Wethouder Marco Florijn (PvdA) was wethouder in Leeuwarden, maar werd drie jaar geleden naar Rotterdam gelokt toen zijn voorganger Dominic Schrijer aftrad. Florijn verlaat de politiek, maar niet onze regio. “Wij hebben bewust voor Rotterdam gekozen.”

Hij was wethouder Werk, Inkomen, Zorg en Bestuur en werkte onder andere een tekort van 100 miljoen weg bij Sociale Zaken. Na acht jaar wethouderschap vindt hij het mooi geweest en verlaat de politiek, maar gaat niet terug naar het hoge noorden. “Mijn man en ik zijn niet voor niets naar Rotterdam gekomen. Wij houden erg van Rotterdam en van de diversiteit. Deze stad is een archipel van dorpen die samen een grootstedelijk effect geven.”

In de afgelopen drie jaar heeft Florijn een heleboel ervaringen opgedaan en veel contacten kunnen leggen. Nu durft hij de sprong te wagen naar het ondernemerschap. Seastarters heeft het levenslicht gezien, een onderneming die zich onder andere gaat bezighouden met innovatie op de werkvloer.

“Het komt er op neer dat organisaties en bedrijven willen veranderen, maar niet goed weten hoe ze dit moeten aanpakken,” weet Florijn inmiddels. “Wij hebben een methode bedacht om meer uit je eigen medewerkers te halen. Het gaat om een intern systeem waarbij medewerkers zelf in een netwerk met elkaar tot antwoorden komen. Dat scheelt externe inhuur en vergroot de betrokkenheid van medewerkers.  Een goed voorbeeld is dat er een dure monteur wordt ingehuurd als een computer of laptop van de zaak het begeeft, terwijl er binnen het bedrijf iemand werkt die heel iets anders doet, maar wel veel van computers weet en er met liefde even naar kijkt. Maak daar dan gebruik van! Door elkaar te bevragen kunnen ook interne besparingsmogelijkheden gevonden worden.

Het klinkt allemaal heel simpel. Vergeet daarbij niet dat uit onderzoek is gebleken dat bij bedrijven met meer dan 117 personeelsleden de medewerkers elkaar lang niet allemaal kennen. Dan is een intern digitaal netwerk waarop je vragen kunt deponeren ideaal. Op www.vraaghetjenetwerk.nl  staat meer informatie.”

Natuurlijk is het prettig om zakelijke gesprekken te voeren onder het genot van een wijntje. Mede daarom,  en omdat hij wijn uit ‘voor Nederland ongebruikelijke wijnlanden’ onder de aandacht wil brengen, wil hij die wijn importeren. ‘Neem een land als Uruguay. Weinig mensen weten dat daar heerlijke wijn vandaan komt’, aldus Florijn.

Veel tijd om rustig een wijntje te gaan zitten drinken zal hij niet hebben. Net als bij iedere wethouder die het pluche verlaat is ook Florijn benaderd voor diverse projecten, zowel in verband met Seastarters als politiek gerelateerde zaken. “Ik ga de Stuurgroep Kwaliteitskader Jeugd voorzitten en ik ga voor het Ministerie van Sociale Zaken bekijken hoe executieverkoop voorkomen kan worden als mensen met een koophuis in financiële problemen komen. Er zijn immers particulieren en bedrijven die geld ter beschikking hebben en daar graag iets ‘maatschappelijks’ mee zouden willen doen. Bij dergelijke constructies is ook de overheid nodig en daar heb ik natuurlijk de nodige contacten.”

Dat vormt een fraai startkapitaal voor een ondernemer.

www.seastarters.nl

Dinsdag 8 april was het al vroeg een drukte van belang bij het fraaie Kasteel van Rhoon aan de Dorpsdijk in Rhoon. Reden? Rijnmond BUSINESS organiseerde er de jaarlijkse autotestdag. Maar liefst 27 prachtige personenauto’s, beschikbaar gesteld door autodealers uit Rotterdam en omgeving, stonden er te blinken op de parkeerplaats. Evenzoveel ondernemers hadden zich als testrijder aangemeld en zij vernamen rond de klok van 09.00 uur wie er in welke auto mocht rijden. Tijdens de fotoshoot vielen er nog enkel regendruppels, maar dat mocht de pret niet drukken. In de loop van de ochtend klaarde het weer op en toen de testrijders ’s middags terugkwamen bij Het Kasteel van Rhoon scheen er een heerlijk zonnetje. Om 15.45 uur begon Gerben Maarleveld, fiscalist bij DRV accountants en adviseurs aan de masterclass over fiscale aangelegenheden rondom de auto (van de zaak). Bijna 60 ondernemers waren bij de masterclass aanwezig. Het werd een boeiende en interactieve bijeenkomst. Direct aansluitend was er de Business Ontmoet Business (BOB) bijeenkomst. Voor deze BOB borrel hadden zich maar liefst 160 ondernemers en bestuurders zich aangemeld. Het was dan ook een ‘volle bak’ in Het Kasteel van Rhoon. Ad Janssen en zijn team hadden voor een fantastisch buffet gezorgd waar de bezoekers zienderogen van genoten. Natuurlijk ontbrak ook het glaasje Prosecco niet en zorgde CT-AV weer voor een perfecte beeld- en geluid presentatie. Terwijl Jewel Trend uit Ridderkerk de bezoekers bij vertrek via de charmante hostess een goodybag overhandigde. Na het welkomstwoord en bedankje door Rijnmond BUSINESS uitgever Kees van ’t Zelfde, mocht Sander Haas van Asito nog een korte presentatie verzorgen over het Nationaal Integratie diner dat gepland staat voor 9 oktober van dit jaar. Een van bezoeksters merkte op: “wij zijn er alvast aan begonnen, want we zitten hier aan tafel met een dame afkomstig uit de Oekraine, een uit Polen en wij uit Nederland, en dat is heel gezellig”. In een van de komende nummers van Rijnmond BUSINESS besteden we ruim aandacht aan het komende Nationaal Integratie diner. Rond 20.00 uur kwam er en eind aan de derde BOB borrel van 2014 en aan een mooie dag Kasteel van Rhoon.

