Wat maakt een bedrijf succesvol? Axoft, fullservice dienstverlener op het gebied van IT en telecom, bewijst dat je met een slim en doordacht concept in korte tijd een sterke marktspeler kunt worden. Jan Pieter de Ruiter, Wim Milder en Edwin Kuiper lichten de unieke propositie en de klantgerichte benadering van Axoft toe.

Het driemanschap vormt het directieteam van Axoft, dat zich richt op bedrijven en andere organisaties met een omvang van vijf tot zo’n 250 werkplekken. Voor een globale afbakening van het werkgebied hanteert Axoft een simpele vuistregel. “Zeg maar Zuid-Holland Zuid, alles binnen een straal van vijftig kilometer rond de Euromast,” aldus Wim Milder. “De Euromast is overigens een klant van ons; niet de grootste maar wel de hoogste.” De omgang met klanten is helder en to-the-point, op z’n Rotterdams zou je kunnen zeggen, zonder wollige vaktaal. In alle contacten staat klantgerichtheid voorop, of zoals Wim Milder het snedig formuleert: “We zijn in de wolken met onze klanten.”

Samenwerking
Het bedrijfsmodel van Axoft is logisch en doordacht. Fundamenteel is de keuze voor strategische samenwerking met de sterkste merken, zoals KPN, Microsoft, VMware en Cisco. Daarmee weten klanten zich verzekerd van state of the art, hoogwaardige producten en diensten. Axoft completeert dat met service- en regiogerichte dienstverlening. Het beste van twee werelden dus; en dat is geen inhoudsloze reclamekreet. Dankzij de nabijheid en de inrichting van het bedrijf is Axoft sterk in pre- en aftersales, gebieden die moeilijker zijn in te vullen door grote en meer centralistisch geleide bedrijven.

Het partnership met KPN is gestart in 2009. Jan Pieter de Ruiter begint in dat jaar een aparte BV onder de naam Axoft Network Services. De samenwerking tussen Axoft en KPN blijkt vanaf het begin een goede match. Beide bedrijven vullen elkaar goed aan en klanten zijn enthousiast over het bedrijfsconcept. Dankzij het partnership met Axoft kan KPN de slogan ‘Altijd dichtbij’ nog meer inhoud geven. “Met onze lokale aanwezigheid konden en kunnen we klanten snel en slagvaardig van dienst zijn,” zegt Jan Pieter de Ruiter. “Een groot merk zit vaak letterlijk en figuurlijk ver weg. Voor een klant is het plezieriger om met een lokale partij zaken te doen. Eén aanspreekpunt, persoonlijk contact, werkt veel beter dan overleggen op afstand via een callcenter.” Edwin Kuiper: “Daar komt bij dat een klant zich meer herkent in ons ‘In de wolken met onze klanten’. Anders gezegd: met de omvang van ons bedrijf lijkt Axoft meer op de bedrijven van onze klanten. Je begrijpt elkaar beter, dat praat makkelijker.”

“Vier jaar na de start van ons partnership met KPN hebben we de samenwerking geïntensiveerd,” vertelt De Ruiter. “Vast-mobiel was toen sterk in opkomst en in de markt was een groeiende behoefte aan telecom/IT-gerelateerde integratiediensten. Axoft handelt het hele, meer geïntegreerde traject af, van installatie tot en met service en 24/7-dienstverlening.” En Milder vervolgt: “Een mooi voorbeeld is de integratiedienst KPN ÉÉN: één geïntegreerde oplossing voor vast en mobiel bellen, internet en onlinesoftware. Topkwaliteit, evenals andere diensten van KPN. Wij kunnen de pré- en aftersales perfect invullen.”

Regisseur
Vanwege de grote afhankelijkheid van telecom en IT is de zorg voor continuïteit een zwaarwegend punt. De keuze van de juiste dienstverlener is letterlijk van levensbelang. Milder: “We hebben ons bedrijf zo georganiseerd dat we snel kunnen reageren op basis van 24/7-bereikbaarheid.” Wat in de loop van de samenwerking bovendien zijn waarde bewijst, is het gemak van één aanspreekpunt. “Systemen hebben veel raakvlakken. Als bij installatie en onderhoud diverse leveranciers zijn betrokken, kan dat problemen geven in geval van een storing. Dan loop je het risico dat partijen naar elkaar wijzen. Zeker dan is het fijn om zaken te doen met een partner die de rol van regisseur op zich neemt. Wij nemen die verantwoordelijkheid graag. Dat voelt niet alleen een stuk comfortabeler voor de klant, maar werkt ook veel beter als er direct technische hulp nodig is.”

