Home Blog Page 190

Holland the City

0

De eerste week van september ben ik voor een beurs en diverse sales bezoeken in Shanghai en Beijing (China) geweest. Inmiddels redelijk ervaren in reizen naar dit prachtige, maar ook in sommige opzichten moeilijke land, ben ik vertrokken. Een reis van 9,5 uur brengt je van Amsterdam naar Shanghai. Lekker door de nacht gevlogen, zodat je jezelf makkelijk aanpast aan de tijdszone. Doordat gelijktijdig de G20 in China was, waren de veiligheidsmaatregelen strenger dan ik ooit heb meegemaakt. Gelukkig ben ik probleemloos door de douane heen gekomen. Op naar mijn auto en mijn rit(je) naar het hotel. Zoals met alles in China is het reizen ook bijzonder: midden op de dag kan je in ellenlange files terecht komen. Shanghai heeft immers 23 miljoen inwoners op een oppervlakte dat echt een stuk kleiner is dan Nederland. Een ritje van het vliegveld naar je hotel duurt dan ook zomaar 1,5 uur. Een reisafstand waarmee je in Nederland  vanaf Schiphol in Eindhoven bent!

Juist op dat laatste wil ik wat dieper ingaan. Het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen gaat de komende jaren Nederland internationaal op de kaart zetten met de slogan “Holland the City”. Ik ben daar een grote voorstander van.

In China (maar ook Amerika) mag ik vaak met klanten praten die een congres organiseren. Bij de overweging Nederland spelen dan grote voordelen als klein, korte lijnen en bereikbaarheid een grote rol. Juist dat kleine is ook een nadeel. Ik zal het proberen uit te leggen. Waar men in China of Amerika het geen probleem vindt om 1,5 uur in de auto te zitten vanaf het vliegveld om bij een hotel uit te komen (je blijft immers in dezelfde stad), zijn de afstanden in China zoveel groter dat als je naar een andere stad gaat je dat nooit in die 1,5 uur kunt afleggen. Dat terwijl je vanaf Schiphol met 1 uur maximaal in het hartje van Rotterdam staat. En juist dat is het probleem. Men kan niet geloven dat je met zulke reisafstanden in verschillende steden uitkomt. Laat staan steden waar je ook nog kwalitatief kunt congresseren.

In dat kader is de campagne “Holland the City” buitengewoon aan te raden. Laten we vooral als land de hele wereld duidelijk maken dat je in Nederland met minder reizen meer diversiteit hebt. Dat je met minder reizen in steden komt waar men nog wel de deur open doet voor zakelijk toerisme. Want zeg nu zelf, als de Gemeente Amsterdam gaat bezuinigen op zakelijk toerisme wordt het voor de Gemeente Rotterdam helemaal tijd om de bescheidenheid achter ons te laten. Het wordt tijd dat Rotterdam (en de regio) haar plek in de absolute (congres)top van Nederland volmondig opeist. Want dat er in de regio Rijnmond hoogwaardig kan worden vergaderd en gecongresseerd dat blijkt wel uit de cijfers.

Bereikbaar…

0

Ik ga naar mijn werk en neem mee…. mijn telefoon, werktas met teveel dossiers en vaak de auto. En ja ook ik sta in de file.

Het is een gevoel van snelheid en vrijheid die de auto me geeft, maar ik twijfel erg aan deze overtuiging.

Ik adviseer bedrijven over slimme mobiliteit en spitsmijden en in de praktijk probeer ik natuurlijk zoveel mogelijk afspraken buiten de spits te plannen. Ik werk een dag in de week thuis. Maar het komt toch voor dat ook ik in de file sta. Zo ook een paar weken geleden. Ik reed op de A15 in de spits van Rotterdam terug naar huis. En daar belandde ik in een file. En met mij vele anderen. En ik dacht; ik ben er nu écht helemaal klaar mee.

Maar die gedachte was natuurlijk al vele malen eerder door mijn hoofd geschoten, waarom deed ik er dan zo weinig mee? Dit is een belangrijke gedachte, want ik geloof in voorbeeldgedrag en als ik het al lastig vind, hoe zullen dan de werknemers van de bedrijven die ik adviseer een andere stap (of keuze) durven te maken?

Daarom ben ik ‘De 90 dagen verander mijn gedrag uitdaging’ aangegaan (zelf verzonnen) om nóg bewuster met mijn mobiliteitskeuzes om te gaan.

Het begint bij de juiste middelen. En die zijn op orde doordat ik verhuisd ben en er op 10 minuten afstand fietsen van mijn huis een treinstation ligt. Daarnaast is het gewoon een kwestie van doen en ervaren. Tegenwoordig kijk ik dus op zondag in mijn agenda en bepaal dan vervolgens welke dagen handig zijn om met de trein te reizen. Alleen als er meer dan twee afspraken op een dag in mijn agenda staan pak ik de auto. De andere dagen kies ik ervoor om te reizen per trein.

En ik moet zeggen dat ik het heerlijk vind. In de trein bereid ik mijn dag voor en werk ik mijn mail bij. In 20 minuten loop ik naar kantoor, waardoor ik tevens de juiste hoeveelheid lichaamsbeweging meepak. Om nog maar te zwijgen over het parkeergeld dat ik uitspaar.

Doen is dus de weg! Gewoon starten en bepalen wat bij je past. Ik ben niet groener dan groen, dus ook ik stap in de auto. Maar tegenwoordig wel veel bewuster.

Broertjes Saté: Ambachtelijke Indonesische saté op uw evenement of feest

0

Wat begon op de camping met een simpele barbecue is uitgegroeid tot een succesvol bedrijf dat veelgevraagd is op festivals en (zakelijke) evenementen en feesten. Broertjes Saté staat garant voor ambachtelijke Indonesische saté met zeer smakelijke Indonesische pindasaus.