Het was een soort van vooraankondiging. Tijdens de eredivisiewedstrijd tussen Feyenoord en Go Ahead Eagles verscheen met enige regelmaat op de LED-boarding in de Kuip de tekst in beeld ‘VLS officiële cleaning partner CHIO Rotterdam’. Of de ruim 40 duizend aanwezige bezoekers zo enthousiast reageerden op  deze boodschap of enthousiast waren over de vijf doelpunten van de selectie van trainer Ronald Koeman werd die middag in april niet helemaal duidelijk. Zeker is dat de driejarige overeenkomst tussen het grootste hippische evenement in Nederland en VLS in het Kralingse Bos in Rotterdam met groot gejuich is ontvangen. “Het is prettig om als bestuur achter een groot internationaal evenement een nieuwe partner te vinden, die net als het CHIO steeds opnieuw stappen vooruit wil zetten,” aldus commercieel bestuurslid Jan de Mooij.

Als Gold-partner van Rotterdam Topsport, sponsor van onder andere het tweejaarlijkse World Port Tournament, Sparta, Feyenoord en FC Dordrecht, een handvol  amateurclubs in de regio en sinds kort ook met de toertochten van VLS OnTour is VLS inmiddels een bekende naam in het Rijnmondgebied. Het vanuit Zwijndrecht landelijk opererende schoonmaakbedrijf met haar 2 bedrijfsonderdelen VLS Schoonmaak en VLS Multiservice heeft de naam de ‘’Sportiefste Schoonmaker van de regio Rijnmond’’ te zijn. “Uit het feit dat we het recente partnership met het CHIO via de LED – boarding bij de drie betaald voetbalclubs in onze regio hebben gecommuniceerd, mag duidelijk zijn dat we trots zijn op deze nieuwe samenwerking,” aldus directeur Dennie van Leeuwen. “Wij denken bij VLS in kansen en zagen zakelijk een grote toegevoegde waarde in een samenwerking met het CHIO Rotterdam. Het oudste evenement in Rotterdam en een groot evenement van naam. Dat is ook de reden geweest om naast officiële cleaning partner, ook entertainment partner van dit evenement te worden. Wij gaan als VLS van het schoonmaken, gastvrijheid bieden en bezoekers faciliteren in het Kralingse Bos een waar feest maken. Door het jaar heen verzorgen wij ook alle schoonmaakwerkzaamheden van de CHIO Grandstand en de Sociteit van de Rotterdamse Manège als onderdeel van de samenwerking binnen de Hippische Alliantie Rotterdam. Wij houden alles voor tijdens en na het evenement keurig netjes en zorgen er voor dat elke avond op het CHIO wordt afgesloten met een optreden. Dat moet de manier van samenwerken met VLS nog eens extra onderstrepen.”

Van Leeuwen werd tijdens de contractondertekening in de CHIO Grandstand op het complex van de Rotterdamse Manège vergezeld door zijn manager relatiemarketing & sales, Rob Bom. “Toen bekend was dat het bestuur van het CHIO op zoek was naar een nieuw schoonmaakbedrijf, zijn we bij VLS de opties serieus gaan onderzoeken. Zo’n proces kost alleen even tijd, waarbij kosten en baten zorgvuldig tegen elkaar dienen te worden afgewogen. Het gaat immers om financiën, voldoende capaciteit, schoonmaken en uitdagingen. Maar uiteindelijk kwamen we tot de conclusie dat we deze kans met beide handen wilden aangrijpen. Dit is een mooi, typisch Rotterdams evenement waar een prachtig netwerk achter zit van meer dan 250 betrokken bedrijven. Daar willen we als VLS graag de juiste synergie mee krijgen en zakelijk van proberen te profiteren. Sport als een platform voor het vergroten van de naamsbekendheid met daarbij de juiste relatiemarketing is voor ons bekend. Het CHIO is nieuw terrein, maar biedt nieuwe kansen. Meer dan gemiddeld zelfs. Dit evenement is een nieuw hoofdstuk in het boek VLS. Al moeten we niet onderschatten welke klus ons binnenkort in het Kralingse Bos te wachten staat. Het evenement duurt weliswaar vijf dagen, maar als cleaning partner hebben wij zeker drie weken werk aan het CHIO. Maar gelukkig hebben we bijvoorbeeld tijdens een ander groot evenement als het WK veldrijden al warm gedraaid. Onze recente geïntroduceerde slogan ‘VLS gewoon lekker schoon’, gaan we ook hier waarmaken,” aldus Bom.