Flexibel
Microsoft, Cisco, HP, Vmware, Citrix: ook op IT-gebied werkt Axoft samen met grote, gerenommeerde merken. Kennis van IT én telecom in combinatie met een aanbod van geïntegreerde diensten werpt in deze tijd zijn vruchten af. Een voorbeeld, vanuit de telecomkant, is een telefooncentrale in de cloud. De telefooncentrale staat dan in een goed beveiligd datacenter en werkt volledig in de cloud. Kuiper: “Bedrijven willen telefonie liever als dienst afnemen en niet meer investeren in hardware op locatie. Gaan de zaken goed en groeit een bedrijf met tien mensen, dan kun je soepel uitbreiden. Moet je krimpen bij tegenwind, dan kun je moeiteloos terugschakelen. Veel flexibiliteit dus, waar deze tijd om vraagt.” De Ruiter: “Aan de IT-kant zie je eenzelfde ontwikkeling. Klanten willen steeds meer systemen naar de cloud brengen om evenals de telecom- ook de IT-investeringen op locatie terug te brengen. Ook voor deze oplossingen zijn wij de juiste partner.”

Verborgen kosten
Geïntegreerde dienstverlening op gebied van telecom en IT, producten en diensten van KPN, Microsoft en andere gerenommeerde merken, het gemak van één aanspreekpunt. Dat klinkt goed, maar welk prijskaartje hangt daaraan? Kuiper: “Een geïntegreerde oplossing biedt meer bedrijfszekerheid, maar blijkt in de praktijk ook kosten verlagend. Voor een compleet kostenplaatje raad ik klanten en prospects aan om ook goed naar de eigen kostenstructuur te kijken. Veelal zijn er verborgen kosten. Denk aan een of enkele medewerkers die, dikwijls naast hun reguliere werk, IT-ondersteuning en onderhoudverzorgen. Onderhoud op afstand en/of een andere manier van uitbesteding van onderhoud is in de regel veel voordeliger. Ook dit aspect nemen we graag mee in een eerste advies aan nieuwe klanten. Bij een quick scan komen meestal ook vele quick wins boven water.”

Sinds 15 juni jl. is drs. G. (Govert) Veldhuijzen waarnemend burgemeester van Gorinchem. De eerste honderd dagen van zijn nieuwe ambt zitten er op en dat is een goede gelegenheid om hem te vragen naar zijn ervaringen tot nu toe en zijn ambities als tijdelijk burgemeester.

Veldhuijzen is een ervaren bestuurder. Zo was hij twaalf jaar wethouder van de gemeente Dordrecht en acht jaar gedeputeerde bij de Provinciale Staten. Zijn benoeming tot waarnemer in Gorinchem verliep verrassend. “Op het moment dat ik afscheid nam als gedeputeerde, vroeg de Commissaris van de Koning mij of ik tijdelijk naar Gorinchem wilde. Twee dagen daarvoor had hij een ontslagbrief ontvangen van burgemeester Barske en er was ook wel iets aan de hand, zo vertelde hij. Op mijn leeftijd (60) denk je nog wel na over wat je komende jaren zou willen doen, maar brandende ambities en een carrièreplanning zijn niet meer aan de orde. Dan is een verzoek om een tijdelijk burgemeesterschap in te vullen een mooie uitdaging. Daarbij komt dat Gorinchem een interessante stad is. Een week later had ik een gesprek met de fractievoorzitters van de gemeenteraad en weer een week later werd ik beëdigd.”

Uitdagingen
Je kunt als waarnemend burgmeester in een gespreid bedje terecht komen en alleen maar op de winkel te hoeven passen, in Gorinchem lag de situatie anders. De afgetreden burgemeester signaleerde verslechterde politieke verhoudingen en daarbij gaf de CvdK ook nog de opdracht mee om de positie van Gorinchem in de regio te bekijken. “Interessante uitdagingen,” zo vervolgt Veldhuijzen. Hij bespeurt in de verhoudingen in het gemeentebestuur en met kringen in de stad zeker een bepaalde spanning. “Meningsverschillen leveren een negatieve dynamiek op. Dat mag zo zijn, maar uiteindelijk is de opgave voor de hele raad om samen met het college het beste voor de stad te bewerkstelligen en dat moet binnen normale verhoudingen gebeuren. Het is natuurlijk mooi om als burgemeester daarin een rol te kunnen spelen en een beetje te helpen, maar uiteindelijk moeten de politici het zelf doen. Als ik kijk wat er hier onderhanden is, zijn er genoeg positieve zaken om op te pakken.”

