voor andere gemeenten. Hier kiezen ze voor grotere zalen en hallen dan gemiddeld in Nederland. Daarvoor, en voor de inrichting, hebben ze ook een groter budget begroot. Het geld wordt beter besteed, er is beter over nagedacht.”

Meer bewegen, minder wachten

In De Rustburcht is er voor gekozen om de sporthal in twee zalen te verdelen, met een vouwwand ertussen. Normaal zouden dat drie zalen zijn. De afmetingen zijn daardoor ongekend. Dit kom je verder bijna nergens tegen. Nu zijn zalen ontstaan van 22 bij 28 meter. Gemiddeld is dat 22 bij 11 meter. Het voordeel van de extra ruimte is dat de les- en trainingsmogelijkheden uitgebreider zijn.

Ammerlaan: “Je wilt kinderen tijdens de gymles zo veel mogelijk laten bewegen. Dat gebeurt door ze in groepjes te verdelen. Met meer ruimte kun je meer groepjes maken en doen de kinderen meer. Ze hoeven niet meer langs de kant te zitten wachten op elkaar.”

Er is ook nog een multifunctionele zaal met een ruimte voor vechtsporten (Janssen-Fritsen leverde de bokszakken) en een ruimte met een spiegelwand; speciaal voor dans. “Voor heel Rozenburg is er wel iets te doen in De Rozenburcht.”

Avondgebruikers

Overdag wordt de sporthal door scholen gebruikt. ’s Avonds zijn verenigingen aan de beurt. “Met name volleybal en badminton. In de voorbereiding heb ik diverse keren met hun vertegenwoordigers gesproken zodat zij hun wensen kenbaar konden maken.”

De richtlijnen uit de Rotterdamse Norm bepalen ongeveer voor 90 procent de inrichting. Dus is er nog ruimte voor de specifieke wensen van de avondgebruikers. Bijvoorbeeld de indeling en materialen voor het aantal volleybal- en badmintonvelden. Of er wel of niet basketbal in moeten komen; wel of geen korfbalbelijning op de vloer. Zo maken we met z’n allen een mooie en functionele sporthal, waar iedereen zich thuis voelt.”

Wilt u volledig op de hoogte blijven over alle topsport in Rotterdam? Volg Rotterdam Topsport dan via:

@RdamTopsport

Facebook.com/RotterdamTopsport

Vitrumnet sponsort Bachfestival “Kom, luister en geniet!”

0

Van 16 t/m 24 september 2016 vindt voorde vierde keer het Bachfestival Dordrechten Drechtsteden plaats. Het tweejaarlijkse festival, dat een ode brengt aan Johann Sebastian Bach, spreekt in het gehele land jong en oud aan. Voor Wico van Helden één van de redenen om met zijn bedrijf VitrumNet het toonaangevende festival te sponsoren.

We ontmoeten de directeur van VitrumNet, Wico van Helden, en artistiek leider van het Bachfestival, Marieke Grotenhuis, in de sfeervolle ruimte van VitrumNet in Zwijndrecht. Marieke steekt enthousiast van wal over het festival: “Deze editie heeft als thema Waterwerken, wat heel toepasselijk is in de regio. Het eiland Dordrecht wordt omringd door water, het drierivierenpunt is uniek en de Drechtsteden hebben een sterke positie in de maritieme industriesector. Daarnaast heeft water net als Bachs muziek een enorme aantrekkingskracht bij het ontwikkelen van nieuwe concepten. Zowel beeldend, fysiek als klinkend is het een onuitputtelijke bron van inspiratie.”

Nieuwe invloeden

Marieke legt uit wat dat in de praktijk betekent voor de bezoekers aan het Bachfestival. “Tijdens de negen dagen zijn er grote concerten van internationaal topniveau, concerten met een sterke regionale worteling door gerenommeerde musici en optredens van jong aanstormend talent op bijzondere locaties. Verder is er een Kinder Bachdag, een muzikale wandelroute Water en Welvaart, een literaire vaarroute en zijn er verschillende masterclasses. Door in het festival oude en nieuwe muziek met elkaar te verbinden is het festival toegankelijker dan ooit,” vertelt Marieke. “We richten ons op verschillende doelgroepen, waardoor het festival ideaal is voor jong en oud.”

