Home Blog Page 289

Stand van zaken en de toekomst van autobelastingen

0

Het Ministerie van Financiën onderzoekt op dit moment verschillende scenario’s om de bijtelling vanaf 2016 aan te passen. Een serieuze optie is een bijtelling met kleinere stapjes.

De beste methode zou er een zijn waarbij de berijder betaalt naar rato van privékilometers, maar dat blijkt moeilijk controleerbaar. Daarom zou een bijtelling met kleinere trapjes afhankelijk van de uitstoor een mooie tussenvorm zijn. De VNA en de RAI zijn inmiddels al flink aan het lobbyen. De getrapte bijtelling is wat hen betreft een serieuze optie voor de periode 2016 – 2019.Hierdoor beteugelt men de marktverstoring,

Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën gaat dit jaar de “ Autobrief II” aan de Tweede Kamer sturen. Hierin komen de toekomst van de fiscale stimulering van (zeer) zuinige auto’s en enkele andere onderwerpen op het gebied van de autobelastingen aan de orde.

We zetten de huidige fiscale regelingen van bepaalde groepen auto’s nog eens op een rijtje:

– Vanaf 1 januari 2014 tot en met eind 2015 geldt de vrijstelling voor de Wegenbelasting (MRB) alleen nog voor auto’s met een zeer lage CO2-uitstoot: maximaal 50 gram per km. Dat betekent dat alleen elektrische en semi-elektrische auto’s er nog voor in aanmerking zullen komen. Per 1 januari 2016 vervallen ook die vrijstellingen en moet in principe iedere auto MRB betalen. De enige uitzondering daarop zijn dan oldtimers van meer dan 40 jaar oud.

– Ook de fiscale bijtelling voor leaseauto’s en andere zakelijke rijders hangt af van de hoeveelheid CO2 die de auto uitstoot. Op dit moment geldt een bijtellingpercentage voor de auto van de zaak van 20% voor zuinige auto’s en een percentage van 14% voor zeer zuinige auto’s. De CO2–grenzen die dit bepalen, worden sinds 2013 jaarlijks aangepast. Met ingang van 2014 is de bijtelling gewijzigd in 4% voor nulemissieauto’s (volledig elektrische auto’s) en 7% voor auto’s met een CO2-uitstoot tussen 1 en 50 gr/km. Deze percentages gelden tot en met 2015. Op de dag dat het kenteken van een leaseauto voor het eerst op naam wordt gesteld, wordt ook gekeken welk percentage bijtelling erbij hoort. Die bijtelling blijft vervolgens geldig gedurende 60 maanden – ook als in de tussentijd de grenswaarden strenger worden, of de auto van eigenaar of gebruiker wisselt. Sinds 2013 hangt de BPM volledig van de CO2-uitstoot van een auto af. De grenswaarden voor benzine en diesel zijn nu nog verschillend, maar dat gaat komende jaren verdwijnen; vanaf 2015 worden de waarden voor diesel en benzine gelijk getrokken.

– Voor 2014 geldt er een vrijstelling voor de belasting op personenauto’s en motorrijwielen (BPM) voor personenauto’s die uitgerust zijn met een benzinemotor met een CO2-uitstoot van maximaal 88 gr/km dan wel een dieselmotor met een CO2-uitstoot van maximaal 70 gr/km. Vanaf 2015 wordt een verhoging van de BPM doorgevoerd door de introductie van een extra schijf aan de onderkant die aanvangt bij 1 gr/km CO2-uitstoot met een tarief van € 6 per gr/km CO2-uitstoot tot en met 82 gr/km, in combinatie met een vaste voet van € 175. De vrijstelling van de BPM is in 2015 dus beperkt tot nulemissieauto’s. Voor de overige auto’s geldt dan een progressief tarief (4 schijven) afhankelijk van de CO2-uitstoot. Deze schijfgrenzen worden jaarlijks naar beneden bijgesteld.

– De Milieu-investeringaftrek (MIA) is met ingang van 2014 beperkt tot auto’s met een maximale CO2-uitstoot van 50 gr/km.

Al deze waarden, percentages en jaartallen maken het er niet inzichtelijker op.

Kortom, Raadpleeg uw adviseur!

 – Marius Gerrits

Vierkante wielen

0

Sportliefhebbers hebben hun hart weer kunnen ophalen. Onze sportmannen en vrouwen hebben Nederland weer stevig op de kaart gezet. Prestaties van wereldklasse.

Positief nieuws, daar zien we met elkaar naar uit. Inmiddels staan alle seinen op groen voor ondernemend Nederland. Iedereen lijkt er klaar voor. Alle neuzen dezelfde kant op. Of toch niet?

Op de rem of vol gas verder? Aan u de keuze. Klinkt simpel, is het ook.
Geldt ook voor die ervaren ondernemer/directeur van een familiebedrijf. Borrelt en bruist doorgaans van de ideëen. Heeft tot voor kort weinig gemerkt van de economische tegenwind.

‘En hoe gaat het?’ Zuinig gezicht. ‘Eerlijk gezegd? Gaat wel, flinterdunne marges. Komt wel weer goed, denk ik. Zetten gewoon nog een stapje harder en moeten nét iets slimmer werken dan de rest.’ Klinkt optimistisch….

Toch is er meer aan de knikker. ‘Wist je dat we zijn ingekrompen? Je weet wel hoe het gaat, ontslag volgens de regels. Dus ook van medewerkers, die je liever niet ziet gaan. En natuurlijk gaat het nooit zoals je zou willen. Pijnlijk en onrustig, zorgt voor achterstand. Dát merken we.’

Vervolgt met ongeloof in de ogen. ‘Mijn plan is om te groeien, de grens over. Maar ik maak mij zorgen omdat een deel van het personeel uitgeblust lijkt. Weinig pit, motivatie laat te wensen over. Dat zie je terug in het werk. Dat kan écht beter. Geloof me, zo kunnen we niet groeien. We laten gewoon geld liggen. Zal dit eerst moeten oppakken, maar weet nog even niet hoe.’ Damagecontrole, terwijl je eigenlijk het gaspedaal zou willen intrappen… ‘Het komt wel weer goed’ is de geijkte reactie. Maar hoe zeker is dat? Personeel is voor veel ondernemers niet de eerste prioriteit geweest. Vanzelfsprekend is daar een reden voor. Maar zonder gemotiveerde medewerkers geen glorie.