Tijdens de barbecue werden de broers Rikkert en Erol door de aanwezige campinggasten geprezen om hun heerlijke saté. ‘Daar moeten jullie wat mee doen’ was een veelgehoorde opmerking. Niet veel later was het bedrijf Broertjes Saté geboren. “We maakten met onze saté eerst furore op festivals, maar al snel werden we ook gevraagd voor particuliere en zakelijke events en feesten,” aldus Rikkert.

De ambachtelijke Indonesische saté van Broertjes Saté wordt bereid volgens een oud familierecept vol met verse ingrediënten. Vaak geserveerd op een speciaal broodje om als broodje kipsaté aan te bieden en indien gewenst met zoetzure komkommer en gebakken uitjes. Erol: “Door onze volle focus op de saté te leggen kunnen we de kwaliteit waarborgen waar wij voor staan. De veelal positieve reacties onderstrepen dit alleen maar. Zelfs mensen van Indonesische afkomst complimenteren ons voor de smaak.”

Om die specifieke smaak te waarborgen, werken de twee gedreven ondernemende levensgenieters alleen met verse ingrediënten. “Niet alleen de kwaliteit van het kakelverse vlees en de passie in de marinade zijn hierin doorslaggevend, ook de tijd die wij het vlees geven in de marinade is een belangrijk onderdeel in dit proces.” En dat is eveneens niet onopgemerkt gebleven tijdens de verkiezing van De Lekkerste Saté Van Nederland. Van de 93 inzendingen eindigde Broertjes Saté in de top 5. Tevens zijn de broers genomineerd voor de food truck award van 24Kitchen.

Bedrijfspand GKB Staal & Machines

0

Dit bedrijfspand is het eerste in Nederland dat onder de nieuwe, aangescherpte voorwaarden van BREEAM-NL 2014 en begeleid door JW Bouwmanagement, het hoogste certificeringsniveau Outstanding heeft behaald. Het GKB-pand heeft een score van 88.3 procent op de BREEAM-schaal. Hiermee voldoet het gebouw aan de strengste eisen op onder meer water- en energiegebruik, gezondheid voor de gebruikers, materiaalgebruik en impact op de omgeving.

Het pand is honderd procent energieneutraal. Het gebouw beschikt niet over een gasaansluiting en ook stroom wordt helemaal autonoom opgewekt. Het merendeel van de energie wordt geleverd door zonnepanelen. Die leveren genoeg stroom om het gebouw ’s winters ook te verwarmen. Daarnaast wordt aardwarmte gebruikt om met vloerverwarming en –koeling de binnentemperatuur te reguleren.

Om energieneutraal te kunnen opereren, gaat het pand zuinig om met alle warmte die wordt gegenereerd. Warmte wordt, zoveel mogelijk, opgeslagen en hergebruikt. Daarvoor zijn speciale materialen gebruikt, waaronder PCM, ook wel bekend als faseovergangsmateriaal, om warmte op te slaan.

Airconditioning heeft het gebouw niet nodig. ’s Zomers wordt de warmte onder meer buiten gehouden door een speciale, witte kunststof dakbedekking. Binnen in het gebouw is bovendien gebruik gemaakt van muurbedekkingen van mos en een grote plantenwand om het binnenklimaat aangenaam en gezond te houden.

De waterhuishouding van een gebouw is een belangrijk aandachtspunt bij BREEAM-certificering. Het GKB-bedrijfspand slaat zoveel mogelijk regenwater op in bassins. Dat wordt vervolgens gebruikt als ‘grijs water’ om onder meer toiletten mee te spoelen.

Ook de tuin rondom het bedrijfspand is nadrukkelijk onderdeel van de duurzaamheidsambities die het nieuwe bedrijfspand in zich draagt. Ook die buitenruimte heeft een duurzaamheidscertificaat meegekregen, het NL-Greenlabel certificaat niveau A.

Om het verstorende effect van de bebouwing op de waterhuishouding te neutraliseren, is onder de parkeerplaats een regenwaterreservoir aangebracht. Het regenwater dat op het parkeerterrein valt, wordt daar opgevangen en vertraagd teruggegeven aan het oppervlaktewater. Zo voldoet het gebouw en haar omgeving ook aan de strengste BREEAM-eisen voor milieu-impact.

Anouk van Eekelen nieuwe wethouder in Papendrecht

0

Anouk van Eekelen (38) is sinds 29 augustus jl. wethouder Financiën, Economie en Centrumontwikkelingen van de gemeente Papendrecht en bestuurder Economische Profilering en Acquisitie van de Drechtsteden.

Haar eerste officiële daad zit er ook al op. Op zaterdag 10 september opende zij het Marktplein in Papendrecht met het Festival De Markt Op. “Dat was een fantastisch feest.” Een kennismaking met de goedlachse afgestudeerde bestuurskundige.

Politiek loopt als een rode draad door haar leven, zo begint de nieuwe wethouder. In huize Van Eekelen in Bergen op Zoom was vader Jan een fervent CDA’er. Dochter Anouk werd op haar zestiende lid van de VVD en JOVD. “We hadden leuke politieke discussies thuis,” zo zegt ze. In Leiden ging ze bestuurkunde studeren. Na haar studie werd ze persoonlijk medewerker van de VVD-fractie in de Tweede Kamer. Een leuke baan, maar toch ging het kriebelen. “Ik zag daar mensen die in de politiek werkzaam waren en daar ook altijd bleven werken. Van medewerker, naar beleidsmedewerker en als het meezit naar Kamerlid. Dat trok mij niet, ik wilde weleens een normale baan meemaken.” Zo startte zij twaalf jaar geleden haar eigen bedrijf Life Events. Daarin was zij trainer, adviseur en veelgevraagd deskundige op het gebied van etiquette, persoonlijke presentatie en zakelijke omgangsvormen.

