Home Blog Page 280

Geef me uw man maar!

0

In vroeger tijden hielden schippersvrouwen zich bezig met de kinderen en het huishouden aan boord. Inmiddels kan er gesproken worden over vrouwelijke schippers, want ze delen de beslissingen over het aannemen van ladingen en laten de politiek hun aanwezigheid voelen.

Vrouwen in de Binnenvaart in Actie (Vibia) is opgericht in maart 2014 door Diana Hulzebos en Marina de Waardt, allebei vrouwelijke schippers. Het doel van de organisatie is tweeledig: meer in contact komen met elkaar en de schippersvrouwen leuke kortingen bezorgen, maar ze delen bijvoorbeeld ook zorgen over het ligplaatsenbeleid. De havenmeesters die nog steeds tegen vrouwelijke schippers zeggen: “Geef mij uw man maar even”, moeten ook oppassen. Vibia toont de zichtbaarheid van vrouwen aan boord die hun mannetje staan.

Stel dat er regels komen over de afmeting van uw bed, en dat er bij u thuis een controleur komt om dit te handhaven, letterlijk met de centimeter in de hand. Dit is dus de realiteit voor binnenvaartschippers. De Rotterdamse vrouwelijke schipper Jessica van den Akker, door haar collega’s omschreven als ‘een kanjer’, vertelt er alles over op de stand van Vibia tijdens Mosselen aan de Maas.

“Mijn man en ik zijn allebei schipperskinderen, en sinds 2007 varen we voor onszelf. In die tijd zijn de tarieven voor het vervoeren van ladingen met ongeveer de helft gedaald, maar onze vaste lasten uiteraard niet. Het is heel hard werken voor weinig. We hebben ook van doen met allerlei regels. Zo moet een bed aan boord twee meter lang zijn, en de breedte per persoon 90 centimeter. Nu heb ik een goed huwelijk, dus ik vind het echt niet erg om stijf tegen mijn man aan te liggen. Voor de personeelshut kan ik bepaalde regels nog begrijpen, maar in je privégedeelte? Vooral schippers met wat kleinere schepen zijn moeten verplicht verbouwingen. Daar komt ook bij dat de controleurs met twee maten meten. De één heeft meer coulance dan de ander.”

Vibia maakt zich ook zorgen over de nieuwe afvaltarieven. Dit heeft niets met bedrijfsafval te maken, maar aan boord van een schip, waar deels gewoond wordt, is sprake van huisafval. “Door heel Nederland stonden 95 containers waarin schippers gratis hun huisvuil kwijt konden. Nu zijn er 25 containers over en daarvoor moet betaald worden. Het bedrag kan oplopen tot enige duizenden euro’s, terwijl 90% van de schippers ook een huis aan de wal hebben waarvoor ze afvalstoffenheffing betalen. We worden dubbel gepakt”, stellen de dames vast. “En dan is er nu ook de gasolie toeslag bovenop de gasolieprijs. Schippers zijn geen financiële melkkoetjes, precies de reden waarom wij van ons laten horen.”

Vibia heeft al handtekeningen tegen het nieuwe afvalsysteem aangeboden aan de Tweede Kamer. Verder heeft Vibia een verjaardagskalender gemaakt, waarvan de opbrengst bestemd is het Steunpunt Binnenvaart, een dagje zeilen voor de jeugd en het veraangenamen van het sociale leven van vrouwelijke schippers.

www.vibinactie.nl

De Nekker verkoopt EARTH Water met een missie

0

Zijn helblauwe ogen stralen, maar lichten bijna op wanneer EARTH Water onderwerp van gesprek wordt. Patrick de Nekker heeft bij het product bijna een filosofie gemaakt en draagt die uit op een manier waar een dominee nog van zou kunnen leren. Overtuigend, bevlogen, gebaseerd op feiten en met de hoofdletter P van passie. Het uur dat vlak voor de reis naar China gepland is, is uiteindelijk te kort om de filmpjes en verhalen in te stoppen. Het verhaal van een man die geld en veiligheid opgaf, omdat hij geloofde in de kracht van water om levens te redden.

EARTH Water is een commercieel product, maar met een maatschappelijke missie. Het bedrijf doneert 100% van de netto winst aan waterprojecten over heel de wereld. “Het concept komt uit Canada en is gebaseerd op het gegeven dat er dagelijks 6000 mensen in de wereld overlijden door een gebrek aan schoon drinkwater. Ik kan het in tien zinnen uitleggen.” De Nekker opent zijn laptop en laat een filmpje op de website van EARTH Water zien die de missie en visie van het bedrijf simpel maar effectief neerzet. “Het is ondernemen met een hoger doel. Ik was salesmanager bij Heineken met een prima baan en dito salaris. Niets te klagen, maar op vakantie in Edmonton werd ik geraakt door het verhaal van een Canadees die op zijn manier de wereld wilde verbeteren. Ik heb in een internetcafé contact met hem gezocht en de volgende dag samen een biertje gedronken. Dat was misschien wel de belangrijkste dag in mijn leven. Terug in Nederland heb ik de knoop doorgehakt, heb Henk Wittenveen als partner in het project betrokken en ben samen met hem EARTH Concepts in begonnen.”

EARTH Concepts bestaat inmiddels uit vijf mensen en twee ZZP’ers maar kende een moeilijke start. “Water is voor de meeste mensen water. EARTH Water komt uit Drenthe uit de bron van Willem van Kooten en is kwalitatief echt beter. Veel bekende restaurants vaak met Michelin-sterren in de regio Rotterdam, Nederland en andere landen in de wereld schenken ons product vooral vanwege de kwaliteit. Blind getest heeft Sergio Herman onlangs voor EARTH Water gekozen. Dat had puur met smaak te maken. De maatschappelijke bijdrage die klanten vervolgens leveren door voor ons product te kiezen, is een prettige bijzaak. Tijdens de laatste Nucleaire topconferentie in Den Haag stond EARTH Water ook op tafel en koning Willem-Alexander is officieel dan wel geen ambassadeur van ons merk, maar als hij ergens spreekt of aanwezig is, staat EARTH Water vaak op tafel. Dat is natuurlijk geweldig als je merk en de missie achter het merk via de koninklijke familie onder de aandacht wordt gebracht,” aldus De Nekker.