Na het zuur komt het zoet….maar hoe zoet zal dit zijn? Beschikt u over een solide basis of heeft u op ‘los zand’gebouwd? Veel medewerkers hebben zo hun eigen idee gevormd over werk en toekomst.

De vraag is wat u daarvan zult merken. En zullen ze deze plannen met u delen, denkt u? Of komt dit als een complete verrassing… Op de rem of vol gas verder?

De keuze is aan u. Tijd voor een APK. Om met uw personeel vol gas uw doel te bereiken. Of rijdt u liever door met vierkante wielen? Voor u het verschil tussen finishen of stil staan…

APK voor uw personeel nodig?
Bel of mail ons 0182-515730 of info@werkend-nederland.nl.

– Jacqueline Bakker

Geschillen in de aannemerij: meer-, minderwerk en stelposten

0

Bouwen en verbouwen komt in elk economisch tijdperk voor. In een economische crisis wordt vaak gekozen voor het verbouwen van een bestaand pand terwijl in betere tijden vaak voor nieuwbouw wordt geopteerd. Zowel aannemer en opdrachtgever beginnen met de beste intenties aan de bouw. Aan juridische procedures wordt dan nog niet gedacht. Helaas is de realiteit een andere.

Juridische geschillen die ontstaan zijn – naast aansprakelijkheidskwesties – vaak terug te voeren op meer- en minderwerk vraagstukken en stelposten.

Meerwerk zijn de werkzaamheden voor de aannemer die bovenop de werkzaamheden komen die bij het aangaan van de overeenkomst zijn overeengekomen. Voor dit meerwerk moet de opdrachtgever betalen. Het is raadzaam dat de aannemer en opdrachtgever duidelijke prijsafspraken maken over eventuele meer- en minderwerkzaamheden. Zorg ervoor dat de afspraken hierover op papier staan. Dit kan vervelende misverstanden achteraf voorkomen. De aannemer dient bij voorkeur in haar algemene voorwaarden regelingen te treffen aangaande meer- en minderwerk. Let als aannemer verder goed op dat een duidelijk contractueel regime voor meer- en minderwerk bestaat met de door u in te schakelen onderaannemers. Voorkomen wordt dan dat onderaannemers meerwerk bij u in rekening brengen terwijl u dit niet vergoed krijgt van uw opdrachtgever.

De aannemer is niet verplicht om altijd meerwerk uit te voeren. Indien de werkzaamheden te ver zijn gevorderd dan wel de wijzigingen in strijd zijn met het bouwplan of publiekrechtelijke regelgeving kan meerwerk worden geweigerd. Let als aannemer dan ook goed op bij het uitbrengen van de meerwerkofferte en houdt ook rekening met de verlening van de bouwtijd. Deze dient in de offerte te worden vermeld. Tegenover meerwerk staat minderwerk. De opdrachtgever vraagt de aannemer dan eigenlijk om bepaalde zaken die hij volgens het contract wel zou moeten realiseren, achterwege te laten. U kiest er bijvoorbeeld voor om zelf te gaan schoonmaken dan wel een goedkopere partij voor bepaalde onderdelen in te schakelen. Leg dit ook goed schriftelijk vast. Niet iedere wijziging hoeft meer – of minderwerk op te leveren. Sommige wijzigingen zijn zo gering dat deze hier niet onder vallen.

Een stelpost is een voorlopige opgave van kosten voor nog niet nader vast te stellen werkzaamheden. Werkzaamheden van een onderaannemer – zoals voor elektra of installatietechniek – worden vaak als stelpost opgenomen. De werkelijke kosten voor de werkzaamheden worden achteraf verrekend met het bedrag van de stelpost. Soms kan deze verrekening ook tot verrassingen leiden zodat het voor een opdrachtgever van belang kan zijn zo weinig mogelijk stelposten op te nemen. Ook hier geldt weer dat de contractuele regimes tussen opdrachtgever – hoofdaannemer – onderaannemer en indien van toepassing met een architect afgestemd dienen te zijn teneinde conflicterende clausules te voorkomen.

Ik wens u een fijne bouwvakvakantie!

– Iris van Rooij

Fiscaal voordeel bij energiezuinig ondernemen

0

Nederland heeft duurzaamheid en innovatie hoog in het vaandel staan. De overheid stimuleert ondernemers dan ook om te investeren in milieuvriendelijke en energiezuinige technieken. Hiervoor zijn subsidies beschikbaar, en er zijn tevens fiscale regelingen waar u als ondernemer gebruik van kunt maken. In deze column leest u meer over de voordelen die u hiermee kunt opdoen.

Energiezuinige bedrijfsmiddelen
Stel, u wilt als ondernemer investeren in milieuvriendelijke en energiezuinige oplossingen. Het kan gaan om uiteenlopende investeringen, van het investeren in een LED-belichtingssysteem tot aan het aanschaffen van een hybride bedrijfswagen. De Nederlandse overheid biedt voor veel van deze investeringen onder bepaalde voorwaarden fiscale voordelen.

Voorbeelden van zulke fiscale regelingen zijn de milieu-investeringsaftrek (MIA), de versnelde afschrijving milieu-investeringen (VAMIL) en de energie-investeringsaftrek (EIA).

Milieu-investeringsaftrek (MIA)
Met de MIA kunt u de fiscale winst verlagen: u kunt tot 36% van het investeringsbedrag in mindering brengen op de fiscale winst. De aftrek geldt voor aanschafkosten, voortbrengingskosten, aanpassingskosten en kosten voor milieuadviezen.

Bent u bijvoorbeeld ondernemer in de scheepvaartbranche, dan is de aanschaf van een milieuvriendelijke motor een investering die onder bepaalde voorwaarden voor de MIA in aanmerking kan komen. Het gaat dan om de aanschaf van een elektro-, hybride- of gasmotor bestemd voor de energievoorziening of de voortstuwing van een vaartuig.

Versnelde afschrijving Milieu-investeringen (VAMIL)
De VAMIL is bedoeld voor ondernemers die in milieuvriendelijke apparatuur willen investeren. Met de VAMIL kunt u een investering op een willekeurig moment afschrijven. Doordat u sneller afschrijft, vermindert u de fiscale winst en betaalt u dus minder belasting in dat jaar. Zeker als het om aanzienlijke bedragen gaat, is er met de VAMIL een belangrijk financieel voordeel te behalen.