Warm hart toedragen

Dat het festival daarnaast ook het bedrijfsleven aanspreekt, onderstreept Wico van Helden. “Het Bachfestival is een sympathiek evenement, dat wij een warm hart toedragen. In de eerste plaats, omdat het festival plaatsvindt in dezelfde regio als waar wij actief zijn, maar ook omdat het zich, net als VitrumNet, durft te onderscheiden en een landelijke voortrekkersrol heeft.” De directeur van VitrumNet die het regionaal point-to-point glasvezelnetwerk exploiteert, ziet ook veel parallellen met het thema ‘Waterwerken’. “Water verbindt, zo hebben de havens ons economisch veel gebracht. Dat geldt heden ten dage ook voor glasvezel. Glasvezelverbindingen zijn net zo wereldwijd, snel en zouden net als water van iedereen moeten zijn. Evenals water en muziek kunnen we ons geen leven meer inbeelden zonder internet.”

Meer dan een logo

Marieke geeft aan dat het sponsoren van het evenement meer is dan alleen een vermelding van het logo. “Wij willen ook de ondernemers met elkaar in verbinding brengen over de as van de muziek. Zo zijn relaties van het Bachfestival Dor-drecht en Drechtsteden, Schouwburg Kunstmin, VitrumNet BV, Ten Holter Noordam, Verstegen Accountants en Adviseurs en Werkgevers Drechtsteden van harte welkom tijdens de besloten netwerkbijeenkomst onder het motto ‘De Kunst van het Verbinden’ op 14 september. Met plaats en tijd voor kunst, vermaak, muziek, enige verdieping, lekkere hapjes en volop gelegenheid om bekende en nieuwe relaties te ontmoeten. Natuurlijk kunnen zij, net als iedereen, ook de vele concerten die tijdens het Bachfestival plaatsvinden, bezoeken. Zoals het gratis grote openingsconcert op 16 september aan de Wolwevershaven te Dordrecht. Kom, luister en geniet!”

Rondetafelgesprek Familiebedrijven ‘Oprechte betrokkenheid sluit een gezonde dosis zakelijkheid niet uit’

0

Nederland telt rond de 200.000 familiebedrijven die samen verantwoordelijk zijn voor ruim 40% van de werkgelegenheid en ongeveer 50% van het Bruto Nationaal Product. Ook in deze regio zijn ze alom vertegenwoordigd. Rabobank Drechtsteden nodigde drie relaties uit voor een rondetafelgesprek over de kracht, bijzonderheden en valkuilen van familiebedrijven.

Leendert van Wezel, directeur Bedrijven bij Rabobank Drechtsteden, ontving Robbert Hamer, area sales manager bij Florensis, Erik Veth, managing director van Veth Propulsion en Derk de Haas, algemeen directeur van Auto Indumij. Jan Joost Kleijn, vermogensmanager binnen Rabobank Drechtsteden, schoof ook aan voor het gesprek.

Na de mooie constatering dat de drie gasten bij elkaar 267 jaar familiebedrijfervaring representeren, luidt de eerste vraag: ‘Wat typeert een familiebedrijf?’

Veth: “Binnen een familiebedrijf heerst meestal een andere sfeer dan binnen een niet-familiebedrijf. De vrouw en kinderen zijn vaak betrokken en dat geeft een andere dynamiek. Zit een medewerker niet lekker in zijn vel vanwege ziekte of een vervelende privésituatie? Dan is daar oprechte aandacht voor. Het werkt twee kanten op, want andersom is personeel over het algemeen erg loyaal naar een familiebedrijf toe. Wij hebben een Wall of Fame waarin de portretten hangen van medewerkers die 12,5 jaar, 25 jaar of nog langer bij ons werkzaam zijn of zijn geweest. Dat is een flinke groep.”

De Haas: “Ik herken het dat medewerkers lang bij een familiebedrijf blijven werken. Dit jaar heb ik al drie keer een gouden horloge besteld vanwege een 40-jarig dienstverband. En voorgaande jaren zijn er ook flink wat uitgedeeld. Niet alleen aan mensen die 40 jaar alleen bij Indumij hebben gewerkt overigens. Soms ontstaat zoiets ook na een overname. Feit blijft dat betrokkenheid binnen familiebedrijven groot is. Ik heb voor Auto Indumij onder meer bij Philips gewerkt en daar was de sfeer toch afstandelijker. Om een voorbeeld te noemen: mijn vrouw is ook werkzaam binnen het familiebedrijf en gaat altijd op kraambezoek wanneer een medewerker een kindje heeft gekregen. Zo’n thuisbezoek geeft een extra dimensie.”