Drukke agenda

In 2009 ging Anouk in Wassenaar wonen. Daar woont ze nog met haar man en twee jonge kinderen. “Voorlopig blijft dat ook zo. Over anderhalf jaar komen er weer verkiezingen aan. Dat is een mooi moment om een keuze te maken om wel of niet te verhuizen. Je weet het in de politiek immers nooit,” zegt ze lachend. In Wassenaar was Anouk al actief met economische vraagstukken. Daar was zij, naast fractievoorzitter van de VVD in de gemeenteraad, ook actief als voorzitter van de adviescommissie Economisch Vestigingsklimaat in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag en lid van de VNG commissie raadsleden & griffiers. Nu ze in Papendrecht is begonnen heeft ze de activiteiten voor haar bedrijf stopgezet. Dat is niet meer te combineren met de drukke agenda die zij in het vooruitzicht heeft in Papendrecht en de Drechtsteden.

Team

Na twaalf jaar als zelfstandige gewerkt te hebben, kijkt Anouk vooral uit om weer in een team te opereren. “Op 29 augustus werd ik geïnstalleerd in Papendrecht, op 6 september in het Drechtstedenbestuur en de andere ochtend zat ik in het vliegtuig naar Hamburg in gezelschap van een aantal burgemeesters en vertegenwoordigers uit het regionale bedrijfsleven. Daar presenteerden wij tijdens de grootste maritieme beurs in Europa de regionale investeringsgids met DEAL! Drecht Cities Promotion & Investments Agency als trekker. Een bijzonder inspirerende trip, waarin wij de samenwerking in de Drechtsteden uitstekend voor het voetlicht konden brengen.”

Plannen

Er liggen genoeg uitdagingen op het bordje van de kersverse wethouder. “Heerlijk,” zegt ze hierover. “Ik ben gewend om hard te werken en veel dingen tegelijk te doen. Het is nu even  pittig, maar als de kennismakingsweken voorbij zijn, kan ik hier lekker aan de slag. Dit is een mooie en uitdagende baan die past bij mijn achtergrond en ambities. Papendrecht is een actieve gemeente waarbij de bewoners een grote betrokkenheid tonen. Er zijn de afgelopen jaren veel grote projecten gerealiseerd en het is nog niet afgelopen. Zo is de verbouwing van het gemeentehuis nog in volle gang en zijn er plannen voor een nieuw onderkomen naast het gemeentehuis  voor de bibliotheek, de volksuniversiteit en horeca.”

Afwisseling

Het prettige van haar nieuwe baan vindt ze de afwisseling. Dan weer gaat het over Papendrecht en dan weer over de regio. “De regio kent een specifieke sterke economie dankzij het water. Dat is een enorme plus voor de maritieme maakindustrie en dit moeten we koesteren en benutten. Uiteraard moeten de bedrijven dit doen, wij als overheid kunnen faciliteren. Een goede wisselwerking levert de regio veel op.”

Economic Board

De aanstaande oprichting van de Economic Board zou daar wel eens een enorme impuls aan kunnen geven. “Op 4 oktober komt het voorstel hiervoor in de Drechtraad,” vertelt Anouk hierover. “De Economic Board zal bestaan uit vertegenwoordigers namens  bedrijven, onderwijs en overheid. Met hun kennis, expertise en netwerken leveren zij een bijdrage aan de ontwikkeling van de regionale economie. Er is al een beoogd voorzitter, die de vrijheid krijgt om de doelstellingen van de Board te verwezenlijken. Bij het regionaal bedrijfsleven en onderwijs bestaat veel enthousiasme om hiermee nu samen met ons aan de slag te gaan. Op diverse plekken in Nederland werkt dit al uitstekend.”

Gemeenschappelijk doel

Er ligt dus werk genoeg te wachten. De ambitieuze wethouder. “Ik zit nu nog in een sneltrein die van hot naar her gaat, maar ik geniet met volle teugen dankzij een uniek werkterrein met zes, binnenkort zeven gemeenten die samen de Drechtsteden vormen. Te vergelijken met een stad van  300.000 inwoners. Elke gemeente heeft zo zijn eigen besognes, maar uiteindelijk hebben wij één gemeenschappelijk doel: dat het goed gaat in de regio. Een plek om fijn te wonen en te werken. Daar hebben wij allemaal het meeste baat bij. Ik zal best nog wel wat hobbels tegenkomen, want zo leuk als mijn kinderen het hier veronderstellen is het natuurlijk niet altijd. Zij waren bij de opening van het Marktplein en het festival, waarop zij vroegen: “Wow, is  hier altijd feest?”

“Niets staat duurzaam bouwen nog in de weg”

0

Het bewustzijn voor duurzaam ondernemen wordt groter en groter in ons land. Bij maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzaamheid wordt gezocht naar de juiste balans tussen people, planet en profit, ofwel tussen de sociale-, de
milieu- en de economische aspecten. Dit bewustzijn zien we ook in de bouwsector steeds sterker worden, genoeg reden voor deze coverstory.

Zoals gezegd wordt ook in de bouw duurzaamheid van steeds groter belang. Kwaliteit, duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen zijn niet meer weg te denken in bouwtrajecten. De overheid ondersteunt dit ook door het verstrekken van subsidies. Deze subsidies bestaan voornamelijk uit versnelde fiscale milieu-aftrek van investeringskosten bij nieuwbouw of renovatie van een duurzaam pand inclusief de leefomgeving. Het BREEAM-certificaat geeft als duurzaamheidprestatie van gebouwen en gebieden recht op deze subsidies. Maar ook zonder subsidies is ‘duurzaam bouwen’ geen modewoord meer bij ondernemers.