Energie-investeringsaftrek (EIA)
Deze fiscale regeling is gericht op investeringen in energiezuinige technieken en duurzame energie. Behalve van de afschrijving, is van de investering van de energiezuinige bedrijfsmiddelen 41,5% extra aftrekbaar van de fiscale winst.

De overheid (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, RVO) heeft een lijst opgesteld van alle milieuvriendelijke en energiezuinige middelen waar fiscaal voordeel op te behalen is. U kunt deze lijst raadplegen op www.rvo.nl/subsidies-regelingen.

Levert uw investering fiscaal voordeel op?
Naast de bovenstaande voorbeelden zijn er nog tal van andere regelingen en subsidies voor innovatieve en milieuvriendelijke ondernemers. Wilt u weten welke regeling of welke subsidie voor u relevant is? Bent u benieuwd of uw ideeën of investeringsplannen in aanmerking komen voor deze of andere regelingen? Of misschien heeft u recent een milieuvriendelijk bedrijfsmiddel aangeschaft? Wij helpen u graag met het uitzoeken van eventuele belastingvoordelen. Neem voor meer informatie gerust contact met ons op.

DRV Accountants & Adviseurs heeft elf vestigingen in Zuidwest Nederland, waarvan vier
in Zuid-Holland: Rotterdam, Hellevoetsluis, Oud-Beijerland en Sliedrecht.

– Ad Verdoorn

China & het Jaar van het Paard op CHIO Rotterdam 2014!

0

De wereld wordt Chinezer en er is ook steeds meer interesse vanuit China in de paardensport. Een toepasselijke ontvangst werd dan ook georganiseerd door Stichting China Now en partner HERMON Erfgoed tijdens CHIO Rotterdam 2014. De stichting heeft als doel het Nationaal Chinees Cultureel Centrum, 365ChinaNow genaamd, in het Schielandshuis in Rotterdam te vestigen.

De ontvangst werd bijgewoond door de grootste Chinese bedrijven, een afvaardiging van de Chinese ambassade, de Nederlandse overheid en het bedrijfsleven. De aanwezige Chinese bedrijven Bank of China, China Southern Airlines, Huawei, ZPMC, CCIC en de Shanghai Construction Group zijn al actief in Nederland en in Rotterdam in het bijzonder. Een delegatie uit Beijing en Shanghai onder leiding van CCCC verkende deze dagen de Nederlandse markt voor mogelijke (vastgoed)investeringen en was ook op het CHIO aanwezig.

China heeft Rotterdam dus allang ontdekt: maar wat weten wij nu eigenlijk van China? Stichting China Now laat u mee profiteren van de ontwikkeling van China. Het CHIO heeft inmiddels het China van nu ontdekt. Wie volgt?

Wilt u meer weten over 365ChinaNow? Kijk dan op www.chinanow.nl

????????????????????????????????????

Castelein zet in op distriparken, spoorvervoer, ontmanteling, boorplatforms en duurzaamheid

0

 

De bestuurlijke stroperigheid en de regelgeving. Het zijn pijnpunten, waar niet alleen Allard Castelein, de nieuwe topman van het Havenbedrijf Rotterdam mee wordt geconfronteerd, ook zijn voorgangers. Het duurde immers tientallen jaren voordat Maasvlakte 2 er was. De Milieu Effect Rapportage omvat meer dan zesduizend pagina’s. En dat is nog maar één voorbeeld. Nederland loopt met de regelgeving te vaak voorop vindt Castelein en dat kan volgens hem investeerders afschrikken in een tijd waarin het veel meer moeite kost om bedrijven te werven en te behouden.

In Trouw noemt Castelein de voorgenomen norm bij de uitstoot van stikstof als voorbeeld. Hij zegt in die krant: ”In Nederland moet een bedrijf straks een vergunning aanvragen bij één nanomol per hectare. In Duitsland hoeft dat pas bij zeven nanomol per hectare. En er zijn plannen om dat naar twintig te verhogen. We moeten uitkijken dat we bedrijven tot iets verplichten wat 150 kilometer verderop niet nodig is”.

Vervolgens kopt de krant “Milieuregels schaden belang Rotterdam”. Een kop en citaat dat door veel andere media wordt overgenomen. Allard Castelein (56), die bij Shell verantwoordelijk was voor het wereldwijde milieubeleid van de multinational, weet meteen waar hij aan toe is. De uitspraken van de baas van de grootste haven van Europa, worden op een goudschaaltje gewogen en zijn snel nieuws.

Gezonde leefomgeving
Hij vervolgt: “Ik vind het logisch dat we als Rotterdam voorop lopen. Dat past bij onze positie en onze ambitie. Maar we moeten wel zien dat de omliggende havens ons volgen. Begrijp me goed. Ook ik wil een betere planeet en een gezonde leefomgeving, voor mezelf en m’n kinderen. Zij en ik willen genieten van de natuur. Wat dat betreft zit ik op één lijn met de milieugroeperingen. De prioriteiten kunnen echter verschillen, net als het tempo en de manier waarop we iets aanpakken. Bij Shell ben ik de dialoog met de milieubeweging altijd snel aangegaan. Niet geïsoleerd een oplossing bedenken en die dan tijdens het overleg te vuur en te zwaard verdedigen. Nee, wederzijds begrip creëren om zo spoedig mogelijk tot gemeenschappelijke oplossingen te komen”.

“Ik geloof dus ook nog in het Rotterdam Climate Initiative. Dat heb ik tijdens een debat, in het kader van de gemeenteraadsverkiezingen, dat we samen met Deltalinqs organiseerden, de lijsttrekkers verteld. Ik denk echter dat het streven naar CCS (Carbon Capture Storage) waarbij de CO2, die door de twee nieuwe energiecentrales op de Maasvlakte wordt uitgestoten, wordt opgevangen en opgeslagen in lege gasvelden onder de Noordzee, voor veel mensen te abstract is. Betrek de bewoners meer bij het Climate Initiative. Geef hen tips hoe er energie bespaard kan worden en faciliteer dat.”

Kolencentrales
Een heikel punt ligt op tafel, want Casteleins voorganger Hans Smits vond het niet doorgaan van het CCS-project één van de grootste teleurstellingen uit zijn Havenbedrijf-carrière. De verwachting is dat de nieuwe, overigens schonere kolencentrales van GDF/Suez en EOn, dit jaar in bedrijf komen. Maar de belofte uit 2008 om de CO2-problematiek aan te pakken, wordt niet nagekomen en dat schaadt het vertrouwen. Toch toont Castelein begrip.