Kleijn: “Merken jullie dat die warmte familiebedrijven op voorhand al aantrekkelijker maakt voor sollicitanten?

De Haas: “Dat is lastig te zeggen, omdat de corporate sector met name op zoek is naar academici. Wij vissen vooral in de vijver met minder hoog opgeleiden.”

Veth: “In Papendrecht en omgeving zoeken werkgevers mensen op allerlei niveaus. Wie vastigheid wil, kan het beste voor een familiebedrijf kiezen. Want feit is dat er daar minder makkelijk mensen uitvliegen dan bij niet-familiebedrijven. Ook in economisch lastigere tijden.”

Van Wezel: “Het klinkt alsof jullie niet van jongs af aan lyrisch zijn over de producten of diensten die worden verkocht. Is dat juist het geheim om een bedrijf naar een hoger plan te tillen? Inzetten op brede kennis en focus op besturing en ontwikkeling in plaats van productspecifiek?

De Haas: “Dat denk ik wel. Ik heb bedrijfskunde gestudeerd en ben geen techneut. Binnen de organisatie hebben anderen veel meer kennis over auto’s. Ik pretendeer ook niet alles te weten. Als duizendpoot heb ik echter wel het vermogen om zaken in goede banen te leiden en het overzicht te bewaren.”

Veth: “Ik heb lange tijd gedacht dat ik alles moest weten. Vroeger, met een minder breed dienstenpakket, was dat redelijk goed vol te houden. Tegenwoordig niet meer. Op het gebied van elektronica volgen de ontwikkelingen elkaar bijvoorbeeld zo snel op, dat het mij niet meer lukt om alles bij te houden. Ik weet nog steeds veel, maar niet meer alles.”

Van Wezel: “Iets anders: een familiebedrijf vergt ook een dosis zakelijkheid binnen de familieverhoudingen. Is dat een valkuil? Levert het veel spanningen op?”

De Haas: “Ja, dat ligt altijd op de loer. Mijn broer werd piloot en ik nam op een gegeven moment de dagelijkse leiding over van mijn vader. Afgezien van de aandelen van de Renault activiteit heeft hij echter nooit afstand willen doen van zijn andere aandelen. Hij is nu 86 jaar en wil ze nog altijd niet verkopen. Dat is niet hoe ik het ga doen als één van mijn kinderen over 6 of 7 jaar het stokje overneemt.”

Hamer: “Mijn vader is CEO, maar heeft de dagelijkse leiding overgedragen aan een bestuurder van buiten de familie. Een overname van mij, mijn broer of een ander familielid zal nog best enige tijd duren. Het is in mijn ogen wel belangrijk om het in een vroeg stadium al bespreekbaar te maken. Dat creëert rust en duidelijkheid. En ja, eerlijk zijn is bij bedrijfsopvolging heel belangrijk. Wordt er getwijfeld aan bepaalde capaciteiten? Schroom dan niet om dat uit te spreken, hoe vervelend of pijnlijk dit ook kan zijn voor degene die zelf op den duur graag het roer over wil nemen.”

Veth: “Hét moment van overname bepalen kan ook lastig zijn. Soms is pa eigenlijk al te oud om nog langer door te gaan, maar is de beoogde opvolging nog te jong of onervaren. In mijn geval werd de opvolging in een vroeg stadium geregeld.”

De Haas: Ik ben nu 55 jaar en denk er steeds meer over na. Er komen één of wellicht twee van mijn vier kinderen in aanmerking voor overname. Het is best een lastig vraagstuk. Hoe verdelen we dat straks naar de volgende generatie?”

Kleijn: “Het is complex. Ik stel vaak de vraag: ‘Als één van de kinderen de zaak overneemt en plots komt te overlijden, wil je dan met de koude kant verder?’ Vaak wil men dat niet, om proliferatie van aandelen te voorkomen. Voor helderheid vooraf in zulke situaties raad ik vaak aan al vroeg te beginnen met een familiestatuut. Dan kun je over allerlei zaken rustig praten en dingen weloverwogen op een rijtje zetten, voordat het spannend wordt.”

De Haas: “Ik heb mijn bedrijf te leen en zie het als mijn taak om het binnen de familie zo goed mogelijk door te geven. Ik kweek het plantje zo mooi mogelijk op en overhandig het dan aan een ander.”