De Rotterdamse ondernemer doneerde in de laatste zeven jaar 700 duizend euro voor waterprojecten in de hele wereld. “Dat gaat nu, maar was in de eerste jaren van de onderneming een geweldige opgave. Henk en ik hebben tot de geboorte van mijn dochter voor niets gewerkt. Toen vond mijn vrouw het genoeg en heb ik mijzelf een salaris moeten geven. Maar als je mensen bewust wilt maken van het doel dat je nastreeft, moet je zelf wel het goede voorbeeld geven en doen wat je zegt. Wij hebben ook geen groot en duur kantoorpand en ikzelf rij elektrisch. Kwestie van beeldvorming,” aldus de Rotterdamse directeur die een dag later naar China vertrekt. “Bekende Chinezen gebruiken EARTH Water momenteel om hun maatschappelijke betrokkenheid te tonen. Wij laten ons als EARTH Water en inmiddels EARTH Tea en Coffee daar graag voor gebruiken. Maar dan moeten de kosten voor de reis en de bijeenkomst wel door die mensen voor hun rekening worden genoemd. “Goed beschouwd reis ik dus de wereld over voor niets” lacht Patrick de Nekker. Belangrijk om te melden, omdat we beeldvorming moeten voorkomen dat we met EARTH Water vooral bezig zijn met geld uit geven aan dure feestjes. Een ambassadeur als voormalig Real Madrid-speler Luis Figo kan van elk merk miljoenen euro’s krijgen voor de rol van ambassadeur. Hij werkt belangeloos mee aan ons merk, omdat hij weet hoe wij er bij EARTH Water in staan. Er wordt in ons bedrijf geld verdiend met de intentie om de wereld te verbeteren. Ik heb financieel geen beter leven gekregen sinds mijn vertrek bij Heineken. Maar voor mijn gevoel ben ik wel een beter mens geworden. En mijn leven is op zeker veel leuker en afwisselender geworden.”

Rotterdam Topsport draagt daar op haar beurt ook een steentje aan bij. “We kwamen in contact met Fred van Duijvenbode en er was direct een klik. “Wij gaan EARTH Water op ons kantoor schenken en stellen ons netwerk voor jullie open. Dat zijn prachtige dwarsverbanden die de basis leggen naar nieuwe klanten. Mensen die denken dat EARTH Water een gewoon merk is. Dat is dus niet het geval. Wij zijn kwalitatief misschien wel het beste water ter wereld en bovendien het enige water met een maatschappelijke missie. 6000 doden per dag vanwege een gebrek aan schoon drinkwater is natuurlijk vreselijk. Daar proberen wij op onze manier iets aan te doen. En bij dat hoger doel kun je nooit genoeg mensen hebben die dat willen ondersteunen,” aldus De Nekker. Als bedrijven EARTH-producten willen hebben, kunnen ze dit aanvragen bij hun cateraar. “You never drink alone!”.

Wilt u volledig op de hoogte blijven over alle topsport in Rotterdam? Volg Rotterdam Topsport dan via:

@RdamTopsport
Facebook.com/RotterdamTopsport

De kunst van aanbevolen worden

0

Aanbevolen worden door iemand uit je netwerk of door iemand uit het netwerk van een ander is niet vanzelfsprekend. Ook al ben je nog zo professioneel, actief, zichtbaar en geloofwaardig tijdens netwerken. Waarom? Dat zal ik je uitleggen.

Professioneel, actief, zichtbaar en geloofwaardig zijn, is niet genoeg. Stel: Je kent een succesvol ondernemer die altijd negatief is, klaagt, nooit lacht, altijd alles beter weet en alleen maar over anderen praat. Vraag jezelf eens af: Zou je deze ondernemer aanbevelen bij iemand uit je eigen netwerk? Het antwoord is meestal ‘nee’. En dat is niet zo gek. We houden er niet van om met ‘negatieve’ mensen om te gaan. We doen alleen zaken met mensen die we ‘leuk’ vinden.

We krijgen alleen aanbevelingen als we professioneel, actief, zichtbaar, geloofwaardig én ‘leuk’ zijn. Dat geldt uiteraard ook andersom. ‘Leuk’ zijn heeft overigens niets te maken met de manier waarop je eruit ziet of met het geld dat je hebt. Meestal hebben mensen die ‘leuk’ zijn drie dingen gemeen:

  • Ze zijn vriendelijk
  • Ze staan positief in het leven
  • Ze zijn bereid om anderen te helpen

Bij BNI, sinds 1985 de meest succesvolle netwerkorganisatie ter wereld, leren we onze leden hoe ze meer aanbevelingen kunnen krijgen vanuit hun netwerk en vanuit het netwerk van anderen. Maar om elkaar te kunnen aanbevelen, moet je elkaar wel kennen en vertrouwen. Daarom komen onze leden wekelijks bijeen om een band én vertrouwen op te bouwen. BNI Rotterdam heeft 18 netwerkgroepen in de regio Rotterdam. Er zijn zowel ochtend- als middaggroepen. Wil je ook ervaren hoe deze manier van netwerken werkt? Kom dan gerust eens op bezoek bij een van onze netwerkgroepen.

Je kunt ons bereiken via

admin@bni-rotterdam.nl

– Ton Dekker

Pas op bestuurder: U kunt aansprakelijk zijn ook na decharge!

0

Zoals de lezers van mijn columns inmiddels weten, is het hebben van een rechtspersoon alleen onvoldoende om aansprakelijkheid van de bestuurder af te wenden. Wat zijn nu de normen voor bestuurdersaansprakelijkheid en geeft een door de AvA afgegeven decharge voldoende bescherming?