Hij zegt: “Er wordt nog steeds, samen met het Ministerie van Economische Zaken, de bedrijven en een aantal partijen dat er inmiddels bij betrokken is, gezocht naar oplossingen. De wil is er. Kijk, door de lage CO2-marktprijs zijn de investeringen onrendabel. Aan de andere kant hebben de twee bedrijven wel grote bedragen geïnvesteerd in de centrales. Dus als ze voldoen aan de wettelijk milieuregels, dan kunnen ze van start” vindt Castelein, die opgroeide in Hillegersberg.

Hij studeerde medicijnen in Rotterdam en werkte als chirurg in opleiding in het Dijkzigtziekenhuis. Maar de twijfel sloeg toe en zocht een werkomgeving waar hij zich in de breedte zou kunnen blijven ontwikkelen. Hij werd in 1987 aangenomen bij Shell en vervulde managementfuncties in de sectoren productie, commercie en strategie in binnen- en buitenland. De laatste jaren was hij Vice President Environment.

Castelein werkte ook voor de NAM, een dochterbedrijf van Shell, en is vertrouwd met energievraagstukken. Een sector die snel verandert. Er komen namelijk steeds meer raffinaderijen buiten Europa. De Verenigde Staten importeert, door de winning van schaliegas in eigen land, steeds minder olie. Rusland levert straks gigantische hoeveelheden gas aan China en we bezuinigen met z’n allen steeds meer op energie- en brandstofkosten. Raffinaderijen in Noordwest Europa kampen inmiddels met een enorme overcapaciteit. Ook Shell Pernis, de grootste van Europa, is gestart met een reorganisatie. Ontwikkelingen waar de Rotterdamse haven als belangrijke energiecluster ook op moet inspelen.

Circulaire economie
Castelein: “De kracht van Rotterdam is dat het een veelzijdige haven is. Die moet het blijven dus met olie, gas, chemie, droge bulk en containers. Maar parallel daaraan moeten we ons richten op alternatieven, zoals biomassa en circulaire economie. Maar ook op innovatieve ontwikkelingen en diensten die complementair zijn. Distriparken bijvoorbeeld zorgen voor toegevoegde waarde en werkgelegenheid. De komende decennia moeten er honderden boorplatforms uit de Noordzee worden ontmanteld. Het zou goed als dat hier gebeurt. En ik denk dat de trein in het transport naar het achterland een veel belangrijkere rol moet gaan spelen. Dus dat betekent uitbreiding van de spoorinfrastructuur en zorgen voor meer treindiensten naar bestemmingen in Midden-Europa. Verder vind ik een lokale onderneming net zo belangrijk als een multinational”.

Duurzaam opereren en een veilige haven noemt Castelein als prioriteiten. “Ongelukken berokkenen de haven schade. En zonder veiligheid, geen werkgelegenheid. Het streven is dus gericht op nul ongevallen. En daar zijn ook alle ondernemingen in de haven zich van bewust. Bij Odfjell was daar vroeger minder aandacht voor, maar nu wel. Van die affaire hebben we met z’n allen geleerd”.

Castelein zegt zijn draai inmiddels te hebben gevonden. “Een van de verschillen met het werk bij Shell is dat ik nu eindverantwoordelijk ben voor een totaal bedrijf, in plaats van een onderdeel van een multinational. Maar ik voel me hier inmiddels vertrouwd. De werkomgeving is heel prettig en ik heb leuke collega’s. Dat geeft me veel energie. Ik loop hier met een glimlach rond”.

Afscheid van Coert Beerman, CEO Rabobank Rotterdam

0

“Wat ik het meest zal missen is de dagelijkse boost als ik de Maasboulevard oprijd en de skyline van Rotterdam zie. En ook mijn vaste ritueel op dinsdagochtend; een wandelingetje over de markt als ze nog aan het opbouwen zijn. De Rotterdamse mentaliteit ten top: mouwen opstropen en ervoor gáán.” Time to say goodbye. Coert Beerman (59) was tien jaar lang directievoorzitter bij Rabobank Rotterdam. Per 1 juli ligt de wereld aan zijn voeten: als directeur van Nederland en Afrika bij het internationale bankbedrijf van Rabobank krijgt hij de verantwoordelijkheid voor alle Wholesale-activiteiten.

Couleur locale
De geboren Vlaardinger telt zijn zegeningen: de Nyenrodiaan maakte eerst een uitstapje naar een ‘andere’ bank, maar “Het coöperatieve model van Rabobank, onze plaats in de samenleving en de locale economie, heeft mij altijd getriggerd. Dat gaf mij meer vrijheid dan bij welke andere bank dan ook mogelijk was geweest.” Ook een redenen dat hij vanaf 1983 Rabobank altijd trouw is gebleven. “Vanuit mijn kennis en zienswijze heb ik invulling mogen en kunnen geven aan de ‘couleur locale’. En dat ik al op mijn 32e directeur kon worden, was natuurlijk ook niet onaardig. Ik heb geluk gehad.”

Desgevraagd typeert Beerman zichzelf als een verbinder en een ondernemende bankier: “Een ondernemer tussen de ondernemers. Samenwerken om de locale economie vorm en inhoud te geven en zeker ook om mensen te ondersteunen bij het waarmaken van hun ambities. Zo nodig in een juist remmende rol.” De bankdirecteur, met als missie om de ‘footprint’ van Rabobank Rotterdam in de stad te vergroten, voegde de daad bij het woord. Naast zijn dagelijkse werkzaamheden is Beerman altijd actief geweest in Rotterdamse netwerken en commissies. Voorheen bijvoorbeeld als commissaris bij Feyenoord, nu nog als voorzitter van de Stichting Vriendenfonds Sint Franciscus Gasthuis en lid van de Raad van Advies van het CHIO.

Fris
Over de ontwikkeling van de Rotterdamse vestiging, nu de grootste lokale Rabobank, in de tien jaar dat Beerman aan het roer stond, zegt hij: “Als ik terugkijk, krijg ik direct flashbacks van dag één. Rabobank had toen als doel de posities in de vier grote steden uit te bouwen. We begonnen met een balanstotaal van 3 miljard en zitten nu op ruim 10 miljard euro.” Beerman begint even met een technische uitleg van die cijfers en hoe er nu meer gekeken wordt naar bijvoorbeeld het ophogen van kapitaal, maar lijkt dan te beseffen dat hij tegen een leek praat; “Enfin, dat wordt allemaal veel te ingewikkeld, laten we het erop houden dat we het niet gek hebben gedaan.”