De ambitie van de VLS Groep past volgens Jan de Mooij naadloos bij die van het CHIO. “Wij blijven een evenement dat continue wil innoveren en als economisch platform allianties slaat in de stad en regio.  Dat klinkt misschien niet helemaal logisch gezien de huidige economische situatie, maar het bestuur en de organisatie van dit evenement blijft steeds opnieuw de uitdaging aan gaan om te groeien. Daarom heeft het CHIO zich wederom gekandideerd voor twee grote evenementen in de komende jaren. Het EK junioren en Young Riders in 2016 en het EK springen in 2017. En de kansen op de Wereldruiterspelen van 2022 worden voorzichtig onderzocht. Bij dergelijke doelstellingen horen ambitieuze partijen zoals de VLS Groep. Met hen maken we in ambitie en doelstelling weer een stap voorwaarts. Zij gaan er in het Kralingse Bos niet alleen voor zorgen dat deze locatie er vijf dagen lang schoon en verzorgd uit ziet. Ze hebben bovendien beloofd elke avond feestelijk af te sluiten.”

“Wij hebben reeds gesprekken gevoerd met VLS over de invulling van het entertainment, maar de uitkomst daarvan moet helaas geheim blijven. Weliswaar zijn de namen die ik in de besprekingen voorbij hoor komen, net zo veelbelovend als de samenwerking tussen het CHIO en VLS. Het wordt in meer dan een opzicht een feest om met elkaar samen te gaan werken.”

Wilt u volledig op de hoogte blijven over alle topsport in Rotterdam? Volg Rotterdam Topsport dan via:

@RdamTopsport

Facebook.com/RotterdamTopsport

Cultuur en economie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zonder de aanwezigheid van culturele voorzieningen is een stad niet aantrekkelijk als leefbare stad voor haar bewoners en als vestigingsstad voor bedrijven.

In Rotterdam zijn al diverse stappen genomen om samenwerkingsverbanden tussen de culturele sector en het bedrijfsleven te realiseren. De Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur die de stad adviseert over het cultuurbeleid met het oog op een dynamisch, ondernemend en divers kunst- en cultuuraanbod in Rotterdam stimuleert samenwerking en partnerschap, ondernemers, verenigd in VNO-NCW Rotterdam, pleiten voor een cultureel florerende stad en ook de culturele sector ziet het belang van halen EN brengen van kennis, inzicht en creativiteit om elkaar en de stad naar een hoger niveau te tillen.

LEF

Die échte samenwerking met duurzaam resultaat dient alleen sneller en concreter tot bloei te komen, vindt Rotterdams LEF. Vandaar dat LEF de handen ineengeslagen heeft met de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur om cultureel en ondernemend Rotterdam begin april uit te nodigen voor een constructieve ontmoeting in Bibliotheek Rotterdam en te bezien waar men elkaar kan aanvullen en versterken. Drie interessante sprekers legden met hun input vanuit verschillende invalshoeken de basis voor de volgende parallelsessies waar aanwezigen zich in kleine groepen over een aantal vraagstukken bogen. Spreker Gert Staal (Bibliotheek Rotterdam) benadrukte in zijn presentatie het belang van innovatie, Hans Waege (Rotterdams Philharmonisch Orkest) hield een warm pleidooi voor de Kunst en Melanie Post van Ophem (Rotterdams Raad voor Kunst en Cultuur) wees op de noodzaak van de verbindingen die nog op vele gebieden in de stad zeer wenselijk zijn.

Waanzinnig aantrekkelijke stad!

Uitkomsten van de bevlogen discussies in de parallelsessies werden aan elkaar gepresenteerd in het bibliotheektheater, waarna een heldere wrap-up volgde door Rotterdams LEF mede-initiatiefnemer Mai Elmar. De vrolijke stemming na afloop bij de borrel maakte duidelijk dat er volop kennis was gemaakt en de vragen over een vervolgbijeenkomst toonden aan dat het onderwerp actueel is en navolging behoeft. Inmiddels zijn de eerste initiatieven al vernomen tot groot plezier van Rotterdams LEF, verbinder, aanjager en versneller van (publiek-private) samenwerkingsverbanden. LEF om elkaar op te zoeken, in elkaar te investeren, te delen, te experimenteren met als resultaat innovatief ondernemerschap en een waanzinnig aantrekkelijke stad!

“Het gaat goed met Rotterdam.” Het zijn de duidelijke woorden van Peter van Nederpelt, Directeur bij Ooms Makelaars. “Voor ons een signaal om te blijven ontwikkelen op het gebied van onze diensten met betrekking tot bedrijfshuisvesting, woningbouw en taxaties. Trends signaleren en hier adequaat op inspelen met een passend product en de juiste dienstverlening. Rotterdam is volop in beweging en wij bewegen mee.”

Rotterdam lijkt de laatste jaren aan een tweede wederopbouw bezig. Verschillende succesvolle nieuwbouwprojecten zijn hiervan het bewijs. Projecten als de Markthal, 100Hoog, de CalypSO en het nieuwe Centraal Station maken Rotterdam aantrekkelijk. “Niet alleen voor bedrijven, maar ook voor particulieren,” stelt Van Nederpelt. Als voorbeeld noemt hij de toename van de verstedelijking. “Niet alleen oudere mensen keren graag terug naar de stad, tegenwoordig vestigingen ook steeds meer jonge gezinnen zich in het centrum.”

Verstedelijking

Van Nederpelt vervolgt: “Zeker ten opzichte van de provincie zien we dat steeds meer mensen zich vestigingen in de binnenstad. De afgelopen periode hebben we met succes verschillende nieuwbouwprojecten opgeleverd.” Als voorbeeld noemt Van Nederpelt het appartementencomplex CalypSO. Van de 407 appartementen zijn vrijwel alle woningen verkocht of verhuurd.