JW Bouwmanagement in Hendrik-Ido-Ambacht is zo’n bedrijf dat ‘duurzaam bouwen’ volledig geïntegreerd heeft in haar bedrijfsvoering. De Jong mag zich ook gecertificeerd BREEAM-NL Expert ‘nieuwbouw’ en ‘in use’ noemen. Hij is daarmee bevoegd om het certificeringsproces tijdens de bouw van een nieuwbouwpand te begeleiden. Een pré in de bouwsector want opdrachtgevers weten dat op deze manier een nieuw te bouwen pand aan de gewenste duurzaamheidseisen voldoet. Het bouwmanagementbureau heeft een uitstekende naam in de markt. Niet zo verwonderlijk, want Wim de Jong is al jarenlang actief in de sector. In 1998 startte hij zijn eigen bureau in advisering en bouwbegeleiding.

Directeur Wim de Jong: “Wij coördineren op duurzame basis bouwwerkzaamheden en onderhouden contacten met onze opdrachtgevers, adviseurs, leveranciers en uitvoerende partijen. Onze opdrachtgevers zijn onder meer projectontwikkelaars, woningbouwverenigingen, gemeenten, particuliere opdrachtgevers en zorginstellingen. Ook het civiele gedeelte, bestratingen en tuinaanleg zit in ons dienstenpakket. Wij zijn actief vanaf het initiatief, tijdens de ontwikkeling en de bouwperiode tot en met onderhoud en beheer van bouwprojecten. Onze opdrachten lopen uiteen van enkelvoudige particuliere woningen tot complexe grootschalige woon/winkelbedrijven met parkeergarage.”

Een voorbeeld hiervan is het begin september geopende bedrijfspand van GKB Staalwerk & Machines in Baren-drecht. Met recht mag het pand de benaming voeren van meest duurzame industriepand op dit moment in Nederland. JW Bouwmanagement begeleidde het bouwproces. “Een prachtproject,” zegt Wim de Jong hierover. “De ambitie van GKB was een BREEAM-Outstanding gecertificeerd bedrijfspand realiseren. GKB vroeg ons om het bouwproces te begeleiden. Een mooie opdracht. Duurzaam bouwen is veelomvattend, het bestaat óók uit de wil om samen te werken, om vooraf bepaalde ambitieniveaus te behalen en om een ‘state of the art’ gebouw neer te zetten. Bedrijfsfilosofieën van partijen die je bij de bouw betrekt, moeten daarom stroken met die van de opdrachtgever. Duurzaam bouwen is een breed begrip. Je houdt rekening met de effecten op het milieu, wat inhoudt dat ook het gebruik van het gebouw een belangrijke factor is. En dat uiteraard voor wat betreft de hele levensduur. Je hebt het dan bijvoorbeeld over vermindering van CO2-uitstoot door energieverbruik voor verwarming en koeling van een gebouw, maar ook van de bedrijfsprocessen.”

Dat is met het nieuwe GKB-pand in Barendrecht uitstekend gelukt. Het hele bouwproces startte ruim twee en een half jaar geleden. JW Bouwmanagement werd al in de planfase ingeschakeld. “Dat is het ideale moment,” zegt Wim de Jong hierover. “Alle keuzes moeten nog worden gemaakt en beslissingen genomen. Een bouwopdracht bestaat namelijk niet alleen uit de realisatie van een bouwwerk, maar ook uit ontwerp, engineering, financiering, onderhoud of exploitatie ervan. Het betekent verder kijken dan alleen stenen stapelen. Een gebouw zet je voor tientallen jaren neer, met als uitgangspunt het milieu zo min mogelijk te belasten. Als bouwmanager toets je continu dat het ambitieniveau wordt vastgehouden. Dat vergt een gedegen voorbereiding, niet alleen in het gebruik van materialen of wijze van bouwen, maar ook met welke partijen je in zee gaat. Daarom adviseren wij opdrachtgevers al in het vroegste stadium bij de keuzes voor een architectenbureau, constructeur, bouwer en installatiebedrijven. Het daaruit samen te stellen bouwteam realiseert de daadwerkelijke bouw.”

De vraag naar bouwbegeleiding neemt sterk toe. Dat is de afgelopen jaren wel anders geweest. JW Bouwmanagement heeft de bouwcrisis echter goed doorstaan. Het bureau kent vele vaste opdrachtgevers, maar Wim de Jong zoekt daarnaast contact met nieuwe opdrachtgevers. “Als ik hoor dat er ergens bouwplannen zijn, stap ik eropaf.” De meerwaarde van JW Bouwmanagement is gebaseerd op kennis en expertise wat betreft duurzaam bouwen. Wim de Jong volgt de ontwikkelingen op de voet. Dat betekent symposia bezoeken, cursussen volgen en vooral ook vakliteratuur lezen. “Ik voel mij met mijn werk als een vis in het water. Duurzaam bouwen is op vele fronten aantrekkelijk. Scepsis ten aanzien van duurzaam bouwen, kan ik gemakkelijk weerleggen. Als ik eenmaal aan tafel zit bij een mogelijke opdrachtgever, kan ik hem meestal wel overtuigen van het nut van duurzaam bouwen. Daar ligt ook onze kracht. Je moet samen met je opdrachtgever over de horizon durven kijken, je bouwt voor de volgende generaties. Denkend aan de toekomst ontkom je niet aan duurzaam bouwen en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dat kost geld, maar als je het goed doet komt dat dubbel en dwars weer terug in de kwaliteit. Niets staat duurzaam bouwen nog in de weg.”