Dan komt de springlevende, ethische discussie over de nieuwe bankmoraal even om de hoek kijken. Beerman verklaart ‘teleurgesteld’ geweest te zijn over de rol van Rabobank in een recente affaire. “We zijn ons nu aan het bezinnen en enorm in debat over wat wel en niet kan. Dat doen we onder andere met de medewerkers waarbij onze ‘business principles’ worden besproken. Dit gebeurt iedere dag tijdens een lunch met tien tot twaalf medewerkers en de directie. Soortgelijke sessies hebben we ook met klanten en leden. Je moét dit debat levend houden. Het moet fris blijven en we moeten elkaar aanspreken waar nodig.”

Ongekende drive
In Utrecht, waar hij straks kantoor gaat houden, wordt de Rotterdamse aanpak geapprecieerd, vertelt hij. “Die mentaliteit van niet ouwehoeren, gewoon aan de slag, kan zeker geen kwaad, zo kreeg ik te horen.” Een valkuil is er ook, weet Beerman uit ervaring: “Door al dat positivisme willen we soms te veel ballen in de lucht houden, dat zie je ook bij de bank. De les is dat we moeten afmaken waar we aan beginnen”. Beerman steekt zijn liefde voor (ondernemend) Rotterdam niet onder stoelen of banken: “Er heerst hier een ongekende drive. We hebben de neiging om te zeuren, maar Rotterdam heeft door lef te tonen veel meer voor elkaar gekregen dan men zich vaak realiseert.”

Dat besef wordt versterkt als Beerman Rotterdam door de ogen ziet van relaties die van buiten de stad komen. “Hoe zeg je dat netjes, eh, nou ja; hun mond valt open. De architectuur, de skyline, de Witte de Withstraat en nu de Markthal. Oh ja, en natúúrlijk Rotterdam Centraal, dat is een landmark! Culinair doet Rotterdam het ook goed: niet alleen hebben we vier sterrenrestaurants, maar ook de vele multiculturele restaurants verrijken het aanbod. De stad krijgt meer en meer allure en toch ook warmte. Laten we dat vooral koesteren.”

Noblesse oblige
Beerman noemt aanvankelijk twee favoriete hotspots in Rotterdam, maar in zijn enthousiasme komen daar vanzelf evenementen bij. “Het bankje tegenover de Erasmusbrug waar ik graag zit te mijmeren. De Kuip tijdens thuiswedstrijden van Feyenoord. Uiteraard het CHIO: een unieke samenkomst van verschillende mensen. En natuurlijk Diergaarde Blijdorp, één van de vele sponsorprojecten van de bank. En het Zomercarnaval. Niets is te dol in Rotterdam.” Hij besluit: “Eén van de mooiste happenings was toch wel de ‘Grand Départ’. Die organisatie en die exposure die dat heeft opgeleverd; fantastisch gewoon!”

Rabobank Rotterdam neemt haar plicht, ‘noblesse oblige’, om maatschappelijk verantwoord en duurzaam te ondernemen, sinds jaar en dag uiterst serieus. Beerman, gepassioneerd: “Gedreven vanuit onze identiteit als coöperatieve bank, blijven wij onze medeverantwoordelijkheid nemen op het maatschappelijke en economische vlak. Juist in een tijd waarin het wat moeizamer gaat. Rabobank is een aanraakbare bank met een grote maatschappelijke betrokkenheid. Eén met de gemeenschap en met beide voeten op de grond. Dát is ons onderscheidend vermogen.”

Steuntje in de rug
De lijst van fondsen en sponsoractiviteiten is lang, maar er zijn er een paar die de directievoorzitter in het bijzonder aan het hart gaan. “Met het project ‘169 klushuizen’ hebben we meegedaan aan het verbeteren van het leefklimaat in bepaalde wijken. Daardoor werd het mogelijk dat mensen een eigen huis konden kopen en zodoende in hun eigen wijk konden blijven wonen. Tevens realiseerden we hiermee dat er geen leegloop ontstond uit bepaalde delen van de stad.

Ook Hockeyclub Feyenoord hebben we ondersteund. Niet zozeer omdat Rabobank hoofdsponsor is van de hockeybond en we vele hockeyclubs ondersteunen, maar juist vanwege de maatschappelijke rol die deze club in de wijk vervult. Zo waren en zijn er nog veel meer van dergelijke projecten in samenwerking met scholen en sportverenigingen. Met als doel om vaak kansarme jongeren, die een steuntje in de rug goed kunnen gebruiken, toekomstperspectief te bieden.”

Diep respect
Rabobank Rotterdam is tot slot tevens actief in het stimuleren van ondernemerschap voor starters. “Ik heb diep respect voor kleinschalige ondernemers”, zegt Beerman. “Helaas, hoewel de eerste tekenen van voorzichtig herstel aanwezig zijn, duurt het te lang voordat we in Nederland het herstel weer te pakken hebben. Uiteraard hinken we dus nog een beetje op twee gedachten: investeren of nog even afwachten. Maar hoe je het wendt of keert, het hoort gewoon bij Rotterdammers dat het glas altijd half vol is in plaats van half leeg.”

VHC Kreko Groep: kwaliteit gaat voor groei

0

Merijn Kreté heeft de ‘kerstpakketten- en relatiegeschenkenafdeling’ van de VHC Kreko Groep uitgekozen om dit interview te houden. Vanaf de entresol heb je een goed zicht op de bedrijvigheid die in dit immense distributiecentrum plaatsvindt.

We zitten tussen de meest leuke, handige en exclusieve artikelen voor kerstpakketten. Ook is er een ongekend breed assortiment wijnen te bewonderen. “Binnenkort breekt de hectiek hier weer los,” zo begint de vestigingsmanager van de Kreko Groep. In 2007 verhuisde het bedrijf van Dordrecht naar Moerdijk. Vorig jaar werd het vijftig jarig bestaan gevierd. “In Moerdijk worden ons de faciliteiten geboden, die we hard nodig hadden zoals magazijnen met dockshelters voor ons wagenpark, het bouwen van een diepvrieshuis en vooral veel ruimte,” zegt Merijn Kreté hierover. “We hebben dan ook voor deze plek gekozen om een grote stap voorwaarts te kunnen maken. We kregen steeds meer kennis in huis waardoor we eigen formules en concepten konden ontwikkelen. Hier hadden we de ruimte om onze plannen te verwezenlijken.”