“Het feit dat Rotterdam dit jaar in de top tien staat van beste steden om te bezoeken zegt genoeg,” stelt Jasper Kuijs, Directeur Wonen bij Ooms. “De (inter)nationale waardering van de stad is voor mensen een bevestiging dat het logisch is om hier te wonen. In het verleden had de stad een ander imago, zeker op het gebied van wonen. Dankzij verschillende projecten is Rotterdam nu een aantrekkelijke woonstad. Was Rotterdam vroeger vooral een arbeidersstad, nu komen alle functies van wonen, werken en recreëren samen. Rotterdam bruist als nooit te voren.”

Bijzondere projecten

Dergelijke ontwikkelingen vragen om nieuwe woonconcepten. In de stad zien we steeds meer gebouwen waar diverse stedelijke functies samenkomen. Kuijs licht toe: “De Markthal is hier een mooi voorbeeld van. In dit iconische gebouw komt alles samen: bijzonder wonen met een schitterend uitzicht over de stad in combinatie met een uitgebreid aanbod aan foodproducten en horeca. Een ander voorbeeld is de herontwikkeling en nieuwbouw van Het Timmerhuis op de hoek van de Meent en het Rodezand. Het multifunctionele gebouw biedt straks onderdak aan 87 appartementen, winkels, horeca en kantoren. Uniek aan dit gebouw zijn de grote buitenruimten. Een dakterras van 40m2 zie je bijna nergens anders in het centrum van Rotterdam.”

Beleving

Naast nieuwe woonconcepten, vragen de ontwikkelingen ook om een nieuwe manier van makelen. Kuijs verklaart: “In het verleden kochten mensen een nieuwbouwwoning veelal op basis van de tekening. De plannen waren dan reeds bepaald. Nu draait alles veel meer om betrokkenheid en beleving. Al in een vroeg stadium worden modelwoningen opgeleverd, zoals bij de Markthal, en we organiseren regelmatig een Open Huis of een rondleiding op de bouwplaats. Voor Het Timmerhuis is er zelfs een speciale App ontwikkeld. Via een virtuele tour worden geïnteresseerden betrokken bij het bouwproject. Nieuw zijn de woonworkshops, waarin we potentiële kopers al in het voortraject betrekken bij de nieuwbouw. Wat zijn hun wensen gelet op indeling, afwerking en duurzaamheid? De workshops zorgen voor betrokkenheid, zodat we ook tijdens de ontwikkeling van het nieuwbouwproject de interesse vasthouden. Daarnaast komen we dankzij de workshops tot een veel beter eindproduct: een woonconcept dat aansluit bij de behoefte. De woonworkshops hebben we onder meer georganiseerd voor het project ‘De weg naar Kralingen’. Na een succesvolle verkoop van fase 1 wordt binnenkort gestart met fase 2a. Ook ditmaal kunnen geïnteresseerden zich aanmelden voor een woonworkshop. Een ander project van Woonstad Rotterdam is ‘Kaap Belvedère’ op Katendrecht, de ontwikkeling en verkoop verliep op een soortgelijke wijze. Op dit moment zijn al 25 van de 26 woningen verkocht. Kortom, we kunnen stellen dat het lekker gaat. Zoals Peter al zei: Rotterdam beweegt en wij als Ooms dus ook.”

De techniekbranche in Nederland schreeuwt om jonge, goed opgeleide vakkrachten. Bedrijven weten niet hoe ze de jaarlijkse uitstroom van werknemers die de branche verlaten aan moeten vullen met leerlingmonteurs. Daar is nu een unieke oplossing voor: werkloze jongeren worden mentaal sterk gemotiveerd, op maat opgeleid en  met een eigen mentor c.q. leermeester een gegarandeerde baan met een mooie toekomst geboden in de techniek. Het initiatief van CHEMProjects wordt omarmd door bedrijven en diverse grotere gemeentes.

De arbeidsmarkt zit te springen om jonge mensen die een vak binnen de techniekbranche willen leren. Alleen al in de koeltechniek is er een jaarlijks tekort van 400 monteurs. Werknemers die de koeltechniek verlaten kunnen niet worden vervangen door voldoende goed opgeleide jonge monteurs  die direct aan de slag kunnen binnen een bedrijf. ,,Terwijl gigantisch veel jongeren tussen 16 en 23 jaar thuis zitten zonder doel of toekomstperspectief. Daar hebben wij een oplossing voor gevonden. Wij leren die jongeren intern het vak, op zo’n manier dat ze per direct operationeel inzetbaar zijn op de werkvloer,” zeggen Paul Heinerman en Wubbo van der Roest van CHEM-Projects, de tak van CHEMGroep BV in de Rotterdamse Botlek die leer- en werktrajecten aan biedt.

Mental attitude

Het opleiden van nieuwe technici gebeurt vervolgens op een unieke manier: naast hun basisopleiding wordt vakspecifieke vaardigheden geleerd in het opleidingscentrum van de CHEMGroep aan de Neckarweg in het Rotterdamse Botlekgebied. Opvallend is dat daar gewerkt wordt aan hun ‘mental attitude’: ze worden op een bijzondere manier getraind en gemotiveerd om het beste uit zichzelf te halen. ,,Wij testen eerst uitvoerig op competenties, vaardigheden en hebben eventueel nog zo’n 80 andere tests in samenwerking met business partners als ROVC en Duin Consult. Zo ontstaat een beeld van die jongen en we zetten die jongeren vervolgens in hun kracht met een specifiek coachings- en begeleidingstraject. Alles wat je aandacht geeft wordt groter. Daardoor ook hun motivatie en dat is blijvend,” zegt Heinerman, die eerder verantwoordelijk was voor coachings- en veranderingstrajecten bij verschillende multinationals.