Om een bestuurder aansprakelijk te houden moet sprake zijn van een persoonlijk ernstig verwijt en voor zover een vordering niet door de vennootschap wordt geëntameerd, maar door een derde, moet door de bestuurder een specifieke zorgvuldigheidsnorm jegens de derde zijn geschonden.

Mocht u met meerdere bestuurders in het bestuur zitten dan is het oppassen geblazen. Is eenmaal vastgesteld dat sprake is van een onbehoorlijke taakvervulling dan zijn bestuurders als uitgangspunt collectief (en dus hoofdelijk) aansprakelijk, tenzij het handelen een bestuurder niet te verwijten is (mede gelet op een eventuele taakverdeling) en de bestuurder eenmaal op de hoogte van het benadelende handelen alles heeft gedaan om de gevolgen daarvan te mitigeren.

Ik hoor sommigen van u al denken, “persoonlijk ernstig verwijt” dat is een vage norm. Waar moet ik dan concreet aan denken?

De Rechtbank Midden Nederland heeft op 19 juni 2013 in de Landiszaak de norm geconcretiseerd. Het betreft hier het geruchtmakend faillissement van het beursgenoteerde Landis in 2002. Eerder al heeft de Ondernemingskamer een onderzoek gelast en daarna vastgesteld dat sprake was van wanbeleid. De rechtbank acht de bestuurders en commissarissen aansprakelijk. Het algemeen en financiële beleid behoren tot de kerntaken van het bestuur. Hieronder vallen de deugdelijke administratie en een correcte jaarrekening, maar ook bijvoorbeeld dat er op wordt gelet dat bij overnames de overnameprijs zorgvuldig wordt bepaald. De rechtbank meent dat in de Landiszaak zodanig is tekortgeschoten dat gezegd kan worden dat geen redelijk denkend bestuurder of commissaris – onder dezelfde omstandigheden – zo gehandeld zou hebben en dat er een persoonlijk ernstig verwijt kan worden gemaakt.

Ook de RvC wordt door de rechtbank aansprakelijk gehouden omdat commissarissen eerder hadden moeten ingrijpen, formele regels niet zijn nageleefd en hij niet een adequaat bestuur heeft samengesteld. Ook oordeelt de rechtbank dat de samenstelling van de RvC onevenwichtig is en dat de commissarissen door het aanvaarden van opties, en een aldus verkregen privébelang, niet meer geheel ‘onafhankelijk’ waren. Ten slotte zijn volgens de rechtbank in financieel opzicht onverantwoord groot risico’s genomen. Gelet op het een en ander oordeelt de rechtbank dat ook dechargebesluiten geen werking hebben omdat de juiste feiten en omstandigheden voor de aandeelhouders verborgen zijn gebleven toen zij decharge verleenden. Ook de toenmalige accountant van Landis is tuchtrechtelijk veroordeeld voor het geven van een goedkeurende verklaring over de jaarrekening.

Landis biedt de bestuurder handvaten voor zijn taak die in twee woorden kan worden samengevat: goed besturen!

– Iris van Rooij

0

Aansprakelijkheid van bestuurders
Rijnmond Business behandelt deze maand meerdere thema’s: “bedrijf en vervoer”, “ladies car day” en “belastingen”. Een probleem lijkt zich hier voor te doen. Op het eerste gezicht is er geen juridisch onderwerp dat de thema’s verbindt. Waarmee moet de lezer nu worden vermaakt? Creativiteit biedt uitkomst: Aansprakelijkheid van bestuurders sluit aan bij alle thema’s! In deze column wordt kort ingegaan op de aansprakelijkheid van en voor bestuurders van motorvoertuigen, van ons land (wegbeheerders) en van rechtspersonen. Geen echte actualiteiten dit keer, wel een geheugensteuntje.

Motorvoertuigen
De bestuurder van een motorvoertuig kan aansprakelijk zijn voor schade die hij veroorzaakt. Ter bescherming van de zwakkere (ongemotoriseerde) verkeersdeelnemers is de aansprakelijkheid van bestuurders in de wegenverkeerswet verstrekkend. De aansprakelijkheid van de bestuurder wordt vermoed aanwezig te zijn, tenzij de bestuurder kan aantonen dat er sprake was van overmacht. Daarin zal hij niet snel slagen. Eventuele eigen schuld van de zwakkere verkeersdeelnemer kan meewegen, maar heeft niet veel effect op de aansprakelijkheid.

Natuurlijk kan ook de bestuurder zelf (letsel)schade lijden. Letselschade kan, zeker in geval van blijvende invaliditeit, oplopen tot enorme bedragen. Wanneer een van uw werknemers tijdens werktijd een ongeval krijgt en hierdoor schade lijdt, dan kunt u daarvoor als werkgever aansprakelijk zijn.

Wegbeheerders
Bij schade aan motorvoertuigen wordt vaak gedacht aan slechte chauffeurs. De schade kan echter ook op een andere manier zijn ontstaan. Ook een wegbeheerder (gemeente, provincie of het Rijk) kan aansprakelijk zijn.

De wegbeheerder moet uw schade vergoeden als de schade is ontstaan door een gebrek aan de weg, zoals slecht wegdek of een niet duidelijk zichtbare wegafzetting. Aan deze aansprakelijkheid zijn in de rechtspraak grenzen gesteld. De wegbeheerder is niet aansprakelijk wanneer hij kan aantonen dat hij, zelfs als hij het gebrek had gekend, niet tijdig maatregelen had kunnen nemen om schade te voorkomen. Daarnaast hebben onze wegbeheerders, ondanks de hoeveelheid door ons betaalde belastingen, geen onbeperkte financiële middelen. Een wegbeheerder is daarom ook niet aansprakelijk als hij geen financiële middelen heeft voor onderhoud als gevolg waarvan schade is veroorzaakt. Tot slot is een wegbeheerder niet aansprakelijk indien hij tijdig en voldoende voor gevaren heeft gewaarschuwd.