Derde generatie
Kreko is een echt familiebedrijf. Inmiddels is de derde generatie actief, maar ook de ‘oudgedienden’ kijken zo af- en toe nog mee. In de loop van de jaren is Kreko door acquisitie en autonome groei geworden tot een handelsonderneming met verkoop van voeding- en genotmiddelen aan de horeca, bedrijfskantines, zorginstellingen, kinderdagverblijven, scholen, sportkantines en overige grootverbruikers. Een culinair adviseur en vinoloog zijn in vaste dienst voor de ontwikkeling van nieuwe horecaproducten en het inkopen van wijnen. Zo is Kreko een toonaangevende speler in de horeca en grootverbruikersmarkt in Nederland geworden. Kreté: “Het is zo simpel als wat. We leveren wat de klanten willen. Veel praten met klanten en waar mogelijk gehoor geven aan hun wensen en ideeën. Dat is ons bestaansrecht.”

Ruimtegebrek
Merijn Kreté durft het bijna niet hardop uit te spreken, maar de Kreko Groep denkt al weer voorzichtig aan uitbreiding. “Voor enkele afdelingen ontstaat er ruimtegebrek. Voorlopig kunnen we dat nog met interne verbouwingen oplossen, maar als het zo doorgaat komen we over enkele jaren echt in de problemen. In Moerdijk zijn we met de visafdeling begonnen. Vanuit het niets hebben we een zeer florerende afdeling gerealiseerd. Dat is ontzettend knap en heel goed voor ons bedrijf. We zijn met twee mensen begonnen, nu zijn zeven mensen dagelijks bezig om onze klanten van alle soorten vis en visproducten te voorzien. Dat is ook het geval met de groente- en fruitafdeling. Die was toen voor twee mensen zeer ruim bemeten en we dachten er voorlopig mee uit de voeten te kunnen. Nu zijn we acht jaar verder en werken er veertien mensen. Het is bijna een wonder dat ze alles dagelijks de deur uitkrijgen. En uiteraard mogen we daarbij ook onze ambachtelijke horecaslagerij niet vergeten, die enorm in omvang is toegenomen sinds onze verhuizing en waar we tevens hebben ingespeeld op de hoge voedselveiligheidsnormen die tegenwoordig van kracht zijn.”

Nuchter
Merijn is vestigingsmanager Moerdijk en verantwoordelijk voor de totale logistiek binnen Kreko. Moerdijk is tevens het hoofdkantoor. Ook is hier het distributiecentrum gevestigd, waar een mogelijkheid tot afhalen aanwezig is. De logistiek is elke dag weer een grote operatie. Om vier ’s morgens worden alle verswaren zoals vis, vlees, brood en groente en fruit aangevoerd. Een legertje van medewerkers staat dan klaar om de auto’s van de Kreko Groep te laden voor verdere verdeling naar de filialen en de eigen regioklanten. Vooral het feit dat ook oud-medewerkers daarbij nog graag een paar uurtjes komen werken, geeft een goed gevoel. “We zijn een nuchter familiebedrijf. De ambities zijn helder, kwaliteit gaat voor groei, maar natuurlijk is groei nodig om gezond te blijven. Echter, niet ten koste van alles,” zegt Merijn hierover. “We hechten aan onze medewerkers en aan onze klanten. Daar hebben we veel aan te danken. We zijn een prachtig bedrijf en nog steeds volop in ontwikkeling. Ik ben er trots op om hier te mogen werken. Continuïteit is belangrijker dan winst. Anderen zullen daar waarschijnlijk anders over denken. We zijn als hecht familiebedrijf niet star. Waar wat te doen is springen we bij. Het gaat erom dat we een goede boterham verdienen en dat we dan nog iets overhouden om te kunnen investeren. Dagelijks rijden meer dan honderd vrachtwagens en bestelauto’s door Nederland om klanten te bevoorraden vanuit onze zes vestigingen. Dat moet steeds weer top in orde zijn. Dat geeft een enorme voldoening. Na mijn opleiding ben ik acht jaar geleden op de werkvloer begonnen. Belangrijk, want hier leerde ik wat de dagelijkse gang van zaken inhoudt. Tijdens mijn opleiding heb ik ook bij veel andere bedrijven rondgekeken. Dat heeft mij veel geholpen.”

Persoonlijk
De Kreko Groep heeft het stempel van een landelijke cafetaria groothandel inmiddels al lang achter zich gelaten. Met eigen formules en concepten is het bedrijf dagelijks in de weer om zich te vernieuwen. Onlangs heeft Kreko nog geparticipeerd in grootkeuken fabrikant Moeleker uit Zeeland, waar ze nu medeaandeelhouder van is. Dankzij die samenwerking kunnen er nu complete keukens geleverd worden inclusief een uitstekende nazorg. Of het nu gaat om grootkeukens voor instellingen, horeca of bedrijfskantines, overal waar in het groot wordt gekookt kan Kreko – in samenwerking met Moeleker – keukens en apparatuur leveren. “We leveren nu alles van A tot Z, zeg maar van een complete keuken tot een compleet food en non-food pakket voor de totale horeca- en grootverbruikersmarkt,” zegt Kreté. Veel medewerkers werken al heel lang bij Kreko. Er is sprake van weinig personeelsverloop onder de ruim 350 medewerkers. Daar is het bedrijf trots op. “We zijn voor persoonlijk contact en hebben daarom een groot team van meer dan 30 vertegenwoordigers.

Potentiële klanten nodigen we uit om naar Moerdijk te komen om te laten zien wie we zijn, wat we doen en wat we voor de klant kunnen betekenen. Veel medewerkers blijven bij ons actief na hun pensioengerechtigde leeftijd. Daar zijn we blij mee, zij dragen nog een belangrijk steentje bij met hun ervaring en kennisoverdracht.”