Leermeester

Na een aantal weken wordt de leerlingmonteur kant en klaar afgeleverd in een bedrijf dat van tevoren heeft aangegeven een aantal nieuwe monteurs af te willen nemen. Een eigen leermeester van CHEMProjects geeft ze vervolgens een jaar lang, 24 uur per dag, persoonlijke begeleiding.

,,Bedrijven hebben vaak geen tijd om een ervaren vakkracht vrij te maken om de leerlingmonteur aan de hand te nemen en vraagstukken op te lossen. Dat doen wij dus zelf,” zegt Heinerman.

Inmiddels wordt ook gepraat met ROC’s en de wat grotere gemeentes over het opleidings- en stagetraject. ,,We zijn de MTS nieuw leven aan het inblazen.” Van der Roest: ,,Iedereen in de markt schreeuwt dat ze geen personeel kunnen vinden. Daar hebben wij dus wat aan gedaan.” Op een manier die volgens Van der Roest voor bedrijven bovendien interessant is, omdat CHEMProjects erin slaagt het uurtarief voor deze jongeren onder de 23 jaar normaliter onder de 20 euro te houden.

Pilotproject

Het initiatief van CHEMProjects heeft grote belangstelling gewekt bij bedrijven, zodat binnenkort het pilotproject start voor de opleiding van de eerste jongeren tot koelmonteur, die als ze klaar zijn, gegarandeerd een baan hebben. ,,Niet het makkelijkste vak om te leren,” zegt Van der Roest, die zelf ooit het Skidome in Dubai van koelsystemen heeft voorzien.

Het opleidingstraject bestaat uit de basiscursus koudetechniek en de certificeringen voor hardsolderen, F-gassen, VCA en de mentale training BMS. Ook krijgen alle jongeren een presentatie- en communicatietraining aangeboden. Door de jongeren bij de instroom een persoonlijkheidstest, intelligentietest als ook een drijfverentest te geven wordt getracht de uitval tot een minimum te beperken.

CHEMProjects richt zich op opleidings- en leer- en werktrajecten in zeven branches: het havenbedrijf, grond-weg en waterbouw, de bouw, transport en logistiek, metaal en industrie, de safety-branche en de tak afval en milieu. Van der Roest: ,,Als een bedrijf zich bij ons meldt, stemmen we het opleidingstraject af op hun wensen. We zijn in staat een complete technische afdeling van een bedrijf geheel te vernieuwen.”

De Rotterdam is een van de beeldbepalende iconen op de nieuwe ansichtkaart van Rotterdam. Het indrukwekkende ontwerp van Rem Koolhaas en Ellen van Loon van architectenbureau OMA, telt onder meer 7.588 verschillende ruimtes, 24 liften, 6100 deuren en is met 160.000 vierkante meter het grootste multifunctionele gebouw in Nederland. Op alle mogelijke fronten zijn de hoogste duurzaamheid-ambities nagestreefd. Zo wordt Maaswater gebruikt om het gebouw te koelen en te verwarmen.

“De Rotterdam is een gebouw van grote getallen, maar het gaat uiteindelijk niet over getallen van stenen, liften en glas, maar het gaat over mensen. Als zij het gebouw in hun hart sluiten en het gaan gebruiken, dan pas zijn wij tevreden.” Aan het woord is ir. Jos Melchers, directeur van MAB Development, dat samen met OVG Real Estate  tekende voor de ontwikkeling van De Rotterdam.

Melchers is al 27 jaar werkzaam bij MAB dat in 1970 is opgericht door Ton Meijer en uitgegroeid tot een actieve speler op de bouw- en ontwikkelingsmarkt in West Europa. In 2003 werd MAB overgenomen door Bouwfonds en enkele jaren later werd het  bedrijf door Rabobank toegevoegd aan de Rabo Real Estate Group. Rijnmond Business spreekt met Melchers in de Muzentoren in Den Haag, waar het hoofdkantoor van MAB gevestigd is en uitzicht heeft op de omringende in het oog springende Haagse torens. Ook hier was de ontwikkelaar actief betrokken bij de nieuwbouw en transformatie.