Bestuurders
In beginsel is een vennootschap zelf aansprakelijk voor haar (belasting)schulden. Een bestuurder kan aansprakelijk zijn als hij ernstig verwijtbaar heeft gehandeld, of wanneer dit uit de wet voortvloeit. Dit volgt ook uit artikel 36 Invorderingswet: binnen twee weken na de uiterste betaaldatum moet een bestuurder eventuele betalingsonmacht van de vennootschap melden bij de belastingdienst. Doet de bestuurder dit niet, dan wordt vermoed dat er sprake is van onbehoorlijk bestuur en dat dat de oorzaak is voor het ontstaan van de belastingschuld. De bestuurder is dan aansprakelijk voor die belastingschuld. Recent heeft de Hoge Raad echter geoordeeld dat een bestuurder niet aansprakelijk is als de bestuurder niet met opzet of grove schuld heeft gehandeld, maar er een opzettelijke fout is gemaakt door, of er sprake is van grove schuld van, een derde (bijvoorbeeld een accountant die niet tijdig aangifte heeft gedaan).

– Evert Leemreis

Boeien, binden en behouden!

1

Jong Havenvereniging bestaat sinds 2008 en heeft inmiddels 574 leden. Cherry Almeida, de nieuwe voorzitter, denkt dat er na de Wereldhavendagen weer wat leden bijkomen. Zeker vanwege de RTM Port Party. Jong Havenvereniging hoopt onder meer mensen te enthousiasmeren om in de Rotterdamse haven te werken en ze voor de stad te behouden.

In de tijd waarin Jong Havenvereniging werd opgericht, luidde de politiek de noodklok. De vergrijzing was toegeslagen in de Rotterdamse haven, maar de jonge generatie stond niet te trappelen om er te gaan werken. De belangrijkste oorzaak: onbekend maakt onbemind.

Sjoerd de Jager van Jong Havenvereniging, ook aanwezig bij het gesprek, wijst er net als Cherry Almeida op dat hun organisatie geen detacheringsbureau is. Ze willen jonge mensen enthousiasmeren voor de haven, een netwerk bieden en aanmoedigen om zich blijvend in Rotterdam te vestigen. “We zijn in dat kader partner geweest in het project HBO in de haven, van waaruit we sinds 4 jaar in mei de Mainport Meewerkdagen organiseren. Tijdens deze dagen laten we studenten van het HBO en de universiteit een dag meelopen met iemand die werkzaam is in de haven, uiteenlopend van een CEO tot een havenwerker. In het begin moesten we echt zoeken naar deelnemers en vonden er tussen de 20 en 30 matches plaats. Tegenwoordig staan er over de 100 studenten voor de Mainport Meewerkdagen in de rij.” (www.mainportmeewerkdagen.nl)

Volgens De Jager komt dit ook omdat studenten bewuster nadenken over de vraag of ze na hun afstuderen een baan kunnen vinden. Hoezeer de belangstelling voor de haven ook stijgt, de aandacht voor het aantrekken van nieuw havenbloed mag niet verslappen. “De noodzaak naar de zoektocht is nog steeds aanwezig, zeker naar mensen met een mbo opleiding. Wat we wel zien, is dat er een voor bepaalde functies een hoger kennisniveau nodig is dan voorheen. Vandaar dat we met de Mainport Meewerkdagen het gat proberen te vullen voor HBO en WO studenten, nu er voor MBO studenten al heel veel wordt georganiseerd. We zijn erg blij met het STC, het Scheepvaart en Transport College, een uniek opleidingsinstituut, waarvoor steeds meer belangstelling is.”

Jong Havenvereniging doet meer dan enkel het organiseren van netwerkborrels en schoolbezoeken, zoals gastsprekers uitnodigen voor een Masterclass in samen werking met het STC. De vereniging staat open voor iedereen die werkzaam is in de haven of binding met de haven heeft. Tot tevredenheid van Almeida is het ledenbestand heel divers.

Een andere activiteit is de verkiezing van het Jong Haventalent van het Jaar. De selectie voor deze verkiezing is pittig streng. De winnaar moet de haven promoten, bijvoorbeeld door (basis)scholen te bezoeken om over de haven. Ze kunnen hiervoor ook een beroep doen op andere leden. Almeida en De Jager zijn ook blij dat vanuit de gemeente de schoolbezoeken aan het EIC (Educatief Informatie Centrum) op Rozenburg worden aangemoedigd “De haven moet gewoon dichterbij de mensen komen”, aldus Cherry Almeida.

Alleen ingrijpende update kan winkelstraten redden

0

Het gaat langzaam maar zeker beter met de noodlijdende winkelgebieden in de Rotterdamse regio. De Schiedamse Hoogstraat is al aan een tweede leven begonnen. Dat bleek tijdens de studiemiddag van de stadsregio Rotterdam op 11 september.

De ontwikkelingen in de retail gaan heel snel. In de stadsregio worden de sterke winkelgebieden steeds sterker en de zwakke broeders steeds zwakker. ´De oude logica van de hiërarchie van groot-middel-klein verzorgingsgebied is zoek´, aldus Paul Meijer, hoofd Economie en Ruimtelijke Ordening van de stadsregio, die de studiemiddag opende. ´De hiërarchie wordt platter. Winkelgebieden moeten zichzelf opnieuw uitvinden om zich te onderscheiden,´ voegde winkelspecialist en adviseur Wim van Veelen eraan toe. ´Ze verliezen binding met de omwonenden en moeten op zoek naar klanten van buiten.´ Van Veelen kan het weten want hij hielp verschillende noodlijdende winkelstraten bij die zoektocht.