Trots
VHC Kreko is daarom meer dan het magazijn van de klant. “We ontwikkelen horecaconcepten, die de klant extra commerciële kansen biedt. Als horecapartner willen we graag in allerlei zaken ondersteuning bieden. Zo voeren we het broodconcept Chaupain, het maaltijdconcept Leroux, het patisserie- en gebakconcept Backx en Coppen en het koffieconcept Calice. Voor fastfood bedrijven zijn er diverse concepten aanwezig met een zeer complete lijn aan producten en een unieke uitstraling van het bedrijf van de klant. Ons concept Punto e Pasta voorziet in ambachtelijk bereide verse pasta’s, speciaal ontwikkeld voor de horeca. Via onze reclame c.q. marketingafdeling wordt elke vorm van reclame volledig verzorgd. Daarnaast leveren we een uniek assortiment wijnen. De wijnen in alle prijsklassen importeren we zelf. We beschikken over een eigen proeflokaal en kookstudio in Moerdijk. Onze vinoloog en culinair adviseur verzorgen wijnproeverijen en kookdemonstraties. Alles voor de klant.”

Het lijkt erop dat Merijn Kreté geen tijd over houdt voor hobby’s. Dat is een misvatting. In zijn vrije tijd is hij voetbalscheidsrechter in het zaterdagamateurvoetbal. “Ik heb zelfs nog even in het betaald voetbal meegelopen, maar dat was niet te combineren met mijn werk in het familiebedrijf. Nu fluit ik in de hoofdklasse, ook heerlijk. Ik ben elke zaterdag onderweg door heel Nederland.

 

Profile Tyrecenter DBS Moerdijk: Meer dan alleen banden

0

Op het Havenschap Moerdijk is Profile Tyrecenter DBS al jaren een vertrouwde naam. De bandenspecialist is centraal gevestigd op het bedrijventerrein en mag dan ook veel daar gevestigde bedrijven tot de vaste klantenkring rekenen. Deze ondernemers kiezen bewust voor de onafhankelijke bandenspecialist met flexibele instelling die Profile Tyrecenter DBS is.

Johan van Dijk en Peter de Werker zijn in Moerdijk aan tafel aangeschoven. Van Dijk is operationeel manager en verantwoordelijk voor de regionale vestigingen van Profile en Peter de Werker is al 20 jaar de vestigingsmanager in Moerdijk. “Mijn vader is 25 jaar geleden begonnen in Hoogvliet als Van Dijks Banden Service (DBS),” zo begint Johan van Dijk. “Nu zijn we een florerend bedrijf met dertien vestigingen in en om Rotterdam, met in Hoogvliet nog steeds de hoofdvestiging. Mede door een aantal overnames, zijn we vooral de laatste jaren hard gegroeid.” Profile Tyrecenter DBS is dé specialist in banden en velgen, tevens zijn ze de grootste en snelst groeiende onafhankelijke autoserviceketen van Nederland. De organisatie bestaat uit zelfstandige ondernemers: mensen die net iets harder lopen voor de klant.

Compleet pakket
Profile Tyrecenter is specialist in banden voor alle soorten voertuigen. Peter de Werker: “Wij bieden een breed assortiment van kwaliteit-, budget- en huismerkbanden. Daarnaast maken wij ons sterk voor innovatie. Dit uit zich in een continue investering in de ontwikkeling van banden en de bijbehorende service. Ons bandenadvies is merkonafhankelijk en dat maakt ons uniek. We hebben oog voor de belangen van onze klanten, maar ook voor het milieu.” De vestiging Moerdijk is naast banden voor personenwagens, vooral gespecialiseerd in de grotere banden voor shovels, trucks, heftrucks, kranen etc. De twee servicewagens rijden af en aan om nieuwe banden weg te brengen of om lekke banden te vervangen. De Werker: “We gaan veel naar de klant toe. Onze servicewagens zijn volledig ingericht om banden te vervangen. De klant ervaart dat als zeer prettig.” Profile Tyrecenter zit goed in Moerdijk. Van Dijk: “We zitten heel dicht op de honderden bedrijven hier. Veel bedrijven zijn dan ook al klant bij ons. We bieden ze een compleet service- en dienstenpakket. Tegenwoordig werken we zelfs met kilometercontracten. De klant betaalt per kilometer. We maken een prognose van het aantal te rijden kilometers per truck en berekenen de kosten per kilometer voor wat betreft banden, service, onderhoud, aantal lekke banden en dergelijke. Aan het eind van het jaar bekijken we het werkelijke aantal kosten en verrekenen dat met de klant. Een nieuwe service die erg aanslaat omdat de transportbedrijven hierdoor beter kunnen calculeren.”

Service
Profile Tyrecenter is de banden, wielen en auto-onderhoud specialist van de Benelux. Het bedrijf is aangesloten bij de Profile organisatie en biedt daardoor een complete autoservice voor zowel de particuliere als de zakelijke automobilist. Daarnaast is het bedrijf gespecialiseerd in banden voor alle soorten voertuigen. “We kunnen van alle merken alle banden leveren zonder enigszins aan een bepaald merk verbonden te zijn. Dat doen we ook voor alle leasemaatschappijen,” weet De Werker die zes monteurs ter beschikking heeft. Profile Tyrecenter DBS in Moerdijk werkt met de veelgeroemde 24-uursservice. Vooral transportondernemers met een acuut probleem zijn erg tevreden over deze extra service. De problemen worden namelijk direct opgelost. “Het is onze kracht dat we klanten steeds centraal stellen. We willen graag helpen en het belang van onze klant staat altijd voorop. ‘Nee’, bestaat niet bij ons,” aldus De Werker. Profile Tyrecenter DBS heeft daarnaast de beschikking over de modernste apparatuur. Een belangrijke activiteit van de monteurs is het uitlijnen van de auto. Niet alleen vertraagt dat de bandenslijtage, maar uitlijnen heeft ook een positief effect op het brandstofverbruik. De Moerdijkse bandenspecialist heeft zelfs een aparte afdeling voor het uitlijnen van trucks. Profile Tyrecenter DBS is elke werkdag geopend van 8.00 tot 17.30 uur en op zaterdag van 8.00 tot 12.00 uur. Ook in Moerdijk doet Profile er alles aan om het wachten te veraangenamen. Wachten terwijl uw banden worden gemonteerd is immers vervelend. Daarom bieden de vestigingen veel comfort. Zo kunt u in alle vestigingen gratis gebruik maken van wifi. Tijdens het wachten kunt u dus gewoon doorwerken op uw iPad, laptop of mobiel en verliest u geen seconde van uw kostbare tijd. En uiteraard kunt u ook gratis een kopje koffie of thee drinken. “In al onze vestigingen richten we ons met de bedrijfsvoering op duurzaamheid. We zorgen bijvoorbeeld dat afgeschreven banden niet bij het grof vuil terechtkomen, maar milieuvriendelijk gerecycled worden. Daarnaast zijn onze werkplaatsen zo ingericht dat de CO2-uitstoot tot een minimum wordt gereduceerd. We beschikken niet voor niets over het certificaat ‘duurzaam repareren’,” zo besluit Johan van Dijk.