JW Bouwmanagement
Veersedijk 79
3341 LL Hendrik-Ido-Ambacht
T: (078) 683 38 00
E: info@jwbouwmanagement.nl
I: www.jwbouwmanagement.nl

“Alles is verweven met duurzaamheid”

0

Iets afraffelen komt niet voor in het woordenboek van Helga van Leur. Bij alles wat ze doet gaat een grondige voorbereiding vooraf en zorgt ze voor een perfecte uitvoering. Zo ook wat dit interview betreft. Persoonlijk contact gaat boven contact via allerlei social media kanalen. Het onderwerp is duurzaamheid, Ze raakt er niet over uitgepraat, al zegt ze wel: “Ik luister liever dan ik praat, want daar leer ik meer van.”

Duurzaamheid loopt als een rode draad door het leven van Helga van Leur, al noemde men het in haar jeugdjaren nog geen duurzaamheid. “Ik ben er mee opgegroeid. Het was een onbewust deel van mijn opvoeding, a way of life. Mijn moeder was altijd al bezig met de toekomst vanuit de people, planet, profit gedachte. Niet dat ze een activiste was, maar met een oorlog en enkele oliecrises nog vers in het geheugen, wilde ze dit toekomstige generaties besparen. Ze wilde ons een mooie toekomst bieden. Het belangrijkste wat ik van haar heb opgestoken is dat het altijd bij jezelf begint. Het leven is niet vanzelfsprekend, je moet er zelf iets van maken. Nadenken over wat je wilt en hoe je dit kunt realiseren, keuzes maken.”

Aardrijkskunde

Vanuit haar opvoeding is de weervrouw altijd bezig geweest met het bewust omgaan van wat de aarde te bieden heeft. Ook tijdens haar studiejaren kwam dit naar voren. Aardrijkskunde vond ze het leukste en meest interessante vak. Na HAVO en VWO koos ze voor de studie Bodem, Water, Atmosfeer aan de Universiteit Wageningen. Ze liep stage bij MeteoConsult en na haar studie is ze bij dit weerbedrijf in dienst getreden. Dat was de start van een glanzende carrière. “Bij MeteoConsult kwam ik er pas echt goed achter dat het maken van weerverwachtingen een uiterst boeiend beroep is, met ontzettend veel raakvlakken op andere terreinen. Zo ook met duurzaamheid. Dat raakt onze economie, het klimaat en vele andere facetten van ons leven en welzijn.” Een reden om een sabbatical te nemen om zich ook verder te bekwamen in andere richtingen. Zij volgde een NIMA A en B opleiding en toen haar werd verteld dat ze mediageniek was, volgde een screentest bij RTL5 voor het presenteren van de weersverwachtingen. Dat was in 1997 en sindsdien is er veel voor haar veranderd.

Verweven

In de jaren die volgden ging Helga als zelfstandige verder en werd een veel gevraagde spreker en dagvoorzitter. Zo is duurzaamheid een onderdeel geworden van haar drukke agenda. “Gemiddeld één keer per week geef ik lezingen over het weer, het klimaat, duurzaamheid en gedrag. Vooral gedrag is een belangrijk facet bij duurzaamheid. Vandaar ook dat ik mij nu verder aan het bekwamen ben in psychologie. Er valt veel te vertellen over de zekerheden en onzekerheden van verwachtingen, of het nu gaat om het weer, hypotheken, economie, inkomen of het klimaat. Alles is verweven met duurzaamheid. Wij verbruiken als mens nu al meer dan de aarde ons kan bieden. Ook onze (klein)kinderen hebben energie, voedsel, water en (schaarse) grondstoffen nodig. Daar kunnen en moeten we wat aan doen. Als je eenmaal weet hoe het in elkaar steekt, besef je dat zonder het inleveren van comfort het best wel gemakkelijk is om andere keuzes te maken die wel bijdragen aan een duurzame toekomst.”

Discussie

Als dagvoorzitter begeleidt ze bedrijven en hun relaties tijdens congressen en inspiratiebijeenkomsten over onder meer duurzaamheid. “Het is fantastisch om te zien hoe bedrijven daardoor weer een stapje verder kunnen zetten naar een duurzame toekomst. Vraagstukken zoals ‘wat versta jij onder duurzaamheid?’ en ‘welke maatregelen zou je kunnen toepassen in je bedrijf of organisatie’? geven dikwijls stof tot discussie en dat inspireert de deelnemers. Deze discussies bieden bedrijven een helpende hand om verder te komen op de duurzaamheidladder. Het hierbij betrekken van klanten, fabrikanten, leveranciers en personeel biedt zelfs winst op de lange termijn.”

Mindset

Ook voor de komende generaties moet deze aarde nog steeds leuk, leefbaar en betaalbaar zijn. “Dat lijkt een utopie,” zegt ze hierover, “maar het is noodzakelijk om zonder stress te kunnen leven en je kinderen een mooie toekomst te kunnen garanderen. Dát vooral wil ik altijd mijn toehoorders meegeven.” Even zo goed een flinke uitdaging. Hoe krijg je mensen zover dat ze erover gaan nadenken en ernaar gaan handelen? Hoe kun je een positieve mindset creëren voor dit soms nog beladen thema? Helga van Leur met stelligheid: “Eigenlijk is het simpel als wij met z’n allen het volgende uitgangspunt zouden hanteren: ‘ik kan jou helpen en jij mij’. Delen, wederkerigheid en noem al die mooie woorden maar. Het gaat erom prettig en zonder zorgen te kunnen leven. Respect voor een ander, respect voor de aarde. Het draait dus gewoon om respect. En nog wat, duurzaamheid is niet per definitie duur. Het is bewustwording van de consequenties op de langere termijn. Daar hoop ik mijn steentje aan bij te dragen.”