Verkleuring
De leegstandscijfers van Rijnmond als geheel lopen aardig in de pas met het landelijk gemiddelde, maar binnen de regio zijn er grote verschillen. De Schiedamse Hoogstraat geldt al een paar jaar met een leegstand à 50 van de 143 panden als de meest beklagenswaardige winkelstraat in de wijde omtrek, terwijl het centrum van Rotterdam een continue, stevige groei laat zien. De Detailhandelsmonitor 2014, die Bureau DTNP in opdracht van de stadsregio presenteerde, spreekt bovendien van een ‘verkleuring’: winkelstraten verliezen langzaam maar zeker winkels, terwijl het aantal leisure- en horecabedrijven er toeneemt. ´En dan maken we even geen onderscheid tussen de zoveelste shoarmazaak en een hoogwaardig restaurant´, aldus Karel Trommelen van DTNP. Verder loopt het aantal dienstverlenende bedrijfjes, zoals de schoenmakerij en rijwielhersteller, sterk terug. Bovendien krijgt het winkelbestand een meer discountachtig karakter.

De leegstand neemt toe, de huurprijzen zakken en dat zal nog wel even zo blijven doorgaan. Is de verkleuring te stoppen of te sturen? Trommelen: ´Laten we zeggen dat het niet vanzelf goed komt met de winkelstraten. Toch hoor ik sommige gemeenten nog steeds zeggen: “Het centrum is iets van de ondernemers, dat moeten ze zelf maar goed krijgen.” Tja, alleen kunnen ze dat dus niet.´

Customization
Internet wordt doorgaans gezien als de grote boosdoener: het houdt het winkelend publiek van de straat. En wie nog de gang naar de speciaalzaak maakt, heeft thuis online al veel voorwerk gedaan: hij winkelt veel korter dan vroeger.

Daarnaast zijn er volgens Ceel Elemans, sectormanager Public Sector bij ING, nóg andere factoren die het moderne winkelgedrag bepalen: de groeiende 24/7-cultuur en de ´customization´: klanten willen hun persoonlijke wensen vertaald zien in producten.

Elemans denkt dat ondernemers flexibiliteit aan de dag moeten leggen zowel als het om hun assortiment gaat als om de huurovereenkomst die ze sluiten. Dat is nodig om snel te kunnen inspelen op wat de klanten willen. Elemans: ´Maar ook de vastgoedeigenaars moeten in beweging komen: zij moeten samen met de ondernemers blijven nadenken over hoe de winkelstraat zich kan onderscheiden. Niet blind gaan voor de hoogste huur, maar juist een zorgvuldige samenstelling van het winkelaanbod bewaken.´

Gemeenten kunnen de rol van regisseur op zich nemen. ´Een gemeentelijke visie, een actieplan en handhaving van wat daarin staat kan een flinke steun in de rug zijn. Gemeenten kunnen als geen ander partijen bij elkaar brengen.´ Elemans maakt zich wel een beetje zorgen: ´Ik heb het idee dat er bij overheden toch nog te weinig sense of urgency is.´

Hoogstraat
Schiedam moet van ver komen. Met name de Hoogstraat. Ooit kon je er over de hoofden lopen, dat lukt niet meer. ´We voerden tot voor kort elk lijstje over leegstand aan´, vertelt wethouder Marcel Houtkamp. ´Het is een lastige straat: langgerekt, met veel winkels in de aanloopstraten, het eigendom is zeer versnipperd, de winkelpandjes zijn klein. En de koopkracht in de wijken rond het centrum is laag.´ De gemeente heeft in haar Stadsvisie 2030 ingezet op versterking van de binnenstad. Ze gaat het museumkwartier herkenbaarder maken, onder meer met afwijkende bestrating, monumentale panden sneller restaureren en ze wil meer mensen in de binnenstad laten wonen.

Renovatie en herbestemming van winkelpanden heeft er inmiddels toe geleid dat er honderd woningen aan de straat zijn toegevoegd, goed voor tweehonderd nieuwe bewoners. Op de studiedag lieten architect Marco Henssen en adviesbureau Seinpost zien hoe je kunt wonen in voormalige winkelpanden. Vrijwel elke winkel is te verbouwen tot een prettige woonruimte, de regelgeving is lang niet zo rigide als wordt gedacht en er zijn genoeg mensen die graag in zo´n pand willen wonen: ouderen die op de begane grond willen wonen, starters die in de binnenstad willen blijven wonen en niet te vergeten zzp-ers die wonen en werken willen combineren.

Winkelmeiden
Terug naar de Hoogstraat: het noordelijke deel heeft de gemengde bestemming wonen en retail gekregen. Het middengedeelte is omgedoopt tot Museumkwartier en het zuidelijke deel is bedoeld voor grootschalige winkels. Dit begint vruchten af te werpen: minder verloederde pandjes en meer levendigheid.

Een van de drijvende krachten achter het kerende tij in Schiedam is Janet van Huissstede, een communicatieadviseur die met haar initiatief De Winkelmeiden een nieuwe koers vaart. Zij werd vijf jaar geleden door de gemeente uitgenodigd om mee te schrijven aan de Stadsvisie. ´Daarbij kwam steeds maar die Hoogstraat ter sprake; het was mij snel duidelijk dat de conditie van de straat iedere Schiedammer aan het hart gaat.´

Van Huisstede wilde het tij van twee kanten proberen te keren. Ten eerste begon ze startende winkeliers te begeleiden, niet alleen met het zoeken naar geschikte ruimte, maar ook met hun PR, de inrichting van hun winkel, de ontwikkeling van een huisstijl en zelfs het werven van personeel, onder meer via het Vrijwilligers Steunpunt.

Acupunctuur
Daarnaast ging ze in gesprek met vastgoedeigenaren om onorthodoxe huurovereenkomsten bespreekbaar te maken. ´Het gaat vooral om tijdelijke gebruiksovereenkomsten om niet, in aanloop naar een reguliere huurovereenkomst. Eigenaren moeten even wennen aan het idee dat ze hun vastgoed een tijdje gratis ter beschikking stellen, maar het werkt echt. De helft van de gebruikers blijft en tekent na verloop van tijd een reguliere huurovereenkomst.’