Centrumfunctie
De tweede uitdaging heeft te maken met het beeld dat is ontstaan omdat gemeenten in de omgeving met elkaar bestuurlijk aan het flirten zijn en Gorinchem daarbij leek te worden genegeerd. Veldhuijzen hierover: “Over de positie van Gorinchem in de regio vind ik het beeld minder slecht dan uit de opdracht van de CvdK zou blijken. Er is een gemeente Vijfheerenlanden in wording. Dat wordt nu onderzocht en in het najaar valt hierover een beslissing. Daarnaast zijn Molenwaard en Giessenlanden met elkaar in gesprek en zo kan het gebeuren dat er twee nieuwe gemeenten ontstaan, beide met een omvang die toekomstvast is. Dan blijft Gorinchem als stad met een heel stevige centrumpositie over. Deze stad heeft nog volop mogelijkheden om zich verder te ontwikkelen. Op termijn bestaat de regio dan waarschijnlijk uit drie flinke gemeenten die samen de verantwoordelijkheid willen nemen voor de streek. Daarin behoudt Gorinchem zijn centrumfunctie.”

Trots
Uit de vele gesprekken die Veldhuijzen de afgelopen periode heeft gevoerd blijkt dat er een gezonde basis is om de mogelijkheden tot volle wasdom te laten komen. “Ik mag stellen dat de gemeente er in het algemeen goed op staat bij bewoners en het bedrijfsleven. Dit is een echte stad, een mooie stad en met een duidelijke centrumfunctie voor de regio. Ook de economische functie van Gorinchem moet je niet onderschatten. Wij liggen aan twee belangrijke verkeersaders en dat heeft er in de afgelopen decennia toe geleid dat de economische positie van Gorinchem redelijk florissant is. Dat kan, zeker als de A27 is verbreed, nog beter, er is ruimte voor verdere expansie. Het arbeidsethos in de regio is hoog. De ontwikkeling van bedrijventerrein Gorinchem-Noord en de woningbouwontwikkeling kunnen hier een verdere impuls aan geven. We hebben raakvlakken met de Zuidvleugel, de Drechtsteden en de maritieme industrie. Daarmee kunnen we onze economische positie versterken. Wat we vooral ook moeten doen is zorgvuldig omgaan met wat we hebben om de aantrekkingskracht van de stad te behouden en verder uit te bouwen. Gorinchem staat er goed voor. Dat besef mag nog wel sterker worden. Gorinchem is een stad om trots op te zijn.”

‘Inspirerend vergaderen begint in Dordrecht!’, valt te lezen op de website www.vergaderenindordrecht.nl, die enkele jaren geleden werd gelanceerd. Wat heeft de stad te bieden ten opzichte van andere gemeenten? Wat is er al bereikt met het initiatief? Spelen Dordtse ondernemers elkaar vaker dan voorheen de bal toe? Ondersteunt de gemeente het project voldoende? Een zestal betrokkenen geeft tijdens een rondetafelgesprek op het Stadskantoor een inkijkje.

Caroline Duindam, oprichter en marketing manager Meeting House, Ad Janssen, meesterkok en in Dordrecht eigenaar van Bellevue Groothoofd, Art & Dining en De Poort van Dordt, Jasper Mos, wethouder Financiën, Economische Zaken, Grond- en vastgoedbedrijf, ICT, Havenzaken en Spoorveiligheid, Marco Verdouw, hostelmanager
Stayokay Dordrecht en Rotterdam, Victor DeConinck van het West-Indisch Huis, Arjan van den Boom, manager beheer bij EGM architecten en Boy van Prooijen, eigenaar Het Pakhuis In Vino Veritas en Wijnkoperij Louis Fransman zijn de gasten die aanschuiven. Duindam is als laatste bij dit initiatief aangesloten.

“Ik vind het een geweldige samenwerking tussen de gemeente, Dordrecht Marketing en lokale ondernemers. ‘Vergaderen in Dordrecht’ opende vele deuren. Vanaf het moment dat het Meeting House op de website van Vergaderen in Dordrecht stond, steeg de belangstelling voor deze website. Inmiddels gebeurt dat ook via andere kanalen, maar dit project stond aan de basis van onze bekendheid.”

DeConinck: “Door de verdichting van het aanbod gaat het met iedereen beter. Ik heb niet het idee dat ondernemers elkaar in Dordrecht als concurrenten zien. In deze kwetsbare branche heb je elkaar nodig. Naar buiten toe moet je als één front opereren. Bijvoorbeeld als het gaat om PR of beleid.” Verdouw: “Dat onderschrijf ik. ‘Vergaderen in Dordrecht’ geeft ons Dordtenaren een stem in de grote vergadermarkt. Ik zie het als een grote, gemene deler, die veel oplevert.”

Janssen: “Vergaderen is niet onze core business, maar wel belangrijk. Bellevue Groothoofd is als vergaderlocatie geschikt voor groepen tot 50 personen, terwijl er in Art &Dining plek is voor maximaal 150 mensen. Iedere ondernemer probeert als eerste zijn eigen zaak vol te krijgen. Daar zijn wij geen uitzondering op. Wanneer wij een aanvraag krijgen die echter niet bij ons past, verwijzen wij graag door naar een andere locatie in Dordrecht. De website van ‘Vergaderen in Dordrecht’ is daar een handig middel bij. Het toont in één oogopslag de veelzijdigheid binnen de gemeente.”