Bruggen slaan

“We zijn zeer actief in binnensteden, waarbij we ons vooral richten op multifunctionaliteit. Gebiedsontwikkeling in binnensteden vraagt om een lange adem en doorzettingsvermogen. Het is geven en nemen. Je stuurt aan op compromissen, maar wil wel onderscheidend blijven. Je moet dus ook lef en durf tonen om sprongen voorwaarts te kunnen maken. De vele regels maken het moeilijk in de bouwsector. Ze bieden bescherming, maar vertragen bovendien. Daarnaast betekent bouwen ook heel erg vertrouwen. Je werkt veel met partners, zoals met de stad. Natuurlijk moet je draagvlak verkrijgen, maar als je in binnensteden werkt, krijg je makkelijker weerstand. Het zijn de huiskamers van de stad, dus iedereen heeft daar zijn mening over. Je krijgt nooit alleen maar applaus. Je moet vasthoudend zijn om ergens te komen. In ons vak is luisteren van essentieel belang, maar ook observeren en communiceren. Je verplaatsen in je klant, in je medestanders maar juist ook in de bezwaarmakers. Denken ‘als ik aan die andere kant zou zitten, hoe zou ik er dan over denken’ en dan die bruggen slaan. Daar zijn we ook bij De Rotterdam goed in geslaagd. En ‘we’ is samen met onze partners. Wat dat betreft is het echt een teamsport, zowel intern als extern. In het succes wat we met elkaar hebben bereikt, heeft de gemeente een belangrijke rol gespeeld. De gemeente is niet alleen huurder maar heeft ons ruim de tijd gegeven om het project van de grond te krijgen. Met Rem Koolhaas werken was geweldig. Wij zijn als MAB met Rem begonnen in Almere, halverwege de jaren ’90, met het stadscentrum. We hebben toen een stevig debat gehad over hoe een binnenstad eruit moet zien en zijn daar heel goed met elkaar uitgekomen. Dat scherpe debat resulteerde in een vruchtbare samenwerking die in 1998 leidde tot de start met De Rotterdam. We wilden iets ultiems maken. Multifunctionaliteit tot in het extreme. En dat is gelukt. Al die tijd hebben we uitstekend met OMA gewerkt, dus ook zij verdienen een pluim.”

Verdichting stadshart

“Er is met zeven nationaliteiten aan de Rotterdam gebouwd. Echt een internationaal team waar  je veel van elkaar kunt leren. Die internationale dimensie maakte het nog leuker en interessanter. We hebben bijvoorbeeld met groot respect naar de Duitse hoofdaannemer gekeken als het ging om de strakke organisatie van de bouw. Ik vergelijk het wel eens met een Zwitsers uurwerk: wat een precisie en discipline, afspraak is afspraak en ervoor gaan! Men kijkt overigens ook met diep respect naar wat wij hier allemaal in Nederland doen. Wij zijn veel meer bezig met de vitaliteit van de binnensteden dan in andere landen. Steden zijn gebaat bij een levendige binnenstad. Een dilemma hierbij is de bereikbaarheid, maar ook de verkeersbeperking. Het inzetten op stationslocaties had meer navolging moeten krijgen. We hebben het met z’n allen over duurzaamheid, maar wat daadwerkelijk bijdraagt aan duurzaamheid is het meervoudig gebruik van de stad. Een belangrijk instrument is het terughalen van bewoners in gebieden waar veel aandacht is voor een aantrekkelijke openbare ruimte. Ook onderwijs zag je naar buiten schuiven. Dat heeft voordelen, maar gebouwen met onderwijsfuncties in de binnenstad dragen fors bij aan de levendigheid en het gebruik van de stad in de avonduren. Steden zouden daar op moeten inzetten en blijven verrassen. Het licht moet blijven branden in de stad. Rotterdam heeft tijd nodig om de intensiteit van de oorspronkelijke oude binnenstad weer te verkrijgen, maar er wordt volop ingezet op de verdichting van het hart van de stad. Er zijn grote slagen gemaakt met het stationsgebied, de aanpak  van de Coolsingel, de Meent, de Binnenrotte en de Wilhelminapier. Ik weet zeker dat de Rotterdammers die kwaliteitsverbetering geweldig vinden. Je ziet het ook in het enthousiasme voor De Rotterdam. De naam was voor ons eerst een werknaam, maar de bezieling met het gebouw is er van het begin af aan geweest en men zei steeds ‘houd nog maar even zo, die naam’, want het heeft iets stoers en past bij de uitstraling van het gebouw. De Rotterdam heeft vele functies en wordt daardoor verticale stad genoemd. Dat is eervol, maar je moet denk ik de gehele Wilhelminapier als een soort verticale stad zien met onder meer LantarenVenster, het Nieuwe Luxor Theater en Hotel New York”

Continue reuring

“Voor ons is De Rotterdam pas echt een succes als het gebouw totaal in gebruik is genomen en helemaal tot leven is gekomen. Het geduld dat we hebben gehad in het voortraject hebben we ook nodig in de exploitatie. Maar onze trots, dat we het voor elkaar hebben gekregen, is overgeslagen op de Rotterdammers.  Dat zal er beslist aan bijdragen dat het gebouw naar volle tevredenheid in gebruik genomen wordt. Binnenkort zullen er dagelijks zo’n 5000 mensen in het gebouw wonen en werken, dat brengt leven! Rotterdam staat bol van activiteiten en ambitie. Het belangrijkste is dat je nu veel verschillende bevolkingsgroepen langjarig aan de stad bindt. Dat is de uitdaging. De grootschalige interventies zijn gedaan, die dien je nu met elkaar te verbinden. Je zal kleinschaliger, stap voor stap, moeten opereren. En naast  pragmatisch denken ook goed de stip op de horizon zetten. De visie van Rotterdam op hoe we er over 25 jaar uit willen zien voor ogen houden. De aantrekkelijkheid van de binnenstad moet min of meer 24/7 doorgaan in een continue reuring. Het stationsgebied is daar een mooi voorbeeld van. Het is een “groene” rode loper de stad in geworden. Je voelt daar de trots van de Rotterdammers. Het waren langjarige ontwikkelingen, maar het werkt.  Er moet niet op te veel borden tegelijk geschaakt worden. Zorgen dat er ingebreid wordt in plaats van uitgebreid. Ook slimme kleinschalige ontwikkelingen kunnen de stad verrijken.”