Pelican Rouge zoekt de samenwerking om snijafval slimmer en schoner te verwerken

0

‘Life is too short for bad coffee’, valt te lezen op een bordje bij Pelican Rouge Coffee Roasters. In dat korte leven moeten we de aarde zo duurzaam mogelijk achterlaten voor volgende generaties, is de filosofie van de organisatie. Bedrijfsbreed wordt hier op verschillende manieren uiting aan gegeven. Ignas Janssens, sustainability Officer bij Pelican Rouge en Jan-Willem Kanters, mede-oprichter van Cirkellab, vertellen over een recent initiatief.

Dat draait allemaal om het vinden van een nuttige toepassing voor snijafval van koffieverpakkingsmateriaal. “Op jaarbasis gooien we daar 60 MT van weg. De verschillende laminaten gaan gewoon de verbrandingsoven in. ‘Dat moet toch slimmer en schoner kunnen?’ dachten we,” vertelt Janssens. Hij maakte het onderwerp bespreekbaar binnen zijn netwerk en al snel waren er partijen die mogelijkheden zagen. Om te beginnen Cirkellab, aanjager van circulaire economie in de Drechtsteden. Kanters: “Ik kende Ignas onder meer van bijeenkomsten in de Duurzaamheidsfabriek. Door snijafval geen afval meer te laten zijn, gaan bedrijfskosten omlaag en verminder je C02 uitstoot. Maar welke toepassing moest het krijgen? Met die vraag zijn we aan de slag gegaan.” Al vrij snel kwam het antwoord: verwerken tot serviceproducten voor klanten. Janssens: “Dat idee past uitstekend binnen onze duurzaamheidsvisie. Innovatie is een belangrijke pijler binnen Pelican Rouge en met dit plan zijn we echt een voorloper. Duurzaamheid is bij ons geen marketingverhaal, maar een kwestie van tastbare voorbeelden ontwikkelen. Wij willen een credible story vertellen. Dat past ook binnen de branche waarin wij actief zijn. Koffie was tot niet zo gek lang geleden een basaal product, waar te weinig over werd verteld. Tegenwoordig draait het veel meer om beleving. Pelican Rouge wil goede koffie beschikbaar maken voor iedereen en mensen een goed gevoel geven op het moment dat ze onze producten gebruiken. Een kop koffie smaakt toch een stuk lekkerder wanneer je zeker weet dat alle stappen in de keten op een zo’n duurzaam mogelijke manier worden georganiseerd.”

Pelican Rouge zoekt graag partijen op die dezelfde visie aanhangen op het gebied van duurzaamheid. Naast Cirkellab zijn daarom ook Kleiner, het ministerie van Infrastructuur en Milieu en Better Future Factory, een innovatief ontwerp- en ingenieursbureau uit Rotterdam dat internationaal voorloper is op het gebied van herverwerking van kunststoffen, als stakeholders aan het snijafvalproject verbonden. Janssens: “Alle partijen hebben een overeenkomst getekend, met de intentie om er een succesverhaal van te maken. Iedere stakeholder beschikt over eigen, specifieke kennis en informatie die binnen dit geheel heel waardevol is.” Kanters: “We hebben al diverse testjes uitgevoerd. Naast de verwerking van ongesorteerd snijafval tot serviceproducten van klanten zijn er ook andere toepassingen mogelijk. Als het bijvoorbeeld lukt om het afval heel ‘schoon’ uit elkaar te halen, moet het ook mogelijk zijn om er een grondstof voor 3D-printers uit te halen.” Janssens verwacht dat de basisgedachte om het snijafval in de nabije toekomst op zulke manieren te verwerken niet onopgemerkt zal blijven. “Het krijgt ongetwijfeld navolging binnen andere organisaties. Helemaal niet erg, vanuit de  open source gedachte wil Pelican Rouge met de andere betrokkenen graag hierin voorloper zijn. Wij werken nu toe naar een mooie pilot, die in december wordt afgerond. Is die succesvol? Dan gaan we aan de slag met grotere volumes. Als dit breed wordt gestimuleerd, levert het enorme winst op. Voor ons als bedrijf, maar zeker ook als het gaat om een lagere CO2-uitstoot.” Wie denkt dat het daarna voorlopig wel even klaar is met het ontwikkelen van duurzame en sociale initiatieven en toepassingen bij Pelican Rouge, komt bedrogen uit. “Die radertjes draaien altijd. Al ruim voor de participatiewet namen wij mensen aan met een afstand tot de arbeidsmarkt. Daarnaast erkennen wij onze verantwoordelijkheid voor het milieu en de lokale gemeenschap. Daarom zijn we onder meer ook betrokken bij een waterproject in Bamenda, Kameroen en een onderwijsprogramma Santa Clara voor boeren en hun families in Nicaragua. Het is van ontzettend groot belang om bedrijfseigen duurzaamheidsinitiatieven te hebben, naast de bekende gangbare gecertifieerde koffies zoals Max Havelaar FairTrade, UTZ en RainForest Alliance. Pelican Rouge denkt altijd verder en groter. In dat kader past het vinden van een nuttige toepassing voor snijafval van koffieverpakkingsmateriaal helemaal.”

‘Doe wat je maximaal leuk vindt, dan ga je haast vanzelf als een malle’

0

Géén ellenlange colleges of saaie Powerpoint-presentaties, maar vier jonge, gepassioneerde ondernemers die in tien minuten hun succesverhaal vertelden en daarna de zaal gelegenheid gaven tot het stellen van vragen; dat was de opzet van de masterclass Jong Ondernemen. Deze werd gehouden voorafgaande aan de BOB Barbecue, bij het Van der Valk Hotel Ridderkerk.