Duindam: “Men is nog te vaak geneigd om voor vergaderingen uit te wijken naar Rotterdam of Breda. Meestal ten onrechte, want Dordrecht is een prima uitvalsbasis voor het houden van de meest uiteenlopende meetings.”

DeConinck: “Vergaderen is een containerbegrip, waar een symposium, workshop of congres ook onder kan vallen. Voor evenementen met hele grote volumes is Dordrecht niet ’the place to be. Daarvoor zijn we gewoonweg te klein. Voor kleinschaligere vergaderingen hebben wij wel veel te bieden. Het imago van Dordrecht is de afgelopen jaren enorm verbeterd. Ook Koningsdag heeft daar aan bijgedragen. Wel is het zo dat Dordrecht niet de associatie van kennisstad oproept. Logisch, want de stad wordt nu eenmaal niet overspoeld door studenten. Dordrecht zet zich neer als evenementenstad, prima. Vaak heeft dit dan wel als nadeel dat ’s avonds alle bezoekers van buiten de stad weer vertrekken.”

Van den Boom: “Ik merk dat mensen die via de site van ‘Vergaderen in Dordrecht’ bij ons binnenkomen, heel goed op de hoogte zijn van de mogelijkheden die de stad op vergadervlak te bieden heeft. Ze kijken, vergelijken en kiezen voor de locatie die past bij het onderwerp van hun overleg. Moet er een maritieme bijeenkomst worden gefaciliteerd? Dan wordt er gekozen voor een locatie aan het water, zoals de onze. De bijzonderheid van Dordrecht zit hem in de variëteit. Saaie, klinische vergaderkamers zijn er eigenlijk niet. Op inrichting of locatie scoort de stad punten. Er zijn heel veel verschillende opties. Het is zeker geen eenheidsworst.”

Van Prooijen: “Qua beleving heeft Dordrecht veel te bieden. Een vergadering buiten de deur combineren met een wijnproeverij, stadswandeling of tochtje met de fluisterboot is allemaal mogelijk. Er zijn diverse arrangementen in de stad beschikbaar. Wie in het centrum vergadert, heeft de optie om de pracht van de stad optimaal te ervaren. Heel anders dan wanneer je op een plek langs de A16 zit.”

Duindam: “Het is sowieso een trend dat consumenten op zoek zijn naar authenticiteit en bijzonderheid. Neem nou winkelend publiek. Ik heb het idee dat er steeds meer wordt gezocht naar unieke boetiekjes in plaats van de geijkte ketens binnen te stappen die overal zitten. Die lijn kan je doortrekken naar de vergadercultuur.”

Verdouw: “Mensen zijn op zoek naar echtheid. Dat vind je terug in Dordrecht. We moeten er misschien extra hard voor lopen, maar wanneer mensen ons hebben ontdekt komen ze vaak terug.”

DeConinck: “Als ik mensen van buiten de stad vraag hoeveel inwoners Dordrecht heeft, luidt het antwoord vaak: 60.000. In werkelijkheid wonen hier bijna 120.000 mensen. Dat geeft indirect aan dat het potentieel van Dordrecht wordt onderschat.”

De centrale ligging van Dordrecht, in de Randstad, aan het uitgebreide wegennet van de A15, A16 en N3 en met trein en Waterbus voorhanden, maakt de stad op het eerste gezicht bij uitstek geschikt als prima locatie voor trainingen, vergaderingen en conferenties. Ook voor mensen buiten de stad. Toch brengt Janssen een kleine kanttekening aan. “Het centrumgebied zit dicht. Er wordt veel geld uitgegeven aan promotie van de stad. Wanneer dat vervolgens zijn vruchten afwerpt, loop je tegen het probleem aan dat mensen lastig met de auto het centrum in kunnen. Zeker voor grote groepen, die bijvoorbeeld komen vergaderen, is parkeren lastig. Hiervoor moeten we met elkaar creatieve oplossingen zoeken.”

Duindam: “Wij zijn gevestigd op een steenworp afstand van het station, onze gasten kunnen altijd nog voor de trein kiezen. Ook met de auto hoeven ze niet ver het centrum in. Dat is een voordeel van onze locatie.”

Verdouw: “De aandacht voor vergaderen in Dordrecht is de afgelopen jaren flink toegenomen, maar een echte vergaderstad zijn we nog niet.”

Duindam: “Misschien kunnen we dat worden door nog beter naar klanten gasten te luisteren. Bij het Meeting House hebben we veelal te maken met vrouwelijke contactpersonen. Zij hechten meestal veel waarde aan gezond eten, dus bieden we zulke lunches ook aan. Zo hebben we een arrangement waarbij we producten gebruiken uit de zeven regio’s ter wereld waarin mensen het oudste worden, dit is The Blue Zone.”