Wat het vrijwillige winkelpersoneel betreft: inmiddels zijn drie van de tien vrijwilligers in vaste, betaalde dienst. De Winkelmeiden heeft ook alternatieven opgeleverd om de leegstand te vullen, zoals workshops en tijdelijke showrooms. Van Huisstede heeft een bijzondere bron aangeboord: tweehonderd studenten van de Willem de Kooning Academie denken met De Winkelmeiden mee over onconventionele manieren om de leegstand te bestrijden. ´Misschien is de aanpak een vorm van acupunctuur, maar de Hoogstraat zie je met de dag opknappen.´

Samenwerking tussen overheid, de vastgoedsector en de retail, bezinning op de vraag waarin een winkelgebied zich wil onderscheiden, onorthodoxe maatregelen en soms, hoe hard ook, het wegbestemmen van winkelfuncties: er zijn veel manieren om door leegstand geteisterde winkelgebieden er weer bovenop te helpen. Dat was de boodschap van de studiemiddag. Er blijven altijd onzekerheden, maar eén ding is zeker: het zal nooit meer worden als vroeger. Alleen de winkelstraat van de 21e eeuw heeft toekomst.

“The story you tell is what you sell”

0

“Stop met verkopen & zorg dat anderen jou verkopen”

Donderdag 4 september organiseerden Jan de Klerk van Port Exhibition Rotterdam 2014 (Mosselen aan de Maas), Ton Dekker van Business Network International Rotterdam, Mai Elmar van Management Partnership International en Kees van ’t Zelfde van Rijnmond Business, in samenwerking met Dick Verboom van Bon Bon Party Service voor Beursdeelnemers Mosselen aan de Maas, Business Network International, Rijnmond Business, Vrienden van Rijnmond BUSINESS en “Groot Rotterdammers, voorafgaand het evenement ‘Mosselen aan de Maas’, een Masterclass.

Om 11.00 uur trapte Mai Elmar af met een inleiding over Klein-, midden- en groot bedrijven die elkaar nodig hebben. Ze belichte diverse aspecten van het zakendoen tussen bedrijven genoemde categorien. En dat de een niet zonder de ander kan werd iedereen wel duidelijk. ‘Samenwerken, ook tussen kleine en grote ondernemingen dat is niet alleen nodig, maar het geeft ook een stimulans aan de economie’ aldus Elmar.

Ton Dekker, directeur van BNI ging vervolgens in op (on)zin van mond tot mond reclame. Volgens Dekker is mond tot mond reclame een van de belangrijkste, wellicht zelfs wel de belangrijkste vorm van reclame die er is. Hij toonde hiervan enkele fraaie praktijkvoorbeelden.

Sleutels tot Succes
Key note speaker was Peter Goedvolk, voormalig directievoorzitter en bestuurder van Argos Oil. In 2013 werd Goedvolk door de lezers van dit magazine nog uitgeroepen tot meest invloedrijke persoon in het Rijnmondgebied. Hij ging in op zijn levensverhaal. Hoe hij is gestart met een kleine oliehandel in de Hoeksche Waard en hoe hij, mede door diverse overnames is gegroeid met Argos tot een multinational. Maar ook hoe hij onder meer vanwege de snelle groei het bedrijf zag veranderen. Verder ging hij in op de keuze waarom hij met Argos Oil een wielerploeg ging sponsoren. Inmiddels is hij niet meer werkzaam voor Argos Oil.

Kees van ’t Zelfde ging in zijn inleiding in op de ‘Kracht van Communicatie’. Allereerst vertelde hij over de verschillende soorten van communicatie, vervolgens over goede en minder goede communicatie en waar dat toe kan leiden binnen een organisatie, maar bijvoorbeeld ook gewoon binnen een huwelijk. Via de kracht van verschillende mediumtype eindigde hij met een aantal ‘in zijn ogen’ voorbeelden van slechte communicatie uitingen, gevolgd door juist bijzonder krachtige.

Ter afsluiting verzorgde Mai Elmar nog een wrap up, waarna de gasten werden uitgenodigd tot lunchbuffet en netwerkborrel door Ton Dekker

Hierna konden de gasten meteen het evenement ‘Mosselen aan de Maas’ bezoeken.

Heeboss Klimaatgroep: Totaaloplossingen in klimaatbeheersing

0

Gedurende de afgelopen tien jaar is de aandacht voor het binnenklimaat en de luchtkwaliteit in gebouwen sterk toegenomen. Dit komt onder meer door onderzoeken waaruit blijkt dat een goed binnenklimaat de productiviteit van medewerkers aanzienlijk verhoogd. Maar dit komt ook ten dele door niet goed ontworpen installaties, met bijbehorende klachten van de medewerkers. Dat komt in alle gebouwen voor: in industriehallen, maar ook in kantoren, bibliotheken, ziekenhuizen, scholen etcetera. In die wereld is de Heeboss Klimaatgroep uit Hendrik-Ido-Ambacht actief.

Een comfortabel klimaat is noodzakelijk om goed te kunnen functioneren. Het gaat niet alleen om de temperatuur maar bijvoorbeeld ook om luchtvochtigheid en luchtsnelheid. Bij Heeboss weten zij er alles van. Algemeen directeur William Bosschaart: “We zijn al twintig jaar actief in deze markt en wij zien steeds meer dat compleet geïntegreerde systemen veel van de eerder genoemde gebruikersklachten kunnen voorkomen. Veel van de ontwikkelingen in onze branche zijn dan ook gericht op integratie van meerdere systemen.”