Van Wezel: “Het contrast met een rendementgedreven aandeelhouder kan niet groter.”

Veth: “Dat is inderdaad totaal niet te vergelijken. Hebben wij een jaar minder of geen dividend? Dan vindt niemand dat erg. Elders leidt dat vaak meteen tot grote paniek.”

De Haas: “Familiebedrijven denken minder aan gewin op korte termijn.  Mede daardoor zijn familiebedrijven vaak sterker in crisistijd. Natuurlijk zijn er ook omgevallen, maar vaak heeft men meer vermogen achter de hand. Zelf zijn wij in 2008 bijvoorbeeld heel hard gegroeid. Anderen vielen om en dat leverde ons extra werk op. Ik kon geld lenen uit de familieholding om die groei te realiseren. En dat overigens binnen drie jaar weer terugbetalen.”

Hamer: “Met Florensis gaat het ook crescendo. Wereldwijd hebben wij steeds minder concurrenten. Door overnames en opkoping worden de partijen waar wij mee concurreren echter wel steeds groter. In onze branche hebben wij echter een groot voordeel: veel klanten zijn ook familiebedrijven. Daarom zijn zij eerder geneigd voor ons te blijven kiezen. Wij snappen elkaar immers toch beter.”

Veth: “Ik merk dat klanten de korte lijnen binnen een familiebedrijf waarderen. Het helpt bij zakelijke gesprekken of onderhandelingen dat persoonlijk iemand van de familie Veth aan tafel zit.”

Kleijn: “Hoe zit het eigenlijk met de verhouding werk en privé? Nemen jullie je werk automatisch mee naar huis?”

De Haas: “Die balans is wel in orde, al vindt er aan de keukentafel heus weleens een praatje over het bedrijf plaats. Maar het heeft thuis niet de overhand. Op vakanties laat ik het ook los, al kan ik niet ontkennen dat ik wel iedere dag even mijn mail check.”

Veth: “In mijn jeugd ging het thuis redelijk vaak over het bedrijf. Ik werd op een bepaald moment blind in het bedrijf gegooid. Dat zou ik met mijn kinderen niet doen. Een vijfjarige training lijkt mij verstandiger. Een flinke investering, maar vanwege de familiebanden is dat het dubbel en dwars waard. Dan weet je dat het voor de lange termijn is. Iemand van buitenaf kan veel sneller weggaan.”

De toekomstambities van de drie familiebedrijven zijn ambitieus, maar realistisch.

De Haas: “In onze branche is het de komende jaren eten of gegeten worden. Nog niet eens zo heel lang geleden was de top 50 van Nederlandse autobedrijven goed voor 24% van de handel. Nu is het percentage al 55% en de komende jaren verwacht ik een stijging naar 70%. In agglomeraties zullen straks geen showrooms meer zijn, maar alleen nog werkplaatsen. Auto Indumij heeft de ambitie om twee keer zo groot te worden. We verkopen inmiddels meer gebruikte dan nieuwe auto’s. Daardoor zijn we minder afhankelijk van dealers. Die trend zal doorzetten.”

Veth: “Wij willen de komende vier jaar 40% groeien in omzet. Ons nieuwe pand is daar helemaal op ingericht.”

Hamer: “Ik verwacht binnen ons bedrijf ook flinke groei, door zowel autonome groei als overnames. Florensis bestaat dit jaar 75 jaar. Of we de honderd halen? Ik hoop het wel. Het zou helemaal mooi zijn wanneer mijn zoon Noah, die nu 1 jaar is, er dan werkt. Al moet hij natuurlijk vooral gaan doen waar hij het gelukkigst van wordt.”

Veth: “Zo sta ik er ook in. Ik wil volgende generaties niets opleggen. Als ze wat anders willen doen dan is dat goed, maar dat zeg ik wel met een hele kleine snik. Stiekem hoop ik toch dat het familiebedrijf nog heel veel generaties doorstaat.”

Richard Korteland van wethouder naar burgemeester

0

De geboren en getogen Papendrechter Richard Korteland (37) heeft hectische weken achter de rug. En de rust is voorlopig nog niet weergekeerd. Op 1 september a.s. wordt de wethouder van de gemeente Papendrecht, burgemeester van de gemeente Meppel. Hoe is het zo gekomen, vroegen we de wethouder direct na zijn benoeming.