Van Prooijen: “Gasten willen ook goede WiFi. Anno 2015 is dat natuurlijk volkomen legitiem. Het lijkt iets vanzelfsprekends, maar op veel locaties is de WiFi vrij waardeloos. Dat kan en moet nog beter.”

Een verbeterpuntje van Mos is naar eigen zeggen zijn timemanagement. De wethouder komt vertraagd uit Zoetermeer en schuift, met aanvaarde excuses, aan bij het gesprek. Wij willen als eerste van hem weten of de gemeente ook gebruik maakt van externe vergaderlocaties.

“Jazeker, al is het nog niet zo veel als ik zelf zou willen. In mijn ideale scenario is 50 tot 75 procent van het stadskantoor overbodig en gaan medewerkers vooral aan het werk met de verschillende partijen in de stad. Maar goed, die droom is nog ver weg. De realiteit is dat wij als gemeente bij het kiezen van externe vergaderlocaties ook nadrukkelijk kijken naar de uitstraling. Wanneer er een gesprek over spoorbeveiliging op de agenda staat, kiezen we voor het uitzicht op het spoor bij EGM. Ontvangen we collega’s uit Rotterdam, dan is de kans groot dat we bij Bellevue Groothoofd plaats nemen vanwege het drierivierenpunt. Als aanjager en ondersteuner van het initiatief ‘Vergaderen in
Dordrecht’ zijn wij ook kritisch. We verwachten van deelnemers dat zij hun afspraken nakomen en zich flexibel opstellen op het moment dat er speciale wensen zijn. Valt de uitvoering tegen, dan gaat bij ons het visitekaartje onderop de stapel.”

Duindam: “Als ondernemer moet je ook plooibaar zijn. Zonder die eigenschap wordt het heel lastig. Ik vind het juist leuk wanneer gasten met een out-of-the-box vraag komen. Dat zie ik als een uitdaging, niet als een probleem.”

Mos: “Het vergaderaanbod in Dordrecht is enorm gevarieerd. Ik geloof dat er voor ieder wat wils is. Door de website van ‘Vergaderen in Dordrecht’ is dat inzichtelijk gemaakt. De vraag is nu hoe we een nog groter publiek kunnen bereiken. Om grotere congressen naar de stad te krijgen, moeten we op de shortlist en onder de speed dial van bureaus komen, die de locaties uitkiezen.”

DeConinck: “De grote congresbureaus hebben Dordrecht niet in het vizier.”

Mos: “Voor de echte grote jongens kunnen wij ook niets betekenen, vrees ik. Een groep van 1500 mensen kunnen we in Dordrecht niet kwijt. Bij Van der Valk en het Postillion Hotel, die ook steeds meer samenwerken, is de bovengrens 800. Het palet van Dordrecht is breed, maar op dit vlak zijn we beperkt. Focussen op wat er wél allemaal mogelijk is, lijkt mij beter.”

Janssen: “Dordrecht kan, wanneer het aankomt op grote congressen, niet concurreren met een stad als Utrecht. Voor kleinere tot middelgrote groepen hebben wij veel in huis. Ik vind het zonde dat zij deels worden afgeschrikt door de parkeerkosten in de stad en de moeite die zij moeten doen om op een locatie te komen. Is daar niet iets in te regelen?”

Mos: “Zelfs een combikaart voor bezoekers van het Dordrechts Museum die hun auto in de parkeergarage Drievriendenhof zetten bleek niet haalbaar. Het is helaas een complexe situatie om tariefafspraken te maken. Als gemeente mogen we bijvoorbeeld geen korting geven op garages met veel leegstand.”

Janssen: “Jammer, maar aan de andere kant moet ik zeggen dat ik het fantastisch vind dat de parkeergarage Drievriendenhof tegenwoordig 24/7 open is. Voorheen was dat tot 22.00 uur. Dat is al een hele verbetering.”

Van den Boom: “Is elektrisch vervoer vanaf de Weeskinderendijk een reële mogelijkheid?”

DeConinck: “Ik denk het haast niet. Om dat rendabel te maken moet je wel hele dikke stromen van bezoekers hebben. Misschien is meer inzetten op leenfietsen of het beter benutten van de P&R-ruimte een betere optie?”

Mos: “Met de middenstand blijven we in gesprek om Dordrecht ook op dit gebied sterker te maken. Samenwerken valt of staat met de opstelling van betrokken personen. Wanneer iemand zijn eigenbelang altijd voorop stelt, wordt het een lastig verhaal. Maar wanneer de gedachte is: ‘ik ga hier misschien zelf weinig mee verdienen, maar het is wel goed voor de stad en indirect dus ook voor mij’, zijn er veel sneller openingen te vinden. Ik vind dat we in Dordrecht qua krachtenbundeling veel sterker staan dan voorheen. De bereidwilligheid om samen naar buiten te treden is op veel gebieden groter geworden. Ook als het aankomt op vergaderen.”

