Overig

Problemen met derivaten: de renteswap

618

Rond 2007, toen de Euriborrente nog ruim 4% bedroeg en een dalende rente kon worden verwacht, zijn veel renteswaps overeengekomen. Zo’n swap houdt in dat, naast een lening met een variabele rente (vaak Euribor 3 maands) en een opslag voor de bank, wordt afgesproken dat de bank een variabele rente (vaak Euribor 1 maands, die is iets lager dan de 3 maands) aan de ondernemer betaalt en dat de ondernemer daarvoor een vaste rente terugbetaalt. Het resultaat is een nagenoeg vaste rente. De ondernemer betaalt immers een variabele rente, een vaste rente en een vaste opslag en krijgt daarvoor een iets lagere variabele rente terug.

Inmiddels is gebleken dat de gemiddelde ondernemer met een swap de spreekwoordelijke kat in de zak heeft gekocht. Dat is niet alleen het geval omdat elke maand (ondanks de lage rente) feitelijk een forse vaste rente wordt betaald, maar ook omdat het bijna onmogelijk is om vervroegd af te lossen. Bij aflossing van de lening en beëindiging van de leningsovereenkomst, blijft het derivaat namelijk gewoon bestaan. Het resultaat is dat na de beëindiging van de geldleningsovereenkomst nog steeds een vaste rente moet worden betaald en dat daarvoor een veel lagere variabele rente wordt terugbetaald. Op basis van de algemene voorwaarden, kan de bank de swap dan ook direct beëindigen en aanspraak maken op de negatieve waarde.

Gelukkig blijkt uit de rechtspraak dat de ondernemer te hulp wordt geschoten. In 2014 heeft het gerechtshof ’s-Hertogenbosch een beslissing genomen in een zaak waarin een ondernemer van bank wilde wisselen, maar ook werd geconfronteerd met een negatieve waarde van een renteswap van € 60.000,00. Dit bedrag moest aan de bank worden betaald. De ondernemer stelde zich op het standpunt dat hij bij het afsluiten van de financiering nooit zou hebben ingestemd met de renteswap als hij had geweten wat de gevolgen van de renteswap zijn.

Het gerechtshof bepaalt hierover in de eerste plaats dat de bank een zorgplicht heeft in haar relatie met een MKB-ondernemer als deze geen professionele belegger is met relevante beleggingservaring.

Verder heeft het Hof vastgesteld dat een renteswap een complex financieel instrument is waaraan grote risico’s zijn verbonden. Dit betekent dat de bank een ondernemer met niet mis te verstane bewoordingen moet waarschuwen voor de risico’s van een renteswap. Uit de praktijk blijkt dat banken vaak niet expliciet hebben gewaarschuwd voor de risico’s. Zij volstaan vaak met een verwijzing naar hun algemene voorwaarden. Dat vond het gerechtshof echter onvoldoende en zij bepaalde dat de bank de nadelige financiële gevolgen moest vergoeden.

Mocht aan u een renteswap zijn verkocht terwijl u uw financiering ergens anders wilt onderbrengen of beëindigen, dan levert de uitspraak van het gerechtshof voor u wellicht mogelijkheden op. De advocaten van de Koning Advocaten zijn uiteraard graag bereid om u daarin te begeleiden.