Als telg uit een accountancy familie leek voor Richard Korteland een carrière in die richting in het verschiet te liggen. Na zijn studie ging hij dan ook aan het werk in het familiebedrijf en later koos hij voor een baan bij Deloitte. “Ik had een mooie, maar ook een al bijna uitgestippelde carrière in het vooruitzicht. Mijn belangstelling in de politiek deed mij uiteindelijk anders besluiten en een weg te kiezen in het onzekere bestaan van een politicus.” Dat onzekere bestaan begon in 1998 toen hij zich aansloot bij de VVD in Papendrecht. Via het raadslidschap en de rol als fractievoorzitter, moest de getalenteerde accountant in 2010 een belangrijke keuze maken. Een financiële of een bestuurlijke carrière? Het werd, ondanks een aanbieding om Hoofd Financiën te worden van Diergaarde Blijdorp, de politiek. “Het wethouderschap trok mij in hoge mate. Er gebeurde veel in Papendrecht en in de regio. Er stonden ambitieuze plannen op de agenda, maar ook was er het streven om de samenwerking tussen de Drechtsteden gemeenten tot volle wasdom te laten komen. Uitdagende ambities, maar ook met veel afbreukrisico. Zo’n 30% van de wethouders haalt de eindstreep niet, om wat voor reden dan ook.”

En dan ineens is er het bericht dat Richard Korteland is benoemd tot burgemeester van Meppel. “Eigenlijk was ik helemaal niet bezig met een burgemeesterschap, maar was het meer mijn omgeving die mij op het spoor zette.” Na de rol van formateur die hij tweemaal met verve vervulde, kreeg hij al te horen dat een burgemeesterschap een logische vervolgstap zou zijn. Toen de vacature in Meppel bekend werd, besloot hij te reageren. De animo was groot om in de Drentse stad aan het roer te komen. Maar liefst 54 sollicitatiebrieven kreeg de commissaris van de Koning te verwerken. De vertrouwenscommissie was er snel uit. In de toelichting van de commissie is te lezen dat Richard een jonge, talentvolle en strategische bestuurder is. Toegankelijk, aanspreekbaar, oog voor mensen en weet te verbinden. Bovendien is hij financieel onderlegd. Een mooi ‘juryrapport’ noemt hij het lachend.

Over de vraag waar hij als wethouder het meest trots op is hoeft Richard Korteland niet lang na te denken. “Er zijn vele mooie momenten en belangrijke zaken de revue gepasseerd, maar in de top drie staat zeker het congres Aerospace meets Maritime. Dat congres hebben we in betrekkelijk korte tijd uit de grond gestampt en is op veel fronten een succes gebleken. Het leverde niet alleen arbeidsplaatsen op, maar ook de samenwerking tussen twee verschillende werelden die hieruit voortvloeide, verschafte mij veel voldoening. Ook de sterk verbeterde samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs is waardevol en ook wil ik de positie van de Drechtsteden als economische factor nog eens benadrukken. Wij tellen mee en dat is een fantastisch gegeven.” Toch volgt er nog een kritische noot. “De besluitvorming is te traag. We doen er in de Drechtsteden, maar ook in Papendrecht te lang over om een besluit te effectueren en te implementeren.” Als voorbeeld noemt Korteland het centrumplan van zijn gemeente. “Het traject was lang, wellicht mede ingegeven door de (financiële) crisis, maar het had naar mijn mening sneller gekund. De laatste fase is nu ingegaan met de aankleding van het marktplein. Daarvoor hebben we onze inwoners gevraagd met ideeën te komen. De reacties waren overweldigend en dat vind ik fantastisch zoals dit is gegaan.”

Meppel is een stad met net iets meer inwoners dan Papendrecht, meldt Korteland met een glimlach. “Het is er prachtig en het is een stad met een rijk cultureel leven. Bovendien is er veel MKB-activiteit. Ik zal er mijn draai wel vinden.” Er breekt een nog drukkere periode aan met het zoeken naar een huis, verhuizen, zijn werkzaamheden als wethouder afronden en afscheid nemen van zijn gemeente. Vervolgens in september met volle inzet aan de slag als burgemeester van Meppel. Het zal hem zeker lukken.

Rederij Zilvermeeuw uniek bedrijf

0

Het is druk op het ponton waar de rondvaartschepen van Zilvermeeuw afvaren. Mensen die bij de kassa een kaartje kopen, mensen die aan boord willen en twee bussen met toeristen die eveneens gaan inschepen. In het kantoor op datzelfde ponton neemt directeur Adriaan Schuller alle tijd om over het unieke rondvaartbedrijf te praten.