De landelijk opererende onderneming Heeboss is gespecialiseerd in het adviseren, installeren en onderhouden van klimaatbeheersing- en luchtbehandelingsystemen. Het bedrijf uit Hendrik-Ido-Ambacht kent drie disciplines: Klimaatbeheersing, Luchttechniek en Service en Onderhoud. Deze laatste discipline is in 2007 opgericht als aparte divisie vanwege het toenemende belang van professioneel onderhoud. Een team van tien vakmensen is dagelijks bezig met het leveren van maatoplossingen voor de meest uiteenlopende bedrijven.

In de huidige economische situatie, met weinig bouwwerkzaamheden en organisaties die op zoek zijn naar kostenbesparing, biedt de afdeling Service en Onderhoud uitkomst. “Wij staan garant voor bedrijfszekerheid en comfort.

Bovendien ontzorgen wij klanten volledig. Het onderhouden en beheren van een bestaande installatie vergt andere capaciteiten dan het installeren van een nieuwe installatie. Voor Heeboss is het dus niet meer dan logisch dat die werkzaamheden door verschillende afdelingen, met ieder eigen gespecialiseerde technici, worden uitgevoerd,” legt algemeen directeur William Bosschaart uit. “Door middel van interne trainingen en bijeenkomsten bij leveranciers, blijven onze specialisten altijd up-to-date. Die investering betaalt zich uit naar de klant toe. Die kan namelijk altijd rekenen op ons vakmanschap. Ons team van onderhoudstechnici bestaat uit diverse specialisten, waarmee op basis van de installatie die onderhouden dient te worden vaste onderhoudsteams worden samengesteld,” vult marketing manager Joeri Giljam aan. “We zijn actief binnen een dynamische branche. Installaties worden steeds complexer, dus het kennisniveau kan niet achterblijven.” Of het nu gaat om enkele airconditioners of om het meest geavanceerde klimaatbeheersingssysteem: Heeboss Service en Onderhoud beschikt over kennis van alle merken en typen van apparatuur. De beste oplossing voor iedere specifieke situatie is zo gegarandeerd.

All-in onderhoudsconcept

“Heeboss Service en Onderhoud verzorgt al het onderhoud conform de F-gassenverordening, SCIOS-richtlijnen en NEN 2767, waardoor wij de zekerheid kunnen bieden van kwalitatief goed onderhoud”, zo continueert Giljam. “Het all-in onderhoudsconcept omvat preventief onderhoud, het periodiek onderhouden van het systeem om storingen zoveel mogelijk te voorkomen, en correctief onderhoud, het oplossen van eventuele storingen binnen een afgesproken responstijd. Ook uitgebreide rapportages inclusief een lange termijn onderhoudsplanning en prestatiecontracten behoren tot de mogelijkheden. Zeker met deze laatste mogelijkheden komen wij tegemoet aan de eisen en wensen van steeds meer middelgrote en grote ondernemingen en vastgoed-eigenaren, om zoveel mogelijk zekerheid over de conditie van de klimaatinstallatie te hebben”.

Anders denken in klimaatoplossingen

Volgens Bosschaart is men binnen de meeste organisaties wel doordrongen van het belang van goede service en onderhoud van klimaatbeheersingssystemen. “De voordelen zijn dan ook groot. Het zorgt voor een langere levensduur van een investering, het rendement van de installatie gaat omhoog en de kans op storingen omlaag. Bovendien zorgt regelmatig onderhoud en beheer er ook voor dat de exploitatiekosten onder controle worden gehouden, het voorkomt immers kritische systeemstoringen met samenhangende hoge reparatiekosten.” Heeboss Service en Onderhoud wil een echte partner zijn voor haar klanten.

Servicegerichtheid is dan ook één van de speerpunten. “Veel moderne systemen kunnen via een internetverbinding gemonitord worden, waarbij we op afstand storingen kunnen signaleren,” aldus Giljam. “Op afstand en op locatie zijn wij in staat snel tot een oplossing te komen. En bij calamiteiten kunnen we terugvallen op het verhuurassortiment

in koeling en airconditioning van zusterbedrijf Recool. Te allen tijde kunnen we snel respons bieden en de klant verschillende opties bieden. De korte lijnen met Heeboss Klimaatbeheersing en Luchttechniek betekenen dat de beste oplossing altijd nabij is, ook als het gaat om een eventuele vervangingsvraag van verouderde systemen. ‘Anders denken in klimaatoplossingen’ is niet voor niets ons credo. Met onze service, vakkennis, ervaring en meedenkend vermogen maken we dat elke keer weer waar.”