Het boek sluit

Eind 2015 eindigt het voor MAB Development, want ‘moeder’ Rabobank heeft gemeld te stoppen met commercieel vastgoed zoals bij MAB ontwikkeld wordt en gevraagd om het bedrijf langzaam af te bouwen en geen nieuwe projecten meer te acquireren. De Rotterdam is een van de projecten die nog verder afgerond wordt. Daarnaast is MAB  in Rotterdam ook nog actief met Cool 63, tegenover het Stadhuis waar de nieuwe Saturn komt met erboven een aantal woningen en kantoren. En samen met De Maarsen Groep ontwikkelt en bouwt MAB  Development tegenover het Groothandelsgebouw gebouw First. “Dan gaan we definitief met de organisatie stoppen,” besluit Melchers, “wat heel spijtig is, want we hebben heel wat gerealiseerd in Nederland en daarbuiten. Er ligt echter nog een hele uitdaging in de transformatie van gebouwen. Die uitdaging zal zeker door anderen opgepakt worden. Ook nieuwbouw zal blijven, maar op een heel andere schaal dan de beroepsgroep  tot voor kort gewend was. We kunnen evenwel uitermate trots zijn op wat we met MAB bereikt hebben en wat we nu nog realiseren en zo is ook de sfeer en mentaliteit in de organisatie. We sluiten het boek straks met opgeheven hoofd.”

Mobiele werknemers: het is u heel wat waard, maar het vergt nogal wat van uw organisatie.  Leaseconstructies, OV-abonnementen, kilometervergoedingen, fietsregelingen, deelauto’s én de hele administratieve en financiële afhandeling ervan. En aan het eind van de maand is het altijd weer een verrassing wat de werkelijke kosten zijn. Dat kan ook anders!

U komt werknemers die zelf willen bepalen welk vervoermiddel ze gebruiken graag tegemoet. Maar u wilt ook dat kilometers automatisch worden geregistreerd en verrekend. Inzicht op de mobiliteitskosten, zowel voor uzelf als voor de medewerker. Geen gedoe met administratie. En dat terwijl u grip houdt op de kosten en uw duurzaam reizende werknemer geld verdient. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn, maar dat is exact wat het Alphabet Mobiliteitsbudget u biedt.

Moderne mobiliteitsregeling

‘Het Nieuwe Werken vraagt een andere, flexibele aanpak van organisaties,’ vertelt Anne Brons, directeur Marketing & Business Development van Alphabet. ‘Die hang naar flexibiliteit merk je ook bij medewerkers. Zij willen niet langer vastzitten aan één vervoermiddel, maar zelf keuzes maken: elke dag opnieuw. Het is belangrijk daar op in te spelen, om zo een aantrekkelijke werkgever ze zijn. Transparantie en duurzaamheid zijn daarbij van wezenlijk belang.’

‘Als leasebedrijf zagen we onze klanten worstelen met alle losse elementen van de mobiliteitsketen die worden aangeboden,‘ mengt Ivo Lissone, directeur Sales, zich in het gesprek. ‘Dat zijn we gaan onderzoeken. Na veel gesprekken met klanten hebben Anne en ik de handen ineen geslagen en één moderne mobiliteitsregeling ontwikkeld: een echte totaaloplossing. We stellen samen met de klant een mobiliteitsbeleid op, begeleiden de implementatie van het Mobiliteitsbudget en nemen administratieve zorg uit handen.’

Mobiliteitsbudget in de praktijk

Het enthousiasme van beide mannen werkt aanstekelijk, maar hoe werkt dat budget in de praktijk? Brons: ‘Medewerkers ontvangen een eigen Mobiliteitsbudget, in de vorm van een vaste en variabele (kilometer)vergoeding. De hoogte is afhankelijk van hun functie. Door systemen te plaatsen in zowel zakelijke als privéauto’s worden de kilometermeters automatisch geregistreerd. Wordt er schade gereden of verbruikt een berijder te veel brandstof? Dan gaat dat van het budget af. Je legt de verantwoordelijkheid dus bij de mensen zelf neer.’ Maar ook het openbaar vervoer, de taxi en de parkeermeter worden via het budget verrekend. Alle data verschijnen volledig geautomatiseerd online en zijn zowel voor de werkgever als de werknemer inzichtelijk. ‘Het spreek voor zich dat de kosten voor een grote auto hoger zijn dan voor een kleine’, aldus Lissone. ‘Maar door ook het OV aantrekkelijker te prijzen dan de auto en de fiets in het systeem op te nemen, stimuleer je medewerkers die opties serieus te overwegen. Het Mobiliteitsbudget is namelijk van hen: houden ze aan het eind van de maand geld over, dan wordt dat -eveneens automatisch- bij hun salaris opgeteld. Dat is een mooie stimulans voor duurzaam gedrag én een aantrekkelijke arbeidsvoorwaarde. Maken ze andere keuzes, zoals bovenmatig veel privékilometers, dan moeten ze wellicht bijbetalen.’ Voor de werkgever behoren financiële tegenvallers op dit vlak voortaan tot het verleden: de hoogte van het Mobiliteitsbudget ligt vast en is daarmee afgetopt.

Flexibele totaaloplossing

Met het Alphabet Mobiliteitsbudget hebt u dus grip op kosten, tevreden medewerkers én levert u een zichtbare bijdrage aan duurzaamheid. Waar u de nadruk ook legt: het Mobiliteitsbudget is voor elke insteek een uitstekende oplossing.