Een belangrijke ontwikkeling waar ook de installatiebranche mee te maken heeft, is de teruggevallen vraag door de economische crisis. De installatiebranche is nauw gerelateerd aan de ontwikkelingen en situatie in de bouw. Het is echter niet zo dat Heeboss lijdzaam heeft afgewacht tot het beter gaat in de bouwwereld. “Dat kan ook niet,” zegt marketing manager Joeri Giljam. “De markt is continu in ontwikkeling. De veranderingen zijn er door technologische ontwikkelingen in onze branche en door de milieueisen die steeds strenger worden, maar ook door de vraag van de eindgebruiker De overheidsregulering op de branche wordt steeds scherper. Alles moet groener en duurzamer, maar dat is ook goed. Onze producten worden daardoor steeds energiezuiniger. Wat drie jaar geleden als modern op de markt kwam, is nu verouderd en niet meer te verkopen. Daar spelen wij uiteraard op in.” Heeboss ziet de toekomst met het nodige optimisme tegemoet, toch zijn er ook zorgelijke ontwikkelingen. Met name het binnenhalen van gekwalificeerde medewerkers is langzamerhand een probleem aan het worden. “Zeker in onze branche maken de medewerkers het verschil,” zegt Bosschaart. “Het installeren en het plegen van goede service en onderhoud op onze producten is van groot belang. Daarnaast verzorgen wij ook beheer op afstand van installaties voor onze klanten. Ook dit is een discipline waar best veel voor komt kijken. Het is dus cruciaal dat wij over goede medewerkers beschikken. Op de arbeidsmarkt zijn die lastig te vinden, daarom investeren wij zelf steeds meer in interne en externe opleidingen.”

Zo volgt op dit moment een aantal medewerkers een opleiding in verband met de wettelijk verplichte aircokeuring EPBD. Hierbij wordt bij bedrijven het energieverbruik van de klimaatapparatuur in beeld gebracht. “Dat is het gevolg van een nieuwe wet,” verklaart Giljam. “Wij bekijken niet alleen hoeveel energie de klimaatapparatuur gebruikt, maar controleren ook of dit aan de normen voldoet. Ons advies kan zijn dat bedrijven -op termijn- hun apparatuur moeten vervangen. Dat is, indien de investering binnen een vastgestelde periode wordt terugverdiend, bindend voor het betreffende bedrijf en overigens ook goed voor dat bedrijf. Apparatuur gaat soms al twintig jaar mee, terwijl de verwachte levensduur tien jaar was. Hier is letterlijk veel te verdienen.” Het draait tegenwoordig dus om duurzaam, groen en energiezuinigheid. Heeboss merkt dat er bij bedrijven steeds meer de behoefte ontstaat aan totale ontzorging voor wat betreft de klimaatbeheersing. Bosschaart: “Wij zijn in 1992 begonnen als installatiebedrijf voor airconditioning. Daar hebben we stapsgewijs nieuwe disciplines aan toegevoegd. Zo beschikken we al een aantal jaren over een uitgebreide service en onderhoud- afdeling en vorig jaar is daar de afdeling luchttechniek bij gekomen. Verse, schone en gezuiverde lucht in kantoren wordt inderdaad steeds belangrijker. In andere branches, zoals laboratoria en de industrie is de luchtkwaliteit niet slechts belangrijk, maar is dit cruciaal voor het veilig kunnen werken van de medewerkers. Hier ligt een kans voor ons, zo leveren wij nu veel op klantspecificaties. Maatwerk dus. De specificaties worden gebruikt als input voor de fabrikanten waar wij mee samen werken en zij leveren exact wat de klant wenst. Ook met installatie, service en onderhoud onderscheiden wij ons. Dit heeft vooral met producttoepassingen te maken, maar ook met de complexheid van het gebouw en specifieke wensen van de klant.” Vanuit de leveranciers, Heeboss koopt in bij fabrieken in onder meer Italië, Duitsland, Zweden en Frankrijk, komen sowieso steeds groenere en energiezuiniger producten. Giljam: “De producten worden technisch steeds complexer en functioneren nauw samen met andere apparatuur in gebouwen. Het is vaak in één gebouwenbeheerssysteem gekoppeld. Uiteindelijk is het de gebouwenbeheerder die op afstand alles in de gaten houdt. Dat doen wij overigens ook, wij kunnen indien gewenst ook inloggen bij klanten en zorgen voor beheer op afstand.” Een andere belangrijke tak binnen de Heeboss Klimaatgroep is het verhuurbedrijf Recool. Met een ruim verhuurassortiment biedt het bedrijf tijdelijke oplossingen voor vrijwel iedere situatie op het gebied van klimaatbeheersing, koeling, proceskoeling, vochtbeheersing en ventilatie. De apparatuur van Recool vind je onder meer bij datacenters en ziekenhuizen.

Giljam: “Voorlopig zijn we druk met nieuwe ontwikkelingen. Toen wij bijvoorbeeld begonnen met de afdeling luchttechniek wisten we niet dat dit zo’n vlucht zou nemen. Moderne luchtbehandelingapparatuur is voorzien van warmteterugwinning. Dat bespaart heel veel energie, tot wel 90% van de warmte uit een ruimte win je hiermee terug. Bovendien zie je bij nieuwe gebouwen of bij renovaties dat deze standaard worden voorzien van compleet geïntegreerde luchtbehandeling- en airconditioningsystemen. Nog niet zo lang geleden kwamen wij pas in actie als het gebouw klaar was. Dat is nu niet meer zo, wat dat betreft zijn we aardig opgeschoven in de keten. Tegenwoordig zitten we zelfs al aan tafel bij de bureaus die architecten adviseren. Gezien onze kennis en ervaring is dat niet zo vreemd. Wij ontzorgen adviseurs en bedrijven met onze activiteiten. Zo snijdt het mes aan twee kanten.”

De groei-ambitie van letselschade.com

0

“Wij zijn liever de beste dan de grootste”

Bij Groot Expertisebureau is het roer omgegooid. De nieuwe naam van het Papendrechtse bureau is Letselschade.com. Een naam die de lading veel beter dekt. Letselschade.com is één van de grootste onafhankelijke letselschadebureaus in Nederland.