Benieuwd naar wat Heeboss Service & Onderhoud voor u kan betekenen?
Bel dan voor meer informatie naar
078- 699 00 10 of kijk op
www.heeboss.nl

Het is netwerken zonder opsmuk, de mens achter de ondernemer zien en je eigen bedrijf eens vanuit de ogen van een jongere bekijken: Vrijdagmiddag Couscous. Al twee jaar een beproefd concept van Rotterdammer Marco Kranenburg om Rotterdamse jongeren en ondernemers aan elkaar te koppelen.

Het is de laatste vrijdag van de maand. De couscous staat klaar, het gezelschap is gemêleerd. Jong, oud, ondernemer, starter, student, maar allemaal Rotterdammer. Het is tijd voor Vrijdagmiddag Couscous. “Ontmoeten, verbinden, netwerken en kennis delen”, zo vat Marco Kranenburg de bijeenkomst, die hij sinds twee jaar organiseert, samen. “En serendipiteit”, voegt hij eraan toe. “Het toverwoord voor de komende jaren. Nederlanders zijn niet meer in staat toevallige nieuwe ontmoetingen aan te gaan, terwijl daar zo veel moois uit kan komen. Dus gaan we back to basic. Elkaar weer als mens ontmoeten en interesse in elkaar tonen.”

De voorgeschiedenis van Vrijdagmiddag Couscous is een lange. Een geschiedenis die twintig jaar geleden begon, toen Marco Kranenburg antwoord zocht op de vraag wat Marokkanen beweegt om naar Nederland te komen. Hij vertrok naar Marokko, waar hij zich vier jaar lang onderdompelde in de cultuur en het dagelijks leven. De kennis die hij daar opdeed, past hij nu toe in zijn bedrijf Marokkanenbrug. De naam zegt genoeg: de brug slaan tussen de Marokkaanse en Nederlandse samenleving.

En ja, het idee van de Vrijdagmiddag Couscous komt ook vanuit die achtergrond. “In Nederland hebben we vrijdagmiddagborrels, in Marokko is de couscous op vrijdagmiddag het moment om de week door te nemen. Samen aan tafel, vertellen waar je mee zit en kijken of je elkaar kunt helpen.”

Dat is precies wat er nu gebeurt tijdens de Vrijdagmiddag Couscous. Het concept startte twee jaar geleden kleinschalig in Rotterdam Oost met tien ondernemers tien jongeren. Voornamelijk studenten van het Albeda College die een stageplek zochten en nu eens geen brief schreven van achter hun bureau, maar de deur uit gingen om mensen te ontmoeten.

”Het werkte”, zegt Marco Kranenburg. “Voor we het wisten hadden we veertig gasten en zo groeiden we door. Het enige wat je als ondernemer hoeft te doen, is je sociale overwaarde inzetten, je kennis en netwerk delen. Daarvoor in de plaats leer je weer iets van de jongeren. Ze kunnen je een spiegel voorhouden, bekijken zaken veel eenvoudiger.”

Subsidies waren niet nodig, ook geen ellenlange haalbaarheidsrapporten. “Op een gegeven moment klopte toenmalig wethouder Korrie Lauwes aan: waarom ze niets wist van dit mooie initiatief? Toen hebben we haar uitgenodigd, onder de voorwaarde die we aan onze alle gasten stellen: bij ons ben je gewoon Korrie en niet de wethouder. Ze vond het geweldig.”

Daar zit hem ook meteen het succes van de bijeenkomsten: de ontmoetingen vinden plaats van mens tot mens. “Ergens schuilt er iets in ieder mens dat zegt: ik wil iets anders. Maar wat of hoe, dat weten ze niet. Vaak vinden ze het antwoord bij de Vrijdagmiddag Couscous, waar weer aandacht is voor de mens achter de ondernemer. We helpen elkaar en versterken elkaar. Niet ‘hullie en zullie’, maar ‘wij Rotterdammers’.”

Vrijdagmiddag Couscous vindt iedere laatste vrijdag van de maand plaats.

De volgende editie is op vrijdag 26 september. Kijk voor de locatie op www.vrijdagmiddagcouscous.nl.

Vrijdagmiddag Couscous zoekt ondernemers die hun locatie willen openstellen voor een Vrijdagmiddag Couscous in hun bedrijf. Voor eten wordt gezorgd.

Voldoende parkeerruimte, goede bereikbaarheid met zowel de auto als het openbaar vervoer, verschillende zalen, goede catering. Het zijn de onmisbare ingrediënten voor een congrescentrum. Podium O950 voegt daar ook nog eens een verrassend Rotterdams uitzicht en een mooie ontstaansgeschiedenis aan toe.

Wie aanwezig was op de BOB Borrel van februari kan erover meepraten: de verrassende locatie van congrescentrum Podium O950. Gelegen in Kralingen, met een rustgevend uitzicht op de Maas én vrijwel alle panden die de Rotterdamse skyline domineren.