“Waar vind je in de Rijnmond-regio een dergelijk unieke locatie”, Joseph Amhandi, bedrijfsleider van het Kasteel van Rhoon zegt het en niemand zal hem tegenspreken. Het lommerijke karakter van de plek, is namelijk uniek. Het Kasteel wordt omgeven door een Engelse tuin, een Baroktuin en het Kasteelbos. Een stukje verderop ligt het Rhoonse Bos, op de plek waar vroeger het Jachtgebied de Huyters was.

De zandplaat aan de Oude Maas werd in 1199 door graaf Dirk VII in pacht gegeven aan Jonker Biggo van Duivelant. Hij liet de plaat indijken en bouwde er een kasteel op, dat in 1421 tijdens de Elizabethsvloed werd verwoest. De basis van het huidige Kasteel werd in 1432 ook gelegd door de familie Van Duyvelant, de toenmalige leenheer van de Heerlijkheid Rhoon. In 1683 werd het kasteel verkocht aan Hans Willem Bentinck tot Diepenheim. De familie Bentinck deed in 1830 het recht op haar beurt over aan de Rotterdamse reder Anthony van Hoboken, die het Kasteel liet moderniseren met onder meer een pleisterlaag en Empire-schuiframen. Zijn kleinzoon die in 1913 stierf, was de laatste die zich Heer van Rhoon en Pendrecht mocht noemen. In 1971 werd het Kasteel gerestaureerd na jarenlange verwaarlozing.

Doodvonnis

Bij binnenkomst komt de geschiedenis je tegemoet.  De hal met de eikenhouten trap is indrukwekkend en verder telt het Kasteel van Rhoon zeven zalen met een rijke geschiedenis. De Annazaal bijvoorbeeld, vernoemd naar Anna van Grave, is de vroegere bestuurszaal, behangen met 300 jaar oud goudleer. De Catharina Theresiazaal, die vroeger werd gebruikt als rechtszaal, waar menig doodvonnis werd uitgesproken. De Alveradezaal, de Margarethazaal, telg van de Van Weena Bokel-familie, de Zolder en de Kerkzaal, de laatste werd door de katholieke familie Duyvelant gebruikt als gebedsruimte in tijden dat het Protestantisme verplicht was.

Ze worden nu stuk voor stuk gebruikt voor feesten en partijen en net als het Biggo-restaurant en het even verderop gelegen Wapen van Rhoon, LKKR Rhoon, Kookstudio Het Oude Regthuys en de Dordtse locaties Art & Dining en het Bellevue Groothoofd, geexploïteerd door meesterkok Ad Janssen.

Het is grauw en regenachtig tijdens de autotestdag van Rijnmond Business, editie 2014. Organisator Kees van ’t Zelfde moet in het Kasteel van Rhoon maar liefst 27 auto’s verdelen, die als Arabische volbloeden ongeduldig staan te wachten op de parkeerplaats. Paradepaardjes van de 17 deelnemende dealers. Goedgeluimd gaat iedereen op pad.

Klassieke gerechten

Maitre en bedrijfsleider Amhandi, die destijds door Ad Janssen werd gevraagd naar Rhoon te komen, richt zich dan al samen met chef-kok Ernst Maasdam op het “welbeleven” van de Rijnmond Business-gasten van het Kasteel van Rhoon.

Hij vertelt: “We zijn al veertig jaar een culinair begrip in de regio en we zijn van plan, dat nog even vol te houden. We hebben ons tijdens de crisis wel moeten aanpassen. Concreet betekende dit, dat alles moest kunnen en dat we een betere kwaliteit moesten leveren voor een lagere prijs. Dat vonden we niet erg. Ik heb in die periode tegen m’n staf gezegd de klant is altijd koning geweest, maar inmiddels is-ie keizer geworden. Het houd je scherp en we merken dat onze inspanningen worden gewaardeerd. Er is een groeiende belangstelling voor het Kasteel van Rhoon. Logisch want je kunt hier alle kanten op. We kunnen een “totaalbeleving” bieden. Daarnaast is de menukaart van ons exclusieve Biggo-restaurant kort geleden vernieuwd. En dat slaat aan. We hebben bewust gekozen voor klassieke gerechten als zeetong, zwezerik, tournedos, chateaubriand, oesters, kreeftensoep en ganzenlever, maar dan wel in een modern jasje.  De eindbereiding van de gerechten, het fileren en het snijden, wordt weer door de kelners aan tafel gedaan. Dat zie je bijna nergens meer.”

Kennismaking

Terwijl de testrijders hun ervaringen opdoen, horen we dat Toyota, dat al samenwerkte met het Franse Renault en Citroën, nog niet zo lang geleden is begonnen met het verkopen van auto’s met dieselmotoren van Mercedes. En verder maken we kennis met de Peugeot 308 SW (Stationwagon), die op tournee is door het land en pas in mei in de showrooms te bewonderen is.

In de middag druppelen de testrijders en de deelnemers aan de Masterclass: “Fiscale zaken voor de zakenauto” door DRV Accountants en de BOB borrel, binnen. Bijna tweehonderd zijn het er, die in de vroege avond genieten van een uitgebreid buffet, dat soms genuttigd wordt in één van de tuinen, want een schraal zonnetje is inmiddels door de wolken heen gebroken.

“Heerlijk” zegt Astrid Roodbol, één van de testrijders. “Deze dag is als vanouds weer perfect georganiseerd op een prachtige locatie. Ik verheug me nu al op de Ladies Day eind dit jaar.