Rederij Zilvermeeuw is een puur familiebedrijf. Opa startte begin twintigste eeuw als binnenvaartschipper, die ’s zomers de opbouw van zijn schip verwijderde en zo rondvaarten ging verzorgen. Vader, moeder en een tante waren de tweede generatie die de rederij runden en sinds enkele jaren zijn Adriaan (35) en zijn broer Leon (37) de eigenaren van het Drimmelse rondvaartbedrijf. Er staan 60 medewerkers op de loonlijst.

Paradepaardje  

In de jaren zestig van de vorige eeuw zijn de zaken serieus aangepakt, zo vertelt Adriaan Schuller. “Toen hebben we een aantal schepen laten bouwen en zijn we ons puur gaan richten op rondvaarten.” Zilvermeeuw beschikt over zeven moderne schepen met de Z8 als nieuwste aanwinst. De lettercombinatie Z8 vormt tevens het woord ‘zacht’ en dat is precies wat dit nieuwe schip op alle fronten uitstraalt. Schuller: ”De Z8 is ons paradepaardje. Het schip is nog maar enkele maanden in de vaart, maar wij zijn er jaren mee bezig geweest. Het zat al helemaal in ons hoofd, maar dan moet je het nog in werkelijkheid zien te realiseren. Het was een periode van nadenken, tekenen, discussiëren, ontwerpen, onderzoeken en weer opnieuw beginnen. Ons uitgangspunt was om het meest moderne, duurzame en stille rondvaartschip te bouwen. Het is wat vreemd om te zeggen, maar het eindresultaat is nog beter dan we in gedachten hadden.”

Schoon en stil

De Z8 beschikt over een dieselelektrische aandrijving en daarmee is het schip onwaarschijnlijk schoon en stil. “Lastig voor de kapitein, die is gewend te reageren op geluid en trillingen, maar dat is er bij de Z8 niet meer bij.” De 38 meter lange Z8 is volledig Nederlands fabrikaat. De ééndekker is stil en schoon, mede dankzij de dieselmotoren die zijn voorzien van een nageschakelde techniek, waardoor zo min mogelijk schadelijke stoffen uit de uitlaat komen. Elektrisch varend is de Z8 letterlijk een fluisterschip. De generatorsets aan boord zijn ten behoeve van die geluidsbeperking dubbel elastisch opgesteld. De verwarming in de salon gebeurt met de restwarmte van de voortstuwingsmotoren, de toiletten worden doorgespoeld met water van buiten en uiteraard is de Z8 voorzien van led-verlichting. “Met alle noviteiten en door de nieuwe voortstuwingstechnieken besparen we sowieso al 20% brandstof,” zegt Schuller trots.

Mengeling

Rederij Zilvermeeuw is al lang geen seizoenbedrijf meer. Het hele jaar door varen de schepen en dat beperkt zich niet tot de omgeving van de Biesbosch. Adriaan Schuller: “Wij varen waar de klant dat wil. Dat kan vanuit Drimmelen, maar we zijn ook veel te vinden in de Drechtsteden en Rotterdam. Ons bijzondere kenmerk is dat we mengeling zijn van rondvaart- en charterbedrijf. De manier zoals wij dat doen, kom je verder niet tegen in Nederland.” Zilvermeeuw kent dan ook niet alleen particuliere klanten en toeristen, maar eveneens zakelijke klanten. “Regelmatig varen wij voor maritieme bedrijven, banken, verzekeraars, maar ook hadden we onlangs een aantal Europese ministers aan boord van de Z8. Daarbij sneed het mes aan twee kanten, wij konden ze op de meest duurzame manier Nederland laten zien.” Daarnaast verzorgt de Zilvermeeuw bedrijfspresentaties, workshops en ook de befaamde ‘dag op de hei’; maar dan aan boord van een van de moderne schepen.

De beste

Bij rederij Zilvermeeuw is nog de hele familie betrokken. Moeder en tante werken op kantoor en vader is op de schepen te vinden. De taakverdeling tussen de broers is helder: Adriaan werkt ‘binnen’ en Leon is er voor het nautische gebeuren. Sinds de broers de rederij overnamen, is de vloot uitgebreid van vier naar zeven schepen. “We hebben niet de ambitie om de grootste te worden, wel om de beste te zijn,” besluit Adriaan.