Sinds 1968 prijkt het witte gebouw van Podium O950 aan de Oostmaaslaan. Een geschenk van de Duitse Evangelische kerken aan de Rotterdammers als verzoeningsgebaar voor het veroorzaakte leed tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze gaven niemand minder dan het architectenbureau van Gerrit Rietveld in 1961 de opdracht het gebouw te ontwerpen.

Het resultaat is het huidige Podium O950: een pand van vijf verdiepingen dat dankzij de verspringende verdiepingen een eigenzinnig karakter krijgt én een gemeentelijk monument is. “Een ideale ruimte voor congressen, presentaties, trainingen of vergaderingen van groepen tussen 4 en 120 personen”, vertelt Willie Rozendal van Podium O950. “Afhankelijk van de grootte van de groep, kun je kiezen uit een van de zalen, maar het kan ook heel aantrekkelijk zijn om het hele pand te gebruiken voor een congres. Voor kleinere groepen is de vijfde etage heel geschikt. Er is een bar waar de gasten kunnen worden ontvangen met koffie en thee en waar men de dag kan afsluiten met een borrel. Op deze verdieping is ruimte voor plenaire sessies en alle ruimte om ook in kleinere groepen uiteen te gaan. En het uitzicht is hier magnifiek.”

Juist de bijzondere ontstaansgeschiedenis en het daaraan gekoppelde eigenzinnige ontwerp, maken van Podium O950 een veelzijdig congrescentrum. “We kunnen voldoen aan de meest uiteenlopende wensen van de klant. Zo hadden we een sportcongres waarbij een nieuw spel gedemonstreerd moest worden. Daarvoor hebben we alle ruimte in de Prinsenzaal. Maar we hebben ook een keer een onderdeel op het grasveld beneden laten plaatsvinden. Mogelijkheden genoeg.”

Zo blijkt ook tijdens Aangenaam@Podium O950, een netwerk- en relatie-evenement voor klanten en relaties. “Daarvoor gebruikten we ook het hele pand. Zo begonnen we met een bijzondere voorstelling in de Prinsenzaal, ons auditorium, daarna een uitgebreide lunch in de lounge en het dessert op de vijfde etage.”

Voor die catering komen gasten overigens ook graag terug. Podium O950 heeft een eigen cateraar in dienst. Daarbij beschikt het congrescentrum over een prachtige lounge op de eerste verdieping. Een hoge ruimte met veel glas en twee comfortabele terrassen met uitzicht over de Maasboulevard en de Maas zelf.

Onderwijs- en zorginstellingen, IT-bedrijven en sportcongressen: allemaal wisten ze Podium O950 al te vinden. Volgens Willie is het de combinatie van het bijzondere pand met de aanwezige faciliteiten. “Alle faciliteiten die gasten verwachten bij een congrescentrum zijn aanwezig: presentatie-apparatuur, multi-functionele ruimtes, cateraar aan huis, voldoende parkeerplek en een goede bereikbaarheid vanaf de snelweg en met het openbaar vervoer. Daar komt nog eens bij dat je vanaf hier zo in de stad zit. Dus als onze gasten na hun borrel met heerlijke hapjes hier, nog de stad in willen, zijn ze er zo.”

Wie meer wil weten over de mogelijkheden bij Podium O950 kan altijd bellen voor een vrijblijvende afspraak met rondleiding.

Evenals de afgelopen twee jaar organiseerde Rijnmond BUSINESS als laatste bijeenkomst voor de zomervakantie tbv de leden van de ‘Vrienden van Rijnmond BUSINESS’, in samenwerking met en bij Van der Valk Hotel Ridderkerk, een Business Ontmoet Business (BOB) Barbecue. Dit jaar vond deze BBQ plaats op dinsdag 1 juli. En wat troffen de ruim 250 ondernemers en bestuurders het deze middag. Onder een werkelijk stralende zon konden zij genieten van een fantastische barbecue en geweldige culinaire hoogstandjes.

Bij de entree van de fraai aangelegde en goed onderhouden tuin ontvingen de gasten een heerlijk glaasje Prosecco, waarna er onder het genot van al het lekkere eten en heerlijke drankjes volop werd genetwerkt, over de successen van het Nederlands elftal en de naderende zomervakantie werd gesproken.

Voorafgaand aan deze bijeenkomst was er een door Rijnmond BUSINESS, in samenwerking met Rotterdams LEF georganiseerde masterclass over familiebedrijven, waaraan onder meer Rob en Freek van der Valk hun medewerking verleenden. Ruim 80 ondernemers woonden de masterclass bij.

Beide bijeenkomsten leverde bijzonder veel positieve reacties op. Een van de reacties: ‘Het was super!’