“Wij werken uitsluitend voor slachtoffers of hun nabestaanden. Het is tijd om dit ook in de regio te gaan benadrukken. Tot nu toe hebben wij ons nooit echt geprofileerd en zijn ook nooit echt commercieel actief geweest. Daar gaan wij ons meer op focussen,” zo begint directeur Berth Groot. Letselschade is de schade die iemand lijdt door lichamelijk of geestelijk letsel. Een ander kan daarvoor aansprakelijk zijn. Die schade kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van een verkeersongeval, een bedrijfsongeval of een medische fout. Het kan iedereen overkomen. Slachtoffers zijn niet alleen vorderingsgerechtigde partijen. Als een werknemer arbeidsongeschikt raakt door een ongeval heeft de werkgever ook een vorderingsrecht. Groot: “Wij werken vanuit twee invalshoeken; niet alleen belangenbehartiging waarvoor mensen rechtstreeks contact met ons kunnen opnemen, maar wij adviseren ook partijen – denk aan advocatenkantoren – bij hun onderhandelingen/procedures als het gaat over inkomensschade. Het maken van bedrijfseconomische analyses voor de schade van zelfstandig ondernemers, maar ook de schade van kinderen of bijvoorbeeld asbestslachtoffers, is een sterk punt van ons bureau.”

Specialistisch bureau
Naast een nieuwe naam, die eind vorig jaar is ingevoerd, is ook de huisstijl op de schop genomen en is onlangs Stefan van der Leun aangetrokken als commerciële man om Letselschade.com op de kaart te zetten. Van der Leun was jarenlang werkzaam bij een lokale Rabobank. “Ik ben hier nu verantwoordelijk voor de commerciële activiteiten. Dat is een prachtige job. Wij zijn actief door heel Nederland, maar willen graag ons klantenbestand uitbreiden met bedrijven en organisaties uit de regio. Hiervoor gaan wij de komende periode behoorlijk aan de weg timmeren.” Berth Groot vult aan: “Meer mensen moeten ons weten te vinden. Niemand hoopt ons ooit nodig te hebben, maar het gebeurt wel, want iedereen kan slachtoffer van een ongeval worden.” Groot is de grondlegger van het bureau. Het is het klassieke verhaal van een ondernemer. De geboren Zwijndrechtenaar startte in 1990 zijn kantoor op de zolderkamer van zijn huis in Sliedrecht. “Ik werkte al jaren in de sector, maar ik wilde mij volledig richten op slachtoffers. Daar lag mijn werkelijke passie.” Het uitgangspunt was om als klein, specialistisch bureau cliënten bij te staan. “Het klein blijven lukte niet, de groei zat er al snel in, ondanks dat wij nooit echt aan acquisitie hebben gedaan.” Het bureau groeide tot 40 medewerkers. De klanten kwamen bijna als vanzelf via mond-tot-mond reclame en dankzij doorverwijzingen van vakbonden, tussenpersonen, werkgevers etc. Groot: “Wij hebben op basis van fixed fee prijzen lang zaken behandeld voor enkele rechtsbijstandsverzekeraars. Omdat wij geen concessies aan de kwaliteit van onze activiteiten wilden doen, ging ons dat op een gegeven moment opbreken. We waren regelmatig langer bezig met een zaak dan dat de vergoeding rechtvaardigde. Ik heb toen de rigoureuze beslissing genomen om te stoppen met dat werk. Dat had uiteraard zijn consequenties. In de loop van de tijd zijn we uitgekomen op de huidige groep van ruim 20 medewerkers. Dat heeft een positieve invloed gehad op onze bedrijfsactiviteiten. Wij mogen ons nu tot de top van Nederland rekenen en dat hebben wij gerealiseerd met een ontzettend goed team, stuk voor stuk gekwalificeerde experts en secretaresses. Dat vergt een intensieve opleiding, maar wij gaan niet voor minder. Wij willen topkwaliteit bieden, maar dat vooral ook op een betrokken, persoonlijke en menselijke manier.”

Vergeten geld
Een belangrijk deel van de werkzaamheden van Letselschade.com betreft het loonschadeverhaal. Bij grote bedrijven is dit fenomeen meestal bekend, echter niet bij het gros van de MKB-bedrijven. Werkgevers zijn verplicht het loon van een arbeidsongeschikte werknemer gedurende twee jaar door te betalen. Het kan zijn dat een werknemer arbeidsongeschikt is geraakt doordat hij letsel heeft opgelopen waarvoor een derde aansprakelijk is. De werkgever heeft in dat geval het recht om het netto doorbetaalde loon te verhalen op de aansprakelijke partij. Veel werkgevers weten niet dat dit ook met terugwerkende kracht mogelijk is. Naast het doorbetaalde loon kunnen ook andere kosten verhaald worden, bijvoorbeeld kosten voor re-integratie, kosten van omscholing of het aanpassen van een werkplek. Het verhalen van loonschade vormt een belangrijk deel van het dienstenpakket van Letselschade.com.

Autoriteit
Berth Groot is een autoriteit op het gebied van letselschade. Als adviseur van het NIVRE en als lid van De Letselschade Raad zit hij dicht bij het vuur. Betrouwbaarheid en een goede naam zijn essentieel. “Er opereren best nog wel cowboys in het vak. In het verleden zijn daardoor nare dingen gebeurd. Gelukkig gaat het tegenwoordig veel en veel beter.” Letselschade is een serieuze aangelegenheid. Dat wil Letselschade.com graag uitdragen. Stefan van der Leun: “Het is belangrijk om onze nieuwe naam de nodige bekendheid mee te geven. Daarom breiden wij ons netwerk uit via onder andere het lidmaatschap bij diverse ondernemersverenigingen en Werkgevers Drechtsteden.” Berth Groot tot slot en met de nodige nadruk: “Met letselschade ben je altijd bezig met slachtoffers, mensen waarvan het leven door schuld van een ander op z’n kop is gezet. Het commerciële moet daarom niet de overhand krijgen, wij helpen ook mensen zonder daar direct gewin van te hebben. Ook dat moeten wij blijven uitdragen. Slachtoffers moeten altijd antwoorden krijgen op de vragen die zij hebben. Iedereen moet met elke vraag kunnen aankloppen. Wij helpen hen graag.”