Wie er vooraf nog over twijfelde of Rotterdam wel echt een bakermat van talent is, deed dat na afloop zeker niet meer. Onder dagvoorzitterschap van Arko Veefkind, een ervaren Rotterdamse ondernemer, maakten de aanwezigen kennis met talenten uit de meest uiteenlopende vakgebieden. Stijn van Leeuwen, bedenker van Rotterdam Engineering, beet het spits af. Zijn ingenieursbureau richt zich op engineering en ontwikkeling van pijpleidingsystemen. De toegevoegde waarde ligt in de vertaling van technische kennis naar de uitvoering. “Ik ben begonnen bij de gemeente Rotterdam. Ik leerde er veel, maar wilde toch weg. Ik ging werken bij een commercieel ingenieursbureau. Het bedrijf was erg top-down en er werd in hokjes gedacht. Dat beviel mij niet, dus besloot ik weg te gaan. Voor mij was dat het moment om zelf iets te starten. In 2009 was Roelof mijn eerste medewerker. Hij is nu directeur en mede-eigenaar. Mustapha leerde ik kennen als een wat stugge, norse jongen van Marrokaanse afkomst. Hij had de ambitie om het vastgoed in te gaan. Rond 2012 niet zo’n slim idee, als je het mij vraagt. Toch geloofde ik in zijn potentie en nam ik hem aan. Hij heeft me niet teleurgesteld, integendeel. De ontwikkeling die hij heeft meegemaakt is sensationeel. Vandaag de dag zijn er zo’n 50 mensen werkzaam voor Rotterdam Engineering. Die krijgen allemaal vrijheid. Dat gaat gepaard met vertrouwen en eigen verantwoordelijkheid. Dat werkt heel goed. Onze organisatie is platter dan plat. Bij Rotterdam Engineering is iedereen baas over eigen werk. Dat zijn we met passie.”  Jolique Moller, oprichter van ilovefashionbloggers.com, was de volgende pitcher. Als dochter van ondernemende ouders in de automotive industrie kreeg zij ondernemen met de paplepel ingegoten. Toch koos zij uiteindelijk niet voor werken in de automotivebranche, maar iets totaal anders. Ilovefashionbloggers.com brengt modebloggers en merken bij elkaar en biedt een platform, met als doel ze naar de top te helpen. De 23-jarige Moller vertegenwoordigt zowel Nederlandse als internationale bloggers. Het gaat inmiddels om een paar duizend influencers. Ze kwam op het idee in Miami, waar ze een tijd woonde. “Daar zag ik hoe fashion bloggers in de lift zaten en grote successen behaalden. De traffic die zij genereerden was enorm en merken haakten daar uiteraard maar wat graag bij aan. Ik wist op dat moment meteen dat ik vanuit Nederland een platform op wilde zetten. Zonder enige kennis van technologie en PHP was dat niet eenvoudig, maar na veel research en medewerking van vakkundige mensen is het gelukt. Ilovefashionbloggers.com ging twee jaar geleden online. Het gaat ontzettend goed. We werken met merken als Mercedes-Benz en Vodafone en organiseren grote evenementen, waaronder in samenwerking met MTV. Dit is een meisjesdroom, maar ik wil snel naar een exit strategie toewerken. Ik hoop binnen enkele jaren met geïnteresseerden om tafel te zitten.” Wat wil zij jongeren als tip meegeven? “Volg je intuïtie en gevoel. Het klinkt wat truttig, maar dat is het beste advies. Doe wat je maximaal leuk vindt, dan ga je haast vanzelf als een malle.”

Van afwasser naar topondernemer

Aziz Yagoub kan dat alleen maar beamen. De horeca-ondernemer zette op zestienjarige leeftijd zijn eerste stappen in die branche. “Ik groeide op in Rotterdam-Zuid, met 9 broers. Op mijn 16de moest ik dus gaan werken. Mijn eerste baan was die van afwasser, bij de Cruise Terminal Rotterdam. Alles om mij heen pakte me direct. Ik wist dat ik in die sector door wilde. Daarom lulde ik me bij verschillende zaken die slecht draaiden naar binnen, op basis van ‘no cure no pay’. Van een broodjeszaak tot een grote discotheek: binnen een paar maanden tot een half jaar deed ik er alles aan om de boel weer op de rit te zetten.” Zo vaak met succes, dat het steeds meer mensen begon op te vallen. “Ik werd steeds meer ingehuurd, ook om evenementen te organiseren. Ik voelde me een dakloze ondernemer. Niet lang daarna ben ik haan samenwerken met ID&T en kwam er iets meer structuur in. We zijn nu ook heel druk met Annabel, het nieuwe poppodium en café in de oude Hollywood Music Hall aan de Schiestraat. Vanaf september gaan we er concerten en evenementen voor maximaal 1500 personen organiseren. De eerste artiesten zijn al geboekt. Waar ik trots op ben, is dat ik als jonge ondernemer de verleiding heb weerstaan om ieder aanbod aan te nemen. Juist door afgewogen keuzes kom je veel verder.” CEO Vilayat William schopte het al ver met TBlox. Zijn organisatie biedt gratis basis ERP bedrijfssoftware die naar wens kan worden aangevuld. TBlox wil de verspilling van schaarse middelen zoals geld, mankracht en materialen tegengaan. “TBlox heeft een digitaal cloud platform gecreëerd die men onder andere kan gebruiken voor administratieve werkzaamheden en facturatie. Het voordeel van dit platform zit mede in het feit dat er een economische gemeenschap word gecreëerd waarin men met elkaar kan werken delen en communiceren in de cloud. Deze aanpak heeft inmiddels geleid tot een wereldwijd partnernetwerk met onder andere Grant Thornton, KPMG, Solvint en GE Healthcare.” TBlox wil samen met deze partners bereiken dat haar gratis software in 2020 de gratis standaard in ERP is. Want groot dromen; dat mag in Rotterdam. Sterker nog; dat moet.