De Jong Zuurmond BV wint aanbesteding beheercontract

0

De Jong Zuurmond BV won de Europese aanbesteding voor het beheercontract op het haven- en industrieterrein Moerdijk. Sinds 1 juli jl. verzorgt het bedrijf het beheer en onderhoud. Gerrit Zuurmond is directeur van het bedrijf dat totale dienstverlening aanbiedt voor wat betreft onderhoudswerkzaamheden aan droge- en natte infrastructuur.

De overheid trekt zich meer en meer terug uit het beheer en onderhoud van de infrastructuur. De taken worden daarbij overgedragen aan marktpartijen. Het is daarom niet verwonderlijk dat aannemer De Jong Zuurmond BV uit Beesd vooral werkt voor de overheid en overheid gerelateerde organisaties. Opdrachtgevers zijn Rijkswaterstaat, provincies, waterschappen en haven- en industrieterreinen zoals in Moerdijk en Rotterdam. Gerrit Zuurmond is blij met de opdracht voor het Havenschap Moerdijk: “Het past precies in ons plaatje. Het leuke is dat ik hier zo’n twintig jaar geleden al over het terrein rondliep toen ik bij Burggraaf Onderhoud BV werkte. Dat bedrijf verzorgde toen het beheer en onderhoud in Moerdijk. Daarna ben ik in 1986 voor mijzelf begonnen met Zuurmond Groen BV en heb later aannemingsbedrijf De Jong overgenomen. Boskalis participeert overigens ook in onze organisatie.” Vanuit Beesd coördineert en verzorgt het bedrijf alle beheer- en onderhoudswerkzaamheden die zij in het hele land uitvoeren. Daar beschikken zij ook over een vier hectare groot terrein waar al het materiaal is gestald. “Ons principe is dat we alles in eigen huis doen wat kennis en faciliteiten betreft. Capaciteit kunnen we altijd inhuren als het nodig is.” Met hun activiteiten behoort De Jong Zuurmond tot de grootste bedrijven op dit gebied in Nederland. “Tot onze werkzaamheden behoren onder meer het maaien en reinigen, het verwijderen van zwerfvuil, het aanbrengen van wegafzettingen en wegmarkeringen etc. Daarnaast verzorgen we het peilen en op diepte houden van havens, het inspecteren en onderhouden van wegen. Dat alles samengevat maakt ons tot een totale dienstverlener als het gaat om onderhoudswerkzaamheden.”

Feestje
Van het aantal bedrijven dat aan de selectieprocedure meedeed voor het beheercontract, bleven er uiteindelijk vijf over. Daarvan hebben er vier daadwerkelijk een aanbieding gedaan aan het Havenschap Moerdijk op basis van prijs en kwaliteit. Zuurmond: “Je levert een plan in over hoe jij denkt de komende vijf jaar het terrein te gaan onderhouden. Dat plan in combinatie met de prijs gaf de doorslag. Als voorbereiding op de tender hebben we intensief op het haven- en industrieterrein rondgekeken om een beeld van de huidige situatie te krijgen en een plan van aanpak te kunnen maken. Eerst hebben we een globale opzet gemaakt en daarna een gedetailleerde inschrijving ingediend. Ik had natuurlijk het voordeel dat ik hier in het verleden actief ben geweest. Dat we de aanbesteding hebben gewonnen, is wel met een klein feestje gevierd. Op 1 juli zijn we begonnen. We gaan het hele gebied van het havenschap in goede conditie houden. Zoals het er nu bij ligt, zo moeten we het over vijf jaar exact weer opleveren. Gelukkig is dat onze corebusiness, dus we verwachten geen al te grote problemen.”

Nieuwe dimensie
“Moerdijk is een mooie opdracht, het is een overzichtelijk en geen supergroot gebied. Er is een vaste ploeg van vijf mensen van ons actief in Moerdijk. Deze ploeg kunnen wij bij calamiteiten of bijzondere opdrachten snel opschalen naar zo’n vijftien mensen,” vertelt Zuurmond. Alles doet De Jong Zuurmond in eigen beheer, met eigen mensen en middelen. Alleen voor de gladheidbestrijding op het omvangrijke haven- en industrieterrein schakelt De Jong Zuurmond het ook op Moerdijk gevestigde bedrijf Eurosalt in. Voor ernstige calamiteiten is een samenwerkingsverband afgesloten met enkele hierin gespecialiseerde bedrijven. De Jong Zuurmond beschikt inmiddels ook over een eigen opslag op Moerdijk. Hier staan de machines gestald en is het materiaal opgeslagen. Het beheercontract geeft een nieuwe dimensie aan de facilitaire dienstverlener. Zuurmond hierover: “Dit is een innovatief gebied. Er gebeurt veel meer dan menigeen denkt en er zijn mooie en interessante bedrijven gevestigd. Het is een groot potentieel om te onderhouden.” Daarbij doelt Zuurmond op de 400 bedrijven die het terrein bevolken. Die bieden namelijk de nodige kansen volgens Gerrit Zuurmond. “Wij gaan de bedrijven benaderen voor het onderhouden van hun tuin of voor onderhoud van hun terrein. Zo creëer je een win-win situatie, zowel voor de bedrijven als voor ons. Bovendien ontstaat er een eenheidsbeeld door alles op één manier te onderhouden. Dat levert een mooi en verzorgd geheel op. Met een aantal bedrijven hebben we hiervoor al contracten afgesloten. Daarnaast bieden de plannen met het nieuwe Logistiek Park Moerdijk en het Industrial Park ons eveneens de nodige kansen.”

“Wij proberen altijd en overal die dienstverlener te zijn waar iedereen tevreden over is. Dat doen we door servicegericht te werken. We zijn nu twee maanden bezig in Moerdijk en het gaat wat ons betreft uitstekend. De contacten en de samenwerking verlopen in goede harmonie,” zo besluit een tevreden Gerrit Zuurmond.