Van der Valk Hotel Ridderkerk gaat restaurant vernieuwen

0

Toen Van der Valk Hotel Ridderkerk in 2007 de deuren opende, spraken directeur Freek van der Valk en marketing & sales manager Krystle van der Valk alvast met elkaar af dat het tienjarig jubileum gevierd moest worden in een setting met het gevoel van ‘net nieuw’.

Die belofte lossen zij volgend jaar in, want dankzij recent afgeronde en nog op stapel staande verbouwingen is het hotel helemaal van nu.

Gasten blijven verrassen en tegelijkertijd het vertrouwde gevoel laten behouden: dat is de afgelopen 9 jaar een leidraad geweest. Door in te springen op veranderende behoeften en hard te werken is Van der Valk Hotel Ridderkerk anno 2016 op technisch, functioneel en esthetisch gebied niet meer te vergelijken met 2007. “Stilzitten kan niet, er is altijd iets te doen. Het huidige project is het vernieuwen van ons restaurant. Er wordt momenteel druk getekend voor een andere indeling en inrichting. Het verplaatsten van de lobby, nieuw meubilair, een ruimere garderobe op een andere plek, het verschuiven van de uitgifteplek bij de keuken: we pakken het groots aan. Rond maart 2017 is hopelijk alles klaar. We zijn lang blij geweest met de situatie zoals die nu nog is, maar trends en mode veranderen. Vanuit een flexibele opstelling is het moeilijker om een eenduidige sfeer neer te zetten. Daarom willen we bijvoorbeeld meer gebruik gaan maken van hoekjes en nisjes, zodat er meteen een andere beleving ontstaat,” legt Freek uit. “Vanwege de ronding van het gebouw blijft het restaurant in de nieuwe opstelling herkenbaar, maar buiten dat herken je het straks bijna niet meer terug. Ook niet qua kleurgebruik. Van kleurrijk en speels wordt de ruimte warm en chique,” vult Krystle aan. Eigenlijk net zoals op de eerste verdieping, waar vorig jaar een metamorfose werd doorgevoerd in en om de zalen. De lilatinten die de boventoon voerden werden vervangen door een diepere kleur paars en inspelend op wensen van gasten kwamen er meer werkplekken en een open break-out ruimte met bar in de foyer. Ook de audio- en videofaciliteiten werden naar een nieuwe standaard gebracht. Krystle: “De reacties van gasten over de eerste verdieping zijn enorm positief en er wordt intensief gebruik gemaakt van de nisjes en break-out ruimte. Dat heeft ons gesterkt in de gedachte om het restaurant in dezelfde lijn onder handen te nemen. Kleurstelling en meubilair is een kwestie van smaak, maar de juiste beleving is er of niet. Gezien de complimenten zijn we in die missie geslaagd.”

Levenswerk in plaats van investering

Ook buiten de Krommeweg zijn er ontwikkelingen. Sinds maart is Freek eveneens directeur/eigenaar van Grandcafé Burgerzaken, gevestigd in het Ridderkerkse gemeentehuis. “Wij exploiteren het horecagedeelte en de zalen op de begane grond. Qua sfeer wilden we het restaurant stijlvol, maar informeel aankleden. Daarom hebben wij onder meer gekozen voor een grote muurschildering vol verwijzingen naar de historie van Ridderkerk. Omdat de plek in het centrum ligt, is er automatisch aanloop. Mensen die even een boodschap doen op het Koningsplein of iets moeten regelen in het gemeentehuis komen haast vanzelf in aanraking met Grandcafé Burgerzaken. De lunch loopt vanaf het begin goed en het diner wisselend. Dat moet nog een beetje op gang komen. Niet alles kan meteen perfect zijn toch? Ik heb er alle vertrouwen in dat ook dat een succes wordt.” Als familiebedrijf denkt men bij Van der Valk Hotel Ridderkerk sowieso  met name aan de langere termijn. “We willen iets neerzetten waar onze kinderen trots op zijn. Van der Valk Hotel Ridderkerk zie ik veel meer als een levenswerk dan een investering. Als hotel- en horecabedrijf is snel geld verdienen sowieso niet voor de hand liggend. Dat is ook geen drijfveer. Ik doe dit werk met mijn hart. Eigenlijk wilde ik architect worden, maar ik ging bedrijfskunde studeren. Mijn ouders vonden het allemaal prima. Pushen om binnen het bedrijf te gaan werken was meer iets van de generatie daarvoor. Ik werd helemaal vrijgelaten. Ik ben uiteindelijk toch binnen het familiebedrijf komen te werken omdat ik erachter kwam dat de hele dag omgaan met mensen gewoon ontzettend leuk is. Krystle en ik hebben twee kinderen. Toen onze oudste dochter net vier jaar was, zei ze tegen haar moeder: ‘Als ik zes jaar ben, kan jij toch wel stoppen met werken?’ Krystle dacht dat ze misschien te vaak van huis was en vroeg of ze minder moest gaan werken. ‘Nee, ik vind eigenlijk dat ik dan wel oud genoeg ben om jouw werk over te nemen’, luidde echter het antwoord. De opvolging staat dus al te popelen,” lacht Freek. “Maar serieus: onze kinderen moeten later vooral doen waar ze het allergelukkigst van worden.” Eén ding is zeker: Van der Valk Hotel Ridderkerk viert volgend jaar het tweede lustrum met Freek en Krystle aan het roer. Met wellicht een beetje hulp van dochterlief.